Schriftelijke vraag betreffende de roerende schenkingsrechten
- Indiener(s)
- Emmanuel De Bock
- aan
- Sven Gatz, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel (Vragen nr 300)
| Datum ontvangst: 20/01/2021 | Datum publicatie: 29/04/2021 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 01/04/2021 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 29/03/2021 | Ontvankelijk | p.m. | ||
| 01/04/2021 | Bijlage aan het antwoord | p.m. | Bijlage |
| Vraag | De begroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt gestijfd met fiscale ontvangsten uit de registratierechten op schenkingen van roerende goederen onder levenden (doorgaans roerende schenkingsrechten genoemd). Het tarief van de registratierechten op schenkingen van roerende goederen varieert volgens de graad van verwantschap tussen schenker en begiftigde. In het Brussels Gewest geldt een voorkeurtarief van 3% voor schenkingen van roerende goederen in rechte lijn, tussen echtgenoten of wettelijk samenwonenden, terwijl het tarief 7% bedraagt voor schenkingen van roerende goederen tussen alle andere personen. Het gaat om vaste (niet-progressieve) tarieven die worden toegepast op de geschonken bedragen, ongeacht de omvang. Voorts dient te worden gepreciseerd dat de fiscale woonplaats van de schenker het locatiecriterium vormt om te bepalen naar welk Gewest de schenkingsrechten gaan. In dat verband wens ik u de volgende vragen te stellen: 1- Volgens de gegevens die de FOD Financiën heeft meegedeeld, hoeveel schenkingen van roerende goederen door in het Brussels Gewest gedomicilieerde schenkers werden geregistreerd in de loop van 2020? Wat is het aandeel van de roerende schenkingen in rechte lijn, tussen echtgenoten of wettelijk samenwonenden (verrichtingen onderworpen aan een belastingtarief van 3%), en het aandeel van de roerende schenkingen tussen alle andere personen (verrichtingen onderworpen aan een belastingtarief van 7%)? Hebt u de laatste jaren een stijgende tendens vastgesteld in het aantal schenkingen van roerende goederen onder levenden in het Brussels Gewest? 2- Kan de Algemene Administratie Patrimoniumdocumentatie (AAPD) van de FOD Financiën, die de schenkingsrechten voor ons Gewest int, een raming bezorgen van de gemiddelde waarde van de roerende schenkingen die Brusselse schenkers in 2020 hebben gedaan? 3- Hoeveel fiscale ontvangsten uit registratierechten op roerende schenkingen heeft het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in 2020 in totaal geïnd? Kunt de fiscale ontvangsten opsplitsen tussen, enerzijds, de registratierechten op schenkingen van roerende goederen in de rechte lijn, tussen echtgenoten of wettelijk samenwonenden, en, anderzijds, de registratierechten op schenkingen van roerende goederen in de zijlijn of tussen personen zonder enige verwantschap? |
| Antwoord | In antwoord op deze vraag aangaande de registratierechten op de schenking onder levenden van roerende goederen, in toepassing van artikel 131, §2, van het Brussels Wetboek van registratie-, hypotheek- en griffierechten, kan ik de geachte Volksvertegenwoordiger, op basis van de gegevens meegedeeld door de FOD Financiën, het volgende meedelen: 1. In 2020 bedroeg het aantal belastbare operaties aan 3% en 7% respectievelijk 2.114 en 801. 2. In 2020 bedroeg de gemiddelde waarde van de schenkingen onder levenden die toekomen aan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor wat betreft de operaties die belastbaar zijn aan 3% en 7% respectievelijk 455.534,12 EUR en 190.205,28 EUR. 3. In 2020, bedroegen de netto roerende schenkingsrechten die werden geïnd door de Algemene Administratie van de Patrimoniale Documentatie aan 3% en 7% respectievelijk 28.889.974,00 EUR en 10.664.810.00 EUR. De tabel in bijlage geeft de evolutie weer van het aantal roerende schenkingen voor de periode 2015-2020. |