Schriftelijke vraag betreffende de defibrillators (AED-toestellen) in de wagens van de Brusselse politiezones.
- Indiener(s)
- Bianca Debaets
- aan
- Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 586)
| Datum ontvangst: 22/03/2021 | Datum publicatie: 21/06/2021 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 17/06/2021 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 19/05/2021 | Ontvankelijk | p.m. |
| Vraag | De Brusselse politiediensten komen bij hun dagelijkse patrouilles in aanraking met heel wat uiteenlopende situaties, waarbij zij in sommige gevallen ook moeten overgaan tot het toedienen van eerste hulp. In uw antwoord op mijn laatste schriftelijke vraag over dit onderwerp, blijkt het dat de helft van de Brusselse politiezones niet beschikken over interventiewagens met een defibrillator (AED-toestel) aan boord. De voertuigen van de politiezone Brussel Hoofdstad-Elsene bleken het best voorzien te zijn op de mogelijke nood aan een AED-toestel tijdens interventies. Bijna de helft van de interventievoertuigen van de politiezone die belast zijn met 101-oproepen, hebben er eentje aan boord. Voor de overige interventie- en patrouillewagens gaat het om 1 op de 5 wagens, maar de bedoeling is wel om op termijn AED-toestellen in alle interventiewagens te installeren. De situatie is in de andere politiezones ziet er echter heel wat anders uit. In de zone Marlow zijn nog 8 van de 24 interventievoertuigen uitgerust met een AED-toestel, terwijl er in de zone Polbruno 6 patrouillevoertuigen en 10 andere voertuigen over een AED-toestel beschikken. In de zones Montgomery en Zuid daarentegen rijdt geen enkel voertuig rond met een AED-toestel aan boord. Voor de zone Brussel-West konden geen gegevens verschaft worden. Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel: - Hebt u reeds besloten om de doelstelling voorop te stellen dat alle politiezones van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest over zoveel mogelijk wagens kunnen beschikken die uitgerust zijn met een defibrillator (AED-toestel)? Zo ja, welke stappen heeft u reeds ondernomen om deze doelstelling te realiseren? - Kan u bevestigen dat het tevens uw bedoeling is om de aanpak van de zes Brusselse politiezones omtrent het voorzien van AED-toestellen in hun dienstwagens te harmoniseren? - Hebt u contact opgenomen met de drie politiezones waarin er momenteel geen enkel politiewagen met AED-toestel is om hen te sensibiliseren over de nut en het belang van een dergelijke uitrusting? - Welke steun wordt er vanuit gewestelijke hoek verleend wat betreft het uitrusten van de Brusselse politiewagens met AED-toestellen? Worden hieromtrent specifieke subsidies toegekend aan de politiezones? - Welke rol neemt Brussel Preventie en Veiligheid op in dit dossier, bijvoorbeeld door een aankoopcentrale op te starten of de nodige vorming te voorzien? - Welke steun wordt er vanuit gewestelijke hoek verleend wat betreft het voorzien van EHBO-opleidingen voor politieagenten? Worden hieromtrent specifieke subsidies toegekend aan de politiezones? - In welke mate wordt deze problematiek opgenomen in uw Globaal Veiligheids- en Preventieplan 2021-2024? |
| Antwoord | De politiezones zijn wettelijk gezien niet verplicht om de interventievoertuigen met dergelijk materiaal uit te rusten. De minister van Binnenlandse Zaken heeft dat in een antwoord op een schriftelijke vraag overigens bevestigd door te stellen dat de politiezones autonoom worden beheerd en dat zij dus zelf kiezen om al dan niet externe defribillatoren aan te schaffen. Zoals ik echter eerder al zei in mijn antwoord op uw schriftelijke vraag over dit onderwerp, beslisten drie Brusselse politiezones om een honderdtal van hun voertuigen uit te rusten met een defibrillator. Onlangs heeft de politiezone Brussel-Hoofdstad - Elsene zelfs beslist om al haar voertuigen er in de komende maanden mee uit te rusten. Wanneer voertuigen beschikken over dergelijk materiaal, is het essentieel dat de politiemensen het ook kunnen gebruiken. Daarom is in het huidige programma van de basisopleiding voor aspirant-politieagenten een EHBO-cursus van 20 uur opgenomen, waarin onder andere geleerd wordt om een defibrillator correct te gebruiken in de praktijk. U vraagt ook of de aanpak om alle voertuigen van dergelijk materiaal te voorzien, geharmoniseerd zal worden. Ik wil er u in dat verband aan herinneren dat het Gewest de politiezones niet kan verplichten om bepaalde uitrustingen te gebruiken. De beslissingsbevoegdheid daarover ligt bij de verantwoordelijke instanties en dat zijn het politiecollege en de politieraad. Brussel Preventie en Veiligheid (BPV) kan dat punt vanuit zijn coördinatieopdracht echter wel ter sprake brengen op de maandelijkse vergaderingen met de korpschefs om het onder hun aandacht te brengen en eventueel tot een gemeenschappelijk standpunt te komen. Hoewel er al een federale overheidsopdracht voor dergelijk materiaal bestaat, acht ik het niet uitgesloten om de Brusselse politiezones via de aankoopcentrale van BPV een ander model voor te stellen. Het is echter verkieslijk om daarover eerst met de politiezones overleg te plegen, zodat het beantwoordt aan een reële vraag bij de betrokken diensten. Anders bestaat het risico dat er geen enkel contract wordt gesloten. |