Logo Parlement Buxellois

Schriftelije vraag betreffende het Brussels glaspatrimonium

Indiener(s)
David Weytsman
aan
Pascal Smet, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Stedenbouw en Erfgoed, Europese en Internationale Betrekkingen, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (Vragen nr 447)

 
Datum ontvangst: 03/05/2021 Datum publicatie: 28/06/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 14/06/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
28/05/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Onze streek heeft een rijk glaspatrimonium: de serres van Laken, glas-in-loodramen, wintertuinen en diverse glazen voorwerpen zijn slechts enkele voorbeelden hiervan. De Belgische geschiedenis op dit gebied is er niet minder rijk om. In 2020 werd de glasparelkunst ingeschreven op de Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid. Hoewel deze geen directe band met ons Gewest heeft, toont zij aan hoe belangrijk het glaspatrimonium is op wereldniveau.

· Beschikt u over een lijst van de opmerkelijke Brusselse glascreaties?
o Op welke criteria is die lijst gebaseerd?
o Kunt u mij deze meedelen?
· Wat doet de Brusselse regering om dit patrimonium te beschermen en tot zijn recht te laten komen? Zijn er projecten aan de gang of gepland in de nabije toekomst?
· Steunt de Brusselse regering initiatieven via gewestelijke financieringen? Voor welk bedrag en welke projecten worden gesteund?
· Welke plaats zal het glaspatrimonium innemen tijdens de volgende Open Monumentendagen?
 
 
Antwoord    Glaswerk is alom tegenwoordig in de merkwaardige realisaties die tot het onroerend erfgoed van het Brussels Gewest behoren. Omdat het bijna overal aanwezig is, is er geen specifiek kadaster van bijgehouden.

Uiteraard vinden we in alle gevels van de Brusselse woningen glas ter verlichting van het interieur. In veel gevallen en vooral in de 19
de eeuw wordt hier ook decoratief glas-in-lood voor gebruikt. Dit gaat van de gedecoreerde bovenlichten die we boven de toegang vinden, tot het overvloedig gebruik van glas in lood in de gevels. Een fraai voorbeeld hiervan vinden we in de Gewijde Boomstraat 123 in Elsene waar La Vague, naar een ontwerp van Privat Livemont, het trappenhuis verlicht van de persoonlijke woning van Paul Saintenoy. Ook in de interieurs werd het glas-in-lood veelvuldig gebruikt, denken we maar aan de bijzondere interieurs van de woningen ontworpen door Victor Horta waar het een belangrijke plaats inneemt en voor een bijzondere sfeer zorgt.  Victor Horta was een meester in het gebruik van glas in de woning. Zo realiseerde hij een merkwaardige drielobbige glazen woninguitbouw (wintertuin) in de woning van Max Hallet aan de Louizalaan. In de andere woningen die hij realiseerde zijn er eveneens wintertuinen aanwezig. Deze zijn centraal gelegen en werden gebruikt als lichte ontvangstruimte zoals in de woning Van Eetvelde. Het is dus tijdens de periode van de art nouveau dat de glaskunsten een nieuw hoogtepunt bereikten.

Glas-in-loodramen hadden op dat moment echter al een lage geschiedenis achter de rug. We vinden ze immer terug in onze religieuze gebouwen sedert de middeleeuwen, waar ze naast een decoratieve ook een didactische rol spelen door het uitbeelden van verhalen en gebeurtenissen. Ook in onze openbare gebouwen zoals de gemeentehuizen, zoals deze van Anderlecht of Schaarbeek, vinden we glas-in-lood terug.

Naast dit decoratieve gebruik van eerder gekleurd glas door middel van glas-in-lood, kan doorschijnend glas door de manier van waarop het aangewend wordt, een gebouw bijzonder maken. Alleen al de naam Glazen Huis van de eigen woning van Paul-Amaury Michel uit de jaren 1930 aan de Jules Lejeunelaan 69 in Ukkel toont dit aan. Hoewel hier het glas nog in beperkte mate aanwezig is, vormen de glazen straten van onze hoofdstad, zoals de Sint-Hubertusgalerijen die op de indicatieve lijst van het Unesco werelderfgoed staan, een merkwaardige getuigenis van de technische mogelijkheden van glas. Helemaal bijzonder zijn de gebouwen die bijna volledig uit glas opgetrokken zijn. Een merkwaardig voorbeeld hiervan wordt gevormd door de Slachthuizen van Anderlecht die een opmerkelijke getuige vormen van de industriële architectuur van het einde van de 19
de eeuw.

Het andere voorbeeld bij uitstek van een glazen gebouw, of eerder gebouwencomplex, wordt uiteraard gevormd door de Koninklijke Serres van Laken, waarvan wij de bescherming binnenkort aan de Regering zullen voorleggen.  Dit serrecomplex uit 1873 naar een ontwerp van Alphone Balat is een meesterwerk opgetrokken in ijzer en glas, dat zorgt voor het bewaren van een uitzonderlijke plantencollectie.



Voor het gevrijwaarde erfgoed maakt het glaswerk uiteraard deel uit van de aandachtpunten bij het behoud en restauratie van dat erfgoed. Daarenboven heeft de toenmalige Directie Monumenten en Landschappen de aandacht gevestigd op dit onderwerp door het uitgeven in 2002 van een onderhoudsboekje over het glas in lood. Dit is nog steeds beschikbaar op de website van URBAN via de volgende link
http://erfgoed.brussels/links/digitale-publicaties/
pdf-versies/praktische-boekjes/glas-in-lood
.

Ook Homegrade bracht in 2019 een brochure, Glas-in-loodraam. Onderhoud en bewaring, uit met hetzelfde onderwerp ( zie
http://homegrade.brussels/wp-content/uploads
/Publications_internes/brochures/Homegrade_
erf_GlasInLoodraam.pdf
). Dit vestigt opnieuw de aandacht op dit aspect van ons erfgoed, dat deel uitmaakt van ons dagelijks leven, het Klein Erfgoed.

Als het glaswerk deel uitmaakt van het beschermd erfgoed, wordt het op dezelfde manier gesubsidieerd als de overige restauratiewerken. Voor niet gevrijwaard erfgoed is een subsidiëring mogelijk van elementen van de gevels van de Brusselse huizen en dus ook van het glaswerk dat vanaf de openbare ruimte zichtbaar is. Dit is op zich eveneens een manier van bewustmaking voor de erfgoedelementen die deel uitmaken van een groot gedeelte van ons gebouwenbestand.



Het onderwerp van de toekomstige Open Monumentendagen is Meeting points. Deze zullen naar goede gewoonte plaatsvinden in september van dit jaar. Er is geen specifieke aandacht voor glas, niettemin zal dit zeker deel uitmaken van de door het grote publiek te bezoek bijzondere plaatsen van het Brussels Gewest.