Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de evolutie van de bouwkosten voor de Brusselse openbare vastgoedoperatoren

Indiener(s)
Joëlle Maison
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 605)

 
Datum ontvangst: 05/05/2021 Datum publicatie: 19/07/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 29/06/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
31/05/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Op 28 april 2021 publiceerde het bureau Arcadis, gespecialiseerd in advies en projectontwerp in de vastgoedsector, zijn nieuwe jaarlijkse rapport waarin de gemiddelde bouwkosten in een honderdtal grote steden op vijf continenten vergeleken worden. Uit de resultaten van deze internationale vergelijking blijkt dat Brussel in 2021 de 32ste plaats inneemt op de lijst van de duurste steden op het gebied van de bouw, en daarmee vijf plaatsen opschuift in vergelijking met de vorige ranglijst die in 2020 werd opgesteld. Volgens de opstellers van de studie zijn de gemiddelde bouwkosten in het Brussels Gewest de afgelopen twaalf maanden met 8% gestegen. In een interview met de krant La Libre Belgique op 29 april verklaarde een vertegenwoordigster van de Belgische tak van Arcadis dat de aanzienlijke stijging van de bouwprijzen die tussen 2020 en 2021 in ons Gewest genoteerd wordt, hoofdzakelijk verklaard wordt door vier factoren: de inflatie, de stijging van de arbeidskosten, de stijging van de materiaalkosten (veroorzaakt door de bouwproblemen in verband met de gezondheidscrisis, vertragingen bij de bevoorrading en de toepassing van strengere veiligheidsmaatregelen op de bouwplaatsen), en de verplichting om gebouwen te bouwen die voldoen aan de passieve "nulenergie"-normen.

Graag een antwoord op de volgende vragen:

1. Hebben de Brusselse openbare vastgoedoperatoren (d.w.z. de BGHM, de OVM's, het Woningfonds, Citydev, de gemeenten, de OCMW's, de autonome gemeentelijke grondregieën en de gewestelijke grondregie) tussen 2020 en 2021 een aanzienlijke stijging van de gemiddelde bouwkosten van woningen vastgesteld in het kader van de verschillende projecten waarvan zij de bouwheer zijn? Zo ja, is de stijging van de bouwprijzen die deze operatoren in de loop van de laatste twaalf maanden hebben waargenomen in de grootteorde van 8 %, zoals berekend door Arcadis?

2. Moesten de kosten van de voor rekening van de Brusselse openbare vastgoedoperatoren uitgevoerde werkzaamheden voor de bouw van nieuwe woningen aanzienlijk naar boven worden bijgesteld in vergelijking met de oorspronkelijke prijsramingen die bij het ontwerp van de projecten waren gemaakt? Zo ja, heeft de Brusselse Hoofdstedelijke Regering de begrotingsmiddelen bestemd voor de financiering van de bouwprojecten voor nieuwe woningen door de verschillende openbare vastgoedoperatoren die afhankelijk zijn van het Gewest, reeds moeten verhogen of is zij van plan deze te verhogen?
 
 
Antwoord    Hieronder vindt u het antwoord van het Woningfonds met betrekking tot dit onderwerp:

We stellen effectief vast dat er sprake is van een stijging van de gemiddelde kosten voor de bouw van woningen in het kader van de verschillende projecten waarbij wij als bouwheer optreden. De stijging bedraagt bijna 10 procent.


De prijsherzieningsformule bij overheidsopdrachten bevestigt deze stijging. Bovendien is het Fonds door de bij de lopende projecten betrokken ondernemingen gewaarschuwd voor tekorten aan verscheidene basismaterialen, die stijgingen tot 25% veroorzaken.


De ramingen van meer dan een jaar geleden moeten dus naar boven worden bijgesteld. Het zou niet verbazen indien de stijging zou oplopen tot 15%, gezien het tekort aan bouwmaterialen.

Voor het project "Klaverwijk” heeft het Fonds bijvoorbeeld een herzieningspercentage van 6% voorzien. Als de opwaartse trend zich in het begrotingsjaar 2022 voortzet en de werkzaamheden in de tweede helft van het jaar van start gaan, zullen onze prognoses ontoereikend blijken.

Hieronder vindt u het antwoord van de BGHM met betrekking tot dit onderwerp:

De BGHM heeft ook opgemerkt dat er sprake is van een aanzienlijke stijging van de bouwprijzen sinds maart 2020. Deze stijging werd vastgesteld tot na het bouwverlof (september 2020).


Het gemiddelde stijgingspercentage gedurende deze periode bedroeg ongeveer 27%. Deze verhoging heeft de BGHM ertoe aangezet de gepubliceerde opdrachten niet te gunnen en ze opnieuw uit te schrijven.

Tegen het einde van 2020 hebben de prijzen zich gestabiliseerd, maar is er nog steeds een stijging.

Ter informatie: de lijst van projecten die als overheidsopdracht voor werken werden gepubliceerd, is niet groot. De gemiddelden die daaruit voortkomen zijn dus niet van toepassing op veel verschillende soorten werken.

De kosten van de werken hoefden echter nooit naar boven te worden bijgesteld, omdat de initiële raming van de prijzen wordt gemaakt op basis van een haalbaarheidsstudie aan de hand waarvan de totale kosten van een project kunnen worden bepaald.

De definitieve financiering van een project wordt berekend op het moment van de voorlopige oplevering van het project, d.w.z. wanneer het onroerend goed wordt opgeleverd.

Met eventuele stijgingen of aanvullingen bij een project is dus al rekening gehouden.


De andere vastgoedoperatoren waarnaar u in uw vraag verwijst, vallen niet onder mijn bevoegdheid.