Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de tewerkstelling en steun aan de Brusselse cultuursector.

Indiener(s)
Lotte Stoops
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 727)

 
Datum ontvangst: 10/05/2021 Datum publicatie: 24/06/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 22/06/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
01/06/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Met deze schriftelijke vraag geef ik graag opvolging aan een actualiteitsvraag die ik u stelde over hetzelfde thema.

De Morgen en Bruzz schreven over de rondvraag van het Gents Kunstenoverleg die de armoede van cultuurwerkers met cijfers blootlegt. Deze bevestigen de vele schrijnende verhalen die mij door cultuurcollega’s ter ore komen.

Door de coronacrisis valt bijna een vijfde terug op een inkomen tussen de 500 en de 1.000 euro per maand. Een tiende haalt maandelijks geen 500 euro meer. Omdat veel artiesten sowieso al tegen de armoedegrens aan zaten, konden ze niet eens een spaarpot aanleggen. Ook Smart, een uitzendbureau voor artiesten, ziet een daling in het aantal contracten en noemt de situatie een catastrofe. 

Bij de verschillende maatregelen die er kwamen, zagen we dat de mazen van het net niet strak gespannen stonden. Een enorm gebrek aan accurate gegevens over de zeer complexe sector heeft niet geholpen. Het is dan ook zaaks om werk te maken van een globale becijfering. Over de grenzen van cultuur en werkgelegenheid heen. Zowel via gemeenschappen, gewesten en federaal.

Mijn vragen zijn de volgende:

· Welke cijfers heeft het Gewest over de financiële situatie van Brusselse kunstenaars en cultuurwerkers? Zijn hier bevragingen over geweest of andere manieren om de armoede en precariteit in de sector te becijferen?

· Beschikt het Gewest over cijfers over de verschillende vormen van contracten en statuten waar kunstenaars gebruik van maken? Hoeveel Brusselaars kunstenaars hebben een kunstenaarsstatuut, hoeveel werken er als zelfstandige, hoe groot is het percentage van structurele tewerkstelling, onder welke verschillende paritaire comités gaan welke kunstenaars schuil?

· Uit de bevraging van het Gents Kunstenoverleg bleek dat de meeste kunstenaars zelfs de weg naar steunmaatregelen niet gevonden hebben. Zijn er proactieve acties opgezet om op zoek te gaan naar deze individuele kunstenaars? Zonder deze info zal ook het federale plan 'working in the arts' geen afdoend antwoord kunnen bieden om de precaire statuten echt aan te pakken.

· Worden de cijfers die het Gewest heeft bij mekaar gelegd met gegevens van de VGC, of cijfers van diensten zoals Smart, Actiris, RVA en is hier al een overzicht van gemaakt?

· U sprak in antwoord op mijn actuavraag over dit onderwerp over een interfederale werkgroep opgericht door de interministeriële conferentie (IMC) voor Cultuur. Hier zou elk beleidsniveau zich ertoe verbonden hebben om een overzicht op te stellen van de rechtstreeks en onrechtstreekse systeem- en steunmaatregelen voor de betrokken doelgroep. U gaf aan dat u bezig was de gegevens te verzamelen. Kunt u hier inmiddels al meer over vertellen?

· Zijn er specifieke steunacties voorzien voor kunstenaars met onvoldoende pensioen doordat ze jaren in de sector geen rechten opbouwden en nu ook niet meer kunnen bijklussen?

· Zijn er specifieke acties voorzien om de doorstroom van de afgestudeerde jongeren die sinds meer dan een jaar zonder job of groeimogelijkheden zitten te faciliteren?

· Is er een kickstartsteun voorzien? Een pre-financieringsmodaliteit zowel voor gesubsidieerde als niet-gesubsidieerde organisaties, socio-culturele verenigingen en kunstenaars om alles weer op poten te krijgen?
 
 
Antwoord    Wat betreft de cijfers waarover het Gewest beschikt, kan ik u de door Actiris gekende gegevens bezorgen: in mei 2021 zijn er 7.004 niet werkende werkzoekenden (NWWZ) uit het beroepsdomein ‘kunst – cultuur-ambachten’ ingeschreven bij hun diensten. Het gaat om 8% van het totaal aantal Brusselse NWWZ’n (87.649 personen).
De volgende drie subdomeinen zijn daarin het grootst vertegenwoordigd:
- Beeld (theater, film), geluid (radio, TV): 2.944 NWWZ’n
- Kunst - Muziek, dans, zang: 1.049 NWWZ’n
- Grafische kunsten: 678 NWWZ’n
- Kunst - Tekenen (creatief) / Illustraties / Gravure: 668 NWWZ’n

Sinds maart 2020, het begin van de coronacrisis, is er een duidelijke stijging van het aantal ingeschreven werkzoekenden uit het beroepsdomein kunst-cultuur. In maart 2020 stijgt het aantal NWWZ’n uit dit beroepsdomein reeds met +6,6% ten opzichte van maart 2019. In april 2020 noteert Actiris een stijging op jaarbasis van +10,0% en in mei +11,7%.Dit terwijl de totale Brusselse werkloosheid in die maanden nog licht daalde (-0,8% in mei 2020). Zie infra, bijlage 1 voor een grafische voorstelling hiervan.


Meer gedetailleerde cijfers zijn terug te vinden op de interactieve website
https://viewstat.actiris.brussels/

De socio-culturele sector is een belangrijke sector in Brussel wat betreft tewerkstelling. Er zijn naar schatting en afgerond zo’n 16.100 arbeidsplaatsen in het Gewest in deze sector (december 2019) naar gegevens van de datawarehouse van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. Dit gaat om 4,8% van het totaal aantal arbeidsplaatsen in loondienst in het Hoofdstedelijk Gewest. Dit is een veel groter aandeel dan in de andere twee gewesten. Wat ook opvalt is dat er meer vrouwen in de socio-culturele sector werken dan mannen: zo’n 55% van de werknemers zijn vrouwen. Zie infra bijlage 2 en 3.

In de context van de COVID-crisis blijkt dat werknemers uit de socio-culturele sector ook vaker een beroep deden op tijdelijke werkloosheid dan werknemers in andere sectoren. Wanneer we kijken naar de activiteitensector ‘Kunst, amusement en recreatie’ zien we dat 2.163 van de 8.983 werknemers in Brussel beroep deden op tijdelijke werkloosheid in november 2020, oftewel 24,1%. Dit is significant hoger dan het gemiddelde voor België (9,1%). Dit heeft natuurlijk alles te maken met de maatregelen die werden genomen in het kader van de gezondheidscrisis.


Bijlage/Annexe 1


Tabel 1: Schatting van het aantal werknemers in de cultuur- en sociaal-culturele sector naar geslacht en woonplaats: situatie per 31 december 2019


Bijlage 3:

Aandeel werknemers dat in de culturele en sociaal-culturele sector werkt per woonplaats situatie op 31 december 2019


De partners van de Actiris-maatregel "Artiesten" (ILES, Mediarte) wijzen op de belangrijke rol die zij hebben gespeeld om vakmensen uit de culturele en creatieve sector gemakkelijker toegang te geven tot de steunmaatregelen. Deze vergemakkelijking neemt de vorm aan van informatie over bestaande maatregelen, een analyse van de ontvankelijkheid van het verzoek volgens het profiel van de verzoeker, of administratieve ondersteuning bij het indienen van het verzoek. Actiris speelde de rol van facilitator door ervoor te zorgen dat haar partners op dit niveau over de nodige informatie beschikken (in samenwerking met 1819).

Het Departement Partnerschappen van Actiris werkt sinds 2012 samen met verschillende operatoren die expertise hebben ontwikkeld in het begeleiden van werkzoekenden uit de artistieke/creatieve sector. Een nieuwe projectoproep die in 2018 werd gelanceerd, maakte het mogelijk om het budget voor de maatregel te verhogen en het aantal operatoren uit te breiden. De partners van ILES en Mediarte voeren informatie-, begeleidings- en netwerkacties uit voor werkzoekenden in Brussel. Sinds het begin van de crisis is het publiek gegroeid, met een aanzienlijk aantal jonge afgestudeerden. Bepaalde specifieke maatregelen, zoals de door Mediarte ontwikkelde mediastage, zijn specifiek gericht op deze doelgroep.
Met betrekking tot uw vragen over de werken in uitvoering op federaal niveau, kan ik u meedelen dat de zogenaamde participatieve werkgroepen die een verbetering van de regelgeving met betrekking tot de sociale bescherming van kunstenaars en met betrekking tot de werkloosheid beogen, nog steeds aan de gang zijn en aangestuurd worden door de ministers Dermagne en Vandenbroucke.
Momenteel is er ook een burgerparticipatieplatform https://www.workinginthearts.be/
waarop bijdragen van artistieke werkers worden verwacht vóór 30 juni 2021.

In het kader van de Interfederale Werkgroep onder leiding van minister Linard, bevestig ik dat elke entiteit verantwoordelijk is voor het verzamelen van directe en indirecte steunmaatregelen met betrekking tot artistieke tewerkstelling. Dit werk is bedoeld om de reflecties en analyses van mijn federale collega's over het statuut van kunstenaars te voeden.
Zoals ik u al vertelde, is dit werk rond de hervorming van het statuut van kunstenaars nog steeds aan de gang en verwacht de federale regering een resultaat voor eind 2021.