Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de beheerskosten van een gemiddelde woning binnen elke OVM.

Indiener(s)
Bertin Mampaka Mankamba
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 626)

 
Datum ontvangst: 27/05/2021 Datum publicatie: 19/07/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 02/07/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
08/06/2021 Ontvankelijk p.m.
01/07/2021 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    Het Brussels Gewest had vóór het “Caroloschandaal” de verdienste dat het in 2004 zijn Brusselse huisvestingscode had uitgevaardigd, maar dat belet ons niet om het beheer en de efficiëntie van onze sociale huisvesting te trachten te verbeteren. Ondanks de recente hervormingen lijkt het ons dat de beheerskosten voor een sociale woning in elke openbare vastgoedmaatschappij (OVM) sterk verschillen en soms zelfs het dubbele bedragen.

Daarover wens ik u de volgende vragen te stellen:

- Kunt u duidelijke en transparante uitleg geven over de bestanddelen van de beheerskosten voor een door een OVM beheerde woning (een studio, een appartement (1 tot 4 slaapkamers) en een huisje)? Wat zijn de belangrijkste kosten?

- Kunt u het verschil in kosten tussen de verschillende OVM’s verklaren, terwijl de fusies en de maatregelen met het oog op goed bestuur er juist toe strekken alle huurders gelijk te behandelen, teneinde discriminaties te voorkomen?

- Hoe denkt u die kosten te rationaliseren en te verduidelijken? Bent u van plan ratio's vast te stellen die gehaald moeten worden door de verschillende beheerders van de sociale woningen op het grondgebied van het Brussels Gewest?
 
 
Antwoord    In het kader van de opstelling van de beheersovereenkomst 2017-2022 van niveau 2 tussen de BGHM en elk van de OVM’s, werd een reeks indicatoren opgesteld die gemeenschappelijk zijn voor alle maatschappijen en die betrekking hebben op de verschillende beheersdomeinen (financiën, huurbeheer, werking, investering, onderhoud).

Er werd een specifieke indicator ingesteld voor de evolutie van de werkingslasten die verband houden met de administratieve en beheerskosten per woning.

Deze indicator wordt berekend op basis van de jaarrekeningen. Het is jammer genoeg niet mogelijk om op basis van de jaarrekeningen een uitsplitsing van deze indicator per categorie van woning te maken.

De indicator houdt rekening met volgende elementen:

- De algemene administratiekosten (rekening 610);
- Het verbruik ten laste van de OVM (rekeningen 61201 + 61211 + 61221 + 61231);
- De kosten voor materieel en machines (rekening 613);
- Verzekeringen - anderen dan voor het personeel (rekening 614);
- Kosten akten en geschillen (rekening 615);

- Diverse kosten (rekening 616);
- Uitzendkrachten (rekening 617);
- En de bezoldiging van bestuurders (rekening 618).

In bijlage 1 vindt u een tabel met de resultaten van de evolutie van de werkingskosten die verband houden met de administratieve en beheerskosten per woning, en dit voor elke OVM. Het sectorgemiddelde bedraagt 467,82 euro.


Zoals u in de tabel kan zien, zijn er grote verschillen tussen de maatschappijen. Deze verschillen worden vooral in de volgende rekeningen vastgesteld:


- Rekening 612 betreffende het verbruik van water, gas, elektriciteit en stookolie voor rekening van de OVM;

- Rekening 613 betreffende informaticamateriaal en software; Deze kosten zijn hoger bij de OVM’s die zwaar investeren in het beheer en de vernieuwing van hun computerapparatuur;

- Rekening 614 betreffende verzekeringen die geen betrekking hebben op het personeel, en meer bepaald brandverzekeringen voor verhuurde gebouwen: deze verschillen sterk van OVM tot OVM;
- Rekening 615 betreffende kosten van geschillen (erelonen van advocaten en deskundigen): deze verschillen sterk van OVM tot OVM;
- Rekeningen 618 betreffende het beroep op uitzendkrachten van sommige OVM’s. Dit heeft ook een invloed op de vastgestelde ongelijkheden.

Om dichter bij het sectorgemiddelde te komen, moeten bepaalde OVM’s hun kostenbeheer verbeteren. Dit wordt opgevolgd in het kader van de evaluatievergaderingen die zijn voorzien in de beheersovereenkomst 2017-2022.

Over het algemeen zijn dit de volgende vastgestelde verbeterpunten die betrekking hebben op de meeste OVM’s:

- Het beheer van huurachterstallen en de vermindering ervan zouden een aanzienlijke invloed kunnen hebben op de kosten in verband met geschillen;
- De modernisering van de computerapparatuur en de ontwikkeling van voor alle OVM’s gemeenschappelijke projecten (zoals de app Appinest) die de kostenverdeling mogelijk zouden maken;
- Het gezamenlijk uitschrijven van opdrachten binnen de sector zou ook een impact kunnen hebben op het kostenbeheer van de OVM’s, met name in het kader van verzekeringscontracten.

Bovendien voorziet de beheersovereenkomst (niv. 1) 2021-2025 in artikel 28 om “gestandaardiseerde kosten te bepalen om de prestaties van de sector te beoordelen”. Dit zal worden verwezenlijkt met de hulp van een externe consultant.