Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de vernieuwing van de gewestelijke mobiliteitscommissie

Indiener(s)
Marc Loewenstein
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 961)

 
Datum ontvangst: 02/06/2021 Datum publicatie: 28/09/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 16/09/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
06/07/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    In antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 624 betreffende de samenstelling en de vernieuwing van de gewestelijke mobiliteitscommissie (GMC) deelde u mij mee dat deze niet was vernieuwd tijdens de vorige zittingsperiode en dat de vernieuwingsprocedure was gestart door Brussel Mobiliteit. Het was met name de bedoeling de samenstelling van de GMC te herzien om er nieuwe instanties in op te nemen en het landschap van de mobiliteitsactoren in Brussel beter te vertegenwoordigen.

In dit verband heb ik in het Belgisch Staatsblad van 12 mei het regeringsbesluit van 29 april 2021 tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 19 oktober 2000 tot oprichting van de Gewestelijke Mobiliteitscommissie ontdekt.

Graag een antwoord op de volgende vragen:

1. Ik stel vast dat er niet naar het advies van de Raad van State wordt verwezen. Kunt u uitleggen wat de redenen hiervoor zijn?
2. Er wordt bepaald dat het besluit van 19 oktober 2000 snel moet worden gewijzigd. Het is al meer dan een legislatuur geleden dat de samenstelling van de GMC gewijzigd werd. Wat is de reden van deze plotselinge hoogdringendheid, ook al is deze update natuurlijk welkom?
3. Behalve de institutionele vertegenwoordigers (gewestelijke instellingen, plaatselijke besturen en openbare operatoren),
a. hoe is de selectie van de private operatoren (5 vertegenwoordigers) en de weggebruikers (16 vertegenwoordigers) verlopen?
B. werd een oproep tot kandidaatstelling uitgeschreven? Zo ja, in welke vorm?
c. is er een onderzoek gedaan naar de representativiteit van de verschillende leden?
d. wat waren de selectiecriteria voor de vertegenwoordigers van de private operatoren en de weggebruikers?
 
 
Antwoord    Het advies van de afdeling wetgeving van de Raad van State was inderdaad niet vereist voor het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 april 2021 tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 19 oktober 2000 tot oprichting van de Gewestelijke Mobiliteitscommissie.
Artikel 3 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State van 12 januari 1973 stelt immers het volgende:
“Buiten het met bijzondere redenen omklede geval van hoogdringendheid en de ontwerpen betreffende begrotingen, rekeningen, leningen, domeinverrichtingen en het legercontingent uitgezonderd, onderwerpen de Ministers, (de leden van de gemeenschaps- of gewestregeringen, de leden van het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de leden van het Verenigd College respectievelijk bedoeld in het derde en het vierde lid van artikel 60) van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, ieder wat hem betreft, aan het met redenen omkleed advies van de afdeling wetgeving de tekst van alle voorontwerpen van wet, decreet, ordonnantie of van ontwerpen van reglementaire besluiten.”
Naast de hoogdringendheid die het niet vragen van het advies van de Raad van State rechtvaardigt, wordt in het Vademecum adviesprocedure voor de afdeling wetgeving het volgende gepreciseerd: “De term “reglementair” heeft wat betreft de adviesverplichting voor de afdeling wetgeving echter een specifieke betekenis die minder ruim is dan de gebruikelijke definitie van materiële rechtsregels. (…) Zo worden bijvoorbeeld (onderdelen van) ontwerpbesluiten door de afdeling wetgeving niet als “reglementair” beschouwd als ze een adviesorgaan (zonder beslissingsbevoegdheid) oprichten zonder te voorzien in enige verplichting om dit te raadplegen.”
Dat is hier het geval.
Artikel 4 van het besluit van 19 oktober 2000 stelt dat: “
De mandaten van de leden van de Commissie worden vernieuwd op het einde van het jaar waarin de Brusselse Hoofdstedelijke Raad wordt herkozen”.
Het mandaat van de leden moest dus worden vernieuwd. Alvorens de nieuwe leden te benoemen, was het echter aangewezen de samenstelling van de Commissie te wijzigen om de vertegenwoordiging van de mobiliteitsactoren te verbeteren.
De selectieprocedure was dezelfde voor de vertegenwoordigers van de private operatoren en die van de gebruikers.
Er was geen oproep tot kandidaatstelling bij de wijziging van de samenstelling van de GMC. Het besluit van 19 oktober 2000 voorziet niet in deze procedure en voor zover wij weten maken de andere raden of commissies ook geen gebruik van een oproep tot kandidaatstelling wanneer ze hun samenstelling vernieuwen. Een uitzondering hierop is de Economische en Sociale Raad, waarvoor deze procedure uitdrukkelijk is opgenomen in artikel 3 van de ordonnantie van 8 september 1994 houdende oprichting van de ESR.
Bij de samenstelling wordt gestreefd naar een evenwichtige vertegenwoordiging van de vele actoren, waarbij ook het aantal leden wordt beperkt om de kwaliteit van de debatten te waarborgen.
Om de diversiteit van de actoren weer te geven, werden er voor de selectie vertegenwoordigers per verplaatsingscategorie of type gebruikers gekozen. Er werd rekening gehouden met hun link met de mobiliteit in Brussel en een evenwichtige vertegenwoordiging van de Nederlandstalige en Franstalige instellingen. De huidige leden werden op hun verzoek en op grond van hun actieve en constructieve medewerking aan de werkzaamheden van de Commissie herkozen.
Voor elke verplaatsingswijze, categorie exploitanten of gebruikers werden er leden gekozen om de diversiteit van de gebruikers te vertegenwoordigen.
Concreet geeft dit de volgende verdeling:
- Vertegenwoordigers van de voetgangers,
- Vertegenwoordigers van de fietsers,
- Vertegenwoordigers van de OV-gebruikers,
- Vertegenwoordigers van de autobestuurders,
- Vertegenwoordigers van de gedeelde mobiliteit,
- Vertegenwoordigers van de taxisector (een vertegenwoordiger voor de exploitanten en een vertegenwoordiger voor de gebruikers),
- Vertegenwoordigers van het zwaar vervoer (een vertegenwoordiger voor de autocars en een vertegenwoordiger voor het goederenvervoer),
- Vertegenwoordigers van de universele toegankelijkheid (CAWaB en Garance),
- Vertegenwoordigers van de inwoners (BRAL en IEB),
- Vertegenwoordigers van de gezinnen (Ligue des Familles en Gezinsbond).
Heroes for Zero is de enige vertegenwoordiger die uitsluitend actief is op het vlak van verkeersveiligheid, maar deze aangelegenheid wordt ook door alle andere leden behartigd.