Schriftelijke vraag betreffende de stand van zaken omtrent de actualisering van de reglementering rond branddetectoren.
- Indiener(s)
- Bianca Debaets
- aan
- Pascal Smet, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Stedenbouw en Erfgoed, Europese en Internationale Betrekkingen, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (Vragen nr 490)
| Datum ontvangst: 11/06/2021 | Datum publicatie: 21/09/2021 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 03/09/2021 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 07/07/2021 | Ontvankelijk | p.m. |
| Vraag | Enkele maanden terug mocht ik Dhr. Smet reeds schriftelijk ondervragen omtrent de actualisering van de reglementering wat betreft branddetectoren (cf. schriftelijke vraag nr. 313). Zoals u weet, hanteert het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hieromtrent minder strenge regels dan de andere Gewesten in ons land door enkel in huurwoningen verplicht de aanwezigheid van branddetectoren te voorzien. Nochtans wordt ook ons Gewest – helaas – regelmatig opgeschrikt door woningbranden, waarbij niet zelden dodelijke slachtoffers te betreuren vallen. In Brussel zou amper 65% van alle woningen uitgerust zijn met branddetectoren, terwijl dit voor de andere Gewesten rond de 75% ligt. In het meest recente antwoord hieromtrent liet Dhr. Smet dan ook weten dat de Brusselse Brandweer reeds had geadviseerd om onder meer de bestaande wetgeving uit te breiden naar alle woningen in het Gewest, en dat daaromtrent ook reeds een eerste gesprek had plaatsgevonden tussen zijn kabinet en dat van Mevr. Ben Hamou. Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel: - Kan u een stand van zaken geven wat betreft het gevolg dat werd gegeven aan het advies van de Brusselse Brandweer? Welke stappen werden er reeds ondernomen in de richting van een uitbreiding van de rookmelderplicht? - Kan u toelichten tot welke vaststellingen en conclusies het overleg tussen beide kabinetten reeds geleid heeft? Welk gevolg wordt hieraan gegeven? Werd dit onderwerp reeds besproken met de voltallige Brusselse Regering? Zo ja, welke positie heeft men besloten om aan te nemen in dit dossier? - Kan u in het bijzonder toelichten welke wetgevende stappen er al verder gezet werden in dit dossier of welke stappen hieromtrent in voorbereiding zijn? Welk tijdspad voorziet u voor de oplevering van deze teksten? |
| Antwoord | 1/ Er is een werkgroep opgericht, bestaande uit vertegenwoordigers van de DGHI en de DBDMH, om de regelgeving inzake brandpreventie in woningen aan te scherpen. Een voorontwerp van besluit is in voorbereiding. Zodra het ontwerp door de administratie is afgerond, zal het aan de betrokken kabinetten worden voorgelegd. 2/ De technische besprekingen die momenteel door de betrokken diensten, DGHI en DBDMH, worden gevoerd, zijn gericht op een algehele versterking van het bestaande systeem en een uitbreiding, zowel van het toepassingsgebied van de verordening als van het aantal plaatsen waar de plaatsing van rookmelders verplicht moet worden gesteld. Bijzondere aandacht werd besteed aan gebouwen met meerdere wooneenheden en vooral aan hoogbouw. Het resultaat van deze technische werkzaamheden zal vervolgens aan de regering worden voorgelegd. 3/ De beoogde wijziging is van regelgevende aard. Aangezien het ontwerpbesluit nog moet worden afgerond en aan de Regering moet worden voorgelegd, zal de voltooiing van het project nog enkele maanden in beslag nemen en zou het in de eerste helft van 2022 moeten worden gerealiseerd. |