Schriftelijke vraag betreffende de noodlijdende handelszaken van het centrum te 1000 Brussel
- Indiener(s)
- Emin Özkara
- aan
- Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 793)
Datum ontvangst: 20/09/2021 | Datum publicatie: 26/10/2021 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 21/22 | Datum antwoord: 15/10/2021 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
22/09/2021 | Ontvankelijk | p.m. |
Vraag | Zoals u weet, heeft deze nooit eerdere geziene COVID-19-crisis veel negatieve gevolgen voor onze gewestelijke en wijkeconomieën. Een van deze negatieve gevolgen is het gebrek aan toeristen en, als gevolg daarvan, het gebrek aan klanten, maar ook het gebrek aan arbeidskrachten in verschillende sectoren, met name in de horecasector. Zo stort voor onze ogen een heel deel van onze economie in, dat verbonden is met de toeristische sector en de horeca. We kunnen bijvoorbeeld de winkels in het stadscentrum noemen, zoals de souvenirwinkels, de wafel- en/of chocoladeverkopers, de snackbars en de cafés en bars die hun klanten op een hand kunnen tellen! Naar verluidt is er nog een ander gevolg van dit gebrek aan klanten. Sommige winkels zijn alleen in het weekend open, sommige cafés zijn failliet gegaan en sommige handelaars, hoewel zij nog steeds actief zijn, voldoen niet aan alle voorwaarden om door het Gewest te worden geholpen. Op 20 september 2021 wil ik u dan ook de volgende vraag stellen:
|
Antwoord | Er zijn geen nieuwe aanvullende maatregelen die op heden worden onderzocht om handelaars en zelfstandigen in staat te stellen zo snel mogelijk over de arbeidskrachten te beschikken en/of in dienst te nemen die nodig zijn voor een goede gang van zaken. |