Schriftelijke vraag betreffende de leegstand van handelspanden in het Brussels Gewest en de gevolgen ervan op de financiën van de OVM's.
- Indiener(s)
- Bertin Mampaka Mankamba
- aan
- Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 694)
Datum ontvangst: 03/09/2021 | Datum publicatie: 26/10/2021 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 26/10/2021 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
24/09/2021 | Ontvankelijk | p.m. |
Vraag | Wij weten allen dat de financiële situatie van de OVM's zorgwekkend is, zoals blijkt uit de toenemende ontwikkeling van de gewestelijke solidariteitstoelage, die volgens alle waarnemers van de sociale huisvestingssector nu reeds is en binnen enkele jaren onbetaalbaar zal zijn. Bijgevolg zijn er nevenactiviteiten die sommige OVM's in staat stellen hun financiële rekeningen in evenwicht te houden, zoals de verhuur van garages, de ontvangst van schotelantennes, reclame en, vooral, de verhuur van benedenverdiepingen en bepaalde bedrijfsruimten. Volgens een artikel in L'Echo blijkt dat na de Covid-19-crisis in bepaalde gemeenten ongeveer 20% van de handelsruimten leegstaat. - Kunt u ons vertellen hoe het staat met de bedrijfsruimten die door onze 16 OVM's in het Brusselse Gewest worden verhuurd? - Kunt u ons een raming geven van de financiële verliezen voor alle OVM's ten gevolge van de leegstand van de verhuurde handelspanden ten gevolge van het wegvallen van de commerciële activiteit? - Kunt u ons vertellen of er corrigerende maatregelen zijn genomen om de OVM's te ondersteunen met betrekking tot deze activiteit die niet tot hun kernactiviteiten behoort, teneinde hun financiën te ontlasten?
|
Antwoord | Ik herinner u eraan dat de OVM’s uitsluitend gebonden zijn aan hun beheersovereenkomst. Buiten deze overeenkomst treden zij op als autonome structuren. Het toezicht dat de BGHM uitoefent over de OVM’s is juridisch en budgettair van aard. Dan geef ik nu een antwoord op uw vragen: u moet weten dat de BGHM, naar aanleiding van een enquête die werd uitgevoerd bij de OVM’s, heeft aangegeven dat er sprake was van een antwoordpercentage van 81%, d.w.z. dat 13 OVM's van de 16 uw vragen hebben beantwoord. Uit dit onderzoek blijkt dat de gemiddelde bezettingsgraad per OVM 96% bedraagt. 9 van de 13 bevraagde OVM's hadden geen financiële verliezen. De overige vier OVM's hebben een verlies geleden van respectievelijk 5.000 euro, 9.388 euro (als gevolg van huurkortingen omwille van Covid) en 20.000 euro bij de laatste twee OVM's. Op sectorniveau gaat het om minimale verliezen. Het merendeel van de OVM's wordt niet getroffen door dit probleem, en de OVM's waarbij dit wel het geval is, lijden kleine verliezen ten opzichte van de activiteitsgraad van een OVM. De gemiddelde omzet van een OVM bedroeg in 2020 namelijk 13.446.000 euro. De 20.000 euro, het grootste verlies waarvan sprake was, komt dus overeen met hoogstens 0,15% van deze omzet. |