Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het achterlaten van dieren

Indiener(s)
Françoise Schepmans
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 806)

 
Datum ontvangst: 23/09/2021 Datum publicatie: 16/11/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 16/11/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
11/10/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag   

Terwijl de lockdown een gunstige periode lijkt te zijn geweest voor de adoptie van dieren, zou de versoepeling van de maatregelen er meer toe hebben geleid dat dieren werden achtergelaten. Bovendien is de zomer, zoals elk jaar, synoniem met het achterlaten van dieren.

Onlangs werd in de pers gemeld dat de asielen overvol zitten, wat de facto wijst op een stijging van het aantal achtergelaten dieren. Een bedroevende situatie.

Bijgevolg vraag ik mij af welke maatregelen werden genomen om dit verschijnsel, waarvan wij elk jaar getuige zijn, tegen te gaan:

? Welke bewustmakingsacties hebt u hieromtrent ondernomen?

? Beschikt u over het precieze cijfer van achtergelaten dieren voor de jaren 2020 en 2021? Beschikt u over het specifieke cijfer voor de zomermaanden?

? Welke maatregelen werden getroffen om de bestraffing in het kader van dierenwelzijn te verbeteren?

 
 
Antwoord    Hieronder vindt u, in volgorde, de antwoorden op uw vragen:

Vraag 1

In dit stadium werd nog geen specifieke sensibiliseringsactie ondernomen. Tijdens evenementen die Leefmilieu Brussel organiseert, wordt nog steeds de folder van de sensibiliseringscampagne “Een huisdier is een extra gezinslid” uitgedeeld.


Vraag 2

In 2020 werden 3.890 huisdieren achtergelaten, waarvan 1.160 tijdens de zomer (juli, augustus en september). De cijfers voor 2021 zijn nog niet beschikbaar.


Vraag 3

Het Inspectiewetboek werd in 2020 gewijzigd om in het kader van de bestraffing van overtredingen bepaalde mogelijkheden op te nemen of verder te verduidelijken:
- de toevoeging van de mogelijkheid om de tenuitvoerlegging van alternatieve administratieve geldboetes op te schorten (art. 45/1);

- de wijziging van de bepalingen inzake recidive (art. 33 en 52);

- de verduidelijking van het mechanisme voorzien in artikel 46 van het wetboek dat de leidend ambtenaar de mogelijkheid biedt om aan de beslissing een alternatieve administratieve geldboete uit te schrijven een bevel tot staking van de inbreuk te hechten, op straffe van een dwangsom.

Bovendien zal het werk dat momenteel verricht wordt om de wet van 1986 te hervormen, ons in staat stellen de balans op te maken van de maatregelen die verbeterd moeten worden.