Recent werd de beleidsnota ‘Relance en wetenschapsbeleid’ ingediend in de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers door de Staatssecretaris voor Relance en Strategische Investeringen, belast met Wetenschapsbeleid.

In deze beleidsnota wordt op pagina 30, onder de subtitel ‘Reorganisatie van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten’, een interessante opening gemaakt richting mogelijke samenwerkingen met het Brusselse kunstencentrum Kanal, met het oog op ‘komende openstelling voor het publiek’.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

• Werden er reeds contacten gelegd tussen het Brusselse en federale niveau op basis van de opening die in deze beleidsnota gecreëerd werd? Zo ja, kan u dit nader toelichten? Hebt u reeds zicht op de timing waarbinnen deze samenwerkingsakkoorden afgesloten zouden kunnen worden? Zo neen, hebt u besloten zelf contact op te nemen met het federale niveau om de mogelijkheden te kunnen bespreken?

• Hebt u reeds onderzocht op welke manier deze opening zich zou kunnen kristalliseren in concrete samenwerkingen? Hebt u reeds zicht op mogelijke uitleningen van bepaalde werken of collecties en welke overeenkomsten daarvoor nodig zullen zijn? Welke soort overeenkomst zou dit moeten zijn? Bevestigt u dat overeenkomst zal stipuleren dat deze kunstwerken slechts uitgeleend zullen worden en geen deel zullen vormen van de vaste collectie van Kanal? Zo ja, kan u dit nader toelichten?

• Kunt u meedelen of er voor andere projecten, zoals de plannen voor het Dynastiepaleis, overleg heeft plaatsgevonden en te zoeken naar samenwerkingsverbanden? Welke actoren uit het verenigingsleven worden hierbij betrokken?