Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de stand van de Brusselse economie

Indiener(s)
Khadija Zamouri
aan
Barbara Trachte, staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Economische Transitie en Wetenschappelijk Onderzoek (Vragen nr 495)

 
Datum ontvangst: 19/10/2021 Datum publicatie: 10/03/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 10/03/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
12/01/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag   

De voorbije weken krijgen we via de pers en via allerhande studies cijfers over de economische ontwikkeling in Brussel. Zeer uiteenlopende cijfers. Er zijn enerzijds de cijfers m.b.t. de tewerkstelling: Acerta, op basis van de tewerkstelling cijfers in de privésector, voor de periode januari tot augustus, concludeert dat er ten opzichte van twee jaar geleden een toename is van 1,7% van het aantal arbeidsplaatsen in België. Brussel zou echter achterblijven met 5,9% minder plaatsen dan voor Corona. Uiteraard gaat het bij het Acerta-onderzoek over een, weliswaar zeer uitgebreide, enquête bij werkgevers. Anderzijds kondigde Actiris dalende werkloosheidscijfers aan in Brussel.

Er zijn de cijfers m.b.t. de creatie, failliet en verhuis van bedrijven. Statbel gaf aan dat in 2020, 2824 bedrijven het gewest hebben verlaten om zich in Vlaanderen en Wallonië te vestigen. 1928 deden de omgekeerde beweging naar Brussel. Brussel blijft internationaal aan de top wat het opstarten van nieuwe bedrijven betreft. Anderzijds worden er extra veel faillissementen verwacht in Brussel eens alle corona steunmaatregelen hun effect verliezen.

Tot slot zijn er de cijfers van de Nationale Bank van België die aangeven dat de inkomsten uit de vennootschapsbelasting voor Brussel stijgen (op basis van de plaats van tewerkstelling, en dus niet enkel de zetel). Deze cijfers gaan tot 2020 en nemen Corona nog niet mee. Maar ze geven een duidelijk andere trend aan.

U stelde m.b.t de verhuis van ondernemingen naar de andere regio’s in de krant het volgende: “On a un vivier de nouvelles entreprises et de start-up à Bruxelles. Mais à un moment, ces boîtes grandissent et les entreprises se déplacent alors vers des zonings en Flandre et en Wallonie. Les autres régions profitent donc du dynamisme bruxellois. » Dit is een zeer terechte analyse die eens te meer aantoont dat we beter op de schaal van België of op zijn minst de Brussels Metropolitan Region naar economische ontwikkelingen kijken.

Hetzelfde geldt trouwens op het vlak van activering: heel wat Brusselaars die we via Actiris, Forem, VDAB, de OCMW’s, en gemeenten en vooral de vele private actoren activeren, verhuizen, eens een vaste job, naar de rand. In de statistieken verhogen we door ons activeringsbeleid de activeringsgraad in de twee andere regio’s, net als een stad als Antwerpen, ook met een lage activiteitsgraad, de statistieken in de rand rond Antwerpen opkrikt.

1. Heeft u echter cijfers die deze dynamiek in verhuis van bedrijven hard maken en heeft u ook gegevens over de reden van vertrek (het maakt een verschil indien het vertrek van een groeiende start-up gebeurt omwille van gebrek aan ruimte, de prijs van de gronden ofwel een te lange termijn voor een vergunning om in Brussel uit te breiden of de mobiliteitsproblemen of gebrek aan geschoolde arbeidskrachten)?

2. Heeft u ook cijfers over de bestemming van die bedrijven: is dat in de rand rond Brussel in Waals en Vlaams Brabant of verder weg in Vlaanderen en Wallonie?

3. De veelheid aan berichtgeving, de uiteenlopende cijfers, tonen ook de behoefte aan een goede foto, met voldoende nuances, van de Brusselse economie. En dit liefst in een breder beeld (uitgezoomde foto) waar we ook zicht hebben op de interactie meet Vlaams en Waals Brabant. Beschikt U, het gewest, over een dergelijke foto (die zowel economische indicatoren over nieuwe bedrijven, faillissementen, verhuis van bedrijven, als fiscale indicatoren over inkomsten uit vennootschapsbelasting en BTW, en ook tewerkstellingscijfers omvatten)?

 
 
Antwoord   

De cijfers waarover wij beschikken zijn afkomstig van Statbel, het BISA en de Nationale Bank van België. Op basis daarvan voert hub.brussels een maandelijks toezicht uit op de demografie van de ondernemingen en de faillissementen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

 

Zoals u hebt aangegeven, hadden op 31/12/2020 2.824 Brusselse ondernemingen het grondgebied verlaten om zich in het Vlaamse Gewest of het Waalse Gewest[1] te vestigen, terwijl 1.928 ondernemingen uit die gewesten zich in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest[2] hadden gevestigd.

 

Uit de gegevens van de voorbije jaren blijkt dat dat migratiesaldo systematisch negatief is: meer ondernemingen verlaten het Brusselse grondgebied om zich naar de andere Belgische gewesten te begeven dan er zich vanuit die gewesten ondernemingen naar het Brussels Hoofdstedelijk Gewest begeven. Het netto negatieve saldo bedroeg de laatste jaren ongeveer 650 à 900 ondernemingen.

 

Jaar

Emigraties

Immigraties

Saldo

2017

2.696

1.994

-702

2018

2.778

2.116

-662

2019

2.893

2.111

-782

2020

2.824

1.928

-896

Tabel 1. Evolutie van de bedrijfsmigratie van het BHG naar/van de twee andere Belgische gewesten, 2017-2020, Statbel - Jaarlijkse gegevens.

 

Terwijl het nettoaantal ondernemingen dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft verlaten de afgelopen jaren is toegenomen, is ook het aantal ondernemingen dat in Brussel actief is elk jaar toegenomen: eind 2020 telde het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 113.195 btw-plichtige ondernemingen met hun maatschappelijke zetel op dit grondgebied, dat wil zeggen 2.370 meer dan het jaar ervoor en 4.952 meer dan in 2018. Dat aantal zal in 2021 blijven toenemen, ook al is het groeipercentage van het aantal Brusselse ondernemingen de laatste jaren gedaald (1,9% in 2021 tegenover 2,0% in 2020 en 2,3% in 2019 tijdens de eerste 10 maanden van het jaar).

 

Voor gegevens over de migraties per gewest, bedrijfsgrootte en activiteitensector verwijs ik u naar Statbel.

 

Binnen het Brussels Gewest heeft de Raad voor Economische Coördinatie tot doel concrete oplossingen uit te wisselen voor de moeilijkheden die ondernemingen ondervinden om zich in Brussel te vestigen, er te blijven of er zich te ontwikkelen. Het verstrekken van nauwkeurige cijfers van de Raad voor Economische Coördinatie zou echter niet erg representatief zijn voor wat er op gewestelijk niveau gebeurt, omdat slechts een beperkt aantal dossiers in die Raad wordt besproken.

 

In het kader van de dossiers die in de Raad voor Economische Coördinatie aan de orde zijn gesteld, zijn de belangrijkste redenen om het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te verlaten niettemin de prijs en de schaarste van grond voor de ontwikkeling van economische activiteiten en de fiscale druk. Dat zijn kwalitatieve waarnemingen, die niet kunnen worden geëxtrapoleerd om tot algemeenheden te komen.

 

Hier volgen de cijfers waarover we beschikken met betrekking tot het vertrek van Brusselse ondernemingen naar Vlaanderen of Wallonië, voor 2019 en 2020. Deze gegevens zijn afkomstig van de Statbel-pagina ‘migratiesaldo’.

 

Voor 2019:

 

Naar Vlaanderen

Naar Wallonië

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

1833

1060

 

Voor 2020:

 

Naar Vlaanderen

Naar Wallonië

Brussels Hoofdstedelijk Gewest

1708

1116

 

De hiërarchie van de provincies is vergelijkbaar bij de analyse van de verplaatsing van ondernemingen uit de verschillende Belgische provincies naar het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Er verhuizen echter relatief minder ondernemingen van Vlaams-Brabant naar het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De provincies Antwerpen en Limburg daarentegen hebben een relatief groter aandeel van ondernemingen die naar Brussel verhuizen dan omgekeerd (9% van de immigraties naar Brussel tegenover 6% van de emigraties voor de provincie Antwerpen en 3% tegenover 1% voor de provincie Limburg).

 

Voor een meer globale visie heeft het Brussels Instituut voor Statistiek en Analyse in december 2021 een ‘Sociaaleconomisch overzicht’ gepubliceerd, waarin de economische, sociale en milieucontext van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt beschreven. Het BISA valt onder de bevoegdheden van mijn collega, de heer Gatz.

 

[1] Dit zijn de jaarlijkse gegevens van Statbel over bedrijfsmigraties. Deze gegevens hebben alleen betrekking op de migraties tussen de drie gewesten van België en omvatten niet de migraties van/naar het buitenland. Volgens de gegevens van Statbel bedroeg de emigratie naar het buitenland 63 eenheden in 2020 (71 in 2019), terwijl de immigratie 31 eenheden bedroeg in 2020 (19 in 2019). Bovendien zijn die jaarlijkse migraties nettomigraties gedurende een jaar. Indien een onderneming, na naar een ander gewest te zijn gemigreerd, haar adres weer wijzigt en terugkeert naar haar oorspronkelijke gewest, worden deze verschillende adreswijzigingen gedurende het jaar niet in aanmerking genomen bij de berekening van de migraties. Voor de berekening van de jaarlijkse migraties worden alleen de locaties aan het begin en het eind van het jaar in aanmerking genomen. Voor het jaar 2021 zullen de jaargegevens pas vanaf september 2022 beschikbaar zijn. Er moet worden opgemerkt dat de gegevens over de maandelijkse migraties hier niet worden voorgesteld, aangezien die niet alleen de migraties van/naar het buitenland omvatten, maar ook de migraties tussen sectoren (veranderingen van activiteit).

 

[2] Waarschuwing van Statbel bij deze gegevens: voor de uitsplitsing van de statistieken naar gewest werd het adres van de maatschappelijke zetel / woonplaats gebruikt. De economische activiteit vindt echter niet altijd plaats op het adres van de maatschappelijke zetel / woonplaats: bij de vergelijking van gewestelijke gegevens is dus omzichtigheid geboden. Bovendien kan een aantal schijnbare demografische bewegingen te wijten zijn aan de verbetering van adressen.