Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de stand van zaken omtrent de uitvoering van de zogeheten 0,7%-regel in het gewestelijke beleid inzake ontwikkelingssamenwerking

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Pascal Smet, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Stedenbouw en Erfgoed, Europese en Internationale Betrekkingen, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (Vragen nr 617)

 
Datum ontvangst: 30/03/2022 Datum publicatie: 16/05/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 16/05/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
12/04/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Enige tijd terug mocht ik u reeds ondervragen omtrent de stand van zaken wat betreft de uitvoering van de zogeheten 0,7%-regel en andere aspecten inzake het gewestelijk beleid rond ontwikkelingssamenwerking (cf. schriftelijke vraag nr. 258). In uw antwoord werd toen echter nog verschillende keren verwezen naar de negatieve impact van de coronacrisis, die bepaalde verdere evolutie s in dit dossier verhinderde.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

  • Kan u toelichten welk bedrag (in absolute cijfers) er in 2021 besteed werd aan ontwikkelingshulp vanuit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest als geheel en opgesplitst per bevoegdheidsdomein? Kan u ook een onderverdeling maken per regio en per soort samenwerking (gouvernementele of niet-gouvernementele samenwerking) waaraan deze middelen werden toegewijd? Welke evoluties kan u hieromtrent duiden in vergelijking met de voorgaande jaren? Op welke manier evalueert u de evolutie van deze cijfers?

  • Kan u een stand van zaken meegeven wat betreft de aangepaste berekeningsmethode van het BNI voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? Welke stappen werden daaromtrent reeds gezet sinds uw vorige antwoord? Met welke actoren is hieromtrent overlegd geweest of werden er best practices uitgewisseld? Welke stappen dienen er nog gezet te worden om tot een definitieve bepaling van het BNI te kunnen komen en welk tijdspad voorziet u hiertoe? Kan u in het bijzonder aangeven welk percentage van het BNI het Brussels Gewest besteedt aan dit beleidsdomein (in de brede zin van het woord)?

  • Kan u in het bijzonder bevestigen of er inmiddels een duidelijk stappenplan uitgewerkt is om richting de uitvoering van die 0,7%-norm toe te werken? Zo ja, kan u dit nader toelichten?

  • Kan u een stand van zaken geven wat betreft de versnelde samenwerking met de DGO? Welke vorderingen werden hieromtrent geboekt sinds uw recentste antwoord ter zake?

  • In het kader van humanitaire hulp: kan u een stand van zaken geven met betrekking tot de voorziene aparte begrotingsallocatie voor de verlening van noodhulp? Is deze al werkzaam of ingericht? In welke mate draagt deze bij tot de realisatie van de 0,7%-norm?

 

 
 
Antwoord    1. In 2021 werd een bedrag van € 1.543.835 aangerekend op opdracht 29, waarvan € 1.463.335 in programma 006 en het saldo op programma 004 van de door Brussels International beheerde begroting. Hoewel dat niet onder mijn bevoegdheden valt, kan ik u ook meedelen dat het Fonds voor internationale solidariteit van VIVAQUA in 2021 projecten voor betere toegang tot drinkbaar water en sanering heeft gefinancierd voor een totaalbedrag van € 359.593,29. Hieronder dus de bedragen die op de gewestelijke begroting van 2021 werden aangerekend - waar ik kennis van heb - en die bijdragen aan de uitvoering van projecten voor ontwikkelingssamenwerking.

Wat betreft de € 1.543.835 die door Brussels International aan ontwikkelingssteun werd toegekend, is dit de geografische verdeling: € 367.835 voor initiatieven op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, € 205.000 voor initiatieven in de stad Chennai, € 828.408 voor initiatieven in de stadsprovincie Kinshasa en € 142.592 voor initiatieven in de regio Rabat-Salé-Kénitra.

De verdeling per soort financiële steun is de volgende: € 199.201 voor de projectoproep Solidair Wereldburgerschap, € 450.000 voor de projectoproep Zuid, € 688.498 voor initiatieven zonder projectoproep, € 205.000 voor humanitaire hulp en € 1.136 voor werkingsuitgaven.

Het grootste deel van de begroting van Brussels International maakte het mogelijk om projecten uit de niet-gouvernementele samenwerking te financieren. In 2021 werd geen enkel initiatief in het kader van de rechtstreekse gouvernementele ontwikkeling gefinancierd.

De begroting van Brussels International voor de uitvoering van initiatieven voor de ontwikkelingssamenwerking is in 2021 gestegen van € 1.270.000 naar € 1.543.835.

2 en 3. Sinds uw vorige vraag over de berekeningsmethode van het BNI voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is de situatie gelijk gebleven: de prioriteit blijft om minstens een gelijke begroting te handhaven voor de ontwikkelingssamenwerking, in een erg moeilijke economische context. Zoals aangehaald is het budget in 2021 zelfs toegenomen.

4. De specifieke rapportage van de officiële ontwikkelingshulp volgens de OESO-normen en in het door Brussels International uitgevoerde Brusselse kader van het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid werd in juni 2021 aan het DGO overhandigd. De samenwerking met de DGO loopt overigens hoofdzakelijk via de uitwisseling van informatie en goede praktijken binnen het Brussels Gewestcomité voor Ontwikkelingssamenwerking.

5. Er werd een aan humanitaire hulp gewijde begrotingsallocatie aangemaakt. Die is momenteel nog niet gespijsd, hoewel de regering dikwijls humanitaire hulp verleent. Het gaat om BA 03.002.34.03.3300 “Werkingssubsidies voor privéverenigingen om projecten van humanitaire hulp te ondersteunen”. De humanitaire hulp wordt geboekt in de officiële ontwikkelingshulp, waarvan het doel is om naar 0,7% van het BNI te evolueren.