Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende bedrijfscontrole in de LVC-sector"

Indiener(s)
Ibrahim Dönmez
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 803)

 
Datum ontvangst: 27/03/2022 Datum publicatie: 16/05/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 16/05/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
20/04/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag   

Via een artikel in “La Capitale” van donderdag 10 maart 2022 vernemen we dat de pleisterordonnantie die de VVB in Brussel regelt, niet door alle VVB-bedrijven op dezelfde manier wordt nageleefd. Volgens een van deze bedrijven (Bolt) is er zelfs sprake van oneerlijke concurrentie, aangezien sommige bedrijven rijden met in Wallonië of Vlaanderen verstrekte vergunningen, en in auto's rijden die minder dan 30.000 euro waard zijn.

In het licht van deze informatie zou ik u de volgende vraag willen stellen:

  • Bestaat er een mechanisme om bedrijven te controleren die in Brussel actief zijn met een vergunning die in Wallonië of Vlaanderen werd afgegeven?

 

 

 

 

 

 
 
Antwoord    Mijn administratie controleert regelmatig de exploitanten van VVC- en taxidiensten met een vergunning in het Vlaams en Waals Gewest die actief zijn op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Deze exploitanten moeten zich strikt houden aan de rechtspraak van het Grondwettelijk Hof van 8 maart 2012 en het Hof van Beroep van Brussel van 23 november 2021.

Volgens deze rechtspraak zijn platformritten ook taxiritten. Dergelijke ritten mogen enkel worden gedispatcht aan exploitanten met een vergunning om een taxidienst te exploiteren. Uit artikel 3 van de ordonnantie van 27 april 1995 en uit voornoemde rechtspraak blijkt dat een door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest uitgereikte vergunning vereist is voor de exploitatie van taxidiensten waarvan het vertrekpunt voor de gebruiker zich op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevindt.

Dat weerhoudt een exploitant van taxidiensten met een vergunning in het Vlaams en Waals Gewest niet om zich, zonder Brusselse vergunning, op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te begeven om een klant af te zetten of op te pikken wanneer hij/zij wordt opgeroepen, op voorwaarde dat het voertuig zich nog niet op Brussels grondgebied bevindt.

Mijn administratie ziet erop toe dat deze bepalingen worden nageleefd. De politie heeft ook een opleiding gevolgd om deze controles uit te voeren.

De exploitanten van VVC-diensten die geen taxivergunning hebben en de exploitanten van taxidiensten met een in de andere gewesten uitgereikte vergunning die buiten de door voornoemde rechtspraak vastgelegde grenzen exploiteren, stellen zich bloot aan een mogelijke inbeslagname van hun voertuig en worden voor de politierechtbank gedaagd. De politierechtbank kan een minimumboete van € 4.000 opleggen.