Schriftelijke vraag betreffende de follow-up van de bestrijding van blauwalgen in het Brussels Gewest
- Indiener(s)
- David Weytsman
- aan
- Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 1112)
Datum ontvangst: 02/05/2022 | Datum publicatie: 07/07/2022 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 21/22 | Datum antwoord: 15/06/2022 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
16/05/2022 | Ontvankelijk | Uitgebreid Bureau van het Parlement |
Vraag | Op 15 september 2020 stelde ik u een vraag over de follow-up van de bestrijding van blauwalgen in het Brussels Gewest. In uw antwoorden vermeldde u dat Leefmilieu Brussel dagelijks sensibiliseringswerk verricht over de problematiek van de cyanobacteriële bloei en de gevaren ervan voor de gezondheid van mens en dier.
|
Antwoord | 1) Leefmilieu Brussel monitort om de drie jaar de biologische kwaliteit van de oppervlaktewaterlichamen. De meetpunten bevinden zich aan de ingang (Kanaal, Zenne) en uitgang (Kanaal, Zenne, Woluwe) van het Gewest. De cyanobacteriën (gewoonlijk ‘blauwalgen’ genoemd) worden in aanmerking genomen bij de berekening van de fytoplanktonindex tijdens die monitoring. Die index wordt berekend voor het kanaal en de vijvers, maar wordt niet relevant geacht voor de rivieren met een snellere stroming, zoals de Zenne of de Woluwe. Tijdens de monitoring van 2019 is het fytoplankton als ‘gemiddeld’ beoordeeld aan de ingang van het Gewest en als ‘goed’ aan de uitgang van het Gewest in het kanaal. Het fytoplankton is ook ‘goed’ in de gemonitorde vijvers (Mellaerts, Bosvoorde, lange vijver van het Woluwepark). Op die locaties en op het moment van monsterafname werd niets verontrustends aangetroffen. Die controles zijn echter uitgevoerd op 19 juni (kanaal), 26 en 27 juni en 29 en 30 juli (vijvers) en houden geen rekening met de cyanobacteriëncrises die zich dat jaar op andere data kunnen hebben voorgedaan en die zeer problematisch blijven in enkele vijvers en in het kanaal. 2) Aangezien er in 2021 geen hittegolf was, wordt ervan uitgegaan dat hier 2020 wordt bedoeld. Het valt niet te ontkennen dat de stijging van de watertemperatuur en de droogteperioden (met weinig afkoeling en verversing van het water) de werking van aquatische milieus wijzigen en de bloei van cyanobacteriën in de hand werken. Om de impact beter te bepalen en het fenomeen te begrijpen, is Leefmilieu Brussel partner van een wetenschappelijke studie die aan de ULB (N. Gypens - ecologie van aquatische systemen) wordt uitgevoerd en die tot doel heeft de dynamiek van cyanobacteriën in de Brusselse vijvers te modelleren. In 2021, na een nattere en koelere zomer, werden slechts weinig vijvers getroffen door blauwalgencrises. De enige aangetaste vijvers die werden gemeld, waren de Leybeekvijver en de Kleine Mellaertsvijver. 3) Er is een monitoringsprotocol voor cyanobacteriën opgesteld. Verschillende drempels (geïnspireerd door de WHO) leiden tot verschillende acties, zoals: - plaatsing van borden; - meting van het cyanobacterieel pigment met behulp van een sonde; - meting van de toxineconcentratie met behulp van een immuno-enzymatische techniek (ELISA) en vergelijking met de WHO-normen. Parallel daarmee zullen de Haven van Brussel en Hydria eind mei-begin juni 2022 een multiparametersonde voor het opvolgen van de waterkwaliteit installeren aan de Becokaai in het kanaal, om de cyanobacteriële pigmenten continu te meten. Die sonde moet bijdragen tot een grondigere monitoring van de cyanobacteriën in het kanaal. Het personeel wordt opgeleid in het gebruik van de verschillende instrumenten. 4) De Haven van Brussel en Leefmilieu Brussel hebben op 26 april 2022 224 m² begroeide vlotten te water gelaten in de Royal Yacht Club van Brussel. Tijdens de inhuldiging hebben schoolkinderen geholpen de vlotten te planten en zijn zij bewust gemaakt van de waterkwaliteit en de biodiversiteit. Het gedeelte boven water is begroeid met planten voor vochtige omgevingen die interessant zijn voor insecten, en hun wortels houden overtollige voedingsstoffen vast. Onder water bieden de Biohut®-kooien, die door Ecocéan zijn vervaardigd uit 100% recycleerbare en gerecycleerde materialen, een waardevolle schuilplaats aan de aquatische fauna, en ze vergroten ook de overlevingskansen van jonge vissen. Ze zullen hun ook bescherming bieden tegen roofdieren en een bron van voedsel aanleveren voor hun verdere ontwikkeling. De vlotten zullen ook ecologisch worden gemonitord. Natuurduikers zullen een jaar na de installatie ervan een beoordeling opstellen. De soorten die de structuren hebben gekoloniseerd, zullen worden geregistreerd. Als deze eerste testfase van een jaar succesvol blijkt, zou nog eens 440 m² kunnen worden geïnstalleerd. 5) Er waren bijna 70% meer bezoeken: 925 in 2020 en 1566 in 2021 (‘unieke paginaweergaven’). NB: Een gebruiker die herhaaldelijk naar een pagina terugkeert, genereert meerdere weergaven, maar slechts één unieke weergave. Die weergaven worden dus niet dubbel of meerdere keren geteld. |