Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het aantal juridische geschillen waarbij administraties die onder uw bevoegdheden vallen betrokken partij zijn

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 827)

 
Datum ontvangst: 17/03/2022 Datum publicatie: 07/07/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 28/06/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
25/05/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
28/06/2022 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    Zoals u weet, zijn ook de gewestelijke administraties en instellingen van openbaar nut niet immuun voor eventuele juridische geschillen. Regelmatig raken zij betrokken partij bij dergelijke geschillen, hetzij als aanklager, hetzij als aangeklaagde partij.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

  • Kan u duiden bij hoeveel juridische geschillen de administraties of instellingen van openbaar nut die onder uw bevoegdheden vallen betrokken partij waren in 2021? Kan u telkens de aard van het juridisch geschil vermelden? Kan u dit opsplitsen naargelang het feit of de administratie of ION in kwestie de aanklager was of aangeklaagd werd? Om hoeveel gerechtelijke dossiers ging het hierbij? Welk aandeel van deze geschillen (zowel relatief als absoluut) draaide uit in het voordeel van de overheidsdienst? Welk kostenplaatje is er verbonden aan deze juridische geschillen?

  • Kan u duiden in welk aandeel van de gevallen de administratie of ION in kwestie zich liet vertegenwoordigen door een externe partij? Kan u de succesratio van de aangestelde externe advocaten toelichten en vergelijken met de succesratio van de eigen advocaten waarover de administraties of ION’s konden beschikken?

  • Kan u duiden hoe alle bovenstaande cijfers zich verhouden tegenover de cijfers uit de voorgaande jaren? Welke evoluties kan u daaromtrent vaststellen? Hoe evalueert u het aantal juridische geschillen waarbij de administraties en ION’s onder uw bevoegdheden betrokken partij zijn en op welke manier voorziet u maatregelen die ervoor moeten zorgen dat het aantal juridische geschillen zo laag mogelijk gehouden wordt, bijvoorbeeld door in te zetten op minnelijke schikkingen en andere vormen van overleg?


 

Ik dank u alvast voor uw antwoorden.

 

 
Antwoord   

Sreen.brussels is tot nog toe niet betrokken geweest bij een geschil of gerechtelijke procedure.

 

In 2021 was visit.brussels bij twee geschillen betrokken. Het eerste betreft intellectuele eigendomsrechten waarin visit.brussels eisende partij is. Het tweede betreft het arbeidsrecht (cash for car), waarin visit.brussels optrad als verweerder en dat uitmondde in een minnelijke schikking. De kosten zijn de erelonen van de advocaat en eventueel de procedurekosten voor het geschil over de intellectuele eigendomsrechten. In het geschil over de cash for car zijn de kosten beperkt tot het ereloon van de advocaten.

 

Het aandeel vertegenwoordigd door een externe partij bedraagt 100%.  Er is nog geen uitspraak in het geschil over de intellectuele eigendomsrechten zodat er geen vergelijking mogelijk is gezien het kleine aantal geschillen.

 

Eind 2020 spande visit.brussels de enige rechtszaak in, die nog steeds loopt en waarin visit.brussels vertegenwoordigd wordt door een extern advocatenkantoor.

 

In 2020 behandelde visit.brussels intern drie « geschillen » over intellectuele eigendomsrechten. De drie zaken vonden een minnelijke schikking door tussenkomst van de interne juriste.

 

In 2020 deden zich twee geschillen voor inzake arbeidsrecht, waarvan de zaak cash for car. Deze zijn in der minne geschikt door een externa advocatenkantoor.

 

visit.brussels kende tot nog toe slechts weinig geschillen. In al zijn contracten neemt visit.brussels een minnelijke schikkingsbepaling op met de mogelijkheid tot arbitrage.

 

Voor BEW hebben we 9 gerechtelijke beroepen voor toeristische logies en 10 begeleidingen voor de gemeenten bij REA geschillendossiers. Voor meer uitleg over deze geschillen verwijzen we u naar de tabel in bijlage 1.

 

Voor BPV hebben we 1 beroep tot nietigverklaring bij de Raad van State tegen de beslissing van de Regering i.v.m. het BPBP 2021-2024.

 

Voor de Directie Facilities van de GOB, ik verwijs hiervoor naar de overzichtstabel met de bij de hoven en rechtbanken lopende geschillen op 31.12.2021 (in bijlage).

 

De persoonsgegevens die in deze tabel stonden, werden verwijderd overeenkomstig de AVG. X staat voor de plaats waar de anonimisering heeft plaatsgevonden.

Op 31.12.2021 had de directie Facilities 38 lopende dossiers bij de Belgische hoven en rechtbanken.

 

-          29 dossiers inzake fiscale geschillen waarin het Gewest de eiser is.

-          4 dossiers voor geschillen met betrekking tot het eigendomsrecht waarin het Gewest wordt gedagvaard.

-          4 dossiers inzake huurgeschillen, waarvan 3 met het Gewest als eiser en 1 dossier waarin het is gedagvaard.

-          1 dossier inzake strafrechtelijk geschil waarbij het Gewest wordt gedagvaard.

 

De uitspraken in de lopende dossiers van 2021 zijn tot op vandaag nog niet allemaal gekend waardoor het moeilijk is een nauwkeurige uitsplitsing te maken.

 

Wat betreft de gekende uitspraken:

-        Inzake huurgeschillen is in 3 van de 4 dossiers een uitspraak gedaan. Deze waren allemaal ten gunste van het Gewest.

-        Inzake eigendomsrecht: er zijn 2 uitspraken gedaan waarvan 1 ten gunste van het Gewest.

-        Inzake strafrecht: er is 1 uitspraak gedaan en het Gewest is niet strafrechtelijk maar slechts tot een kleine burgerlijke schadevergoeding veroordeeld.

 

In deze geschillen wordt de directie Facilities van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest systematisch vertegenwoordigd door advocaten aangezien het statuut van de personeelsleden van de directie Facilities niet toestaat dat ze het Gewest in rechte vertegenwoordigen (in tegenstelling tot de personeelsleden van het CAOG die wel in rechte mogen optreden.

Ter vergelijking, in 2020 waren er 25 dossiers lopende bij de directie Facilities.

 

Het zijn vooral de fiscale geschillen die aanzienlijk toegenomen zijn ingevolge de rechtspraak van 2018 van het Hof van Cassatie, dat het bestaan van het algemeen rechtsbeginsel bevestigt dat stelt:  "De openbare-domeingoederen van de Staat en zijn private-domeingoederen die bestemd zijn voor een openbare dienst of een dienst van openbaar nut, zijn, uit hun aard, niet aan belasting onderworpen.  Hieruit volgt dat, enerzijds, die goederen slechts aan belasting zijn onderworpen als een wettelijke bepaling daarin uitdrukkelijk voorziet (...)." 

 

Bijgevolg wordt het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vrijgesteld van de gemeentebelasting op bureauoppervlakten en parkeerplaatsen. Maar deze rechtspraak wordt niet automatisch toegepast door de belastende overheden, waardoor het gewest genoodzaakt is deze belastingen te betwisten voor de rechtbank.

 

Het aantal lopende geschillen is miniem in vergelijking met het grote aantal beheerde dossiers. De directie Facilities doet er alles aan om in elk dossier tot een minnelijke schikking te komen.

 

 

Elk geschillendossier doorgaat daartoe eerst een precontentieuze fase, waarbij een advocaat wordt aangesteld om over een minnelijke schikking te onderhandelen. Pas wanneer deze procedure faalt, komt het dossier in een contentieuze fase.

 

 

We wijzen er echter op dat de bevoegdheid van de ministers bij de schikkingen beperkt is tot wat het BBHR van 18 juli 2000 bepaalt

 

Wat Citydev betreft :

 

Citydev.brussels was in 2021 betrokken bij 10 geschillen (cfr. Bijlage 2):

 

Citydev.brussels werd in alle dossiers onder punt 1 vertegenwoordigd door een advocaat. Voor de erelonen van die advocaten verwijzen we naar de gegevens die gepubliceerd zijn op deze gewestelijke website: https://openbudgets.be.brussels/nl/home. Daar vindt u met name een overzicht van onze overheidsopdrachten voor juridische diensten in 20211.

Het aantal geschillen dat citydev.brussels behandelt, is van jaar tot jaar stabiel. Wanneer dat mogelijk en relevant is, probeert citydev.brussels een geschil altijd in der minne te regelen. Zo worden gerechtskosten vermeden. De instelling voldoet daarbij aan het wettigheidsbeginsel, aan het specialiteitsbeginsel, aan het gelijkheidsbeginsel en aan de verplichting om het algemeen belang na te streven. Daarbij verdient het vermelding dat citydev.brussels beschikt over een ombudsdienst. Die handelt veel klachten af voordat ze uitmonden in een geschil (in 2021 behandelde de ombudsvrouw 56 klachten).

 

De bovenstaande antwoorden moeten worden gezien in de context van het initiatief dat het Brussels Parlement nam om een ombudsdienst op te richten voor het volledige gewest (zie het gezamenlijke decreet en ordonnantie van 16 mei 2019 met betrekking tot de Brusselse ombudsman). De dienst zal wellicht het aantal klachten die leiden tot een rechtszaak kunnen beperken.

 

Wat Perspective.brussels betreft:

 

In de loop van 2021 was Perspective partij in acht geschillen voor rechtbanken van de rechterlijke orde en de Raad van State.

 

Deze geschillen betroffen vier vragen om schadevergoeding van minwaarden die het gevolg zijn van de wijziging van een plan, twee eisen tot nietigverklaring ingediend bij de Raad van State en een stakingsvordering inzake leefmilieu.

 

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest was daarbij hetzij verweerder, hetzij betrokken partij (voor de rechtbanken van de rechterlijke orde) en tegenpartij (bij dagvaardingen tot vernietiging bij de Raad van State).

 

 

In alle procedures wordt het Gewest vertegenwoordigd door advocaten. De bijstand van gespecialiseerde advocaten is verantwoord door de complexiteit van de geschillen en wat er financieel op het spel staat voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Voor de kostprijs van deze procedures wordt verwezen naar de transparantieverslagen die jaarlijks worden meegedeeld aan het Brussels Parlement en die beschikbaar zijn op de website van perspective.brussels. Deze verslagen voorzien in de lijst met overheidsopdrachten die jaarlijks worden uitgeschreven. Het betreft onder meer overheidsopdrachten voor de aanstelling van een advocatenkantoor met het oog op de opvolging van een geschil.

 

De procedures verlopen over meerdere dienstjaren. Het aantal is vrij stabiel van jaar tot jaar.

 

Voor het overige vindt u een overzicht van de lopende geschillen in 2021 in de bijgaande tabel 3.