Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de dode vissen in het kanaal na hevige regenval

Indiener(s)
Lotte Stoops
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 1124)

 
Datum ontvangst: 23/05/2022 Datum publicatie: 07/07/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 28/06/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
30/05/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Na de regen- en onweersbuien die volgden op een aantal zeer warme dagen in mei, meldden verschillende getuigenissen dat er honderden dode vissen in het kanaal dreven. De oorzaak is nog niet bekend. Volgens Leefmilieu Brussel is een mogelijke verklaring het gebrek aan zuurstof door de hevige regenval na de extreme temperaturen. Ook de Haven van Brussel, die bevoegd is voor het kanaal, gelooft dat een gebrek aan zuurstof een mogelijke oorzaak kan zijn.

Het fenomeen schijnt vaker voor te komen, maar deze aantallen zijn toch eerder ongezien en vormen dus reden tot ongerustheid.

Mijn vragen zijn de volgende: 

  • doet Leefmilieu Brussel tellingen als er meldingen zijn van dode vissen in het kanaal? 

  • worden er ook analyses gemaakt van trends van periodes waarin er meer of minder dode vissen zijn?

  • wat zijn andere mogelijke oorzaken buiten zuurstoftekort? Bijvoorbeeld het overstorten van de riolen in het kanaal?

  • welke maatregelen kunnen er genomen worden om dit soort massale vissensterfte te vermijden?

 
 
Antwoord    1)
Leefmilieu Brussel doet geen inventaris van dode vissen. De Haven van Brussel heeft de hoeveelheid dode vissen die uit het Kanaal wordt verwijderd geraamd. Voor de aflevering tussen 20/05 en 24/05 werd in totaal 2960 kg (7m³) verwijderd.
2)
Uit onze expertise blijkt dat deze vissterfte zich vooral in het voorjaar en de zomer voordoet (juli 2015, juli 2018, 2019, mei 2022) meestal in specifieke omstandigheden.

Deze omstandigheden zijn :
· Hoge watertemperaturen als gevolg van hogere luchttemperaturen;
· Vissen zijn in of net buiten het paaiseizoen;
· Organisch materiaal is in het water geloosd door overstorten van een riolering, de vertering hiervan verbruikt zuurstof;
· Een omvangrijke groei van algen op het wateroppervlak.

Door deze gebeurtenissen daalt de zuurstofconcentratie in het water en verstikken de vissen.
3)
In het algemeen kan vissterfte worden veroorzaakt door ziekte, toxines in het water, chemische of organische verontreiniging of milieu-omstandigheden die hen niet in staat stellen te overleven. Organische verontreiniging kan worden veroorzaakt door overstort van rioolwater, afspoeling, het voederen van watervogels. Chemische verontreiniging door illegale lozingen in het water of vanaf boten.

Uit de metingen van de opgeloste zuurstof tijdens de laatste milieucrisis van 20/05/2022 blijkt dat het vooral zuurstofgebrek verantwoordelijk was voor de vissterfte. Dit zuurstofgehalte daalde omdat :
· Verhoogde watertemperaturen de oplosbaarheid van zuurstof in het water verminderden
· De regen van 19/05/2022 hebben geleid tot overstorten van het rioleringsnet, waardoor organisch materiaal in het water van het Kanaal terechtkwam. De afbraak van dit organisch materiaal verbruikt zuurstof (bacteriële ademhaling).

Bovendien was de weerbaarheid van de vissen tegen deze zuurstofdaling verminderd ten gevolge van de paaiperiode.

Chemische verontreiniging is niet waargenomen, hoewel deze ook zuurstof zou kunnen verbruiken.
4)
Een kwaliteitssonde zal weldra geplaatst worden aan de Becokaai. Deze sonde maakt deel uit van een gezamenlijk monitoringsmeetnet waarbij zowel de Haven van Brussel, Hydria en Leefmilieu Brussel betrokken zijn. Deze eerste vaste kwaliteitssonde zal continu de opgeloste zuurstof meten. De analyse van deze gegevens zal het Gewest in staat stellen oplossingen uit te werken om deze zuurstofdalingen te voorkomen.

De beheermaatregelen die momenteel worden overwogen bestaan uit beluchting van het water en vermindering van de overstorten als voorzien in het toekomstige Waterbeheerplan 2022-2027.