Schriftelijke vraag betreffende de stand van zaken omtrent de steun voor de LGBTQI+-gemeenschap in ontwikkelingslanden en in het bijzonder in de partnerregio’s
- Indiener(s)
- Bianca Debaets
- aan
- Pascal Smet, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Stedenbouw en Erfgoed, Europese en Internationale Betrekkingen, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (Vragen nr 639)
Datum ontvangst: 16/05/2022 | Datum publicatie: 07/07/2022 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 21/22 | Datum antwoord: 17/06/2022 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
31/05/2022 | Ontvankelijk | Uitgebreid Bureau van het Parlement |
Vraag | Enige tijd terug mocht ik u reeds enkele keren ondervragen omtrent de steun voor de LGBTQI+-gemeenschap in ontwikkelingslanden en in het bijzonder in de partnerlanden (cf. schriftelijke vragen nr. 79 en nr. 284). Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:
|
Antwoord | In het kader van mijn bevoegdheden inzake internationale betrekkingen let ik bijzonder op mensenrechten. Ik heb me er overigens toe verbonden elk jaar aan het parlement een verslag te bezorgen over mijn missies in het buitenland en de mensenrechten. Tot nu toe zijn er al twee verslagen bezorgd aan het parlement: één over de periode van september 2021 tot augustus 2022 en een ander over de periode van september 2021 tot december 2022. De verslagen bieden een overzicht van de missies in het buitenland en van de manier waarop daarbij rekening gehouden wordt met het belang van de mensenrechten. De jaarverslagen die voorgesteld en besproken worden in de parlementaire commissie "Financiën" hebben als doelstellingen: - het parlement in te lichten over mijn programma aan missies in het buitenland en het de mogelijkheid te bieden opmerkingen te formuleren en vragen te stellen; - een eindbalans op te maken van de missies die het voorgaande jaar al hebben plaatsgevonden, rekening houdend met de opmerkingen die het parlement dat jaar formuleerde tijdens het debat erover. Ik verzoek u kennis te nemen van het meest recente verslag. U kunt er al bepaalde antwoorden op uw vragen in vinden, specifiek over de partners van de Brusselse ontwikkelingssamenwerking en de LGBTQI+-gemeenschap. Rekening houdend met het doel van inclusieve duurzame ontwikkeling en de inachtneming van de mensenrechten opgenomen in de kaderordonnantie inzake ontwikkelingssamenwerking beoogde het thema van de projectoproep Zuid 2021 en 2022 projecten te ondersteunen met een duurzame plaatselijke economische impact, die kansarme/gemarginaliseerde bevolkingsgroepen ten goede komen. Zoals tijdens de vorige editie kon de LGBTQI+-gemeenschap dus gesteund worden. Zo is tijdens de editie van 2021 het project "Leaving no one behind - Empowerment van de LGBTQI+-ondernemers en hun gemeenschappen in Kinshasa" geselecteerd. Dit project, met een looptijd van 16 maanden, ging van start op 1 november 2021 en kreeg een subsidie van 120.557 euro. Het wordt gedragen door 11.11.11. De uitvoering van het project werd toevertrouwd aan de Belgische vereniging Çavaria en aan de Congolese vereniging Si Jeunesse Savait. Het betreft een project voor de sociaaleconomische empowerment van de LGBTQI+-gemeenschap in Kinshasa. In een eerste fase zijn de noden en de opportuniteiten van de LGBTQI+-ondernemers en hun gemeenschap in Kinshasa in kaart gebracht. Vervolgens werd een fase opgezet ter versterking van de capaciteiten van de LGBTQI+-ondernemers en werd een oproep voor microprojecten gericht aan LGBTQI+-ondernemers. Anderzijds worden gemeenschapsstructuren gesensibiliseerd om te strijden tegen discriminatie van LGBTQI+-personen met als uitgangspunt het recht op gezondheid. Het EGALE-netwerk (netwerk van LGBTQI+-ondernemers) zal ook worden heropgestart. Het project beoogt met name: - de bestaande diensten en netwerken die de LGBTQI+-initiatieven kunnen ondersteunen in kaart te brengen, - de competenties van 30 LGBTQI+-ondernemers te versterken om hun winsten te vergroten, - elf kleine solidaire ondernemersinitiatieven te doen oprichten door LGBTQI+-ondernemers, - het EGALE-netwerk nieuw leven in te blazen. Tijdens de Brusselse gewestelijke missie in Congo in maart vorig jaar heeft in het kader van dit project een ontmoeting met Kinshasase LGBTQI+-activisten plaatsgevonden. Jammer genoeg heb ik niet kunnen deelnemen aan die missie, maar de minister-president, leden van mijn kabinet, vertegenwoordigers van Brussels International alsook een vertegenwoordiger van Çavaria en van het Rainbow House waren er voor deze ontmoeting. Zoals toegelicht in het antwoord op uw vraag nr. 79 pas ik een softpowerbeleid toe inzake het respect voor de LGBTQI+-gemeenschap, en breder gezien voor de bevordering van ieders mensenrechten, telkens als ik daartoe in staat ben tijdens mijn verschillende missies in het buitenland, met inbegrip van de missies inzake ontwikkelingssamenwerking, of dat nu met Belgische of plaatselijke vertegenwoordigers is. Ik blijf ook een luisterend oor bieden aan onze partners in het Zuiden en aan het Belgische en Brusselse middenveld bij de jaarlijks georganiseerde raadplegingen in overeenstemming met de kaderordonnantie inzake ontwikkelingssamenwerking. Tot nu toe hebben zij geen specifieke behoefte gemeld met betrekking tot dit thema. Tot slot nodig ik u uit voor het volgende parlementaire debat in de parlementaire commissie "Financiën", dat zal volgen op de voorstelling van mijn derde verslag over mijn missies in het buitenland en de mensenrechten, dat het jaar 2023 zal betreffen. |