Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de opslag van bouwmaterialen tussen de Van Praetlaan en de Vilvoordsesteenweg in Laken

Indiener(s)
Geoffroy Coomans de Brachène
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1300)

 
Datum ontvangst: 20/06/2022 Datum publicatie: 09/09/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 09/09/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
06/07/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag   

Sinds een aantal jaren heeft zich op de centrale berm tussen de Van Praetlaan en de Vilvoordsesteenweg, ter hoogte van de Brussels Royal Yacht Club (BRYC), een opslagplaats voor materialen gevormd. Nochtans wordt deze zone momenteel door het Gewest, maar ook door het richtschema voor het GGB 4, als groene zone aangemerkt.

Ik zou graag opheldering krijgen over de volgende elementen:

  1. Heeft de zone in kwestie een vergunning voor de opslag van zoveel materiaal?

  2. Waren er geen andere alternatieven, met name bepaalde nabijgelegen haventerreinen, die volledig verhard zijn?

  3. Wie is de eigenaar van deze zone? En wie is de eigenaar van het materiaal in kwestie?

  4. Hoelang zijn de materialen daar al opgeslagen? En voor hoelang is het nog gepland?

  5. Houdt deze opslagplaats verband met een bouwplaats in de omgeving?

  6. Staat deze situatie niet haaks op de herwaardering van de groene zones in het Brussels Gewest?

  7. Indien het om een inbreuk gaat, is er dan al een pv uitgeschreven? En wat zijn de gevolgen daarvan?

  8. Wie is, in voorkomend geval, verantwoordelijk voor het herstel van het terrein? En wat zouden de kosten daarvan zijn?

 
 
 
Antwoord    1. Voor de aanvankelijke bezetting van deze zone werd een vergunning afgeleverd door de wegbeheerder (Leefmilieu Brussel). 2. Aangezien het een bezetting betreft die tegemoetkomt aan een behoefte aan opslag voor de uitvoering van gewestelijke bouwplaatsen, werden terreinen van vergelijkbare omvang die buiten de scope van de gewestelijke wegbeheerder liggen niet in overweging genomen.
3. Het Brussels gewest is eigenaar van deze zone, die beheerd wordt door Brussel Mobiliteit en gebruikt wordt door de onderneming Colas Belgium nv. Het opgeslagen materiaal is deels eigendom van de onderneming en deels van het Brussels Gewest.
4. Deze zone wordt sinds ongeveer vijftien jaar gebruikt als opslagzone. De verdere bezetting zal worden geregeld zodra duidelijk is of de onderneming over de nodige vergunning van de wegbeheerder beschikt.

5. Het opgeslagen materiaal hoort niet bij een specifieke bouwplaats, maar bij alle wegenwerken die de onderneming uitvoert in het kader van de gewestelijke opdrachten waarvoor ze opdrachtnemer is.

6. Deze precaire bezetting sluit inderdaad niet aan bij de gewestelijke doelstellingen met betrekking tot de opwaardering van de openbare ruimten. Brussel Mobiliteit beschikt niet over veel opslagplaatsen voor het materiaal dat nodig is voor onderhoud en tijdelijke inrichtingen (jerseys, verschillende soorten straatstenen, stoepranden...). Alle nog bestaande zones worden in bedrijf gehouden. In het kader van de door Brussel Mobiliteit ingediende aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning voor de herinrichting van deze zone, zal deze opslagplaats definitief verdwijnen. Maar in afwachting daarvan wordt de zone nog steeds gebruikt. Het DGI bestudeert en zoekt momenteel naar terreinen die voor dergelijk gebruikt geschikt kunnen zijn.

7. Het beschikken van de onderneming over een geldige vergunning van de wegbeheerder valt onder de bevoegdheid van Leefmilieu Brussel; in ieder geval moet het PV worden opgesteld door Leefmilieu Brussel.

8. Het herstel in oorspronkelijke staat is ten laste van de onderneming die de zone gebruikt, in dit geval Colas Belgium nv.