Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de installatie van meetstations voor vliegtuiglawaai.

Indiener(s)
David Leisterh
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 1165)

 
Datum ontvangst: 02/05/2022 Datum publicatie: 05/08/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 26/07/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
08/07/2022 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag   
Om de naleving van het besluit inzake de bestrijding van de door het luchtverkeer voortgebrachte geluidshinder, het zogenaamde besluit "vliegtuiglawaai”, te controleren en de geluidshinder permanent te volgen, beschikt Leefmilieu Brussel over een netwerk van geluidsmeters.

Sommige wijken die intensief worden overvlogen, beschikken echter niet over een dergelijk netwerk. Dat gaat ten koste van vele Brusselaars die door het gebrek aan kwantitatieve gegevens over de geluidshinder de overlast moeilijk kunnen objectiveren en, in voorkomend geval, hun rechten om in een gezonde omgeving te leven moeilijk kunnen laten gelden.

De geluidsmeters dienen niet alleen om de naleving van de normen te controleren, maar ook om de geluidshinder voor elke Brusselaar in kaart te brengen en om over een maximum aan kwantitatieve gegevens te beschikken.

In dat verband had de gemeente Ganshoren tijdens de vorige zittingsperiode gevraagd dat er een geluidsmeter op haar grondgebied zou worden geplaatst. De aanvraag werd op 24 april 2019 goedgekeurd. Met de cel Geluidshinder van Leefmilieu Brussel werd overeengekomen om een geluidsmeter te plaatsen op het dak van de pastorie achter de Sint-Ceciliakerk. Sindsdien heeft de gemeente geen enkele informatie ontvangen over de verdere procedure voor de installatie van een geluidsmeter op die plek.

Het meerderheidsakkoord 2019-2024 voorziet in de uitbreiding van het netwerk van geluidsmeters om alle vliegroutes boven het gewestelijk grondgebied te dekken.

In dat verband wens ik u de volgende vragen te stellen:

  • Over hoeveel vaste en mobiele geluidsmeters beschikken we op dit ogenblik?

  • Hoeveel extra geluidsmeters heeft men beslist te installeren?

  • Welke locaties zijn aangewezen voor de plaatsing van de nieuwe geluidsmeters ?

  • Welke criteria worden gehanteerd om de locaties te bepalen?

  • Is er overleg met de lokale overheden gepland om de plaats van de nieuwe geluidsmeters te bepalen?

  • Wat is het tijdschema voor de uitrol van de nieuwe geluidsmeters ?

  • Hoe staat het meer bepaald met de installatie van een geluidsmeter in de gemeente Ganshoren? Hoever staat de procedure? Waarom werd er nooit gevolg gegeven aan de aanvraag van de gemeente?

 
 
Antwoord    Ik dank u voor uw vragen over deze kwestie van het overvliegen, die opnieuw in het nieuws is na de publicatie van de bijgewerkte effectenstudie die ons Gewest, via mij, in 2020 in rechte heeft geëist.

Wat het aantal geluidsmeters betreft, omvat het huidige netwerk 17 vaste en historische meetstations (waarvan het oudste in 1996 is geïnstalleerd), verspreid over het hele grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Die stations zijn gewijd aan verschillende geluidsbronnen. Er zijn namelijk 9 stations voor vliegtuiglawaai, 3 stations voor spoorweglawaai en 5 stations voor weglawaai of omgevingslawaai. Daarnaast beschikt Leefmilieu Brussel ook over mobiele meetstations die kunnen worden geïnstalleerd voor periodes van enkele weken tot meerdere jaren, hoofdzakelijk in wijken die te lijden hebben onder luchtverkeerslawaai.
Dat is allemaal geleidelijk gebeurd en het door Leefmilieu Brussel beheerde meetnetwerk telt nu 22 stations, waarvan er 14 zijn gewijd aan vliegtuiglawaai. Die stations bestrijken alle vliegroutes die een impact hebben op het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de drie zones die zijn vastgesteld in het besluit betreffende de bestrijding van geluidshinder voortgebracht door het luchtverkeer.
De vraag over
extra geluidsmeters heb ik al aan het begin van de legislatuur beantwoord: er zijn geen plannen om het meetnetwerk op korte termijn uit te breiden of te wijzigen. Daar zijn twee redenen voor. Enerzijds is het naar aanleiding van de verschillende milieustakingsvorderingen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest belangrijk om een stabiel netwerk te behouden om de maandelijks gemeten overschrijdingen te kunnen vergelijken met die van 2017 en om de dwangsommen waarin het vonnis voorziet te kunnen berekenen. Anderzijds is, zoals al vermeld, het huidige netwerk van meetstations ruimschoots voldoende (en soms zelfs overbodig) om te zorgen voor de opvolging van de blootstelling van de bevolking aan vliegtuiglawaai en de opvolging van het besluit betreffende de bestrijding van geluidshinder voortgebracht door het luchtverkeer volgens Leefmilieu Brussel.

De relevantie van het netwerk ten opzichte van de realiteit van de vluchten wordt regelmatig samen met Leefmilieu Brussel geëvalueerd, en als wijzigingen op basis van het advies van de deskundigen van Leefmilieu Brussel nodig of nuttig blijken, zullen hun voorstellen uiteraard worden gevolgd.

Wat de keuze van de locatie van een geluidsmeter betreft, heeft LB een lijst van criteria voor de installatie van een geluidsmeter die te lang zou zijn om hier in detail te bespreken, maar ik citeer bij wijze van voorbeeld: buitenstopcontact, vlakke ondergrond van minstens 4 m² vrij, geen verticale wand op minder dan 10 meter en op een maximale hoogte van 20 meter, beschermd tegen andere geluidsbronnen.
Maar zoals ik daarnet al zei, zijn er, rekening houdend met de verschillende nog lopende milieustakingsvorderingen, in overleg met onze juridische adviseurs en Leefmilieu Brussel, geen wijzigingen aangebracht aan het meetnetwerk om het te stabiliseren zodat de resultaten kunnen worden vergeleken met 2017 in het kader van de rechtszaken.