Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het waterbeheerplan

Indiener(s)
Sevket Temiz
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 1237)

 
Datum ontvangst: 26/09/2022 Datum publicatie: 22/11/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 21/11/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/10/2022 Ontvankelijk
 
Vraag   

De toename van de frequentie en de intensiteit van extreme weersomstandigheden zoals de hittegolven in de zomer van 2022 waarschuwt ons voor het verwoestende fenomeen van de opwarming van de aarde.

Ook in verband met deze klimaatverstoring hebben we te maken gehad met zware regenval die in juli 2021 helaas tot dodelijke overstromingen heeft geleid.

Naar aanleiding van een parlementaire vraag hebben wij vernomen dat het Waterbeheerplan 2022-2027 in 2023 gereed zal zijn.

Graag een antwoord op volgende vragen:

  • Welke maatregelen werden door het Waterbeheerplan 2016-2021 ingevoerd om droogte in de Brusselse groene zones te voorkomen?

  • Welke maatregelen hebben de operatoren en het Gewest genomen om de watervoorziening in ons gewest veilig te stellen?

  • Wat zijn de waterreserves in de aquifers en in de 26 waterwingebieden voor het Brusselse Gewest?

    • Zijn ze lager dan in voorgaande jaren?

    • Wat zijn de prognoses voor de aanvulling van het grondwater voor het jaar 2023?

 

 
 
Antwoord    1.
In het Waterbeheerplan voor de vorige periode, dat tussen 2014 en 2016 werd ontwikkeld, kwam de droogteproblematiek nog niet aan bod en waren geen maatregelen opgenomen om zich te wapenen tegen de risico’s.
Pas door de extreme hitte en droogte die we in het voorjaar en de zomer van 2016 tot op heden (met uitzondering van 2021) hebben meegemaakt, zijn we ons echt bewust geworden van de risico’s voor de gezondheid en het waterbeheer.

Als reactie op de veranderde neerslagpatronen van de afgelopen jaren is het beheer van de Brusselse groene ruimten geëvolueerd, zonder dat die evolutie noodzakelijkerwijs gebaseerd is op een richtplan. Aanpassingen doen zich voor bij de keuze van sierplanten, met een voorkeur voor vaste en resistente soorten, boomsoorten voor nieuw aan te planten bomen, en het gebruik van regenwater en druppelirrigatie voor besproeiingen die onvermijdelijk zouden zijn (beschermde parken, moestuinen, enz.). Het aantal en de hoogte van de maaibeurt(en) is ook een (kleine) hefboom voor het behoud van de grasperken. Sommige delen zouden laat kunnen worden gemaaid om het vasthouden van water en de biodiversiteit te verbeteren.
Die evolutie komt tot uiting in een maatregel (M 5.21) van het volgende Waterbeheerplan en de afdeling Groene Ruimten van Leefmilieu Brussel probeert het rekening houden met neerslag (soms te weinig, soms te hevig) in haar huidige en toekomstige ontwikkelingen te systematiseren. Bijvoorbeeld door regenwater van gebouwen op te vangen, beplante wadi’s aan te leggen, de paden aan te passen voor infiltratie op het terrein ...

Het volgende Waterbeheerplan is momenteel in ontwikkeling. Een openbaar onderzoek van 6 maanden begint op 1 november en eindigt op 30 april 2023, gevolgd door een definitieve goedkeuring en een rapportering aan de Europese Commissie midden 2023.
2.
De drinkwatervoorziening in ons Gewest wordt verzorgd door de operator VIVAQUA. Om die voorziening te allen tijde te garanderen, beschikt de wateroperator over een zeer gediversifieerd productieapparaat dat bestaat uit 26 waterwinningszones, waarvan het grootste deel zich in Wallonië bevindt. VIVAQUA onttrekt zowel oppervlaktewater (station in Tailfer om het water van de Maas drinkbaar te maken) als grondwater.
Het Gewest kan zich baseren op een algemene evaluatie op korte en middellange termijn – het Water Quantity Plan – van de operator VIVAQUA (nu aangevuld met een evaluatie op lange termijn), die een beeld geeft van het vermogen van de operator om zelfs in extreme droogtescenario’s aan de vraag te voldoen.
In deze uitzonderlijk droge zomer konden we rekenen op perfect aangevulde grondwaterlagen aan het einde van de winter van 2022. In dat verband hoefden dus geen specifieke maatregelen te worden genomen.
Anderzijds is 30% tot 40% van het jaarlijks door VIVAQUA geproduceerde volume afkomstig van het Tailfer-station – en dus van de Maas. Het debiet van die rivier is deze zomer echter sterk gedaald (met een bijzonder lage waterstand tussen 31 augustus en 6 september), waardoor VIVAQUA zich genoodzaakt zag de onttrekkingen te beperken tot 90.000 m³ per dag. Die historisch zeldzame gebeurtenis deed zich voor in 2020 en dus in 2022, wat aantoont dat deze extreme weersomstandigheden sneller terugkomen.
Die gebeurtenis heeft de watervoorziening in het BHG echter niet in gevaar gebracht, dankzij de uitstekende productie van de grondwaterwinningen, de activering van een van de drie waterwinningsreserves en het lagere verbruik van de Brusselaars in vergelijking met de gemiddelden die doorgaans in de zomer en begin september worden waargenomen (en dat ondanks de hoge temperaturen).
Voor meer informatie over dit onderwerp verwijs ik u naar het antwoord op de schriftelijke parlementaire vraag nr. 1198 van uw collega de heer Özkara.
3.
Zoals hierboven vermeld, hadden de door VIVAQUA geëxploiteerde waterlagen in Wallonië uitstekende reserves aan het eind van de winter van 2022 (na een uitzonderlijk natte zomer).
Momenteel blijft het niveau van de Waalse grondwaterlagen die door VIVAQUA worden geëxploiteerd in het bovenste gemiddelde van de afgelopen jaren. Ze profiteren nog steeds van de regenval van de vorige zomer en winter.
De Brusselse grondwaterlichamen behouden de waarden van 2021, die historisch laag waren voor de ondiepe waterlagen, met name die van het Brusseliaanzand onder het Zoniënwoud, die wordt geëxploiteerd door VIVAQUA.
Voorlopig is het niet mogelijk om de aanvulling van de grondwaterlagen te voorspellen, maar het is duidelijk dat we de neerslag tijdens de komende winter, de gunstigste periode voor de aanvulling van het grondwater, nauwlettend in het oog zullen houden.