Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de acties inzake duurzame vergroening van dichtbevolkte wijken.

Indiener(s)
Khadija Zamouri
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 1289)

 
Datum ontvangst: 22/09/2022 Datum publicatie: 02/02/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 19/01/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/12/2022 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Meer bomen in je buurt zorgt voor minder medicatie. Dat werd recent wetenschappelijk bewezen door onderzoek van de KU Leuven, zelfs als men corrigeert voor de sociaaleconomische indicatoren van een wijk. Gezien deze simpele formule van “meer natuur = minder zieken”, is het een logisch gevolg om sterk in te zetten op meer groen. Deskundigen maken hierbij wel de kanttekening dat niet al het groen even goed is. Er is meer effect van enkele bomen met grote kruin, bv. op een klein plein, dan een groot aantal kleine bomen langs een straat. Kwaliteit over kwantiteit dus. Mijn vraag houdt zo verband met leefmilieu, maar ook met gezondheid.

We zien ook op kaarten van hitte-eilanden, dat het veelal onvoldoende is om één boom naast de weg te zetten om écht verkoeling te bereiken. Stadsparken daarentegen zorgen er wél voor dat de warmere zone effectief doorbroken wordt. De Brusselaar trekt massaal naar de parken om te ontspannen en verkoeling te zoeken. Met de steeds warmere zomers in ’t verschiet, dient duurzame vergroening dan alvast een duaal doel.

Stadsparken zijn bovendien elementair in het bestrijden van de stadsvlucht. Parken zorgen voor een betere balans en bieden een ideale plek om als stad samen te komen en elkaar te ontmoeten. Tegelijkertijd lezen we in Bruzz dat de stadsparken te lijden hebben onder het multifunctioneel gebruik van de parken. De bodemdichtheid van de parken verhoogt door intensief gebruik, tot op het punt dat de bomen geen water meer uit de bodem kunnen halen.

Het Jubelpark is een duidelijk voorbeeld. Het is een van de grootste parken in Brussel en wordt intensief gebruikt door de buurtbewoners. Zelfs Brusselaars van verder weg maken de trip naar het Jubelpark om er in de zon te liggen, met de frisbee te spelen of te wandelen. Ook de impact van massa-evenementen wordt aangehaald, zij maken dankbaar gebruik van de groene ruimte. De drukke passage van voetgangers, fietsers, voertuigen en zelfs van onze trouwe viervoeters heeft impact op de levensvatbaarheid van de natuur in onze parken.

Het kan niet de bedoeling zijn om Brusselaars permanent van het gras af te houden, parken af te sluiten of om honden integraal vast te leggen. Zoals professor Konijnendijk getuigt in de VRT reportage: “Je moet bomen kunnen zien, ervaren en er rond spelen.”

Andere oplossingen zijn misschien wel haalbaar, zoals het creëren van aparte kwalitatieve openbare ruimte voor evenementen en veel minder wagens meer over de stadsparken. Het is onze taak om zowel de parken te beschermen als de burgers een ruimte voor vrije tijd te bieden.

Brussel kreunt onder haar bevolkingsdichtheid. Er is momenteel te weinig groen in Brussel in dichtbevolkte wijken. Gelet op de voordelen voor je gezondheid, sociale leven en om even te ontsnappen, moeten we hierin investeren. Daarbij spreken we niet van het plaatsen van plantenbakken in een straat. Kan u na drie jaar in deze regering aangeven waar er geïnvesteerd is in duurzaam groen om de levenskwaliteit en gezondheid van de Brusselaar te verhogen?

Daarbij hoor ik graag van u:

  1. In welke mate heeft u ingezet op wijken met meer zieken door voor meer parken of vergroening te zorgen?

  2. Welke duurzame vergroening of verblauwing heeft u al uitgevoerd en wat zal u nog uitvoeren in hitte-eilanden, dichtbevolkte wijken en wijken met een sociaal lagere klasse om hun gezondheid te verbeteren? Gaat u, zoals in het onderzoek aangewezen, die bomen met grote kruinen daar zetten, om de medicatienood te verminderen? Is daar een plan voor, is dat al uitgevoerd?

  3. Ik maak me zorgen over de levensvatbaarheid van de flora in de Brusselse stadsparken. Wat gaat u doen om de verharding van Brusselse (gewest)parken aan te pakken?

  4. Heeft u een overkoepelend plan om de langdurige leefbaarheid van de parken te garanderen? Welke oplossingen genieten momenteel de voorkeur? Wordt er hierover gesensibiliseerd bij of gecoördineerd met de verschillende overheden en organisatoren?

 
 
Antwoord    De aanwezigheid van natuur in bepaalde wijken gaat inderdaad vaak gepaard met een hogere levenskwaliteit dan in andere, dichter bevolkte en kansarmere wijken.

Het verband tussen leefomgeving, levenskwaliteit en sociaaleconomische status is complex en multifactorieel.

De meer welgestelde bevolking woont inderdaad in groenere wijken, maar ze heeft ook toegang tot diensten en goederen die een
rechtstreekse invloed hebben op de gezondheid.

De vergroening en renaturatie van het Gewest zijn dus essentieel voor de levenskwaliteit van alle Brusselaars en ze vormen een nuttige
aanvulling op het klassieke welzijns- en gezondheidsbeleid. Dat verduidelijkt zijnde, moeten de vergroeningsacties uiteraard prioritair worden opgevoerd in de dichtbevolkte wijken. Die bevinden zich namelijk vaak in gebieden waar weinig publiek toegankelijke groene ruimten zijn, die in hoge mate blootgesteld zijn aan het stedelijke hitte-eilandeffect en een lagere luchtkwaliteit.

Ik moet u er echter aan herinneren dat ik niet bevoegd ben voor Ruimtelijke Ordening of Stedenbouw en dat de bevoegdheden van Leefmilieu Brussel om parken te
creëren of projecten te vergroenen dus de facto afhankelijk zijn van andere beleids- en strategische instrumenten, zoals de stadsvernieuwingscontracten, de As- en Huizenblokcontracten enzovoort.

Samen met Leefmilieu Brussel werken we aan een reeks instrumenten die nuttig zijn voor de sectoren ruimtelijke ordening en stedenbouw. Voorbeelden zijn de biologische waarderingskaart, de vegetatiekaart en de bomenkaart, de kaart van hitte- en koelte-eilanden, de
overstromingsgevaarkaart, de kaart over het vochtgehalte van de bodems, enzovoort.

Die gegevens zijn bijvoorbeeld gebruikt om prioritaire gebieden te bepalen voor de projectoproep ‘Operatie Re-creatie’, die ik in 2021 gelanceerd heb. Die zal het heel concreet mogelijk maken om 19 schoolspeelplaatsen te vergroenen en om de natuur dichter bij de kinderen te brengen in wijken waar zij vaak geen toegang hebben tot een eigen tuin en soms zelfs niet tot een kwalitatieve groene ruimte.

Ik ben ook verantwoordelijk voor het emblematische project ‘Max aan de Zenne’, de herinrichting van het Maximiliaanpark met de openlegging van de Zenne, waardoor de ruimte voor de inwoners vergroot en verbeterd wordt.

In het kader van de hervorming van de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening, onder leiding van mijn collega Pascal Smet, heb ik de integratie en het gebruik verdedigd van de versterkte biotoopoppervlaktefactor, waarmee de bijdrage van projecten aan de lokale biodiversiteit systematisch geëvalueerd kan worden, wat een aanzienlijke vooruitgang is op het gebied van de voorafgaande evaluatie van stedenbouwkundige projecten.

Eigenlijk wordt de vergroening ten gunste van de gezondheid van de inwoners de facto uitgevoerd via het Natuurplan, het Waterbeheerplan, het Lucht-, Klimaat- en Energieplan en de andere
milieubeleidsmaatregelen die altijd in het belang van de Brusselaars en hun leefomgeving uitgewerkt worden.

U maakt zich ook zorgen over de levensvatbaarheid van de Brusselse parken die door Leefmilieu Brussel beheerd worden.

Allereerst vormen de parken de kern van het werk van de administratie, dat uitgevoerd wordt door sectorbeheerders, landschapsarchitecten, ecologen, fytosanitaire experten, professionele tuiniers, parkwachters, enzovoort.

U moet ook weten dat de fytosanitaire toestand van de bomen in de parken continu opgevolgd wordt.
Voor meer informatie daarover verwijs ik u naar de vele (met name schriftelijke) parlementaire vragen over dit onderwerp.

In een context van aanpassing aan de uitdagingen op vlak van klimaat, demografie en behoud van hulpbronnen, en omwille van het behoud en de verrijking van de biodiversiteit en de verfraaiing van de parken, diversifieert Leefmilieu Brussel de planten die het kiest voor de groene ruimten die het beheert.


Bij de herinrichting van bestaande parken of de aanleg van nieuwe parken besteedt Leefmilieu Brussel veel aandacht aan het geïntegreerd regenwaterbeheer en de aanleg van wadi’s om de veerkracht van de parken te vergroten.


Kortom, het onderwerp is breed door de administratie behandeld en voor verdere informatie nodig ik u uit om kennis te nemen van de verschillende mondelinge en schriftelijke vragen die over hetzelfde onderwerp gaan en die al in deze commissie behandeld zijn.