Schriftelijke vraag betreffende de kredieten op de begroting 2023 voor de eerste 10 mazen
- Indiener(s)
- David Weytsman
- aan
- Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1464)
| Datum ontvangst: 09/12/2022 | Datum publicatie: 02/02/2023 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 22/23 | Datum antwoord: 23/01/2023 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 20/12/2022 | Ontvankelijk | |||
| 23/01/2023 | Bijlage aan het antwoord | p.m. | Bijlage |
| Vraag | Tenzij ik me vergis, omvat begrotingsallocatie 17.001.08.07.1211 (uitgaven verbonden aan het strategisch beleid inzake mobiliteit en daaraan verbonden acties (betaald aan andere sectoren dan de overheidssector)) kredieten voor de uitvoering van de mazen waarin het Good Move-plan voorziet. Ik had graag meer inzicht gekregen in de begrotingsmiddelen die in 2023 worden uitgetrokken om dat doel te bereiken. Mijn vragen zijn daarom als volgt:
|
| Antwoord | Het budget bestemd voor de LMC’s dat in 2023 wordt uitgetrokken voor de inrichting van de autoluwe wijken wordt als volgt uitgesplitst: BA 17.001.08.07.1211: · 750.000 euro voor de mobiliteitsstudies met betrekking tot de wijken van de derde reeks (te selecteren via de net gelanceerde oproep) om de diagnostiek en het actieprogramma te kunnen realiseren · 1.000.000 euro voor een opdracht voor bijstand bij het bouwheerschap van Brussel Mobiliteit, voor technische ondersteuning en op vraag (simulaties, gegevensverzameling en evaluatie, uitwerking van plannen, …) BA 17.002.27.01.4322: 1.300.000 euro voor werkingssubsidies (personeel, communicatie, participatie) aan de gemeenten. BA 19.002.28.01.6321: 5.700.000 euro voor investeringssubsidies (infrastructuur) aan de gemeenten. Het bijkomende budget van één miljoen euro is bedoeld om de begeleidingsmogelijkheden die Brussel Mobiliteit aan de gemeenten kan bieden uit te breiden. Dit zal niet alleen gebruikt worden voor een verhoging van het participatiebudget. De bedoeling is met name om: · het luik participatie te bevestigen en te versterken tijdens de diagnosefase en de fase waarin de voorstellen worden uitgewerkt, ook in functie van de ambitie van de gemeente; · het budget voor de informatieverstrekking en raadpleging sterk op te schroeven wanneer een actieprogramma beslist is, maar voordat het wordt uitgevoerd, zodat mensen aan het idee kunnen wennen maar aanpassingen nog mogelijk zijn. Deze fase is vooral gericht op de inwoners, maar ook op bepaalde sleutelactoren binnen de perimeters van de LMC’s, in het bijzonder ondernemers; · participatieve acties voor te stellen tijdens de uitvoeringsfasen om de mensen aan te moedigen zich de openbare ruimte en de nieuwe gebruiksmogelijkheden ervan toe de eigenen. Ook andere luiken zullen met dit budget gefinancierd worden, zoals het verrichten van evaluaties. Bij het participatieproces worden omwonenden en andere lokale actoren (verenigingen, scholen, winkels, sportcentra, cultuurhuizen, ziekenhuizen, enz.) betrokken, zowel in de diagnostische fase als tijdens de ontwikkeling en uitvoering van het nieuwe circulatieschema. Dit proces probeert zo veel mogelijk personen in de wijk te bereiken, en tracht de realiteit en de behoeften van een zo divers en representatief mogelijk wijkpubliek weer te geven. Diversificatie van de informatiekanalen zal een belangrijk aspect zijn om dit doel te bereiken. De praktische modaliteiten van dit participatieproces worden per geval met de betrokken gemeente vastgesteld. Elk participatief proces voorziet in een duidelijk en uniform lancerings- en conclusiemoment. Bij de lancering worden het kader en de doelstellingen gedefinieerd. Bij de conclusie worden de uiteindelijke keuzes voor de uitvoeringsfase geëxpliciteerd. De resultaten van het participatieve proces zullen worden verwerkt in het eindrapport van de studie. In voorkomend geval zal het eindverslag ook rechtvaardigen dat geen rekening wordt gehouden met sommige van deze resultaten. Politieke betrokkenheid van de gemeentelijke autoriteiten bij het proces is essentieel. De evaluatie van de vorige reeks toont dat het effectief belangrijk is op het terrein aanwezig te zijn om te weten wat er leeft en om doe doelstelling van een autoluwe wijk duidelijk te maken. Bij aanvang van het proces, bepaalt de gemeente samen met Brussel Mobiliteit de wensen en richtlijnen voor dit participatieproces. De uitvoering, die in fasen kan verlopen, wordt voorafgegaan door een brede informatiecampagne waarbij het plaatselijke en commerciële verenigingsleven zal worden betrokken, zodat de bewoners en gebruikers van de perimeter zich bewust worden van de maatregelen die hun dagelijks leven kunnen beïnvloeden. Brussel Mobiliteit zal helpen met het verspreiden van informatie. Het totaalbedrag dat in het kader van de opeenvolgende begrotingen sinds het begin van de legislatuur werd vastgelegd om de eerste geselecteerde autoluwe wijken te financieren is 6.423.041,49 EUR. Hierna volgt een uitsplitsing van dit totaalbedrag per autoluwe wijk: Bijlage Het totaalbedrag van infrastructuuruitgaven in het kader van de CLM van Kuregem bedraagt €136.437,84. Van deze som is alles wat betreft markeringswerken inderdaad verloren. Wat betreft signalisatie en andere soorten infrastructuur kan dit nog achteraf worden gebruikt. De gemeente Anderlecht heeft alles met haar eigen middelen weggehaald. |