Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de financiering PSC’s

Indiener(s)
Fouad Ahidar
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 1079)

 
Datum ontvangst: 14/12/2022 Datum publicatie: 16/02/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 16/02/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
21/12/2022 Ontvankelijk
 
Vraag   

De Brusselse regering indexeert de subsidies voor projecten van sociale cohesie voor dit jaar met 5 procent en verhoogt de subsidies voor volgend jaar aanzienlijk.

Zo wordt de subsidie, die varieert tussen 74.000 en 122.000 euro, opgetrokken tot 135.000 euro voor alle PSC’s. De PSC’s - 32 projecten in 32 sociale woonwijken - zijn het resultaat van een samenwerking tussen de BGHM en lokale partners. Ze moeten de sociale banden versterken, strijden tegen isolement, burgerparticipatie bevorderen, specifieke acties rond huisvesting organiseren en de leefomgeving bevorderen. Het is uiteraard meer dan noodzakelijk om dergelijke initiatieven structureel te ondersteunen en wij verwelkomen dan ook de maatregelen die de regering hiertoe heeft genomen.

  1. Welke verdelingscriteria zijn gehanteerd om het toegekende bedrag per project te bepalen?

  2. Hoe en door wie worden de projecten geëvalueerd?

  3. Wat is de relatie tussen de CSP's en de huisvestingsmaatschappijen die op hetzelfde grondgebied aanwezig zijn? Hoe kan de samenwerking tussen deze twee actoren worden versterkt?

  4. Speelt de SLRB een rol bij de coördinatie van deze PSC's? Zo ja, op welke manier?

  5. Hoeveel VTE's worden gemiddeld per CHP ingezet?

 

 
 
Antwoord    Sinds de invoering van het systeem en vóór de herfinanciering van de sector varieerden de budgetten van de PSC’s van 74.048,97 euro tot 121.145,38 euro per PSC (cijfers van 2022).

In het vademecum van uitgaven waarin de in aanmerking komende uitgaven worden opgesomd, wordt 70 tot 80% van dit bedrag gebruikt om de PSC-coördinator te betalen, en maximaal 10% om de werkingskosten van de vzw te dekken (kosten, internet, telefonie, boekhouding, enz.). Het overige bedrag wordt gebruikt om een deel van de activiteiten met en voor de bewoners te betalen.

Met dit bedrag nemen de PSC's meestal een vte of een 3/4-tijdse medewerker en een halftijdse begeleider aan.

Er moet echter worden opgemerkt dat wanneer de hoofdcoördinator met verlof of ziek is, het PSC soms in moeilijkheden komt bij het uitvoeren van de diensten op het terrein. Als er slechts één persoon is om het PSC te coördineren, kan de dienstverlening in het gedrang komen bij afwezigheden door ziekte, verlof of ontslag.



Hierdoor komt de continuïteit van de dienstverlening in gevaar en kan er geen solide vertrouwensrelatie met de inwoners worden opgebouwd, wat het systeem minder doeltreffend maakt.
Daarnaast levert het werken met slechts één persoon problemen op voor de goede werking van de dienst en de motivatie van de medewerker (stress, werklast, administratief werk dat ten koste gaat van het contact met de inwoners).
Bovendien is er ook een toename vastgesteld van bepaalde fenomenen, gaande van gebrek aan respect tot bedreigingen of zelfs gewelddaden. Het kan immers een enorme uitdaging zijn om er alleen voor te staan als de moeilijkheden zich opstapelen.


De vzw’s vestigen dan ook al jaren de aandacht van de BGHM en mijn kabinet op de moeilijkheden waarmee ze te maken krijgen, en op het risico tot een stelselmatige verarming van het systeem.


Daarom werd beslist om de subsidie
van alle PSC’s te verhogen, zodat ze vanaf 2023 allemaal beschikken over een bedrag van 142.155 euro (inclusief indexering), waardoor ze hun acties kunnen uitbreiden en de continuïteit ervan beter kunnen waarborgen.

Met dit voorstel kunnen twee vte's per PSC worden gegarandeerd, en dit om betere arbeidsomstandigheden te verzekeren en beter in te spelen op de behoeften van het publiek.
Het bedrag wordt als volgt verdeeld:
- Aanwerving van een 2de vte.
- 10% werkingskosten - maximaal 13.500 euro.
- Beschikbaar saldo voor een specifiek project te bepalen door de BGHM, de OVM en het PSC.

Wat betreft de evaluatie van de projecten moet allereerst worden opgemerkt dat de PSC-overeenkomst, die wordt ondertekend door de vzw, de OVM’s, de BGHM en in sommige gevallen de gemeente, voorziet in 2 tot 3 opvolgingscomités per jaar (ten minste één per halfjaar).

Op verzoek van een medeondertekenaar van de overeenkomst kunnen de medeondertekenaars bovendien vaker bijeenkomen. Dit gebeurt wanneer het PSC moeilijkheden ondervindt en aan de andere partners vraagt om samen te komen.

Tijdens de opvolgingscomités wordt de werking van het PSC geëvalueerd. Als de problemen blijven bestaan, kan de BGHM initiatieven nemen en vragen om meer betrokkenheid van de medeondertekenaars zodat het PSC beter kan functioneren.

In de overeenkomst is ook bepaald dat de BGHM in de eerste helft van het laatste jaar van de overeenkomst (d.w.z. 2025) via een overheidsopdracht een externe evaluator zal aanwijzen. De evaluator neemt contact op met alle partijen van de overeenkomst en vergadert per PSC met hen. De evaluator geeft dan een eindverslag door aan de BGHM. Dit verslag wordt dan besproken door de raad van bestuur van de BGHM.


Naast de bovengenoemde opvolgingscomités is er een regelmatige contact tussen de OVM’s en de vzw’s die de projecten voor sociale cohesie leiden. De samenwerking gebeurt ad hoc of op regelmatige basis, afhankelijk van de omstandigheden, de ondervonden moeilijkheden of de activiteiten die op het terrein worden georganiseerd.


De BGHM coördineert de PSC’s niet; dat wordt gedaan door de vzw die het project draagt.


Tot slot, wat betreft uw laatste vraag over vte's, zoals hierboven vermeld, in 2022 en vóór de herfinanciering :

- Voor PSC’s met een budget van 74.048,97 euro zullen één vte of twee halftijdse medewerkers de PSC’s coördineren.
- Voor PSC's met een groter budget worden 2 vte's of een 3/4-tijdse medewerker en ten minste een halftijdse medewerker ingezet.
Vanaf 2023 zuller er ten minste 2 vte's per PSC zijn