Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de subsidies aan privéverenigingen die diensten aanbieden in verband met het fietsgebruik

Indiener(s)
Anne-Charlotte d'Ursel
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1473)

 
Datum ontvangst: 12/12/2022 Datum publicatie: 02/02/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 26/01/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
22/12/2022 Ontvankelijk
 
Vraag   

Begrotingsallocatie 17.002.38.01.3132 (Werkingssubsidies aan privéverenigingen (in ESR gelijkgesteld aan privébedrijven) die diensten aanbieden in verband met het fietsgebruik in het kader van het relanceplan voor de gezondheidscrisis COVID-19) omvat een reeks kredieten voor fietsen. In de beleidsbrief van 2022 werd inderdaad vermeld dat in het kader van deze BA middelen waren uitgetrokken voor de ontwikkeling van diensten voor fietsgebruik (Implementatie en monitoring van fietsdiensten: parkeren, fietsen in zelfbediening) / Fietspunten / Opvolging en evaluatie van Solidaire fiets. Mijn vragen zijn dus als volgt:

  • Welke privéverenigingen werden gefinancierd en in welke mate?

  • Hoeveel hebt u deze verenigingen per vereniging gesubsidieerd sinds het begin van de legislatuur, inclusief 2023?

  • Kunt u de middelen in de bovengenoemde allocatie uitsplitsen volgens de verschillende uitgavenposten?

  • De beleidsbrief voorziet in de voortzetting van deze activiteiten in de planning voor 2023. Waarom zijn er dan geen middelen in deze BA?

  • Waar en hoe zullen deze activiteiten worden gefinancierd?

 

 

 
 
Antwoord    Begrotingsallocatie 17.002.38.01.3132 (Werkingssubsidies voor privéverenigingen (gelijkgesteld met privébedrijven in het ESR)) die fietsgerelateerde diensten aanbieden in het kader van het relanceplan naar aanleiding van de COVID-19-gezondheidscrisis werd enkel gebruikt voor het begrotingsjaar 2020.
De in 2020 vastgelegde kredieten werden aangewend voor het eerste jaar (december 2020-december 2021) van het project voor sociale leasing, dat nadien werd omgedoopt tot “Vélo Solidaire”, ten belope van volgende bedragen:
- Ateliers de la rue Voot: € 86.751,11
- CyCLO: € 127.638,55

Datzelfde jaar werden eveneens voor de begroting 2020 volgende bedragen vastgelegd op een andere basisallocatie, 17.002.34.03.33.00, bestemd voor subsidies aan verenigingen in het kader van het COVID-relanceplan:
- Pro Velo: € 51.605,33

Sindsdien wordt geen gebruik meer gemaakt van de basisallocatie in verband met het relanceplan naar aanleiding van de COVID-19-crisis, maar van de gebruikelijke basisallocaties.

Het tweede jaar van het Vélo Solidaire-project (2022) werd gefinancierd via een vastlegging op basisallocatie 17.002.34.01.3300 van de begroting 2021 (werkingssubisidies aan verenigingen die werkzaam zijn op het vlak van de promotie van het openbaar vervoer, de mobiliteit van personen en de inrichting van de openbare ruimte) ten belope van volgende bedragen:
- Ateliers de la rue Voot: € 117.140,00
- CyCLO: € 214.250,00
- Pro Velo: € 109.225,00


Het jaar 2023 van Vélo Solidaire werd vastgelegd op begrotingsallocatie 17.002.38.02.3132 (werkingssubsidies aan privéverenigingen, (in ESR gelijkgesteld aan privébedrijven)) werkzaam op het vlak van de promotie van het openbaar vervoer, de mobiliteit van personen en de inrichting van de openbare ruimte) van de begroting 2022 ten belope van volgende bedragen:
- Ateliers de la rue Voot: € 128.854,00
- CyCLO: € 235.675,00
en op basisallocatie 17.002.34.01.3300 (werkingssubsidies aan verenigingen werkzaam op het vlak van de promotie van het openbaar vervoer, de mobiliteit van personen en de inrichting van de openbare ruimte) ten belope van volgende bedragen:
Pro Vélo: € 135.471,00