Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de opvang van LGBTQIA+-jongeren die uit huis zijn gezet

Indiener(s)
David Weytsman
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 1089)

 
Datum ontvangst: 28/12/2022 Datum publicatie: 20/03/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 07/03/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/01/2023 Ontvankelijk
 
Vraag   

Elk jaar worden jongeren uit huis gezet wegens hun seksuele geaardheid. Daarom voorziet actie 8 van het Brussels Plan voor de inclusie van LGBTQIA+-personen in de aankoop van verschillende gebouwen om de veiligheid, de waardigheid en de emancipatie van die jongeren te waarborgen.

Mijn vragen over dit onderwerp zijn de volgende:

  1. Hoeveel gebouwen hebt u, in samenwerking met de gemeenten, aangekocht voor de opvang van LGBTQIA+-jongeren die uit huis zijn gezet? 

  2. Werkt u bij het beheer van die gebouwen samen met LGBTQIA+-verenigingen?

    1. Zo ja, met welke verenigingen?

    2. Zo niet, hoe beheert u die gebouwen?

  3. Welke belemmeringen hebt u vastgesteld bij de zoektocht naar gebouwen?

  4. Zijn er andere maatregelen genomen om die jongeren te helpen?

    1. Zo ja, wat zijn die maatregelen?

    2. Zo niet, overweegt u andere acties?

 

 

 
 
Antwoord    Ik heb de eer u het volgende antwoord mee te delen:

Het Gewest heeft in 2021 via de directie Facilities een gebouw in Elsene aangekocht om er een opvangcentrum van te maken voor een vijftiental LGBTQIA+-jongeren die met hun familie gebroken hebben, overeenkomstig actie 8 van het plan voor de inclusie van LGBTQIA+-personen, en actie 26 van het Noodplan voor Huisvesting.


Wat betreft de samenwerking met LGBTQIA+-verenigingen bij het beheer van deze gebouwen, is via een door de GGC in 2022 uitgeschreven oproep tot het indienen van blijken van belangstelling een vzw geselecteerd voor het beheer van het LGBTQIA+-opvangcentrum in het kader van het opvangbeleid van de GGC. Het betreft de vzw Het Opvanghuis, die de volgende opdrachten heeft: 
 
- de jongeren opvangen, onderdak verschaffen en psychosociale begeleiding aanbieden om hen te helpen hun autonomie te herwinnen en moeilijke periodes door te komen;

- administratieve begeleiding aanbieden die hen in staat stelt om onder meer hun sociale rechten terug te krijgen;

- de maatschappelijke herinschakeling van de jongeren bevorderen door hen te helpen bij het vinden van een woning of elke andere oplossing die aan hun behoeften is aangepast;
- via het wachtdienstsysteem de jongeren een contactpunt aanbieden;
- de jongeren de mogelijkheid aanbieden om te koken of om elke dag een maaltijd te krijgen;
- de jongeren die Het Opvanghuis verlaten begeleiding na het verblijf aanbieden, waarvan de duur beperkt is tot drie maanden, eenmaal hernieuwbaar voor nog eens drie maanden;
- ten minste vijftig uur per week onthaal verzekeren;
- buiten de openingsuren moet er een telefonisch antwoordapparaat bereikbaar zijn, waarbij duidelijk vermeld wordt hoe men de dienst of eventueel tot andere diensten kan bereiken;
- een fysieke wachtdienst waarborgen buiten de openingsuren;
- een eerste opvang aanbieden, een anamnese van de situatie van de jongere bij aankomst in Het Opvanghuis opmaken en, binnen de maand, samen met hem een sociaal begeleidingsproject opstellen. Dat project wordt om de drie maanden geëvalueerd door het personeel van Het Opvanghuis in samenspraak met de jongere. In voorkomend geval wordt het project herzien door het centrum, waarbij met de situatie van de vrouw rekening gehouden wordt;
- het gebouw beheren als goede huisvader;
- Een lijst opmaken van de behoeften aan meubilair en andere uitrustingen of voorzieningen die nodig zijn om 14 jongeren op te vangen, in overeenstemming met de normen van het besluit van 9 mei 2019.
 
Wat betreft de obstakels die werden ondervonden bij het zoeken naar gebouwen, was het belangrijkste obstakel het vinden van een te koop staand gebouw met voldoende ruimte om een opvangcentrum voor ongeveer 15 LGBTQIA+-jongeren te ontwikkelen, overeenkomstig de eisen van de GGC en de behoeften van de exploitant-begeleider.


Wat betreft de middelen die zijn ingezet om deze jongeren te helpen, verwijs ik u naar ons gesprek van juni 2022 in de Commissie gelijke kansen, gewijd aan de presentatie van het LGBT+-plan, waarbij we de verschillende initiatieven op dit gebied hebben toegelicht, met name op basis van de inbreng van mijn collega Alain Maron, naar wie ik u ook verwijs voor meer informatie over de andere projecten die door de GGC worden gedragen op het gebied van steun aan thuisloze LGBTQIA+-jongeren.



Wat mijn bevoegdheden betreft, bevat het Plan voor de inclusie van LGBTQIA+-personen ook een maatregel ter ondersteuning van verenigingen via projectoproepen van equal.brussels, waarvan ik het budget sinds 2020 aanzienlijk heb verhoogd.



Voorts is voor opdracht 5 meer dan 2,9 miljoen euro ingeschreven in de initiële begroting 2023. In 2022 zijn namelijk verschillende projecten geselecteerd die betrekking hebben op de steun aan LGBTQIA+-jongeren. Zo is er het project van het Centre d'Impulsion Socio-Professionnel et Culture dat tot doel heeft jonge LGBTQIA+-jongeren uit sub-Saharisch Afrika of uit België maar met sub-Saharische roots te begeleiden in hun trajecten om het hoofd te bieden aan obstakels en discriminatie.