Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de maatregelen tegen "needle spiking"

Indiener(s)
Latifa Aït Baala
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 979)

 
Datum ontvangst: 12/01/2023 Datum publicatie: 21/02/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 17/02/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
19/01/2023 Ontvankelijk
 
Vraag   

Enkele maanden geleden vroeg ik u naar het verschijnsel "needle spiking", dat vooral voorkomt in het uitgaansleven. Het doel van deze schriftelijke vraag is na te gaan in hoeverre de Brusselse regering waakzaam blijft voor dit verschijnsel, hoewel het lijkt af te nemen.

Mijn vragen zijn als volgt:

  1. Hoeveel gevallen zijn er op dit moment geregistreerd in België en Brussel? U had het over "minder dan 60 gevallen" op nationaal niveau in juli 2022.

  2. In hoeverre blijven BPV (Brussel Preventie en Veiligheid) en de regering waakzaam voor de problematiek? Wat voor toezicht is er?

  3. Welke maatregelen zijn genomen, met name om te voorkomen dat het verschijnsel opnieuw de kop opsteekt?

  4. In de Flash paper 1 van het Observatorium van BPV worden met name over deze kwestie de volgende maatregelen aanbevolen:

    1. Bewustmaking is niettemin belangrijk en moet tot iedereen worden gericht, ook tot getuigen en potentiële daders van de feiten. Het is belangrijk deze daders duidelijk te maken dat hun gedrag ongepast is en getuigen aan te moedigen om te reageren om gevallen van (needle) spiking te voorkomen. Wat doet de Brusselse regering om deze aanbeveling uit te voeren?

    2. Teneinde de omvang en de ernst van het verschijnsel van needle spiking te beoordelen, is het dus noodzakelijk gerechtelijk-geneeskundig bewijsmateriaal te verzamelen. Welke middelen zet u daarvoor in?

 

 

 
 
Antwoord    Ik heb de eer u het volgende antwoord mee te delen:

Momenteel hebben we hieromtrent geen exacte cijfers die we u kunnen overhandigen.


Het Observatorium van safe.brussels volgt de problematiek aandachtig op basis van informatie van haar partners op het terrein. We hebben hier recent geen verontrustende signalen over ontvangen, noch waren er meldingen van needle spiking in de pers in het najaar van 2022 in het BHG.


De Nachtraad, gecoördineerd door visit.brussels en met onder zijn leden actoren die betrokken zijn bij de nachtleven, zoals vertegenwoordigers van de Horecafederatie, de Brussels by Night Federation of gemeentelijke diensten voor openbare rust, zorgt voor een regelmatige doorgifte van informatie met betrekking tot de feest- en uitgaanswereld tussen deze actoren en de regionale administraties. safe.brussels neemt als lid deel aan de vergaderingen van de Nachtraad. Op 1 juni 2022 werd op de raad de kwestie van needle spiking besproken, zoals vermeld in ons antwoord op uw eerdere schriftelijke vraag hierover. Sindsdien hebben er nog twee Raadsvergaderingen plaatsgevonden, de laatste op 14 december 2022. Tijdens deze vergaderingen hebben de betrokken partijen in het uitgaansleven geen nieuwe incidenten gemeld die verband houden met needle spiking

Als communicatiestrategie is het bij dit fenomeen belangrijk om dit onderwerp ‘low key’ te houden om het fenomeen niet op te kloppen en paniek te vermijden. Wanneer het fenomeen veel aandacht zou krijgen (bv. media-aandacht) is het mogelijk dat dit een kettingactie teweegbrengt en het opnieuw oplaait.

Bijgevolg heeft safe.brussels haar partners en relevante actoren wel degelijk geïnformeerd over needle spiking. Op federaal niveau heeft een werkgroep zich tevens gebogen over het fenomeen needle spiking, waarbij actoren uit politie, de gezondheidswereld en overheids-diensten werden samengebracht. Uit dit werk zijn concrete aanbevelingen voortgekomen die zijn verstuurd naar lokale besturen, organisatoren van evenementen, medische hulpposten en de politiezones. Deze informatie werd eveneens mee verspreid door safe.brussels. Verder kiest safe.brussels voor een discrete communicatiestrategie om te vermijden dat deze aandacht zou bijdragen aan de opflakkering van het fenomeen.

Bovendien hebben de verschillende actoren die de Nachtraad vormen, tijdens de vergadering van 1 juni 2022, bevestigd dat het protocol voor dit type aanval vergelijkbaar is met dat van elke aanval: opvang van het slachtoffer door de organisator op de plaats waar het gebeurde, verzoek om klacht in te dienen bij de politie en doorverwijzing naar een ziekenhuis voor onderzoek.

Het is vooreerst belangrijk om te vermelden dat er meer onderzoek en bewijs nodig is om gefundeerde beleidsbeslissingen te nemen en geen overhaaste beslissingen te nemen door bepaalde maatregelen direct te implementeren terwijl er nog steeds geen duidelijk zicht op de problematiek is.


De aanbeveling (in Flash paper 1 van Het Observatorium van safe.brussels) die u hier aanhaalt, betreft de sensibilisering wanneer er effectief gevallen van needle spiking zouden plaatsvinden. Op federaal niveau heeft een werkgroep zich gebogen over het fenomeen needle spiking. Als communicatiestrategie werd hier aanbevolen om dit onderwerp ‘low key’ te houden om paniek te vermijden. Het is dus niet aangeraden om algemeen preventief op te treden bij de algemene bevolking, maar dat wanneer er een melding zou zijn van needle spiking dat de betrokkenen worden gesensibiliseerd.

Het is vermeldenswaard dat het Brussels Gewest, via safe.brussels en equal.brussels, de campagne 'Join the Fam' tegen seksuele intimidatie heeft gelanceerd. Deze campagne spoort getuigen van seksuele intimidatie aan om in te grijpen volgens de 5D-methode.
https://www.jointhefam.brussels/
https://www.jointhefam.brussels/nl#5D

Deze aanbeveling betreft dat wanneer een persoon zich meldt als slachtoffer van needle spiking dat het nodige bewijsmateriaal wordt vergaard, zoals bij andere misdrijven het geval zou zijn. De aanbeveling werd verspreid onder een groot aantal actoren die mogelijk in aanraking komen met slachtoffers (bv. politie, organisatoren van evenementen, Gewestelijke nachtraad, enz.), zodat zij de betrokken slachtoffers zouden kunnen doorverwijzen naar instanties die forensisch bewijsmateriaal verzamelen.