Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de afwijkingen van de voorwaarde van niet-eigendom in de sector van de sociale huisvesting

Indiener(s)
Joëlle Maison
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 1160)

 
Datum ontvangst: 01/04/2023 Datum publicatie: 23/05/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 15/05/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/04/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
15/05/2023 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    Om een aanvraag voor een sociale woning te kunnen indienen, moet een gezin aan verschillende cumulatieve voorwaarden voldoen, waaronder de voorwaarde dat het geen eigenaar mag zijn. De OVM kan echter voor individuele gevallen en in bijzondere omstandigheden van deze regel afwijken op basis van een gemotiveerde beslissing die op advies van de sociaal afgevaardigde wordt genomen.

1- Kunt u aangeven hoeveel kandidaat-huurders in het jaar 2022 een afwijking van de voorwaarde van niet-eigendom hebben gekregen en dus een sociale woning konden aanvragen, hoewel ze houder waren van een eigendoms-, erfpacht- of vruchtgebruikrecht op een onroerend goed dat wordt gebruikt voor huisvesting of beroepsdoeleinden? Kunt u ons een tabel bezorgen met het aantal afwijkingen van de voorwaarde van niet-eigendom die in de loop van 2022 werden toegekend voor elk van de zestien Brusselse OVM's?

2- Kunt u ons de 'bijzondere omstandigheden' beschrijven die voor een OVM aanleiding kunnen zijn om af te wijken van de voorwaarde van niet-eigendom en om gunstig te reageren op aanvragen voor een sociale woning die worden ingediend door gezinnen waarvan een van de leden een onroerend goed dat voor huisvesting of beroepsdoeleinden wordt gebruikt in volle eigendom, erfpacht of vruchtgebruik heeft? Kunt u ons enkele voorbeelden geven van 'bijzondere omstandigheden' die in het jaar 2022 door de OVM's werden aanvaard?

 
 
Antwoord    Ik heb de eer u het volgende antwoord mee te delen:

Eerst en vooral wil ik u eraan herinneren dat deze aangelegenheid geregeld wordt door art. 5 bis van het BBHR van 26 september 1996 houdende de regeling van de verhuur van woningen die beheerd worden door de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij of door de openbare vastgoedmaatschappijen. Van alle kandidaten die zijn ingeschreven in 2022, hebben er 49 een afwijking verkregen op de voorwaarde dat men geen eigendom mag bezitten.

In bijlage vindt u een tabel met het aantal afwijkingen op de voorwaarde dat men geen eigendom mag bezitten dat in de loop van 2022 per OVM werd toegekend.

Er zijn twee soorten bijzondere omstandigheden:


A.
De bijzondere omstandigheden van tijdelijke aard:

Het gaat bijvoorbeeld om:

- Personen die op het moment van hun inschrijving een bewijs hebben geleverd dat hun goed te koop stond;

- Dat een verkoopovereenkomst voor het goed is ondertekend;
- Personen die gebouwen bezitten die openbaar te koop zullen worden gesteld;

- Personen die tijdelijk in een toestand van onverdeeldheid verkeren ten gevolge van een erfenis, terwijl de nalatenschap wordt geregeld;
- Personen die een scheiding of echtscheiding doormaken en voor wie het onroerend goed volle eigendom blijft van de persoon die geen woning aanvraagt.


Er moet bovendien worden opgemerkt dat deze kandidaten met een tijdelijke eigendomssituatie op het moment van toewijzing systematisch worden gecontroleerd om te bekijken of deze tijdelijke situatie is beëindigd.


B.
De bijzondere omstandigheden van definitieve aard:

Het gaat bijvoorbeeld om:

- Personen die een garage bezitten (onroerend goed dat niet wordt beschouwd als goed bestemd voor huisvesting of beroepsmatig gebruik);
- Personen die weides bezitten met een kadastraal inkomen van 0 euro.


Er wordt steeds nagegaan of de situatie nog overeenstemt met de situatie die gold toen de afwijking op de voorwaarde dat men geen eigendom mag bezitten, werd goedgekeurd.