Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de strijd tegen het niet-gebruik van rechten tijdens de COVID-19-crisis.

Indiener(s)
David Weytsman
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 122)

 
Datum ontvangst: 04/05/2020 Datum publicatie: 01/07/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 30/06/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
07/05/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Een probleem dat ons momenteel bezighoudt in de commissie voor de sociale zaken van de FGC is het niet-gebruik van rechten.

De COVID-19-crisis die wij doormaken dreigt de onzekere omstandigheden van veel personen te verergeren. Tijdens onze besprekingen over het onderwerp zijn er aanbevelingen tot stand gekomen, waaronder betere informatie voor de rechthebbenden, een vereenvoudiging van de stappen en een automatisering.

Graag een antwoord op de volgende vragen:

1. Denkt u dat die bezorgdheid terecht is?

2. Werken uw diensten momenteel aan oplossingen om het niet-gebruik van rechten in het kader van deze crisis op te vangen?

3. Wat wordt er gedaan om de meest kwetsbare bevolkingsgroepen te informeren over hun rechten?

4. Werken uw diensten momenteel aan oplossingen om de nodige hulp te verstrekken aan de mensen die daar recht op hebben, maar die, om welke reden ook, geen gebruik maken van dat recht tijdens deze crisis?

5. Worden een vereenvoudiging van de stappen en een automatisering gepland om het niet-gebruik van rechten tijdens deze crisis te bestrijden?

6. Wat is de situatie in de OCMW’s? Stelt u een verhoging van het aantal aanvragen voor sociale steun vast? Zo ja, kunt u ons concrete cijfers bezorgen? Zijn de OCMW’s in staat om alle aanvragen van rechthebbenden zo vlug mogelijk te behandelen?

7. Hoe zit het met de andere diensten die afhankelijk zijn van de GGC (centra voor dringende sociale hulpverlening, schuldbemiddelingsdiensten, diensten voor de begeleiding van personen die op straat leven)?
 
 
Antwoord    De huidige crisis in verband met de COVID-19-pandemie leidt tot een toename van de (het risico op) armoede.

In het bijzonder, kunnen we een toename verwachten van de vraag naar algemene sociale diensten, samenwerkende actoren (vakbonden, ziekenfondsen, enz.), overheidsdiensten en de 19 OCMW's (volledig of gedeeltelijk inkomensverlies, verlies van banen, faillissementen, schuldenlast, wachten op een beslissing, ...).

Een belangrijke en centrale uitdaging is
ervoor te zorgen dat alle precaire en arme Brusselaars die door de crisis worden getroffen, gebruik kunnen maken van hun sociale grondrechten en de bestaande hulp kunnen mobiliseren.

Deze kwestie is des te belangrijker omdat de precaire Brusselaars in het bijzonder worden getroffen door de problematiek van het niet gebruiken van rechten.

Ondanks het feit dat zij aanspraak kunnen maken op verschillende sociale grondrechten (sociale bijstand, werkloosheidsverzekering, huisvestingssteun, verplichte verzekering en verhoogde tussenkomst, sociaal energietarief, enz.), gebruikt een groot deel van hen deze niet, aangezien ze niet op de hoogte zijn van hun rechten, ze er geen toegang toe hebben, ze weigeren hun rechten te gebruiken of de rechten hen niet worden aangeboden.

Naast het niet gebruiken van rechten of als gevolg van deze aanhoudende situaties, genieten veel personen op het gewestelijk grondgebied (bijna) geen enkele sociale bescherming (meer) (verlies van bescherming of niet-dekking).

In het kader van het herstel- en herschikkingsplan voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest na de COVID-19-crisis, besteden we transversale aandacht aan de problematiek van het niet gebruiken van rechten en willen we concreet gezien maatregelen nemen die erop gericht zijn:

- ervoor te zorgen dat de Brusselaars hun sociale grondrechten kunnen gebruiken, laten gelden en behouden ten aanzien van overheidsinstellingen voor sociale bescherming (kinderbijslag -
met name sociale toeslagen en toeslagen voor gehandicapte kinderen die de sociale actoren relatief onbekend zijn, tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden, sociale bijstand, werkloosheidsverzekering, huisvestingssteun, verplichte verzekering en verhoogde tussenkomst, sociaal energietarief, ...).

- ervoor te zorgen dat de verschillende specifieke maatregelen die in het kader van de COVID-19-crisis werden genomen, hun uitwerking behouden of verduurzaamd worden (met name met betrekking tot gas-, elektriciteits- en waterafsluitingen, steunpremies voor kwetsbare huurders, verbod op uithuiszettingen, invoering van een gratis "sociaal noodnummer", enz.).

- het sensibiliseren, opleiden en versterken van alle actoren in hun rol bij het laten gelden van de rechten en de bestrijding van de problematiek van het niet gebruiken van sociale rechten, zoals hoofdzakelijk de eerstelijnsdiensten voor welzijn en gezondheid, de gespecialiseerde diensten, de OCMW's en hun sociale coördinatie.

- het centraliseren van de informatie die beschikbaar is voor maatschappelijk werkers. Heel vaak moeten zij het Staatsblad raadplegen, de gevolgen van wetswijzigingen voor de begunstigden hieruit afleiden, enz. Er is geen mechanisme om al deze werkers te voorzien van actuele en pragmatische informatie, naar het voorbeeld van de vzw "Social Energie". Dit is een van de conclusies die aan het Parlement werden voorgelegd in het kader van zijn werkzaamheden op het gebied van het bestrijden van de problematiek van het niet gebruiken van rechten.

- rechtstreeks samenwerken met kwetsbare groepen en lokale actoren om van een "top down"-communicatiewijze af te kunnen stappen. Voor het gebruiken van rechten of het uitstel van de zorg is het van essentieel belang dat de werkveldactoren specifieke instrumenten krijgen die hen in staat stellen de bevolking te benaderen en op lange termijn aan deze communicatievraagstukken te werken.

- De nodige middelen ontwikkelen voor de OCMW's, de algemene en gespecialiseerde sociale eerstelijnsdiensten en de verenigingsactoren om :

* te kunnen voorzien in correcte informatie en een analyse/diagnose van de situatie en de aanvragen van de betrokken personen;
* te kunnen werken met computerapparatuur die de snelheid en efficiëntie van de verwerking van aanvragen van rechten of van het behoud van rechten zal verhogen;
* te kunnen voorzien in een begeleiding van de betrokken personen bij hun aanvraagprocedure en met het oog op het behoud van hun sociale grondrechten;
* te kunnen voldoen aan de stroom van aanvragen van inlichtingen, sociale rechten, dringende hulp;
* in functie van de stroom van aanvragen en de mogelijkheden van de sociale eerstelijnsdiensten om personen die niet in contact komen met deze diensten proactief te kunnen informeren en contacteren met het oog op de analyse van hun situatie en het bieden van hulp bij het doen gelden van hun rechten;
* de coördinatie met de overheidsinstellingen voor sociale bescherming en de publieke of samenwerkende actoren op alle machtsniveaus (kinderbijslagfondsen, gemeentelijke overheden, ziekenfondsen, vakbonden, OCMW's, sociale zekerheidsinstanties, enz.) te kunnen versterken.

- Bijzondere aandacht besteden aan bepaalde groepen die specifieke problemen ondervinden en voor dewelke het niet gebruiken van rechten een bijzonder groot probleem vormt: zoals met name voor gehandicapten, daklozen, migranten, eenoudergezinnen en personen zonder papieren (die geen recht hebben op kinderbijslag of sociale zekerheid, maar enkel op DMH. Voor dit publiek moet worden bekeken in hoeverre het mogelijk is om tussen te komen in bepaalde kosten, zoals bijvoorbeeld de sportkosten van kinderen).

We hebben niet gewacht op de herstel- en herschikkingsfase om op te treden tegen de niet-toegankelijkheid van rechten.

Vanaf de eerste dagen van de crisis werd een gratis sociaal noodnummer ingevoerd (0800 35 243) om tegemoet te komen aan de sociale moeilijkheden van de Brusselaars.

In het kader van deze voorziening, wordt een luisterend oor geboden, worden inlichtingen verstrekt en wordt voorzien in een doorverwijzing naar de eerstelijnsdiensten.

Bovendien hebben we in het kader van de uitzonderlijke subsidie die we aan de OCMW's hebben toegekend om hen in staat te stellen de gevolgen van de gezondheidscrisis op te vangen, besloten de sociale coördinatie te versterken.

Deze laatsten hebben de taak om de problematiek van de niet-toegankelijkheid van de rechten te bestrijden en de uitvoering van maatregelen ter voorkoming van precaire situaties te vergemakkelijken.

Wat betreft de diensten die onder de bevoegdheid vallen van de GGC, besteedt deze laatste - via de erkenning van diensten, facultatieve subsidies en projectoproepen en door de samenwerking met al deze actoren - structureel aandacht aan de toegang van alle groepen tot de steun en de rechten waarop zij aanspraak kunnen maken.

Tot slot, staan een betere inlichting, vereenvoudiging van de procedures en automatisering van de rechten op de gewestelijke agenda.

Deze laatste twee fundamentele acties vallen echter in de eerste plaats onder de bevoegdheid van de federale Staat, met name voor wat betreft de sociale rechten die de toekenning van een vervangingsinkomen of sociale bijstand mogelijk maken.

Het niet gebruiken van rechten werd op de agenda geplaatst van de FOD Sociale Zekerheid en de POD Maatschappelijke Integratie, die zich bereid heeft verklaard een plan op te stellen om de problematiek van het niet gebruiken van sociale rechten op federaal niveau te bestrijden.