Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de anticipatie om de seizoensgriep bij de kwetsbare bevolking te voorkomen.

Indiener(s)
David Leisterh
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 245)

 
Datum ontvangst: 15/10/2020 Datum publicatie: 11/01/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 17/12/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
29/10/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Gezien de toename van de besmettingen in verband met COVID-19 en de verwachte komst van de seizoensgriep, wil ik u vragen naar de verschillende mechanismen die bij uw diensten zijn ingevoerd om:

- de testcapaciteit in de hoofdstad te verhogen, in afwachting van de seizoensgriep en de moeilijkheid om de symptomen van de griep te kunnen onderscheiden van die van COVID-19?

- Beschikt u momenteel over voldoende testcapaciteit om de instroom van de seizoensgriep op te vangen?

- Is er een specifieke strategie voor doelgroepen zoals chronisch zieken, mensen met overgewicht, 65-plussers en zwangere vrouwen? Zo ja, welke?

- Hebben uw diensten al specifieke aanbevelingen gericht aan de eerste lijn met het oog op de komst van de seizoensgriep? Welke zijn dat?

- Wordt er binnen uw diensten nagedacht over vaccinatiecampagnes?

- Welke strategieën worden toegepast voor kwetsbare groepen die geen huisarts hebben en/of onder de armoedegrens leven?

- Onderzoekt u tenslotte de mogelijkheid om een gratis vaccinatiecampagne voor daklozen te organiseren?
 
 
Antwoord    Vraag 1

De verhoging van de testcapaciteit is uiteraard gepland in Brussel, zoals aangekondigd sinds deze zomer.

Ik wil u eraan herinneren dat het testen bestaat uit 3 fasen: staalafname, staalanalyse in een laboratorium en vervolgens het rapporteren van het resultaat van het laboratorium aan de patiënt. Als gewestelijk minister bevoegd voor Gezondheid ben ik alleen bevoegd voor de staalafname.

Begin oktober werden dagelijks 4000 stalen genomen. Dit aantal was tegen het eind van de maand toegenomen tot 5000 per dag om vervolgens verder te stijgen tot 9000 per dag tegen het eind van het jaar.

Met het oog op deze capaciteitstoename, hebben we financiële en logistieke middelen ingezet om 7 afnamecentra in het gewest te openen (4 grote centra (waarvan 1 met een drive-in) in de tweede Brusselse kroon en 3 kleinere centra in de eerste kroon). Zij breiden het aantal rijen voor afname geleidelijk aan uit door het aantal personeelsleden te verhogen. Ik heb het RIZIV ook gevraagd om de drive-in van het UZ Brussel te kunnen opnemen in deze strategie maar ik heb nog geen antwoord gekregen.

Deze afnamecapaciteit is uiteraard afhankelijk van de analysecapaciteit van de labo’s en komt in feite overeen met 10% van de federale capaciteit. Onze capaciteit neemt dus toe naarmate de federale regering zelf haar analysecapaciteit vergroot - iets waar ik al maanden om vraag, gezien de groeiende vraag in Brussel en de mate waarmee het virus circuleert.

Ik hoop en ik vraag dan ook dat de federale regering alles in het werk stelt om ervoor te zorgen dat de rest van de testketen gelijke tred houdt met onze groei van de afnamecapaciteit.


Vraag 2

De huisartsenpeilpraktijken die de seizoensgriep opvolgen hebben voorlopig nog niet gemeld dat de griep zou verward worden met COVID-19 of dat het aantal griepsyndromen hoger zou liggen dan deze die door SARS-Cov worden veroorzaakt. Op basis van de resultaten van de PCR-uitstrijkjes heeft Sciensano nog niet gewaarschuwd voor een echte toename van de griep. Wanneer de bevolking de hygiënemaatregelen toepast om COVID te vermijden, wordt ze daadwerkelijk ook beter beschermd tegen de griep, die hierdoor minder besmettelijk is.


Vraag 3

Net zoals elk jaar, zijn artsen waakzamer voor het optreden van griepachtige verschijnselen bij risicopopulaties. Dit is namelijk dezelfde risicogroep als voor COVID-19.

Hetzelfde geldt voor de communicatie inzake preventie. Alles wat voor COVID wordt gezegd, geldt ook voor de griep. Door te investeren in communicatie en personeel met het oog op deze preventie, slaan we twee vliegen in een klap.


Vraag 4

De GGC heeft begin september een sensibiliseringscampagne gericht op ouderen en op bewoners en zorgverleners in de ROB/RVT gelanceerd. Deze campagneposters werden ook aangeboden aan de ziekenhuizen.

Sommige coördinerende artsen van de RVT’s hebben ons gemeld dat ze moeite hadden om het personeel te overtuigen om zich te laten vaccineren.

Mijn kabinet heeft bijgevolg aan de ziekenhuizen gevraagd wat de beste strategieën waren (omdat het ziekenhuispersoneel minder terughoudend leek dan het personeel van de ROB/RVT’s om zich te laten vaccineren). Hierna werden goede praktijken gedeeld met de sectorfederaties.


Vraag 5

De griepvaccinatiecampagne van dit jaar was een groot succes en het griepvaccin kon alleen worden toegediend aan mensen in categorie A, zoals bepaald door de Hoge Gezondheidsraad (HGR). Dit zijn mensen die het risico lopen op complicaties zoals mensen die in instellingen verblijven, mensen met een chronische longziekte, immuunziekten, mensen van 65 jaar en ouder, zwangere vrouwen en personeel in de gezondheidssector.

Kwetsbare personen in deze categorieën hebben meestal een referentiearts. Via hem of haar hebben ze toegang tot het griepvaccin.

De GGC heeft tot op heden nog nooit een specifieke strategie ter ondersteuning van de griepvaccinatie uitgevoerd. Dit jaar is een informatiecampagne opgezet voor het ziekenhuispersoneel en het personeel van de rusthuizen.

We werken momenteel aan een beleid van zorgtoegang, de 0,5-functie genaamd, dat kwetsbare personen, die van zorg zijn uitgesloten, in staat moet stellen toegang te krijgen tot de eerstelijnszorg, in het bijzonder tot de huisarts die de begunstigde kan informeren en hem/haar toegang kan geven tot het griepvaccin en andere preventiediensten. Het griepvaccin wordt via de derdebetalersregeling door het RIZIV terugbetaald voor prioritaire groepen.