Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de standaardisatie van de handelswijzen inzake dringende medische hulpverlening.

Indiener(s)
Sadik Köksal
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 515)

 
Datum ontvangst: 05/10/2021 Datum publicatie: 28/01/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 22/12/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/12/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag   

Op 15 september laatstleden heb ik in Schaarbeek de presentatie bijgewoond van een onderzoek over prostitutie  van sub-Saharaanse vrouwen. Aan het eind van de presentatie hebben verschillende verenigingen herinnerd aan de dringende vraag vanuit het veld naar harmonisatie en vereenvoudiging van de dringende medische hulp tussen de Brusselse OCMW's. Deze vereenvoudiging werd ook gevraagd tijdens de hoorzittingen over "Armoedebestrijding vanuit het oogpunt van non-take-up van rechten".

In mei laatstleden hebben Dokters van de Wereld en het Lama-project een zeer interessant onderzoek over de DMH gepubliceerd. Er werd op verschillende grote lacunes gewezen, waaronder de uiteenlopende praktijken van de OCMW's.

De procedure voor DMH, zoals die nu bestaat, leidt tot zware en dure bureaucratie voor de OCMW's. Een vereenvoudiging van de procedure zou tijd opleveren voor de OCMW-medewerkers en de zorg- en sociaal-medische instellingen, die zich dan meer zouden kunnen toeleggen op hun hoofdtaak: welzijnswerk ten dienste van de bevolking.

Hoewel de COVID-crisis heeft aangetoond hoe belangrijk een snelle en vlotte toegang tot de zorg is, zou een betere toegang tot preventieve zorg een winst voor onze overheidsfinanciën betekenen. Spoedeisende behandelingen en dringende ziekenhuisopnames zijn vaak vermijdbaar en duur. Vandaag is tussen 65 en 70% van de uitgaven voor DMH bestemd voor de kosten van de ziekenhuisopnames (cijfers verkregen via de FOD MI). Een betere toegang tot preventieve zorg voor de begunstigden zou derhalve leiden tot een betere kwaliteit van de zorg en een beter gebruik van de gezondheidsdiensten bij gelijke kosten. Ook bleek uit een enquête die het Bureau d'étude des sans-papiers in 2018 heeft gehouden bij 230 personen die illegaal in Brussel en Wallonië verblijven, dat een derde de DMH niet kent of bang is om officiële stappen te doen. Non-take-up van rechten is een groot probleem en leidt tot een versnelde verarming van de samenleving. We moeten daar iets aan doen.

Wat de DMH betreft, is het OCMW bovendien verplicht om de voorwaarden in verband met de territorialiteit te controleren, namelijk zich ervan te vergewissen dat de aanvrager het grootste deel van de tijd daadwerkelijk op het grondgebied van zijn gemeente woont. Daartoe voert het OCMW trouwens meestal een huisbezoek uit. Volgens een onderzoek van Dokters van de Wereld1, uitgevoerd in 7 Europese landen, waaronder België, woont van de 29.359 geïnterviewde personen slechts 21% in een eigen huis. Dokters van de Wereld vraagt dat het huisbezoek niet langer verplicht is voor personen die geen vaste woning hebben. Dat bezoek is ook problematisch in het kader van een vraag om zorg op het vlak van seksuele en reproductieve gezondheid: een beroep doen op vrijwillige zwangerschapsafbreking of contraceptie blijft een taboe in bepaalde woongebieden.

Tot slot is DMH het allerlaatste redmiddel, als men niets heeft. De begunstigden zijn zeer kwetsbaar en achtergesteld. De DMH zoals die thans bestaat, eerbiedigt niet ten volle het recht van eenieder om een leven te leiden dat in overeenstemming is met de menselijke waardigheid, overeenkomstig artikel 23 van de Grondwet.

In het licht van deze elementen wens ik u de volgende vragen te stellen:

  1. Werkt u thans aan de harmonisatie van de praktijken op het vlak van DMH? Ontmoet u de verschillende Brusselse OCMW's om hun standpunt te horen?

  2. Welke maatregelen heeft u in dit verband al getroffen?

  3. Hebt u ontmoetingen gehad met Dokters van de Wereld  en verschillende actoren uit het veld?

  4. Welk gevolg wordt gegeven aan de aanbevelingen die uit de hoorzittingen naar voren zijn gekomen? Is uw kabinet daarmee bezig? Volgt u een tijdschema?

1 2019 Observatory Report. Left behind: the state of universal health coverage in Europe, dotw_2019_lowress_alt.pdf (wordpress.com).

 
 
Antwoord    Ik dank u voor uw vraag, mijnheer het parlementslid.

Op basis van de door de Federatie van OCMW’s verstrekte informatie en na de enquête over de praktijken en het beleid van de Brusselse OCMW’s op het gebied van gezondheidszorg, kon in september 2019 een inventaris worden opgemaakt van de ongelijkheden op dit gebied.

Door het vertrek van de initiatiefnemers van dit project binnen de Federatie van Brusselse OCMW’s bij Brulocalis, het gebrek aan personeel binnen de Federatie in het algemeen en de impact van de gezondheidscrisis op alle betrokken actoren, was het tot begin 2021 niet mogelijk om een werkgroep op te richten voor de opvolging van het dossier binnen de Federatie.


Jullie weten allemaal zeer goed dat de OCMW’s in deze moeilijke periode te kampen hadden met een enorme sociale crisis en een verhoogde werkdruk.


De DVC, mijn kabinet en ikzelf hebben de ontwikkelingen binnen de Federatie van Brusselse OCMW’s in het afgelopen jaar en de begeleiding van de OCMW’s bij het gebruik van de hun toegekende 30 miljoen euro, op de voet gevolgd.


Het is in die context dat de leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn, in samenwerking met de DVC, en mijn kabinet de Federatie van Brusselse OCMW’s hebben uitgenodigd om, in haar aanvraag van een facultatieve subsidie voor 2021 aan de GGC, begin dit jaar alle doelstellingen/opdrachten te verduidelijken die in de richting gaan van een harmonisatie van de praktijken van de OCMW’s. De volgende doelstellingen zijn derhalve als prioriteiten opgenomen in het ontwerp 2021:



Implementatie van de nota over administratieve vereenvoudiging bij de toegang tot gezondheidszorg:
- Automatisch behoud van de medische kaart bij verandering van gemeente;
- Oprichting van een werkgroep die voorstellen moet doen voor de minimale gemeenschappelijke inhoud van de medische kaarten voor de 19 OCMW’s;
- Update van de lijst van geneesmiddelen D;
- Oprichting van een werkgroep waarin de ‘gezondheidspartners’ zijn verenigd om concrete maatregelen te bestuderen inzake de administratieve vereenvoudiging bij de toegang tot de zorg in het algemeen en meer in het bijzonder tot de DMH.

Wat de stand van zaken bij de uitvoering ervan betreft, weten wij dat verschillende werkgroepen zijn ingesteld. Het directiecomité van de Federatie van OCMW’s heeft duidelijk geconstateerd dat er een politieke wil bestaat om de praktijken op het gebied van gezondheid te harmoniseren. Sinds 1 oktober is een eerste ontwerp van beraadslaging voor een harmonisatie goedgekeurd voor de gezondheidskaart van personen die in orde zijn met het ziekenfonds.

De tweede stap is die van de dringende medische hulp. Alvorens een standpunt in te nemen, heeft het directiecomité een werkgroep gemandateerd. Die is op 6 oktober bijeengekomen om het ontwerp inzake de administratieve vereenvoudiging van de dringende medische hulp te bestuderen: gemene deler, toegang, attesten, procedures, informatiedocumenten, enz. Het doel op lange termijn is te komen tot één enkele medische kaart, ongeacht het sociale statuut van de houder.

In verband met uw vraag of wij met de verschillende OCMW’s vergaderen om naar hen te luisteren, kan ik u zeggen dat er in december vorig jaar en in mei 2021 vergaderingen tussen mijn kabinet en elk OCMW hebben plaatsgevonden en dat deze ook momenteel plaatsvinden. Zelf heb ik dit jaar één keer met de Federatie van OCMW’s vergaderd en begin volgend jaar is een nieuwe vergadering gepland. Ik heb dit jaar ook de kans gehad om 4 OCMW’s te bezoeken, het vijfde OCMW-bezoek is gepland voor begin volgend jaar.


Om uw vraag te beantwoorden: wij hebben inderdaad verschillende ontmoetingen gehad met Dokters van de Wereld en verschillende actoren in het veld over dit onderwerp, en wij zijn volledig overtuigd van het belang van dit project. De harmonisatie van de praktijken is echter geen eenvoudige opgave; er staan verschillende complexe taken op de agenda, zoals territoriale bevoegdheid en dringende medische hulp. Harmonisatie is een tijdrovende aangelegenheid omdat zij in het kader van de OCMW’s op vrijwillige basis wordt georganiseerd. Wij hebben geen bindende maatregelen om hen tot harmonisatie te dwingen.


Onze kabinet heeft een globale analyse van de dringende medische hulp uitgevoerd om alle problemen in de sector in kaart te brengen, prioriteiten voor de projecten vast te stellen en duidelijke richtlijnen te geven. De conclusies zijn gepresenteerd tijdens een bijeenkomst met de Federatie van OCMW’s, waarvoor ook Dokters van de Wereld was uitgenodigd.
Die roadmap maakt deel uit van de doelstellingen van de Federatie van OCMW’s die in het jaar 2021-2022 moeten worden bereikt. Ter informatie: Dokters van de Wereld neemt deel aan de werkgroep Gezondheid van de Federatie van OCMW’s, die tot doel heeft deze praktijk te harmoniseren.


U beweert dat een betere toegang tot preventieve zorg voor de begunstigden dus zou moeten leiden tot een betere kwaliteit van de zorg en een beter gebruik van de gezondheidsdiensten tegen gelijke kosten. Helaas is die bewering maar half waar. In feite zou, in absolute termen en op het niveau van de Belgische financiën, een betere toegang tot preventieve zorg voor de begunstigden moeten leiden tot een betere kwaliteit van de zorg en een beter gebruik van de gezondheidsdiensten. Op dit ogenblik en gezien de verdeling van de bevoegdheden die u kent, wordt dit proces echter niet tegen gelijke kosten tussen de niveaus uitgevoerd. Zoals u weet, nemen de Brusselse OCMW’s 60% van alle dringende medische hulp in België voor hun rekening. Bovendien wordt een deel van de uitkeringen en de volledige lijst van geneesmiddelen D door de Brusselse OCMW’s uit hun eigen middelen betaald. Dat is een van de hindernissen in dit dossier, de financiële draagkracht van de gemeenten om de kosten van de zorg op te vangen, die momenteel niet door het RIZIV worden gedekt.
Wij zullen de federale regering uiteraard interpelleren over dit dossier.