Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende zelfmoord

Indiener(s)
Hasan Koyuncu
aan
Elke Van den Brandt en Alain Maron, leden van het Verenigd College bevoegd voor Welzijn en Gezondheid (Vragen nr 532)

 
Datum ontvangst: 14/12/2021 Datum publicatie: 10/03/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 10/03/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
12/01/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van de Verenigde vergadering
 
Vraag   

Zelfmoord is een maatschappelijk fenomeen dat terecht of onterecht taboe is. Aangezien de statistieken over dit onderwerp toch openbaar zijn, zou ik graag het volgende willen weten:

1. de ontwikkeling van het aantal zelfmoorden in de afgelopen 10 jaar;

2. de ontwikkeling van de uitsplitsing van het aantal zelfmoorden naar geslacht en leeftijdsgroep;

3. indien beschikbaar, de vermoedelijke oorzaken van de geregistreerde zelfmoorden;

Welke lessen kunnen worden getrokken uit de beschikbare statistieken, of uit de ontwikkeling daarvan in de afgelopen jaren?

Zijn beleidsmaatregelen nodig, en zo ja, welke?

 

 
 
Antwoord   

 

A1

In 2018 (meest recente gegevens) werden 119 overlijdens door zelfdoding geregistreerd onder Brusselaars (met inbegrip van Brusselaars die in Vlaanderen en Wallonië overleden); waarvan 77 mannen en 42 vrouwen.

Er is dus een neerwaartse trend de afgelopen 20 jaar (202 overlijdens in 1998; 157 in 2005; 140 in 2010, 139 in 2017 en 119 in 2018).

 

 

 

Wat het sterftecijfer door zelfdoding2 (aantal overlijdens door zelfdoding/100.000 inwoners) onder de Brusselaars betreft, is de trend dezelfde als voor de brutocijfers, zowel voor mannen als voor vrouwen, met een voortdurende daling van de sterftecijfers de afgelopen 20 jaar.

 

Sinds 1998 is het totale zelfdodingscijfer onder de Brusselaars (mannen en vrouwen samen) immers gehalveerd, van 22,5 overlijdens door zelfdoding per 100 000 inwoners in 1998 tot 11,2 overlijdens door zelfdoding per 100 000 inwoners in 2018.

 

Deze cijfers zijn twee keer zo hoog voor mannen als voor vrouwen, en deze verhouding mannen/vrouwen is de afgelopen 20 jaar over het algemeen stabiel gebleven. In 2018 bedraagt het voor leeftijd gestandaardiseerde sterftecijfer door zelfdoding 15,2 per 100 000 mannen en 7,6 per 100 000 vrouwen.

 

 

 

 

Om de sterftecijfers door zelfdoding op basis van leeftijd bij mannen en bij vrouwen te analyseren, hebben we de gegevens van de periode 1998-2018 gegroepeerd om over voldoende gegevens te beschikken.   

De sterftecijfers door zelfdoding stijgen met de leeftijd, zowel bij mannen als bij vrouwen. Bij mannen is er een sterke stijging vanaf de leeftijd van 20, met een stagnatie tussen 45 en 70 jaar, en een heel sterke stijging vanaf 70 jaar. Bij vrouwen is er een meer geleidelijke stijging tot de leeftijd van 50 jaar, de cijfers fluctueren vervolgens in de hogere leeftijdscategorieën. 

 

A2

De gebruikte zelfdodingsmanieren variëren naargelang het geslacht. Men stelt verhoudingsgewijs meer ophangingen bij mannen vast, terwijl vrouwen doorgaans drugs of geneesmiddelen gebruiken.

 

A3

De zelfmoordpreventie-activiteiten in het Brussels Gewest worden uitgevoerd door het Centre de Prévention du Suicide (CPS), een vzw die erkend en gesubsidieerd wordt door de FGC en waarvan een deel van de posten gefinancierd wordt door ACTIRIS.

Op het gebied van activiteiten organiseert het CPS opleidingen over zelfmoordpreventie, naast het noodoproepnummer en de ondersteuning voor personen in nood, de ondersteuning voor onderwijsactoren, de ondersteuning voor gezondheidswerkers en de ondersteuning voor professionele omgevingen (interventie op de werkplek).  

 

 

 

 

[1] Taux standardisés pour l'âge

Voor leeftijd gestandaardiseerde cijfers