Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de terugkerende drukte op sommige lijnen van het openbaar vervoer

Indiener(s)
Gaëtan Van Goidsenhoven
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 226)

 
Datum ontvangst: 13/12/2019 Datum publicatie: 19/05/2020
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 19/20 Datum antwoord: 12/05/2020
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
17/02/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Tijdens de spitsuren wordt het MIVB-netwerk in sommige zones zo druk bezet dat het bijna verzadigd is, waardoor klanten verplicht zijn het eerstvolgende voertuig, en zelfs het daaropvolgende, te laten voorbijrijden zonder in te stappen.

Dat verschijnsel doet zich zowel op de metro- als op de tram- en buslijnen voor.

Dikwijls kan immers worden vastgesteld dat de gelede bussen op bepaalde lijnen worden vervangen door standaardbussen, waardoor de toegang nog moeilijker verloopt, gezien het materieel dat oorspronkelijk was voorzien op de lijn wordt vervangen door materieel met een beperkte capaciteit.

Bij de metrostellen ontbreekt er soms een rijtuig, wat het aantal plaatsen duidelijk vermindert.

Hoe wil men meer klanten aantrekken op de Coovi-parking als de autobestuurder die ervoor heeft gekozen zijn traject verder te zetten met de metro het risico loopt om een of twee metrostellen te moeten laten voorbijrijden voordat hij een plaatsje vindt in het volgende konvooi?

Hetzelfde gebeurt bij de trams.

Zo wordt tramlijn 7, die druk gebruikt wordt, niet alleen bediend door tramstellen van het type T 4000. Soms moet men instappen in T 3000-modellen.

Of het nu bij de bussen, trams of metro is, de indruk wordt gewekt dat de MIVB niet over voldoende materieel beschikt om een dienstverlening zonder beperking te verzekeren.

Bijgevolg had ik graag van u de volgende verduidelijkingen gekregen:

· Is het metrobestand onvoldoende om het cliënteel metrostellen aan te bieden die geen rijtuigen missen, waardoor het verwachte aanbod wordt verminderd?
· Is er ook een tekort in het tram- en busbestand, gezien de beperkingen van het aanbod die over het algemeen op het net worden waargenomen?
· Beschikt u over een actuele stand van zaken van het aanbod ten opzichte van de vraag?
· Is er op dit moment nieuw materieel in bestelling?
· Welke maatregelen hebt u sinds het begin van de zittingsperiode eventueel reeds getroffen om de dienstverlening bij voorrang tijdens de spitsuren te verbeteren?
· Kan op korte termijn een algemene verbetering van de situatie worden verwacht?
 
 
Antwoord    De vloot van metrostellen bestaat momenteel uit metro's met 4, 5 of 6 wagons, afhankelijk van de generatie waartoe ze behoren. Deze vloot laat vandaag de dag niet toe om overal en altijd metro's aan te bieden die uit 6 wagons bestaan.

43 nieuwe metro’s met 6 wagons (het maximum gezien de lengte van de perrons van de metrostations) zijn momenteel in aanbouw en de eerste zal in de komende maanden in Brussel aankomen om alle homologatieproeven te ondergaan die zullen leiden tot de ingebruikname met reizigers van dit nieuwe type metro.

Deze nieuwe metro's zullen in de eerste plaats de bestaande lijnen versterken, die door hun gebruik nood hebben aan versterking. Hun komst zal het daarna mogelijk maken om, in het kader van de omschakeling naar de metro en de uitbreiding van lijn 3 naar Bordet, het aantal metro's toe te wijzen dat nodig is om deze nieuwe lijn met een frequentie van één metro om de 3 minuten uit te baten.

De busvloot groeit ook, met de geleidelijke ingebruikname, sinds 2019, van 37 volledig elektrische voertuigen (waaronder 25 gelede voertuigen die bestemd zijn voor de uitbating van lijn 64) en 141 gelede voertuigen met hybride elektrische aandrijving. 67 van deze voertuigen zullen in 2020 worden geleverd en in gebruik worden genomen.

Deze groei van de busvloot is bedoeld om de versterking van het busnet mogelijk te maken, waarvan de eerste maatregelen werden ingevoerd op 1 juni 2018 met de ingebruikname van lijn 33, en die wordt voortgezet met de aanleg van nieuwe lijnen en de versterking van bestaande lijnen voor een totale groei van ongeveer 30% aan het einde van dit grote richtplan Bus.

Wat de tramvloot betreft, is het juist dat de huidige vloot heel druk wordt gebruikt, en nog meer sinds de indienststelling van lijn 9 en de verlengde lijn 8, die een groot succes zijn.

In 2018 en 2019 zijn bestelling geplaatst voor nieuw rollend materieel tram. Ze zijn vooral bedoeld ter vervanging van een deel van de vloot (de oudste generaties, met hoge vloer en beperkte transportcapaciteit (aantal plaatsen/tram)). Het gaat om een bestelling voor 60 trams. De eerste tram van deze bestelling wordt eind van de zomer 2020 in Brussel geleverd. Een tweede bestelling, die momenteel ook in uitvoering is, zal dan de huidige vloot met 30 eenheden vergroten. Ze is bedoeld voor de uitbating van twee nieuwe tramlijnen waartoe de Brusselse regering heeft besloten en die momenteel in ontwikkeling zijn. Aan het einde van de levering van deze orders zal de tramvloot bestaan uit 81 trams die even lang zijn als de trams van de 4000-serie, waaronder 11 nieuwe en 70 bestaande trams van de bestaande 4000-serie.

Sinds het begin van de legislatuur zijn er al twee fasen van herstructurering van het net ingevoerd, in het kader van het richtplan Bus, die dankzij de nieuwe voertuigen hebben geleid tot de groei van het aanbod. Als we bijvoorbeeld kijken naar het maximum aantal bussen dat tijdens de avondspits op het MIVB-net rijdt (over het algemeen van 15.30 tot 18.30 uur), zien we dat er in april 2019 548 bussen op het net reden, en dat dit aantal steeg tot 570 in september 2019 en 583 in januari 2020.