Schriftelijke vraag betreffende de voetgangersoversteekplaats voor het IRSA.
- Indiener(s)
- Geoffroy Coomans de Brachène
- aan
- Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 470)
| Datum ontvangst: 07/07/2020 | Datum publicatie: 02/10/2020 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 19/20 | Datum antwoord: 18/09/2020 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 09/07/2020 | Ontvankelijk | p.m. |
| Vraag | Ik verneem van sommige ouders die hun kinderen naar het IRSA (Koninklijk Instituut voor Doven en Blinden) vergezellen dat het moeilijk is om over te steken tussen de voortdurende stroom van auto's (ondanks het verkeerslicht) en dat de afstand tussen de huidige ingangen op de site en de enige oversteekplaats voor voetgangers ter hoogte van de Van Beverlaan te groot is. Sinds de grote werkzaamheden die bij het IRSA hebben plaatsgevonden - en voor sommigen nog steeds aan de gang zijn - om de infrastructuur uit te breiden en te actualiseren, is de hoofdingang namelijk verplaatst naar de Waterloosesteenweg 1504. Voor de kwetsbare leerlingen die deze specifieke locatie bezoeken is een veilige oversteekplaats des te belangrijker. Kunt u mij, op grond van deze informatie, antwoord geven op de volgende vragen: Kunt u mij vertellen of er contact is geweest tussen het IRSA en uw administratie om een oplossing te vinden voor de leerlingen en hun ouders naar aanleiding van hun verzoek? Zo ja, hebt u een consensus kunnen bereiken? Zo niet, hoe verantwoordt u deze weigering tegenover het IRSA? |
| Antwoord | In december 2019 hebben we een aanvraag ontvangen voor het creëren van een zebrapad (met of zonder verkeerslichten). Ze werd ons bezorgd door de gemeente Ukkel en was afkomstig van een ouder van een leerling en niet van het IRSA zelf. In deze aanvraag werd geen melding gemaakt van de gewijzigde ingangen die u in uw interpellatie vermeldt en die ons er vandaag eventueel toe zouden kunnen brengen onze interpretatie van de aanvraag bij te stellen. Mijn administratie heeft deze aanvraag na ontvangst ervan immers onderzocht. Op basis van de elementen waarover ze beschikte, zag ze in eerste instantie niet het nut in van een zebrapad ter hoogte van nummer 1505, aangezien op die plek geen bushalte, eventuele kiss and ride of andere aantrekkingspolen (wandelpaden of andere) aanwezig zijn die de aanleg van een zebrapad zouden kunnen verantwoorden. Gezien de met verkeerslichten beveiligde oversteekplaats ter hoogte van het kruispunt Van Bever (minder dan 60 meter verder), was ze van mening dat het, rekening houdend met de context en het extreem kwetsbare publiek van het IRSA, beter was om de leerlingen van het IRSA en hun ouders hiernaartoe te leiden en in voorkomend geval te overwegen om samen met de gemeente een kiss and ride in te richten in de Van Beverlaan, die veel rustiger en veiliger is dan de steenweg zelf. Naar aanleiding van deze nieuwe aanvraag en – vooral – van de gewijzigde ingangen van de school zal de aanleg van dit zebrapad opnieuw onderzocht worden. De zichtbaarheid van een zebrapad waarborgen is van fundamenteel belang. Voor het IRSA liggen momenteel twee haltes voor schoolbussen en parkeerplaatsen. Als een zebrapad relevant blijkt, zal de locatie van deze voorzieningen dus herzien moeten worden. Een zebrapad pal voor de school zal bijgevolg misschien niet mogelijk zijn. Bovendien zou er, gezien de aard van de zintuiglijke en cognitieve moeilijkheden van de kinderen, enkel een zebrapad met verkeerslichten aangelegd kunnen worden. Als dit eventuele nieuwe zebrapad dan te dicht bij het al bestaande zebrapad zou komen te liggen, dat zich op 60 meter van de ingang van de school bevindt, zal het project herbekeken moeten worden. |