Schriftelijke vraag betreffende de ontwikkeling van het partnerschap tussen de Stichting Kanal en het Centre Pompidou in Parijs.
- Indiener(s)
- Gaëtan Van Goidsenhoven
- aan
- Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 386)
| Datum ontvangst: 08/10/2020 | Datum publicatie: 07/01/2021 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 26/11/2020 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 22/10/2020 | Ontvankelijk | p.m. |
| Vraag | In 2017 heeft de Stichting Kanal een structurele partnerschapsovereenkomst voor 10 jaar getekend met het Centre Pompidou in Parijs. Ter aanvulling van mijn informatie, zou ik bijgevolg graag antwoord krijgen op de volgende vragen: 1. Wat is de ontwikkeling van de betrekkingen met het Centre Pompidou in Parijs? Zijn de voorwaarden van dit partnerschap de laatste tijd veranderd? 2. Zal de vertraging in de definitieve opening van Kanal voor het publiek, uitgesteld tot 2024, gevolgen hebben voor dit partnerschap? Is nog steeds overeengekomen dat ons museum voor moderne kunst eind 2027 volledig autonoom wordt? |
| Antwoord | 1. De modaliteiten zijn nog steeds dezelfde als degene die omschreven zijn in de vertrouwelijke overeenkomst waarvan een afschrift aan de diensten van het Parlement werd bezorgd. Zij zijn ongewijzigd gebleven. 2. Er is voorlopig nog niet gesproken over wat die opgeschoven termijn betekent voor de uitvoering van de overeenkomst die loopt tot 2027. Dat zal zo nodig worden beoordeeld. 3. Ja. Ik wil er echter op wijzen dat de stichting Kanal vandaag al over een zeer grote beheers- en beslissingsautonomie beschikt. Zij maakt gebruik van de ervaring, de collecties en de bekendheid van het Centre Pompidou, maar bestuursmatig hangt zij er op geen enkel vlak van af. |