Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de geregistreerde gevallen van vrouwenmoord in België.

Indiener(s)
Véronique Lefrancq
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 407)

 
Datum ontvangst: 08/10/2020 Datum publicatie: 14/01/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 08/01/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
10/11/2020 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Zoals u weet, omvat vrouwenmoord alle daden van gendergerelateerd geweld. De term omvat moord, maar ook verkrachting, eerwraak en elke vorm van verminking van vrouwen omdat ze vrouw zijn. België beschikt trouwens niet over officiële cijfers over het aantal vrouwenmoorden, maar de vereniging "Stop feminicide" schat op basis van de door de media opgetekende feiten dat dit het veertiende geval van vrouwenmoord in België is sinds het begin van het jaar. Volgens de vzw "Vie Féminine", en opnieuw op basis van ramingen, werden 41 vrouwenmoorden gepleegd in 2017, 36 vrouwenmoorden in 2018 en 23 in 2019.

Het Gewestelijk Plan ter bestrijding van geweld tegen vrouwen, dat op 16 juli gepubliceerd werd, voorziet in 56 acties. Het is een uitgebreid en ambitieus plan. Ik zal nauwlettend toezien op de concrete uitvoering van de verschillende acties en doelstellingen.

Graag een antwoord op volgende vragen:

- Hebt u nauwkeuriger cijfers voor het Gewest sinds het begin van het jaar?

- Hoeveel gevallen van vrouwenmoord werden vorig jaar in dezelfde periode geregistreerd?

- Voor het opstellen van het plan werd overleg gepleegd met de sector. Kunt u mij de namen geven van de aanwezige verenigingen voor elk van de verschillende werkgroepen?

- In hoeverre besteedt het plan speciale aandacht aan kinderen, de nevenslachtoffers van vrouwenmoorden?

- Het plan is transversaal en alle ministers moeten verantwoording afleggen aan onze Commissie. Bestaat er binnen elk kabinet een referent die belast is met het toezicht op de goede uitvoering van het plan op de bevoegdheidsgebieden van de minister?

- Wat betreft de nieuwe voorziening voor vrouwen die het slachtoffer zijn van geweld die in het plan voor 2023 wordt vermeld, kunt u ons nu al een nauwkeuriger tijdschema geven, alsook de plaats waar deze voorziening zal worden opgezet?

- Wat betreft de oprichting van specifieke cellen voor intrafamiliaal en seksueel geweld in elk van de zes politiezones, wanneer zal deze maatregel operationeel zijn? Welk budget werd beschikbaar gesteld? Wie zal verantwoordelijk zijn voor de opleiding van de politieagenten die in deze cel werken? Welke tools zullen bij voorkeur worden gebruikt om de slachtoffers binnen deze specifieke eenheden te begeleiden?

- Hoe zal actie 53 van het plan concreet worden uitgevoerd, d.w.z. "de verbetering van de processen-verbaal en de analyse van de politiestatistieken bevorderen"?
 
 
Antwoord    Zoals u aangeeft in uw vraag, wordt het aantal feminicides in België niet officieel geregistreerd. De bron die er vaak voor gebruikt wordt, zijn de schattingen die de blog Stop Feminicide maakt op basis van artikels in de pers. Deze blog maakt momenteel gewag van 18 feminicides in 2020.


In het kader van het Brussels Plan ter bestrijding van geweld tegen vrouwen is het de bedoeling om te bekijken hoe het aantal feminicides in het Brussels Hoofdstedelijk gewest statistisch kan opgevolgd worden op basis van politiestatistieken en pv’s. De uitwerking van deze actie valt onder de coördinatie van Brussel Preventie en Veiligheid.

Voor de opmaak van het Plan is de raadpleging van het middenveld op verschillende manieren gebeurd:
1. equal.brussels heeft de voorbereidingen van het Plan gestart door een analyse van de bestaande aanbevelingen, internationale teksten en eisen van het middenveld. Een belangrijke bron daarbij was met name het ‘shadow report’ van de Belgische coalitie van verenigingen tegen geweld;
2. Het Plan is voorgesteld aan het gewestelijk platform inzake partner- en familiaal geweld tijdens de voorbereidingen ervan. De feedback van het platform was positief, en het plan werd vervolgens aangepast aan de opmerkingen van de leden. Die leden van het platform betreffen voornamelijk Brusselse verenigingen actief in de preventie van en strijd tegen geweld, naast enkele lokale actoren;
3. Voordat het Plan officieel werd voorgesteld, is het ook voorgelegd aan de Brusselse Raad voor Gelijkheid tussen Vrouwen en Mannen. Dit adviesorgaan bestaat uit vertegenwoordigers van het middenveld, academici en vertegenwoordigers van Brupartners. Deze Raad leverde een uitgebreid advies over de ontwerptekst van het Plan begin juli 2020, waarna de tekst werd aangepast in functie van hun aanbevelingen en opmerkingen;
4. Ik heb bij mijn aantreden tijdens een reeks ontmoetingen alle Brusselse actoren gesproken. Zo heb ik met meer dan 50 verenigingen op het terrein van gedachten kunnen wisselen. Ik heb kennisgenomen van hun eisen en heb het belang van het verenigingsleven in het kader van gelijke kansen kunnen vaststellen.

Kinderen kunnen inderdaad mede-slachtoffers van partnergeweld zijn. Daarvoor zijn in het plan in de volgende acties voorzien:
- Een structurele samenwerking met organisaties die werken rond de impact van partnergeweld op kinderen, in het kader van het proefproject rond intersectorale samenwerking (actie 46 van het plan). Dit proefproject wordt momenteel voorbereid, onder coördinatie van Brussel Preventie en Veiligheid en equal.brussels. De doelstelling ervan is om op termijn casusoverleg te kunnen organiseren rond concrete situaties van familiaal geweld tussen het parket, de politie en hulpverleningsorganisaties; en in gevallen waarbij er kinderen betrokken zijn ook een beroep te kunnen doen op de expertise van organisaties zoals het Vertrouwenscentrum Kindermishandeling en SOS Enfants;
- Specifieke aandacht voor de impact op kinderen in bewustmakingscampagnes (actie 18);
- Het uitwerken van huisvestingsoplossingen voor slachtoffers, met bijzondere aandacht voor kinderen (actie 46);
- Het oprichten van een opvangcentrum voor vrouwen die ten gevolge van partnergeweld op zoek zijn naar een snelle woonoplossing, in het bijzonder zij met kinderen (actie 49).


Wat betreft de referentiepersonen bij de Brusselse kabinetten voor dit Plan, is het inderdaad zo dat elke Minister of Staatssecretaris personen uit haar of zijn kabinet heeft aangeduid tijdens de voorbereiding ervan, die ook verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de maatregelen van het plan binnen de bevoegdheden van hun kabinet.


Betreffende het nieuwe opvanghuis voor slachtoffers van geweld (actie 49 van het Plan): Het project is erop gericht opvang- en herhuisvestingsoplossingen voor de bovenvermelde doelgroepen te vinden. Ik kan nog geen precieze timing geven, maar het project vordert goed. De actoren die verantwoordelijk zijn voor deze actie zijn de GGC, de BGHM en Brussel Huisvesting. Begin 2021 zal een eerste stand van zaken opgemaakt worden met de coördinatoren van alle acties.


Het oprichten van specifieke onthaalcellen voor seksueel en intrafamiliaal geweld is een verantwoordelijkheid van de politiezones en Brussel Preventie en Veiligheid als gewestelijke instelling.

Wel is het zo dat binnen Politiezone Brussel-Hoofdstad Elsene bijvoorbeeld, al een initiatief in die richting is genomen door de oprichting van een cel die zich richt op de verbetering van het eerste contact tussen slachtoffers en diensten. In januari zal ik de leden van deze cel ontmoeten om de behoeften te begrijpen en de impact van deze maatregel op het terrein te onderzoeken.


Tot slot, wat betreft de verbetering van processen-verbaal en de analyse van politiestatistieken, kan ik u meegeven dat onder coördinatie van Brussel Preventie en Veiligheid voorzien is om:
- Statistieken te verzamelen die zijn uitgesplitst volgens gender;
- Te bekijken hoe men de statistische opvolging van het aantal feminicides in het Brussels Gewest kan organiseren;
- Te bekijken hoe de verwerking en analyse van de slachtofferindicatoren kan verbeterd worden;
- De gewestelijke en lokale politieagenten te sensibiliseren over de problematiek van geweld tegen vrouwen.