Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de vertraging bij de werkzaamheden aan metrolijn 3.

Indiener(s)
David Weytsman
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 690)

 
Datum ontvangst: 09/12/2020 Datum publicatie: 16/02/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 29/01/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
05/01/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De metro tussen Noord en Albert zal tijdens deze zittingsperiode gerealiseerd moeten worden, maar ligt al zes maanden achter op het oorspronkelijke schema. Hij zou in 2024 ingehuldigd worden, maar dat zal dus op zijn minst in 2025 gebeuren, wat ons verder brengt dan deze zittingsperiode.

Welke stappen onderneemt u om die vertraging in te halen?

Wat is de impact van die vertraging op de uitvoering van de volledige lijn?

Wanneer zal de nieuwe metro naar schatting worden ingehuldigd?

Wat is er met Beliris gepland voor de financiering van de werken in geval van vertraging bij de uitvoering van de bouwplaats?
 
 
Antwoord    Volgens de origineel geplande doelstelling van tijdens de uitwerking van de lastenboeken voor de werken van burgerlijke bouwkunde zou de indienstneming van het metrotracé Noordstation - Albert plaatsvinden in oktober 2024, dat is dus al na de huidige legislatuur.

De planning van verschillende betrokken ondernemingen volgden elkaar contractueel op bij het toewijzen van de aanbestedingen, ook de boetes voor vertragingen.

Zeer complexe werven worden vanzelfsprekend niet gespaard van externe, onvoorziene en onvoorspelbare omstandigheden. De duur van bepaalde werken valt niet in te korten door de aard ervan.

Als er vertragingen blijken te zijn tijdens de voortgang van de werken evalueren de projectteams of er andere mogelijkheden zijn of varianten in de uitvoeringstechnieken op basis van planning, budget en kwaliteit om vervolgens te bepalen of het mogelijk is om een deel van of de volledige vertraging in te halen.

De planning voor het tracé Noordstation- Bordet (indienstneming voorzien in 2030), waarvan de opvolging in handen gegeven is van Beliris, wordt niet bepaald door de planning van het tracé Noordstation – Albert (indienstneming voorzien in 2025), die onder direct bouwheerschap van de MIVB staat.

De bijdrage van Beliris in de financiering van het project Metro Noord wordt periodiek bepaald in het samenwerkingsakkoord tussen het federale niveau en het Gewest en de bijlagen.

De laatste bijlage (bijlage 13) dekte de periode 2016-2019. De volgende bijlage wordt momenteel besproken en andere bijlages zullen nog volgen.

De uiterste datum voor indienstneming van de volledige metrolijn 3 ligt verder in de tijd dan de tijdsaanduidingen uit de laatste bijlage (bijlage 13). Er moeten in de volgende bijlages nog veel investeringen besproken worden tussen de Federale Staat en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.