Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het onderhoud van graven met een plaatselijk historisch belang

Indiener(s)
Fadila Laanan
aan
Pascal Smet, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Stedenbouw en Erfgoed, Europese en Internationale Betrekkingen, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (Vragen nr 326)

 
Datum ontvangst: 18/01/2021 Datum publicatie: 11/03/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 08/03/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
27/01/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Artikel 33 van de ordonnantie van 29 november 2018 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging bepaalt: "Het college van burgemeester en schepenen of het bevoegde orgaan van de intercommunale maakt een lijst van de graven met een plaatselijk historisch belang op, die als elementen van het onroerend vermogen beschouwd kunnen worden. Bij overlijden van de titularis en van de begunstigden van de concessie en in afwezigheid van erfgenamen, worden de graven gedurende dertig jaar bewaard en onderhouden door de gemeentelijke overheid of het bevoegde orgaan van de intercommunale. Die termijn kan worden verlengd.
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering bepaalt de modaliteiten voor het opmaken van de lijst van de graven met een plaatselijk historisch belang.»
Om mijn informatie aan te vullen:
- Is het Gewest van plan een extra begroting uit te trekken voor het onderhoud van de graven van plaatselijk historisch belang? Zo ja, welke bedragen zijn er voorzien, en op welke termijn?
- Zijn er kosten voor de gemeenten of komen die ten laste van het Gewest?
 
 
Antwoord    Uw vragen hebben geen betrekking op Urban, maar vallen onder de bevoegdheden van de minister-president inzake “verering”.

Ik kan u wel inlichtingen geven over de standaardwerken voor het funeraire erfgoed op de inventaris in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Daarvoor is het nodig om de twee publicaties van Cécilia Vandervelde te vermelden:
La Nécropole de Bruxelles. Etude de l'architecture et de la sculpture funéraires, des symboles et des épitaphes. Inventaris, Brussel, 1991, betreffende de begraafplaats van Brussel in Evere, en Les champs de repos de la Région bruxelloise Etude de l'architecture et de la sculpture funéraires, des symboles et des épitaphes. Inventaris, Brussel, 1997, betreffende de andere begraafplaatsen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Deze publicaties moeten worden beschouwd als overzichten die tot een gemotiveerde inventaris leiden. De verschillende invalshoeken zijn grotendeels dezelfde voor elke begraafplaats, namelijk de omheinde ruimtes, militairen, burgemeesters, vooraanstaande personen (adel), (plaatselijke) beroemdheden, epigrafie, symboliek en, afhankelijk van de begraafplaats, meer thematische invalshoeken die vooral op architectuur- en beeldhouwtendensen gericht zijn. Er staat ook een glossarium in. Momenteel wordt geen uitwerking van eventuele inventarissen in dat opzicht voorzien.

Verschillende gemeentebesturen hebben het initiatief genomen om een gids over hun begraafplaats te publiceren. Zo zijn er gidsen beschikbaar over de begraafplaatsen van Elsene, Sint-Jans-Molenbeek, Sint-Gillis en Brussel-Stad (Evere en Laken). Ze worden meestal via de gemeentebesturen verdeeld of zijn beschikbaar op de begraafplaats zelf. Die gidsen leggen de nadruk op typerende kenmerken van de begraafplaats in kwestie.
Momenteel wordt een pedagogisch dossier over de Brusselse begraafplaatsen voorbereid, volgens het model van het dossier over de Eerste Wereldoorlog (14-18 Beelden vertellen).

Dat zou ook deel kunnen uitmaken van de Open Monumentendagen, gericht op het thema biografieën van bekende personen.

Wat de vraag over de gemeenten betreft, verwijs ik u naar het antwoord van mijn collega, aan wie u die vraag ook hebt gesteld.