Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de wijziging van het arbeidsreglement van fiscaliteit.brussels

Indiener(s)
David Leisterh
aan
Sven Gatz, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel (Vragen nr 283)

 
Datum ontvangst: 22/02/2021 Datum publicatie: 02/04/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 26/03/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
01/03/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Volgens informatie die ik heb ontvangen, zou de overheidsinstelling fiscaliteit.brussels, die onder uw toezicht staat, thans bezig zijn met een wijziging van haar arbeidsreglement, die onder meer de invoering van belangrijke bepalingen betreffende de bescherming van de persoonlijke levenssfeer zou impliceren.

In dit geval zouden de wijzigingen betrekking hebben op de mogelijkheid voor de werkgever om de browsegeschiedenis van zijn werknemers en de inhoud van de uitwisselingen die via de computers en gsm’s van het werk gebeuren, te controleren.

In het licht van het bovenstaande zou ik u de volgende vragen willen stellen:

- Ten eerste, bevestigt u deze informatie over de wijziging van het arbeidsreglement van fiscaliteit.brussels?
- Zo ja, wanneer zouden de nieuwe bepalingen van kracht worden? Welke redenen verantwoorden dergelijke procedures, die in strijd zijn met de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de individuen en in het bijzonder van de werknemers van de overheidsinstelling?
- Conform de wet van 18 december 2002 dient er op voorhand met de vakbonden worden onderhandeld of overleg gepleegd over de redactie van een arbeidsreglement en de betreffende wijzigingen. Wat is bijgevolg de huidige stand van de besprekingen? Wanneer werden de besprekingen met de vakbonden over de wijziging aangevat?
- Een bepaling van het arbeidsreglement die een regelgevend karakter zou hebben en die niet zou worden teruggevonden in het statuut of het reglement dat van toepassing is op het personeel zonder arbeidsovereenkomst, zou, om toegepast te kunnen worden, vooraf dienen te worden goedgekeurd door de bevoegde toezichthoudende overheid. Wat is uw standpunt over een wijziging van het arbeidsreglement van fiscaliteit.brussels die, enerzijds, het evenwicht tussen werk en privéleven zou verstoren en, anderzijds, betwistbaar zou zijn vanuit het oogpunt van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer?

 
 
Antwoord    Brussel Fiscaliteit heeft als Gewestelijke Overheidsdienst de werkzaamheden nopens het hernieuwen van het arbeidsreglement opgestart overeenkomstig de onderhandelings- en overlegprocedures vermeld in de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel en zijn uitvoeringsbesluiten.

Het nieuwe arbeidsreglement strekt tot het beter aansluiten bij het functioneren van de organisatie, de directies en de individuele personeelsleden.

De inwerkingtreding van het hernieuwde arbeidsreglement wordt bepaald door:

1. de vooruitgang van de werkzaamheden in de werkgroep Arbeidsreglement, deze werkgroep bestaat uit vertegenwoordigers van de vakbondsorganisaties en de werkgever;

2. de herlezing en validatie door het comité van de directeurs;

3. en onderhandelingen en raadpleging binnen het Basisoverlegcomité van Brussel Fiscaliteit.

Momenteel zijn de werkzaamheden van de werkgroep Arbeidsreglement lopende. Deze werkzaamheden werden in de tweede helft van 2019 opgestart. Door de pandemie Covid-19 werden de werkzaamheden evenwel uitgesteld.

De werkgroep Arbeidsreglement is sinds februari 2021 weer aan het werk. Momenteel wordt er om de twee weken een werkgroep georganiseerd. De laatste werkzaamheden van deze werkgroep zullen plaatsvinden in de loop van juni 2021.

Ten slotte dient erop te worden gewezen dat, indien de werkingsregels bij Brussel Fiscaliteit wijzigen, dit steeds met inachtneming van de vigerende reglementering zal gebeuren, met in begrip van de privacywetgeving.

Brussel Fiscaliteit neemt momenteel deel aan de gewestelijke werkgroepen met betrekking tot het uitwerken van een actieplan inzake de organisatie van het telewerk in het gewestelijk openbaar ambt in het postcorona-tijdperk; conform de beslissing van de Ministerraad van 21 januari jl.