Schriftelijke vraag betreffende De toekomst van de Brusselse bruggen over het kanaal
- Indiener(s)
- Geoffroy Coomans de Brachène
- aan
- Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 786)
Datum ontvangst: 26/04/2021 | Datum publicatie: 24/06/2021 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 09/06/2021 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
07/05/2021 | Ontvankelijk | p.m. | ||
09/06/2021 | Bijlage aan het antwoord | p.m. | Bijlage |
Vraag | Nu de Suzan Danielbrug binnenkort klaar is, zou ik de balans willen opmaken van de toekomst van de Brusselse bruggen over het kanaal. Weinig Brusselaars weten het, maar Brussel heeft een zeehaven sinds de aanleg van het kanaal. Vandaag de dag betekent het beschikken over een zeehaven dat er schepen van een bepaalde tonnenmaat en een bepaalde hoogte kunnen aanleggen. Sinds enkele jaren worden de overheden er door de Europese normen toe aangemoedigd bruggen met een grotere doorvaarthoogte te bouwen, waardoor vaak delicate keuzes moeten worden gemaakt: ofwel het waterpeil verlagen, wat zelden mogelijk is, ofwel de bruggen hoger maken, wat buitensporig duur kan zijn. In het Brussels Gewest liggen er een twintigtal bruggen over het kanaal, waarvan de meeste niet meer voldoen aan de nieuwe Europese normen. In het licht van de voorgaande informatie had ik graag toelichtingen gekregen over de volgende punten: 1. Wat is de doorvaarthoogte en de diepgang voor elke Brusselse brug? 2. Beschikt u over een recent rapport over de toestand van elke brug en voetgangersbrug? Zo ja, is het mogelijk te weten in welke staat ze allemaal verkeren? 3. Beschikt u over een raming - en eventueel een tijdschema - van de kosten voor het slopen en heropbouwen van elk van de bruggen die aan de Europese normen zouden moeten worden aangepast? 4. Hebt u onderzocht wat het alternatief zou zijn, indien bepaalde bruggen en voetgangersbruggen zouden worden uitgerust zoals de voetgangersbrug aan de Gosseliesstraat? 5. Welke van die bruggen en voetgangersbruggen worden beheerd door de gewestelijke diensten? 6. Hebt u toezeggingen van het Vlaams en Waals Gewest dat ze, indien die werken worden uitgevoerd, ook de hoogte zullen aanpassen van de bruggen waarvoor ze op hun respectief grondgebied verantwoordelijk zijn? 7. Heeft de Haven van Brussel de financiële impact onderzocht van de aanpassing van alle Brusselse bruggen en de gevolgen daarvan voor de mogelijkheden om het binnenvaartverkeer naar het zuiden van het land uit te breiden? https://plus.lesoir.be/art/1099357/article/soirmag/soirmag-histoire/2016-01-21/bruxelles-port-mer https://www.eca.europa.eu/Lists/ECADocuments/SR15_01/SR15_01_NL.pdf |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Antwoord | 1) Zie de overzichtstabel in de bijlage De Haven van Brussel kan schepen van klasse Va en VIb ontvangen in de voorhaven en het Vergotedok. De lengte van de schepen is echter beperkt tot 130 meter, en de gegarandeerde diepgang is maximaal 5,80 meter in de voorhaven en 4 meter in het Vergotedok. De doorvaarthoogte in de voorhaven is 33 meter (Budabrug), en in het Vergotedok tot aan de Van Praetbrug tussen 6,10 en 6,25 meter. Het kanaal maakt ook deel uit van het trans-Europese vervoersnetwerk (TEN-V), het door het Europees Parlement en de Europese Raad goedgekeurde ontwikkelingsprogramma van de vervoersinfrastructuren van de Europese Unie. 2) Brussel Mobiliteit inspecteert jaarlijks alle bruggen in het Brusselse Gewest; de Haven heeft zich aangesloten bij het jaarlijkse bruginspectieprogramma van Brussel Mobiliteit. Het is daarom raadzaam contact op te nemen met Brussel Mobiliteit om dit verslag te verkrijgen. Dat gezegd zijnde, heeft de Haven altijd een inspectie uitgevoerd van de kunstwerken die onder haar beheer vallen. Naast de voortdurende visuele inspecties door het operationele personeel van de Haven en, jaarlijks, door de ingenieurs van de technische directie om eventuele structurele schade op te sporen, worden de beweegbare bruggen tweemaal per jaar onderworpen aan wettelijke inspecties door een controleorgaan. Een raamovereenkomst voor een jaarlijks bedrag van ongeveer 200.000 euro maakt het mogelijk regelmatig en snel onderhoud te verrichten aan de kunstwerken (waaronder de beweegbare bruggen), smeerwerkzaamheden en afstellingen uit te voeren, en kabels te vervangen. In voorgaande jaren heeft de Haven van Brussel haar raad van bestuur gedetailleerde nota’s voorgelegd over het beheer van de kunstwerken die verbonden zijn met het kanaal, met inbegrip van een inventaris en een verdeling van het beheer van de bruggen over het kanaal in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de inspectiestrategie, de evaluatie van de inspectieverslagen en de meerjarenonderhoudsplanning (raad van bestuur 25/3/2016 en 22/12/2017). Die verslagen bevatten de volgende punten: Alle bruggen over het kanaal zijn tussen 2012 en 2017 geïnspecteerd door de verschillende beheerders, via hun eigen diensten en externe controleorganen. De externe controleorganen volgen de wettelijke verplichtingen inzake conformiteit en veiligheid van de installaties. Bij de inspecties die tussen 2012 en 2017 bij alle bruggen zijn uitgevoerd, werden geen dringende veiligheidsproblemen vastgesteld. De Haven van Brussel heeft in 2017, maar ook in de volgende jaren (2018, 2019 en 2020) onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd. Brussel Mobiliteit heeft zijn onderhoudswerkzaamheden voor de periode 2018-2022 laten opstellen en ramen door de tijdelijke inspectievereniging SECO - SGI - Trafiroad. Brussel Mobiliteit heeft zijn voogdijminister toestemming gevraagd om onderhoudswerkzaamheden uit te voeren. (voor meer details: zie Brussel Mobiliteit) Infrabel zorgt voor de systematische controle en het onderhoud van zijn bruggen. 3) De Haven van Brussel beschikt niet over deze evaluatie. 4) Deze kwestie valt niet onder de bevoegdheid van de Haven van Brussel. 5) In totaal wordt het kanaal in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest overspannen door 21 weg-, spoor- en voetgangersbruggen, waarvan er drie hefbaar zijn. Vier van die bruggen worden beheerd door de Haven van Brussel. Hieronder volgt de lijst van bruggen gerangschikt van noord naar zuid.
Alle bruggen over het kanaal worden beheerd door Brussel Mobiliteit, behalve: - drie bruggen beheerd door Infrabel (Lakenbrug, Kuregembrug en de spoorlijn van Oostende naar Anderlecht); - vier bruggen beheerd door de Haven van Brussel (Budabrug, spoorbrug Redersplein, Godshuizenbrug, Sluis van Anderlecht). Opgemerkt moet worden dat de Suzan Danielbrug, die in aanbouw is, nog niet is overgedragen aan Brussel Mobiliteit en momenteel onder de verantwoordelijkheid van Beliris valt. 6) De samenwerkingsovereenkomst inzake waterwegen van 6 april 1995 tussen het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bepaalt onder meer dat de drie gewesten zich ertoe verbinden alle nodige informatie uit te wisselen over geplande of lopende investerings- en onderhoudswerken aan waterwegen die gelegen zijn op het grondgebied van een gewest, en die een grensoverschrijdend effect kunnen hebben. 7) Resolutie nr. 92/2 betreffende de nieuwe classificatie van waterwegen bepaalt dat in geval van modernisering van een waterweg van gewestelijk belang of een waterweg van klasse IV, ten minste de parameters van klasse Va moeten worden aangenomen. Bij de modernisering of de aanleg van een waterweg van internationaal belang moet ten minste rekening worden gehouden met de parameters van klasse Vb met een minimumdiepgang van 2,80 meter en een minimumhoogte onder de bruggen van 7 meter, wanneer dat nodig is voor het containervervoer. Voor waterwegen waar een brugdoorvaarthoogte van 7 meter economisch niet haalbaar is, dient de mogelijkheid te worden overwogen langere konvooien (klasse Vb) te gebruiken. De lengte van de sluizen of andere doorvaartkunstwerken wordt vastgesteld overeenkomstig de bovenste afmetingen van de duwkonvooien. Verder dient rekening te worden gehouden met de samenwerkingsovereenkomst inzake waterwegen van 6 april 1995 tussen het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, waarnaar wordt verwezen in het antwoord op vraag 6. Telkens wanneer een brug moet worden vervangen, gebeurt dat in overeenstemming met de Europese voorschriften. De studie, de kostenraming en de uitvoering vallen onder de bevoegdheid van Brussel Mobiliteit. |