Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de verdwijning van insecten

Indiener(s)
Hasan Koyuncu
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 813)

 
Datum ontvangst: 09/03/2021 Datum publicatie: 19/07/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 29/06/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
07/06/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Volgens een internationale studie, gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift PLoS One, zou bijna 80% van de insecten in de afgelopen 30 jaar verdwenen kunnen zijn in Europa. De studie analyseerde insectenvangstgegevens vanaf 1989 in Duitsland en toont bovendien aan dat de achteruitgang van de honingbijen slechts het topje van een veel groter probleem is.

De catastrofale achteruitgang van de insectenpopulaties is te wijten aan de intensivering van de landbouwpraktijken en het veelvuldige gebruik van pesticiden. Formeel hebben de gegevens die uit de bovengenoemde studie naar voren komen alleen betrekking op Duitsland, maar het is zeer waarschijnlijk dat andere Europese landen, vooral die welke aan Duitsland grenzen of soortgelijke landbouwsystemen hebben, met dezelfde problemen te kampen hebben.

Als het Duitse geval representatief zou zijn voor een bredere situatie, zouden wij geconfronteerd worden met een enorme ecologische ramp, want de ineenstorting van de insectenpopulaties zal enorme gevolgen hebben voor alle ecosystemen.

In dat verband wil ik u de volgende vragen stellen:

1_ Bestaan er soortgelijke studies voor ons Gewest? Zijn de beschikbare middelen voor dergelijke wetenschappelijke onderzoeken toereikend?

2_Welke lessen kunnen uit deze studie worden getrokken voor de korte, middellange en lange termijn?

3_Hoe kan de achteruitgang van de insectenpopulaties worden voorkomen en de diversiteit van de insecten worden verbeterd?
 
 
Antwoord    1)
De studie waarnaar in de vraag wordt verwezen, is bekend bij de diensten van Leefmilieu Brussel. In een andere studie, die in 2019 in Nature is gepubliceerd, wordt nader ingegaan op de soorten die bij dit uitsterven betrokken zijn en op de oorzaken van het verschijnsel (Seibold et al. 2019. Arthropod decline in grasslands and forests is associated with landscape-level drivers. Nature).
Leefmilieu Brussel beschikt sinds 2010 over een strategie voor de monitoring van soorten en habitats. Deze wordt gedetailleerd beschreven op de website van de administratie.

Samenvattend kan worden gesteld dat voor insecten is beslist enerzijds verspreidingsatlassen op te stellen voor de belangrijkste groepen soorten - vlinders, libellen en bijen - en anderzijds specifieke projecten te steunen. Zo heeft het Brussels Gewest een insecteninventarisatie in de Massard-tuin gesubsidieerd, waarbij meer dan 3.500 verschillende insectensoorten zijn aangetroffen.

Jaarlijks worden de nodige budgetten ingeschreven om de administratie de middelen te geven om deze monitoring uit te voeren (opvolging).

Ook andere actoren dan Leefmilieu Brussel doen onderzoek naar de evolutie van de flora en fauna (inclusief insecten) op het Brusselse grondgebied.

2)
Al tientallen jaren waarschuwen milieuactivisten voor de dramatische gevolgen van het uitsterven van de biodiversiteit, veroorzaakt door de klimaatverandering, de vervuiling, de menselijke bezetting van natuurgebieden en de vernietiging van habitats, de overexploitatie van hulpbronnen en de verplaatsing van soorten (altijd veroorzaakt door de mens).

Insecten spelen een onvervangbare rol in het ecosysteem: als bestuivers, afbrekers, voedselbron voor vogels en vleermuizen, enz. Duitse studies wijzen echter op het kwaliteitsverlies van weiden en open landschappen, die als habitat voor insecten fungeren, door te regelmatig maaien, intensieve bemesting van de bodem met kunstmest, het gebruik van insecticiden en herbiciden, enz. Zij wijzen ook op de verdwijning van insecten in de bossen.

Onze hele relatie met de natuur, de voedselproductie en de exploitatie van de hulpbronnen moet worden heroverwogen. Dit stemt overeen met het programma van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, via haar strategieën voor economische transitie,
Good Food, Good Move, het Natuurplan, enz.

3)
Zoals eerder gezegd, kan deze achteruitgang een halt worden toegeroepen door een krachtig milieubeleid te voeren. Wij moeten onze hele manier van produceren, consumeren, leven en ons verplaatsen heroverwegen om de natuurlijke omgeving waarin wij leven te respecteren.
Wat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreft, voert de regering een multidimensionaal beleid dat het behoud van de insectenpopulatie mogelijk zal maken: luchtkwaliteits- en mobiliteitsbeleid, ecologisch beheer van groene ruimten, acties om de natuur te integreren in de stad en de bebouwde omgeving, economisch transitiebeleid dat het behoud van het milieu integreert in de acties van de ondernemingen, beleid voor het behoud van bepaalde natuurgebieden, strategie voor bestuivers en insecten, enz.