Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende gewestelijke steun voor culturele organisaties

Indiener(s)
Pierre-Yves Lux
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 673)

 
Datum ontvangst: 15/07/2021 Datum publicatie: 21/09/2021
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 20/21 Datum antwoord: 14/09/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
10/08/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Verscheidene culturele actoren ontvangen structurele en ondersteunende steun voor hun stedelijke, economische en/of sociale activiteiten. De 6e staatshervorming geeft het Gewest ook de mogelijkheid om zijn zogenaamde bi-communale cultuurbeleid te organiseren.

Deze crisis heeft zwaar ingehakt op de Brusselse culturele wereld en we moeten verder werken aan een culturele visie en de verschillende artistieke en culturele initiatieven die door het gewest worden ondersteund, coördineren.

Is er een begrotingslijn voor deze projecten samen? Zo ja, hoeveel is het? Zo neen, waarom is het dan nog niet gebouwd en op welke begrotingsartikels is de steun voor culturele projecten betrekking?

Kunt u ons een lijst bezorgen van de culturele organisaties die van het Gewest structurele en/of punctuele steun ontvangen (met vermelding van de structurele of punctuele dimensie van elke steun) en de begrotingsartikels die in deze steun voorzien? Ik denk met name aan de Zinneke Parade, maar ook aan andere projecten zoals de RAB/BKO, Recyclart enz. Aangezien men niet over een transversaal overzicht beschikt, met name van de steun die via "Imago van Brussel" wordt verleend, zou u ons op exhaustieve wijze uitgebreid kunnen zeggen welke culturele ruimten en organisaties worden gesteund die deel zouden kunnen uitmaken van een bicommunautair cultuurbeleidskader?

Kunt u ons ook zeggen welke bedragen worden toegekend?

 
 
Antwoord    Uw vraag heeft betrekking op twee elementen. Het eerste houdt verband met de organisatie van de ordonnantie betreffende de algemene uitgavenbegroting van het Gewest. Ik verwijs u dan ook door naar mijn collega die bevoegd is voor begroting.

Wat de semantiek betreft, herinner ik u eraan dat in geen enkele wettekst gewag wordt gemaakt van een bicommunautair cultuurbeleid, maar wel van een beleid inzake biculturele zaken van gewestelijk belang. Deze bevoegdheid wordt budgettair uitgesplitst in verschillende opdrachten.

Operatoren als de stichtingen Kanal en CIVA worden gesubsidieerd op basis van beheersovereenkomsten via basisallocaties die in de begroting zijn opgenomen in de opdrachten die betrekking hebben op de ruimtelijke ordening. Hetzelfde geldt voor de vzw Zinneke, waaraan steun wordt verstrekt op basis van een meerjarenovereenkomst vertrekkend van dezelfde budgetten.

Het museumbeleid in verband met erfgoed (Hortamuseum, enz.) valt onder de bevoegdheid van Staatssecretaris Pascal Smet en is opgenomen in zijn ‘erfgoed’-budgetten. Het Gewest steunt de culturele operatoren omdat zij het imago van Brussel versterken. Deze budgetten zijn opgenomen in opdracht 29.

Tot voor kort werd enkel de vzw Flagey op recurrente basis gesteund in het kader van een meerpartijenovereenkomst tussen de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschap, de gemeente Elsene en het Gewest. Onlangs keurde de Regering een meerjarenovereenkomst goed met de vzw Brussels 2030, die verantwoordelijk is voor de voorbereiding van onze kandidatuur als Culturele Hoofdstad van Europa. Er is ook een specifieke basisallocatie gecreëerd om de nodige middelen vrij te maken voor de uitvoering van deze overeenkomst.

De andere vzw’s worden op ad hoc-basis gesteund op verzoek van de operatoren. Deze basisallocaties verlenen steun aan vzw’s die actief zijn op het gebied van evenementen, cultuur en sport. Strikt genomen gaat het hierbij niet over de uitvoering van ons bicultureel beleid van gewestelijk belang. Wat de lijst met vzw’s betreft die steun ontvangen in het kader van het Imago van Brussel, wordt deze elk jaar in november voorgelegd aan de begrotingscommissie van de Commissie Financiën/Algemene Zaken. Al deze steun is ad hoc.

Voor wat het kader van het bicultureel beleid van gewestelijk belang betreft, verwijs ik u naar de vraag om uitleg nummer 447 van de heer Van Goidsenhoven van 14 juni 2021.