Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het geweld tegen brandweerlieden op 22 september 2021

Indiener(s)
Michaël Vossaert
aan
Pascal Smet, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Stedenbouw en Erfgoed, Europese en Internationale Betrekkingen, Buitenlandse Handel en Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (Vragen nr 544)

 
Datum ontvangst: 07/12/2021 Datum publicatie: 12/01/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 21/12/2021
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
09/12/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag   
In de nacht van 22 op 23 september zijn de Brusselse brandweerlieden opnieuw het slachtoffer geworden van geweld. Ze werden opgeroepen om branden in containers in de wijk Versailles te blussen en werden daarbij bekogeld met talrijke straatstenen, die de brandweerwagens hebben beschadigd. Gelukkig viel er geen enkel slachtoffer, maar u bent het met me eens dat een kassei op 50 centimeter afstand zien passeren een bijzonder traumatische ervaring is.

Helaas gaat het niet om een alleenstaand geval. Al vele jaren hekelt de DBDMH het geweld tegen brandweerlieden, het gooien met kasseien en andere hinderlagen. Net als het geweld tegen de politie klagen de vakbonden daden aan die gesteld worden in een bredere context van toenemend gebrek aan respect voor de gezagsfuncties. De brandweermannen en -vrouwen van de DBDMH schieten echter elke dag in actie voor de Brusselse bevolking en redden levens. Hun zelfopoffering verdient het grootste respect.

Het geweld vindt plaats in een moeilijke context voor de DBDMH. De brandweerlieden zijn al op grote schaal gestigmatiseerd na de beschuldigingen van racisme en seksisme van de afgelopen maanden. Tegelijkertijd heeft de federale regering de mogelijkheid geopperd om hun arbeidsregeling op basis van shiften van 24 uur ter discussie te stellen. U begrijpt dan ook dat ze, wanneer ze geconfronteerd worden met gewelddaden, verwachten dat ze met het nodige respect en de nodige aandacht worden behandeld.

In dat verband wens ik u de volgende vragen te stellen:

  • Kunt u de recentste cijfers geven over geweld tegen brandweerlieden? De laatste jaren was er een significante evolutie. Wat is de recente trend?

  • Welke concrete maatregelen hebt u getroffen naar aanleiding van die gebeurtenissen? Zijn er plannen om extra middelen vrij te maken om brandweerlieden te helpen serener op te treden?

  • Hebben de geplande opleidingscursussen over interventies in het kader van stedelijke onlusten al plaatsgehad? Zo ja, hoeveel brandweerlieden hebben die opleiding gevolgd? Zo neen, waarom niet?

 
 
Antwoord    - De recentste cijfers inzake geweld tegen de brandweer:

2016: 13
2017: 46
2018: 72
2019: 43
2020: 54
2021 (tot september): 58

2021 is nog niet voorbij en heeft desondanks al hogere cijfers dan 2020. De evolutie gaat dus nog altijd in stijgende lijn.
Dat heeft enkel betrekking op de meegedeelde gevallen.

Zoals u misschien weet, heeft de Brusselse regering op 19 november 2020 op mijn initiatief een actieplan “agressie tegen hulpverleners” aangenomen. Dat plan werd door een werkgroep opgesteld onder leiding van mijn kabinet. Die werkgroep bestond uit de korpschef, de officier tweede in bevel, verschillende personeelsleden van de DBDMH en een aantal leden van mijn kabinet.

Op 7 december heb ik het plan en de voortgang ervan voorgesteld aan de Commissie Binnenlandse Zaken. De videoreportage van deze vergadering kan integraal worden geraadpleegd op de site van het Parlement.


In 2020 hebben 132 brandweerlieden (de 20ste compagnie) de opleiding gevolgd.
Dit jaar zullen 176 brandweerlieden (de 30ste compagnie) de opleiding volgen.
In de komende jaren krijgen de andere compagnieën (de 10de en de 40ste) een opleiding (in functie van de compagnie die op oudejaarsavond van wacht zal zijn).
Door COVID werden de opleidingen tijdens een groot deel van 2021 opgeschort opdat de operationele werkbubbels van elkaar konden worden gescheiden.