Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de samenstelling van het aandeelhouderschap van de door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest erkende maatschappijen voor sociaal krediet

Indiener(s)
Joëlle Maison
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 761)

 
Datum ontvangst: 10/11/2021 Datum publicatie: 28/01/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 17/01/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
10/12/2021 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
17/01/2022 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag   

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft vijf vennootschappen voor sociaal krediet erkend: Crédit Immobilier Ouvrier NV, Krediet voor sociale woningen nv, Socodix-Le Foyer CVBA, Le Petit Propriétaire de Bruxelles NV en de Gewestelijke Maatschappij voor Huisvestingskrediet NV. Deze maatschappijen voor sociaal krediet zijn actoren uit het huisvestingsbeleid, aangezien zij particuliere ondernemingen zijn met een opdracht van openbaar nut die erin bestaat de toegang tot het eigen woningbezit te bevorderen voor gezinnen met een bescheiden inkomen. Artikel 130, paragraaf 3, van de Brusselse Huisvestingscode bepaalt dat "de gewesten, de provincies, de intercommunales, de gemeenten, de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn, privaatrechtelijke rechtspersonen en natuurlijke personen mogen intekenen op het kapitaal van maatschappijen voor sociaal krediet.”

Ik zou u de volgende vragen willen stellen:

  1. Kunt u de huidige samenstelling van het aandeelhouderschap van elk van de vijf door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest erkende maatschappijen voor sociaal krediet beschrijven? Kunt u ons voor elk van deze maatschappijen zeggen welk percentage van de aandelen momenteel in handen is van publiekrechtelijke rechtspersonen en welk percentage van de aandelen in handen is van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen?

  2. Is de aandeelhoudersstructuur van de vijf erkende maatschappijen voor sociaal krediet de afgelopen drie jaar (2019, 2020 en 2021) veranderd? Zo ja, kunt u dan nadere gegevens verstrekken over de aandelenverkopen in de afgelopen drie jaar? Hebben publiekrechtelijke rechtspersonen gebruik gemaakt van hun recht van voorkoop bij de verkoop van aandelen die in handen zijn van privaatrechtelijke rechtspersonen of natuurlijke personen, zoals hun is toegestaan op grond van artikel 130, paragraaf 4, van de Huisvestingscode?

 

 

 
 
Antwoord    De huidige samenstelling van het aandeelhouderschap van elk van de 5 door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest erkende sociale kredietinstellingen vindt u in de bijgevoegde tabel.

De gedetailleerde uitsplitsing per jaar is ook te vinden in de bijgevoegde tabel.

Behalve bij Socodix De Haard, waar het percentage aandelen in handen van natuurlijke personen licht is gedaald ten gunste van het percentage aandelen in handen van privaatrechtelijke rechtspersonen, is er bij geen enkele sociale kredietinstelling een wijziging in de verdeling van aandelen per categorie aandeelhouder geweest.


Er moet worden opgemerkt dat in het geval van Crédit Immobilier Ouvrier een overdracht van aandelen heeft plaatsgevonden, maar deze vond plaats tussen publiekrechtelijke rechtspersonen, waardoor de uitsplitsing per categorie van aandeelhouders ongewijzigd is gebleven.

In de afgelopen drie jaar is geen gebruik gemaakt van het voorkooprecht zoals bedoeld in artikel 130, lid 4, van de Huisvestingscode. In het geval van Crédit Immobilier Ouvrier was dit niet van toepassing, aangezien publiekrechtelijke rechtspersonen er voor meer dan 25% participeren. Dit zou ook zo geweest zijn indien er een overdacht van aandelen had plaatsgevonden voor Le Petit Propriétaire de Bruxelles, aangezien de drempel van 25% er eveneens is overschreden. In het geval van Socodix werd geen gebruik gemaakt van het voorkooprecht.