Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende

Indiener(s)
Ahmed Mouhssin
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 729)

 
Datum ontvangst: 06/10/2021 Datum publicatie: 28/01/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 25/01/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
22/12/2021 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag   
Het CERM en CIRM zijn tools voor organisatoren van evenementen. Ze worden omschreven in het ministerieel besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken.

Het Covid Event Risk Model (CERM) geeft een overzicht van het veiligheidsrisico op het gebied van Covid-19. Wanneer de organisator het formulier heeft ingevuld, ontvangt hij een code (groen of rood) volgens het veiligheidsniveau van zijn evenement.

Het Covid Infrastructure Risk Model (CIRM) wordt gebruikt voor de permanente infrastructuren om toestemming te vragen aan de bevoegde gemeentelijke overheden. Het is een checklist voor de evaluatie van de risico's op het vlak van Covid-19. Het gaat vooral over de vraag in hoeverre de infrastructuur klaar is om veilige evenementen te organiseren. De externe infrastructuren worden daarbij niet beoogd.

Het Brussels politiebesluit van 30 augustus 2021 bepaalt welke voorafgaande toelatingen moeten worden verkregen voor de organisatie van evenementen. Op het Brussels grondgebied is nog steeds een voorafgaande toelating van de bevoegde gemeentelijke overheden vereist, zelfs voor evenementen met minder dan 200 personen binnen en minder dan 400 personen buiten. De gemeentelijke overheden maken gebruik van het CIRM en het CERM wanneer die van toepassing zijn.

Het CIRM en het CERM zijn niet langer verplicht voor binnenevenementen met minder dan 200 toeschouwers en voor buitenevenementen met minder dan 400 toeschouwers (vanaf 1 oktober worden deze cijfers respectievelijk op 400 en 750 gebracht).

Het Brussels politiebesluit van 30 augustus 2021 bepaalt het CERM of het CIRM niet hoeven te worden gebruikt voor evenementen die gebruikmaken van het Covid Safe Ticket. Het CST volstaat, omdat het garandeert dat de personen een bepaalde mate van bescherming tegen het coronavirus hebben. Het gebruik van het CST is mogelijk voor massa-evenementen en proefprojecten, als er minstens 200 personen binnen en 400 personen buiten aanwezig zijn (de cijfers worden met ingang van 1 oktober respectievelijk op 500 en 750 gebracht).

In dat verband wens ik u de volgende vragen te stellen:

- Hoe verloopt de follow-up van het gebruik van tools zoals het CERM en het CIRM bij de verschillende gemeenten die er gebruik van hebben gemaakt? - Hoe doeltreffend zijn de twee tools? Is het gebruik ervan geëvalueerd door de Brusselse regering ?
- Bestaan er gegevens over het effectieve gebruik van tools zoals het CERM en het CIRM door de gemeenten? Maken ze er systematisch gebruik van om al dan niet toelating te verlenen voor de organisatie van evenementen?

 
 
Antwoord    Bij deze kan ik u de volgende elementen van antwoord verstrekken op uw vraag:

Ik zou om te beginnen willen benadrukken dat het CERM (Covid Event Risk Model) en het CIRM (Covid Infrastructure Risk Model) instrumenten zijn die ontwikkeld zijn door Toerisme Vlaanderen in samenwerking met wetenschappelijke deskundigen, gespecialiseerde onderzoekers, ervaringsdeskundigen en vertegenwoordigers van de evenementensector om voor elk evenement, afhankelijk van het type, de omvang en de aard van de organisator, rekening te houden met het verspreidings- en besmettingsrisico van het virus.

Op het Overlegcomité van 23 april 2021 werd beslist dat “
de bevoegde gemeentelijke overheden gebruik maken van het CERM en het CIRM om de organisatie te beoordelen van evenementen, culturele en andere voorstellingen en sportieve wedstrijden”.


Het gebruik van het CERM/CIRM werd dus voor de organisatie van bepaalde evenementen verplicht gemaakt door de opeenvolgende ministeriële besluiten van de Minister van Binnenlandse Zaken die in het kader van de strijd tegen het coronavirus genomen zijn. Zo dienden in het voorjaar van 2021 organisatoren van evenementen een inventaris op te maken van de veiligheidsrisico's en na te gaan onder welke voorwaarden de evenementen konden worden georganiseerd. Na het invullen van het online adviesinstrument werd een score met een kleurcode toegekend:
- Rood: te hoog risico: afgeraden om het evenement te organiseren;
- Oranje: noodzakelijk bijkomende maatregelen te nemen om het evenement te kunnen organiseren;
- Groen: de voorwaarden om het evenement veilig te kunnen organiseren, zijn vervuld.
Uiteraard ging het bij het CERM/CIRM om een veranderlijk model waarbij de situatie kon evolueren naar gelang van de omstandigheden.

De analyse van het CERM/CIRM werd geïntegreerd in de multidisciplinaire risicoanalyse op basis waarvan de gemeentelijke overheid haar beslissing nam om een evenement toe te staan of te weigeren (de uiteindelijke beslissing kwam immers aan deze overheid toe).

De ontwikkeling en het gebruik van deze instrumenten pasten destijds in een klimaat waarin de heropstart van de evenementensector en de opheffing van de coronamaatregelen centraal stonden. Het kwam erop aan te zorgen voor een veilige en verantwoorde heropstart van de evenementensector, aangezien bij de beslissing over de heropening verder moest worden gekeken dan louter de kwestie van het aantal bezoekers dat een evenement kon bijwonen.

Momenteel voorziet het koninklijk besluit van 28 oktober 2021 (genomen in het kader van de activering van de pandemiewet) niet langer in het gebruik van deze instrumenten vermits we ons niet langer in een lockdown bevinden.

Aangezien het CERM en het CIRM instrumenten zijn die deel uitmaken van de maatregelen om de gezondheidscrisis te beheren die op federaal niveau werden genomen (gezien de federale crisisfase die sinds 13 maart 2020 nog steeds loopt), is het aan Toerisme Vlaanderen – als ontwerper van deze instrumenten – of aan de federale overheid – die ze heeft opgelegd als verplichte instrumenten ter ondersteuning van de gemeentelijke besluitvorming – om het gebruik ervan eventueel te evalueren. Dit betekent dat als er een evaluatie zou komen, deze niet op het niveau van het Gewest plaats zou vinden.