Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de evolutie van het Hermann-Debroux PAD

Indiener(s)
David Leisterh
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1109)

 
Datum ontvangst: 21/12/2021 Datum publicatie: 10/03/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 08/03/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
12/01/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag   

Zoals de afgelopen weken in de kranten stond, zijn er zeer veel zorgen geuit over de evolutie van het RPA Hermann-Debroux. Het RPA Hermann-Debroux is van groot belang, aangezien het de zone rond de E411 herinricht. Het voorziet onder meer in de afbraak van het Hermann-Debroux-viaduct en de omvorming van de snelweg door de stad tot een stadsboulevard.

We hebben verschillende getuigenissen ontvangen van buurtbewoners die hun beklag doen over een onhoudbare situatie in het noorden van Watermaal-Bosvoorde, dat te lijden heeft onder extra verkeersstromen ten gevolge van de sluiting van een van de vier afritten van de E411 in de richting van de stad, namelijk de Fraiteurbrug. Ze vrezen dat de verkeersproblemen in het hele oosten van Brussel zullen verergeren als het viaduct wordt gesloten zonder alternatieven voor de pendelaars.

Bovendien blijkt dat de inwoners van de betrokken wijken van Oudergem en het gemeentebestuur geraadpleegd werden in het kader van een openbaar onderzoek, maar dat was niet het geval voor het provinciecollege van Waals-Brabant.

  • Kunt u een update geven van de evolutie van het RPA Hermann Debroux? Is er al een stuurcomité opgericht? Zo ja, wie zijn de leden? Welke onderwerpen worden besproken op de vergaderingen? Wat zijn de volgende stappen?

  • Welke alternatieven zullen worden geboden aan de pendelaars wanneer het viaduct gesloten wordt? Zullen ze onmiddellijk na de sluiting beschikbaar zijn?

  • Bevestigt u dat u de overige Gewesten niet hebt geraadpleegd? Zo ja, hoe verklaart u dat?

 

 
 
Antwoord    Ik herinner u eraan dat dit RPA hoofdzakelijk onder de bevoegdheid van Minister-President Vervoort valt.
Voor de operationalisering van het RPA Herrmann-Debroux is door perspective.brussels een gewestelijk platform opgericht. Het zal in eerste instantie:
- Alle actoren en administraties sensibiliseren om hun doelstellingen in handen te nemen,
- een tijdschema opstellen met een fasering van de komende operaties,
- de nodige studies en werken budgetteren.
Dit platform wordt aangestuurd door de Minister-President en de Staatssecretaris bevoegd voor Stedenbouw.
Eind december werd een eerste vergadering georganiseerd, die uitsluitend was gewijd aan de vereiste studies voor de wegeninfrastructuur.
De volgende vergadering zal gaan over de aanpalende sites.
Terwijl het viaduct wordt afgebroken, zal de as Leonard-ADEPS worden heraangelegd om de verkeersdruk op de toegang naar de stad te verlagen en een vlotte doorstroming van het verkeer binnen het Gewest te garanderen.
Parallel hieraan voorziet de MIVB in een nieuwe tramverbinding naar het Zoniënwoud, zoals bepaald werd in Good Move en aangekondigd werd in de algemene beleidsverklaring. Er is dus in een aftakking voorzien van tramlijn 8 tussen Herrmann-Debroux en ADEPS. Op deze plaats is ook een mobiliteitshub voorzien opdat je de auto kan achterlaten bij de toegang van de stad en kan kiezen voor een deelvoertuig, je fiets kan parkeren of het openbaar vervoer kan nemen. De plannen voor de hub bevinden zich in de studie- en analysefase bij parking.brussels.
Bij het RPA hoort een milieueffectrapport (MER). In het MER is de impact van het plan op de mobiliteit onderzocht en wordt een reeks aanbevelingen gedaan. Ik kan bevestigen dat in dit MER, dat beschikbaar is op de website van Perspective, een gedetailleerde studie wordt gemaakt van alle potentiële effecten van het stedelijk project Delta. Ik herinner u eraan dat dat project op termijn een aanzienlijke verhoging beoogt van de levenskwaliteit van de Brusselaars, die momenteel last ondervinden door de infrastructuur en het transitverkeer dat die infrastructuur veroorzaakt.
Zoals wij steeds hebben gezegd, vereist het welslagen van dit project ook overlegmomenten en strategieën op grootstedelijke schaal. Dit werk zal uiteraard gebeuren, op zijn tijd, in het kader van het definiëren en kalibreren van het project.
Ik herinner eraan dat in het kader van het openbaar onderzoek de gewesten om hun adviezen is gevraagd. Daarnaast zijn wij in overleg met Vlaanderen, met name via de projecten van "De Werkvennootschap".
Ten slotte zullen wij een informatievergadering met de twee andere gewesten organiseren voordat het RPA in derde lezing wordt behandeld.