Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de tramlijn 62 en het traject van de luchthaventram

Indiener(s)
Carla Dejonghe
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1130)

 
Datum ontvangst: 17/11/2021 Datum publicatie: 18/03/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 11/03/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
20/01/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag   

 

Vanaf 2027 zou de luchthaventram operationeel moeten zijn. Het plan is om de bestaande MIVB-tramlijn 62 door te trekken tot aan de luchthaven van Zaventem, en dit vanaf de halte Eurocontrol in Evere. De Werkvennootschap vroeg de vergunning al aan voor de werken tussen de grenzen van het Brussels gewest en het NAVO-hoofdkwartier in Haren.

Het feit dat het noordoosten van Brussel (via Evere) nu zal verbonden worden met de luchthaven is al een hele stap vooruit, maar de kleinere haltes in Laken, Schaarbeek en Jette ook verbinden is een bestaande mogelijkheid die niet wordt benut. De lijn is er. Het doortrekken van het traject past bovendien in het kader van de vele inspanningen die geleverd worden om voor een ‘modal shift’ te zorgen tussen Vlaanderen en Brussel, wat de bedoeling ook is van Brabantnet. De bedrijven die zich rond de luchthaven bevinden zijn vooral bereikbaar met de auto, en een rechtstreekse en betere verbinding met Jette, Laken en Schaarbeek zou een extra stimulans betekenen om de auto links te laten liggen. Het is wel zo dat de ringtrambus Jette al verbindt met de luchthaven, maar de haltes zijn niet talrijk.

Daarom ben ik zo vrij u de volgende vragen te stellen:

  • Waarom is er besloten om de luchthaventram enkel tussen Brussel-Noord en de luchthaven te laten rijden i.p.v. de hele bestaande tramlijn 62 te benutten? Welke parameters heeft de minister, de MIVB, de regering gehanteerd om de lijn te bepalen? Heeft ze rekening gehouden met de vraag naar werknemers van de luchthaven, de logistieke ondersteuningsbedrijven en de bedrijfszonings op het parcours naar de luchthaven?

  • Kan er overleg worden gepleegd met de verschillende betrokken spelers (waaronder de MIVB) om de mogelijkheid tot het doortrekken van het traject van de luchthaventram tot in Jette, door Laken en Schaarbeek (m.a.w. de volledige tramlijn 62 te benutten)?

  • Wat zal het uurrooster zijn van de nieuwe tramverbinding? Zal deze verbinding ook dienen om werknemers uit Brussel van de luchthaven en omliggende logistieke bedrijven op hun werk te krijgen (’s avonds laat, vroeg in de ochtend en ’s nachts)?

 

 
 
Antwoord    Vanaf het begin werd lijn 62 ontworpen om het Noordstation met de Leopold III-laan te verbinden. Ze werd echter verlengd tot Jette gezien er te weinig plaats was aan het Noordstation om een extra lijn toe te voegen waarbij trams zouden kunnen gestald worden aan de eindhalte.
Het tramnet zal de komende jaren moeten evolueren. De aanleg van de tramlijn in Neder-Over-Heembeek zal de aanleiding zijn om het aanbod op lijn 7 te herdenken om het aanbod op de noordelijke tak te versterken, door er ook lijn 25 heen te sturen. Lijn 62 zal dan de plaats van lijn 25 innemen door naar het Noordstation en Rogier verder te rijden vanaf Liedts, eerder dan richting Jette. Het zal zo de belangrijkste lijn worden in de Rogierlaan, met betere frequenties.
Er is al een efficiënte treinverbinding tussen het noordstation en de luchthaven. Het doel van deze verlenging is om de hele noordoostwijk op deze punten te verbinden aangezien de lijn niet minder dan twintig haltes op zijn traject aandoet. Laken en Jette worden ook goed bediend door de S-trein die via het Noordstation passeert om naar de luchthaven te gaan, als ook in het geval van Jette en delen van Brussel-Stad de RingTramBus van De Lijn.
De verbinding tussen Schaarbeek, Laken en Jette is niet vergeten, met name dankzij de versterking van lijn 93, waarvan de MIVB de capaciteit zal verhogen met grotere trams.
De grote lijnen van het project, zoals de reisroute en de haltes en het type samenwerking met Vlaanderen, werden uitgestippeld en moeten het onderwerp uitmaken van een akkoord tussen de twee Gewesten. De frequenties werden nog niet bepaald, aangezien het gaat om een aanbod richting 2027, maar de mogelijkheid is er om de uitbatingsuren aan te passen aan de specifieke eisen van de luchthaven.