Logo Parlement Buxellois

Commission des Affaires intérieures : réunion du 1er février 2022

09:39 § 103 → Vidéo
Partager

Voorzitterschap: de heer Guy Vanhengel, voorzitter.

Présidence : M. Guy Vanhengel, président.

Partager
09:39 § 105 → Vidéo
Partager

ACTUALITEITSDEBAT

De incidenten tijdens de betoging van zondag 23 januari 2022 tegen de covidmaatregelen

DÉBAT D'ACTUALITÉ

Les incidents survenus lors de la manifestation du dimanche 23 janvier 2022 contre les mesures anti-Covid

Partager
09:41 § 111 → Vidéo
Partager

M. Pierre Kompany (cdH).- Vu les incidents et la montée en puissance de l'agressivité dans les manifestations, j'ai quelques questions à poser au ministre-président, et si elles sont courtes, elles n'en demeurent pas moins importantes.

Dans le cadre des manifestations, vos contacts avec le SPF Intérieur sont-ils faciles ?

De quels moyens la Région dispose-t-elle pour prévenir de telles vagues de violence ? Les manifestations auxquelles nous assistons désormais n'ont plus rien de bienveillant. Elles peuvent porter gravement atteinte non seulement aux forces de l'ordre, mais également aux participants eux-mêmes, lesquels sont parfois accompagnés d'enfants.

De heer Pierre Kompany (cdH).- Ik heb enkele korte, maar daarom niet minder belangrijke vragen over de steeds agressievere betogingen van de laatste tijd.

Verloopt het overleg met de FOD Binnenlandse Zaken vlot?

Over welke middelen beschikt het Brussels Gewest om dergelijke gewelddadige betogingen te vermijden?

Partager
09:43 § 113 → Vidéo
Partager

De heer Mathias Vanden Borre (N-VA).- De betoging tegen de coronamaatregelen van 23 januari is uitgedraaid op rellen.

In de staart van de betoging bevond zich een harde kern van relschoppers die de confrontatie opzocht met de politie. Vooral aan metrohalte Merode werden zware voorwerpen, zoals vuilnisbakken, dranghekken en kasseistenen, naar de politieagenten gegooid. Bovendien was er sprake van brandstichting.

De heethoofden worden vooral gelinkt aan extreemlinkse, maar ook extreemrechtse milieus. De nasleep is vreselijk voor alle omwonenden. Er is heel wat schade.

In welke mate was de politie voorbereid op deze manifestatie? Werd ze ondersteund door andere politiezones? Was er eenheid van commando?

Het is een wederkerend probleem dat betogingen ontsporen. Na de betoging van Black Lives Matter was er een evaluatie gevraagd in de Kamer van Volksvertegenwoordigers. Is die evaluatie er intussen? Hoe zit het met eventuele schadevergoedingen? Zijn de sancties verstrengd voor recidiverende relschoppers?

M. Mathias Vanden Borre (N-VA).- La manifestation du 23 janvier contre les mesures sanitaires s'est terminée par des affrontements avec un noyau dur de casseurs, prêts à en découdre avec la police. Ces fanatiques sont surtout liés à l'extrême gauche, mais aussi aux milieux d'extrême droite.

Dans quelle mesure la police était-elle préparée à cette manifestation ? Était-elle soutenue par d'autres zones de police ? Y avait-il une unité de commandement ?

Après la manifestation Black Lives Matter, une évaluation avait été demandée à la Chambre des représentants. A-t-elle eu lieu ? Qu'en est-il d'éventuelles indemnisations ? Les sanctions ont-elles été durcies pour les casseurs récidivistes ?

Partager
09:45 § 115 → Vidéo
Partager

Mevrouw Bianca Debaets (CD&V).- Opnieuw liep een grootschalige betoging helemaal uit de hand. Het wordt bijna voorspelbaar. Erger nog is dat de relschoppers niet alleen materiële schade aanrichtten, maar het ook op de politie hadden gemunt. Er raakten vijftien mensen gewond, onder wie drie agenten.

Op welke manier was Brussel Preventie & Veiligheid daarop voorbereid? Had het de coördinatie in handen, samen met de politiezones? Als Brussel Preventie & Veiligheid betogingen waarvan met zekerheid geweten is dat ze uit de hand zullen lopen, telkens opnieuw in het centrum laat plaatsvinden, met al die handelszaken die het moeten ontgelden, kun je je vragen stellen bij het gekozen traject.

Mijn volgende vraag was niet opgenomen in mijn ingediende vraag. Het zal dus van de goodwill van de minister-president afhangen of hij op deze vraag antwoordt, maar ik veronderstel dat we allemaal benieuwd zijn naar zijn standpunt over de loi anticasseurs of de wet tegen relschoppers. Ik ben daar voorstander van, maar ik vraag me af of dat een initiatief van een burgemeester is of werd daarover met de minister-president overlegd.

Mme Bianca Debaets (CD&V).- À nouveau, une grande manifestation a dégénéré. Outre les dégâts matériels, les casseurs s'en sont pris à la police. Quinze personnes ont été blessées, dont trois agents.

Comment était préparée Bruxelles Prévention et sécurité ? Avait-elle la coordination en main, avec les zones de police ? Dès lors que des débordements sont à prévoir, on peut s'interroger sur le choix du parcours.

Que pense le ministre-président de la loi anticasseurs ? J'y suis favorable, mais est-ce l'initiative d'un bourgmestre ou a-t-il été consulté ?

Partager
09:46 § 117 → Vidéo
Partager

M. Vincent De Wolf (MR).- Étant partie prenante de ce qui se passe malheureusement assez souvent au Cinquantenaire, je me devais de participer au débat. Pour répondre à la question de M. Kompany, lorsque des manifestations ont lieu, M. Close et moi-même entretenons des contacts excellents et permanents. Nous nous téléphonons à plusieurs reprises durant la manifestation et des réunions préalables ont lieu entre les deux corps de police. C'est d'ailleurs systématiquement le chef de corps de la Ville de Bruxelles qui est nommé "gold commander" et celui de la zone de Montgomery "silver commander", et l'un de nos officiers supérieurs est présent dans le centre de crise de la Ville de Bruxelles. Au cours de l'après-midi, je me suis moi-même rendu dans notre centre de surveillance caméras.

À la suite des débordements auxquels nous avons assisté, nous avons réalisé un débriefing policier afin de voir comment mieux gérer la dislocation de la manifestation qui se fait à chaque fois à Etterbeek. Lors de la manifestation du 23 janvier, les fauteurs de troubles se sont même rendus à Woluwe-Saint-Pierre puisqu'ils ont emprunté l'avenue Constant Montald, puis l'avenue de Broqueville pour arriver au square Meudon. Les images montrent bien qu'ils ont cassé tout ce qui se trouvait sur leur chemin.

Je rappelle que le parc du Cinquantenaire est classé et que l'ensemble de la zone est classé en tant que zone d'intérêt culturel, historique, esthétique ou d'embellissement . Conformément aux règles européennes, ce parc doit servir de lieu de repos et de loisirs pour les familles et les enfants. Il n'est par ailleurs pas admissible que les habitants qui ont investi dans des appartements et des maisons dans les rues environnantes doivent rester cloîtrés chez eux.

Certes, lorsque les manifestations sont en lien avec l'Europe, elles aboutissent toujours au parc du Cinquantenaire. En revanche, dans les autres cas, il serait utile de délocaliser ce type d'événements.

Mes administrés me demandent pourquoi ne pas interdire ces manifestations. C'est facile à dire, mais gérer les conséquences d'une telle décision l'est beaucoup moins. M. Vervoort, qui est resté bourgmestre dans son cœur, pourra le confirmer. Si on interdit une manifestation, 50.000 personnes viendront quand même et ce, sans qu'aucune réunion préalable n'ait pu avoir lieu, sans rencontre avec les organisateurs et sans définition de l'itinéraire imposé et des zones interdites, ce qui complique considérablement la gestion de l'événement.

De heer Vincent De Wolf (MR).- Aangezien ik als burgemeester van Etterbeek van dichtbij betrokken ben bij wat er helaas al te vaak in het Jubelpark gebeurt, licht ik graag een en ander toe. Mijnheer Kompany, tijdens manifestaties houden burgemeester Close van de stad Brussel en ikzelf permanent contact met elkaar. Vooraf zitten de betrokken politiezones altijd samen, waarbij het hoofd van de zone Brussel-Hoofdstad / Elsene aangesteld wordt als 'gold commander' en het hoofd van de zone Montgomery als 'silver commander'.

We hebben een debriefing met de politie gehouden om te kijken hoe we het best reageren als de manifestatie begint af te wijken van het parcours, zoals steevast in Etterbeek gebeurt. Op 23 januari zijn er zelfs relschoppers tot in Sint-Pieters-Woluwe geraakt. Op videobeelden is duidelijk te zien hoe ze onderweg alles kort en klein sloegen.

Het Jubelpark is beschermd, en de hele omgeving is een gebied van culturele, historische en esthetische waarde of voor stadsverfraaiing. Voorts is het ontoelaatbaar dat omwonenden in hun huizen gegijzeld worden tijdens manifestaties.

Als betogingen een link hebben met de Europese Unie, is het logisch dat ze langs het Jubelpark komen. In alle andere gevallen zou er beter een andere locatie worden gezocht.

Een manifestatie simpelweg verbieden is makkelijker gezegd dan gedaan. In dat geval dagen er alsnog een heleboel betogers op, zonder dat er met de organisatoren afspraken zijn gemaakt over het parcours of over verboden zones en wordt het nog lastiger om alles in goede banen te leiden.

Partager
09:49 § 119 → Vidéo
Partager

M. le ministre-président, quel est votre avis sur la possibilité de préserver ce parc à l'avenir ? J'y ai d'ailleurs récemment rencontré la ministre fédérale Mme Lalieux.

Dix-huit millions d'euros sont prévus par Beliris pour rénover ce parc, ce serait lamentable que tous ces efforts soient mis à mal par les manifestations qui s'y déroulent.

Je souhaitais rassurer les membres de la commission : la collaboration entre les deux zones de police, les deux chefs de corps et entre les bourgmestres concernés est parfaite et se fait dans une très bonne entente.

Beliris trekt 18 miljoen euro uit voor de renovatie van het Jubelpark. Het zou jammer zijn als al die inspanningen worden tenietgedaan door de betogingen die er plaatsvinden. Kan het park in de toekomst worden afgesloten als er betogingen zijn?

Voorts kan ik u geruststellen: de samenwerking tussen de twee betrokken politiezones, korpschefs en burgemeesters is prima.

Partager
09:50 § 121 → Vidéo
Partager

M. Jamal Ikazban (PS).- Je voudrais remercier M. De Wolf d'avoir répondu en grande partie à ces questions. Cela me permet d'expliquer pour la millième fois, dans cette commission, que les compétences du ministre-président sont inexistantes en la matière et que ces débordements relèvent surtout des bourgmestres ou du niveau fédéral. Je regrette que M. Ghyssels soit absent : à chaque fois, il fait remarquer qu'on encombre les travaux de la commission avec des sujets de sécurité publique communale.

La violence, d'où qu'elle vienne, est inacceptable et intolérable, mais on ne peut non plus entraver la liberté de manifester. Rappelons néanmoins que plus de mille manifestations se déroulent chaque année sans incidents ou presque à Bruxelles. Ici, nous avons chaque fois affaire à une minorité de casseurs organisés, venus affronter les forces de l'ordre et commettre des déprédations. C'est assez particulier. Je ne pense pas que ce soit l'intention de l'ensemble des manifestants.

De heer Jamal Ikazban (PS).- Dankzij de heer De Wolf zijn de vragen al grotendeels beantwoord. Voor de duizendste keer: de minister-president is totaal niet bevoegd voor dit soort zaken. Daarvoor moet u bij de burgemeesters of de federale overheid zijn.

Er vinden meer dan duizend betogingen per jaar plaats in Brussel. De meeste verlopen zonder noemenswaardige incidenten. In dit geval hebben we echter keer op keer te maken met een kleine harde kern van georganiseerde relschoppers die het op de ordediensten hebben gemunt en uit zijn op vernielingen.

Partager
09:53 § 123 → Vidéo
Partager

Enfin, comme M. De Wolf l'a évoqué, il serait dorénavant question de prévoir le même parcours pour toutes les manifestations. C'est une bonne idée, dont j'ai pu constater le résultat dimanche dernier. La mise en œuvre d'un parcours de manifestation unique est-elle véritablement envisagée, même pour les manifestations dont on prévoit qu'elles se dérouleront sans heurts ?

Het is een goed idee van de heer De Wolf om betogingen over een vaste route te sturen, maar is het ook de bedoeling dat bijeenkomsten waar geen problemen worden verwacht, dat traject volgen?

Partager
09:54 § 125 → Vidéo
Partager

M. Ahmed Mouhssin (Ecolo).- Quelques mots pour les policiers qui ont été victimes de violence.

Il convient de rappeler l’importance et la qualité des services de l’ordre, et la confiance qu’ils inspirent sur le terrain comme en amont, lorsqu’ils préparent une manifestation. Ils sont en effet souvent impliqués dans l’organisation et leur avis détermine très fréquemment les choix politiques. Lorsqu’une analyse est demandée au monde politique, n’oublions donc pas qu’en arrière-plan, des services de police et de renseignement alimentent la réflexion.

Saluons aussi l’existence d’un centre de crise régional bruxellois, dont l’intérêt est aujourd’hui incontestable. Une visite à ce centre est d'ailleurs prévue pour mieux comprendre son fonctionnement et son articulation avec les différents bourgmestres et les autres services.

Pour le reste, une vraie question se pose. M. Close, le bourgmestre de la ville de Bruxelles, fait des propositions que j’estime assez inquiétantes : la nécessité d’une "loi anticasseurs" pour les manifestations, à l’instar de la législation applicable aux matches de football. La Ligue des droits humains a pourtant rappelé que manifester est une liberté fondamentale. Les manifestations ont permis d’acquérir nombre de droits sociaux en Belgique. Nous ne pouvons pas limiter les libertés individuelles essentielles. Une vraie réflexion s’impose.

Si cette loi est envisagée, j’aimerais l’avis du ministre-président : contrairement à ce qu’affirme M. Ikazban, il a des compétences en matière de sécurité publique, héritage de celles du gouverneur.

Si M. Close se dit dépassé par ce type de manifestations, ne doit-on pas envisager que le ministre-président les encadre, au-delà d’un certain nombre de manifestants ? Les libertés individuelles ne peuvent être limitées pour motif que M. Close est dépassé.

Pourrions-nous envisager un baromètre des manifestations, où le ministre-président reprend la main quand il passe à l’orange ou au rouge ?

De heer Ahmed Mouhssin (Ecolo).- Voor alle politieagenten die slachtoffer werden van het geweld wijs ik erop dat zij in de aanloop naar manifestaties, met hun kwaliteitsvolle dienstverlening en het vertrouwen dat ze inboezemen, heel belangrijk zijn. Hun adviezen vormen vaak de leidraad voor politieke beslissingen.

Daarnaast twijfelt ook niemand meer aan het nut van het gewestelijke crisiscentrum, dat we binnenkort overigens zullen bezoeken.

Het voorstel van Brussels burgemeester Close om tegen betogers op te kunnen treden zoals tegen hooligans bij voetbalwedstrijden, vind ik verontrustend. Betogen is immers een grondrecht. Als zo'n wet echt zou worden overwogen, dan had ik graag het advies van de minister-president daarover gehoord, want in tegenstelling tot wat de heer Ikazban beweert, is die wel degelijk bevoegd voor de openbare veiligheid.

Als de heer Close aangeeft dat het probleem hem boven het hoofd groeit, waarom neemt de minister-president de regie bij betogingen vanaf een bepaald aantal deelnemers dan niet van hem over? We kunnen individuele vrijheden moeilijk gaan inperken omdat de heer Close dit probleem niet de baas kan.

Is een manifestatiebarometer een idee, waarbij de minister-president de teugels overneemt vanaf code oranje of rood?

Partager
09:56 § 127 → Vidéo
Partager

Ensuite, s'il est question du même parcours pour toutes les manifestations, pourquoi ne passerait-il pas devant les sièges du MR et du PS, puisque la proposition émane de ces deux partis ? Autoriser seulement les manifestations le long du canal pourrait poser certains problèmes.

Enfin, je trouve inacceptable qu'à chaque manifestation où l'extrême droite est la source d'incidents, on associe l'extrême gauche à l'extrême droite. Ces deux positionnements sont différents : les militants d'extrême droite sont racistes et fascistes. Les propos de M. Weytsman et de la N-VA dans la presse sont dès lors problématiques.

Als alle manifestaties voortaan langs één vaste route moeten worden geleid, waarom dan niet langs de hoofdkwartieren van de MR en de PS? Het voorstel kwam immers van hen.

Tot slot accepteer ik niet dat elke keer wanneer extreemrechts voor problemen zorgt, de link wordt gelegd met extreemlinks. De heer Weytsman en de N-VA hebben daarover zaken beweerd in de pers die niet kloppen.

Partager
09:57 § 129 → Vidéo
Partager

M. Sadik Köksal (DéFI).- Bien que nous ne remettions pas en cause le droit de manifester pour défendre ses opinions, cela ne peut en aucun cas justifier de telles violences, qui ont par ailleurs été largement relayées par les médias.

Nous adressons une fois de plus notre soutien aux membres des forces de l'ordre, plus particulièrement à ceux qui ont été récemment victimes d'agression lors de cette manifestation. Rappelons que les forces de l'ordre ont pour mission d'encadrer les différents événements pour en assurer le bon déroulement.

Concernant le mobilier urbain, la Région bruxelloise se constitue-t-elle partie civile pour les dégradations de l'espace public ?

M. Kompany vous a interrogé à propos de vos échanges avec la ministre de l'intérieur. Nous supposons que vous entretenez des contacts réguliers. Nous savons évidemment que vous ne disposez pas des mêmes compétences, comme l'a rappelé M. Ikazban.

Concernant la coordination globale, Bruxelles Prévention et sécurité constitue bien évidemment un soutien de taille, entre autres grâce à l'accessibilité du centre opérationnel ou la mise à disposition de caméras pour assurer le suivi en cas de débordement lors d'une manifestation. En effet, cela permet aux forces de l'ordre d'intervenir de la manière la plus intelligente et d'identifier les auteurs des débordements.

De heer Sadik Köksal (DéFI).- Demonstreren is een recht, maar daarbij mag geen geweld worden gebruikt. We betuigen nogmaals onze steun aan de ordediensten, in het bijzonder aan de politieagenten die tijdens de recente demonstraties werden aangevallen.

Zal het Brussels Gewest zich burgerlijke partij stellen voor de schade aan het straatmeubilair?

Hebt u regelmatig contact met de federale minister van Binnenlandse Zaken over dit probleem?

Brussel Preventie & Veiligheid speelt een belangrijke rol in de algemene coördinatie van het veiligheidsbeleid. Dankzij het operationeel centrum en het cameranetwerk kan de politie efficiënt optreden en de daders van geweldplegingen identificeren.

Partager
10:00 § 131 → Vidéo
Partager

Mevrouw Els Rochette (one.brussels-Vooruit).- Ook one.brussels-Vooruit veroordeelt opnieuw ten stelligste het geweld. Wij betreuren dat vreedzame betogingen worden gekaapt door relschoppers.

Ondertussen is geweten welke betogingen risico's inhouden. Er zijn jaarlijks duizenden betogingen die zelden uit de hand lopen, zoals de betogingen tegen de klimaatwijziging of tegen racisme. Geweld moet vermeden worden.

Zoals bij veel manifestaties waarbij de politie op haar hoede is, gebruikte ook de politie geweld. Ik heb het gevoel dat ze soms geen onderscheid maakt tussen relschoppers, die bewust komen om geweld te plegen, en vreedzame manifestanten. Verschillende mensen waren geschokt, omdat ze traangas in de ogen kregen, maar vooral omdat ze merkten dat de politieagenten geen badges droegen. Waarom zijn politieagenten tijdens manifestaties niet identificeerbaar?

Hebt u overlegd met burgemeester Close over een manifestatieverbod voor relschoppers of bent u dat van plan? Een dergelijk verbod moet besproken worden met Brussel Preventie & Veiligheid of met het Brussels Gewest, zodat het niet enkel in één gemeente opgelegd wordt.

Denkt u na over verschillende trajecten voor betogingen? De lusten, maar vooral de lasten van eventuele escalaties, moeten gedeeld worden, zodat niet alles altijd op de schouders van de stad Brussel terechtkomt.

Mme Els Rochette (one.brussels-Vooruit).- Mon parti condamne fermement les violences et regrette que des manifestations pacifiques soient récupérées par des casseurs.

Comme dans beaucoup de manifestations où la police est sur ses gardes, j'ai le sentiment qu'elle fait aussi usage de la violence sans distinction entre les casseurs et les manifestants pacifiques. Plusieurs personnes ont été choquées de voir que les agents ne portaient pas de badge. Pourquoi les policiers ne sont-ils pas identifiables lors des manifestations ?

Vous êtes-vous concerté avec le bourgmestre Close à propos d'une interdiction de manifestation pour les casseurs ?

Réfléchissez-vous à des parcours différents pour les manifestations ?

Partager
10:02 § 133 → Vidéo
Partager

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- Veel commissieleden stellen me vragen over de incidenten tijdens de betoging. U moet weten dat het om een Europese, en dus niet om een louter Belgische manifestatie ging.

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- Je rappelle qu'il s'agissait d'une manifestation européenne.

Partager
10:02 § 135 → Vidéo
Partager

(poursuivant en français)

Nous avons été très nombreux à dénoncer les violences perpétrées à l'égard des forces de l'ordre, et l’ensemble des dégradations commises aux infrastructures de notre ville.

Lorsqu’il s'agit de dégâts infligés à du matériel urbain régional, une plainte est chaque fois déposée. On ne peut cependant le faire que pour les dégâts que l'on subit directement : c'est évidemment la STIB qui agit lorsque des abribus, des stations de métro, etc., sont concernés.

Ces faits sont, il est vrai, l’œuvre d'une minorité qui infiltre les manifestations dans le seul but de provoquer des dégâts et de chercher la confrontation avec la police.

Ces phénomènes ne sont bien sûr pas propres à Bruxelles et touchent d’autres pays. Sont-ils liés à la période que nous vivons ? Sans doute y a-t-il une augmentation de ces types de faits en lien avec les manifestations en marge de la pandémie que nous connaissons depuis deux ans. J’imagine que des études sociologiques seront un jour réalisées pour nous en expliquer les tenants et aboutissants.

(verder in het Frans)

Velen hebben het geweld tegen de ordehandhavers en de schade aan de infrastructuur aan de kaak gesteld. Die incidenten zijn het werk van een minderheid die in demonstraties infiltreert met als enig doel schade aan te richten en de confrontatie met de politie te zoeken. We zien dat fenomeen niet alleen in Brussel, maar ook in andere landen.

Telkens als er schade wordt aangericht, doen we aangifte. Wanneer het om bushokjes en metrostations gaat, is het uiteraard de MIVB die daarvoor zorgt.

Partager
10:04 § 137 → Vidéo
Partager

(verder in het Nederlands)

Wat de vraag betreft over de mogelijkheid om betogingen te verbieden omdat er telkens opnieuw geweld wordt gebruikt, wordt de vrijheid van meningsuiting en van vergadering beschermd door de artikelen 10 en 11 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. Dat is een van de grondslagen van de democratie, waarmee we ons onderscheiden van totalitaire regimes.

Iedere beperking van die vrijheden wordt strikt omkaderd door het verdrag en de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, die gevolgd worden door de interne rechtscolleges. Zo zijn de administratieve procedures die voorafgaan aan de organisatie van een betoging bepaald in het intern recht. In die context situeert zich de toestemming die de organisator moet vragen aan de plaatselijke overheid. Dat is in dit geval gebeurd. Aan de toestemming voor een manifestatie kunnen trouwens specifieke regels worden verbonden. Dat was hier ook het geval, aangezien het traject van de betoging is besproken tussen de organisatoren en de politie.

Over de mogelijkheid om een betoging als dusdanig te verbieden, is de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heel duidelijk. Het stelt namelijk dat het risico op strubbelingen niet volstaat als argument om het verbieden van een evenement of van een betoging te verantwoorden. Het Hof heeft er al meermaals op gewezen dat het recht op vreedzame vergadering voor betogers niet vervalt door sporadische gewelddaden of andere laakbare handelingen van derden tijdens een demonstratie.

Ik ben het uiteraard niet eens met de vele meningen en extremistische beweringen die tijdens die betoging zijn geuit, maar de eerlijkheid gebiedt ons te erkennen dat de overgrote meerderheid van de betogers vreedzaam door de stad wilde trekken.

(poursuivant en néerlandais)

Pour ce qui est de la possibilité d'interdire les manifestations parce qu'elles se terminent systématiquement par des violences, la liberté d'expression et de réunion est protégée par les articles 10 et 11 de la Convention européenne de sauvegarde des droits de l'homme et des libertés fondamentales.

Toute restriction de ces libertés est strictement encadrée par cette convention et par la jurisprudence de la Cour européenne des droits de l'homme, qui est suivie par les juridictions nationales. Cette jurisprudence stipule que le risque de heurts ne peut justifier l'interdiction d'un événement ou d'une manifestation pour laquelle une autorisation a été demandée et accordée.

Je ne souscris évidemment pas à toutes les opinions exprimées pendant la manifestation, mais par honnêteté, il nous faut admettre que l'immense majorité des manifestants ont déambulé pacifiquement.

Partager
10:06 § 139 → Vidéo
Partager

(poursuivant en français)

La jurisprudence de la Cour européenne des droits de l'homme souligne aussi que lorsqu'elles apprécient la situation, les autorités locales doivent produire des estimations concrètes de l'ampleur potentielle des troubles, afin d'évaluer les ressources nécessaires pour neutraliser le risque d'affrontements violents.

Comme l'a rappelé la ministre de l'intérieur en commission de l'intérieur de la Chambre le 26 janvier dernier, une analyse de risque complète - tant sur le plan opérationnel que sur celui du bien-être des policiers - a été réalisée par la zone de police Bruxelles-Capitale / Ixelles.

La police locale a également bénéficié de l'aide du Centre pour la cybersécurité Belgique - dirigé par la police fédérale et en partie financé par la Région - pour effectuer la veille des réseaux sociaux. De plus, une concertation multidisciplinaire sous l'égide de la haute fonctionnaire de l'arrondissement de Bruxelles a été organisée le 19 janvier pour faire le point avec les différentes disciplines sur les moyens à mettre en œuvre dans le cadre de cet événement.

Étant donné que la manifestation devait se dérouler principalement sur le territoire de la Ville de Bruxelles et pour partie sur le territoire d'autres communes, les autorités administratives avaient décidé, comme à l'habitude, de désigner le chef de corps de la zone de police Bruxelles-Capitale / Ixelles gold commander, et celui de la zone Montgomery, silver commander. L'ouverture du centre de crise régional a effectivement été sollicitée - comme c'est le cas à chaque fois maintenant - pour faciliter la coordination des opérations.

Comme je l'ai déjà souligné, le fait qu'une zone de police soit amenée à solliciter le centre de crise n'implique pas que la gestion de l'événement soit effectuée par la Région. Le centre de crise est un outil mis à la disposition des zones de police.

Au centre de crise, aux côtés du chef de corps de la zone de police désigné en qualité "gold commander" ainsi que du bourgmestre de la ville, étaient présents les représentants de toutes les disciplines. Le procureur du Roi était là en personne, avec sa directrice opérationnelle. En raison de l'ampleur de la manifestation et de son caractère multidisciplinaire, la haute fonctionnaire était également présente. J'étais moi-même informé en temps réel du déroulement de la manifestation.

(verder in het Frans)

Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens benadrukt in zijn jurisprudentie dat de plaatselijke autoriteiten een inschatting van de potentiële omvang van de ordeverstoring moeten maken, om te kunnen beoordelen welke middelen nodig zijn om gewelddadige confrontaties te voorkomen.

Zoals de minister van Binnenlandse Zaken op 26 januari jongstleden in herinnering bracht, voerde de politiezone Brussel-Hoofdstad / Elsene een volledige risicoanalyse uit, zowel op operationeel vlak als met betrekking tot het welzijn van de politieagenten.

De lokale politie kon ook rekenen op de hulp van het Centrum voor Cybersecurity België om de sociale netwerken te monitoren. Voorts werd op 19 januari multidisciplinair overleg georganiseerd onder leiding van de hoge ambtenaar van Brussel-Hoofdstad over de inzetbare middelen.

Aangezien het evenement hoofdzakelijk op het grondgebied van Brussel-Stad zou plaatsvinden, werd de korpschef van de politiezone Brussel-Hoofdstad / Elsene als gold commander en de korpschef van de politiezone Montgomery als silver commander aangewezen. Bovendien werd gevraagd om het gewestelijk crisiscentrum ter beschikking te stellen om de coördinatie te vergemakkelijken.

In het crisiscentrum waren, naast de gold commander en de burgemeester van Brussel-Stad, vertegenwoordigers van alle andere betrokken instanties aanwezig, onder wie de procureur des Konings en de hoge ambtenaar. Ikzelf werd voortdurend op de hoogte gehouden van het verloop van het evenement.

Partager
10:08 § 141 → Vidéo
Partager

(verder in het Nederlands)

Er waren dus grootschalige voorzieningen getroffen voor de ordehandhaving, met zonale en federale versterkingen. Bovendien had Brussel Preventie & Veiligheid drones ter beschikking gesteld.

(poursuivant en néerlandais)

Bruxelles Prévention et sécurité avait également mis des drones à disposition.

Partager
10:08 § 143 → Vidéo
Partager

(poursuivant en français)

Des images particulièrement choquantes de violence à l'encontre des policiers ont été largement diffusées, mais le dispositif policier n'a jamais été débordé. J'insiste sur ce point. La police a anticipé la situation et a mené des fouilles préventives aux endroits opportuns. Six personnes ont d'ailleurs été arrêtées de manière préventive pour détention de matériel pyrotechnique. Les forces de l'ordre ont réagi de manière professionnelle et nous ne pouvons que nous joindre aux remerciements et au soutien manifestés par le bourgmestre.

(verder in het Frans)

In de media werden bijzonder schokkende beelden van geweld tegen politieagenten verspreid, maar de politie verloor nooit de controle over de situatie. Ze anticipeerde goed en fouilleerde betogers preventief op de juiste locaties.

Partager
10:09 § 145 → Vidéo
Partager

(verder in het Nederlands)

Zoals na elke manifestatie is er een eerste evaluatie gemaakt. Ook de federale minister van Binnenlandse Zaken benadrukte dat er lessen moeten worden getrokken op het vlak van preventie. Daarvoor zijn er op het hoogste niveau van de federale politie studies besteld over nieuwe manieren van betogen. Een tussentijds verslag wordt binnenkort bezorgd aan de federale minister van Binnenlandse Zaken. Samen met Brussel Preventie & Veiligheid volgen we dit nauwgezet op.

(poursuivant en néerlandais)

À des fins d'évaluation et de prévention, des études ont été commandées au plus haut niveau de la police fédérale sur les nouvelles façons de manifester. Un rapport intermédiaire sera remis prochainement à la ministre de l'intérieur. Bruxelles Prévention et sécurité suit cela de près.

Partager
10:09 § 147 → Vidéo
Partager

(poursuivant en français)

MM. De Wolf et Mouhssin ont rappelé le cadre des compétences dans lequel il m'est possible d'agir. Nous savons que les bourgmestres agissent en tant qu'autorités administratives et je suis chargé de me substituer à l'un ou l'autre d'entre eux s'il devait se montrer défaillant dans sa fonction. Il en va du maintien de l'ordre dans notre système juridique, mais, jusqu'ici, je n'ai constaté aucune défaillance de la part d'aucun d'entre eux. Il n'y a donc pas lieu de me substituer à qui que ce soit.

Cela n'empêche évidemment pas les débordements auxquels nous avons pu assister, mais n'oublions pas que nos forces de l'ordre sont rompues à cet exercice. Le maintien de l'ordre dans les manifestations est au programme des formations professionnelles de nos zones de police. Il s'agit d'une discipline qui n'est pas toujours assurée de manière aussi fluide dans des pays ne disposant pas du matériel ou de l'expertise dont nous bénéficions.

Un important travail de visionnage des images enregistrées par les caméras de surveillance est en cours afin d'identifier les casseurs et auteurs des violences commises à l'égard des policiers. Outre les vidéos des caméras fixes, nous disposons également de prises de vue réalisées par l'hélicoptère de la police fédérale ainsi que par les drones. Plusieurs policiers étaient également équipés de caméras d'intervention. Un groupe de travail chargé de la vérification et de l'exploitation de ces différentes images a été constitué.

Nous vivons dans un État de droit et une fois ces informations transmises, c'est à la justice d'agir et de faire en sorte que les sanctions soient à la hauteur des faits commis. Il y a donc d'une part le travail des autorités administratives, et de l'autre, le travail des autorités judiciaires.

(verder in het Frans)

De burgemeesters treden als bestuurlijke autoriteiten op. Ik kan hun taak overnemen als ze die niet goed vervullen, maar dat is tot nu toe nog nooit nodig geweest.

Er doen zich weliswaar excessen voor, maar de politiediensten hebben ervaring met het handhaven van de orde bij betogingen. Daar gaat al aandacht naar in de opleiding van agenten.

Videobeelden zijn belangrijk hulpmiddelen om de daders van geweld tegen politieagenten te identificeren. Naast de beelden van de vaste camera's hebben we ook beelden die zijn gemaakt door de helikopters van de federale politie en door drones. Bovendien waren verschillende politieagenten uitgerust met interventiecamera's. Er is een werkgroep opgericht om al die beelden te controleren.

We leven in een rechtsstaat. Zodra de informatie is doorgegeven, is het aan het gerecht om op te treden en ervoor te zorgen dat er sancties volgen die in verhouding tot de gepleegde feiten staan.

Partager
10:12 § 149 → Vidéo
Partager

M. Pierre Kompany (cdH).- J'ai bien compris les limites de votre action, mais vous êtes quand même hautement responsable : en effet, vous pouvez pallier directement la défaillance d'un bourgmestre qui, par exemple, ne pourrait pas suivre les événements. Je sais que vous êtes tenu au courant, à chaque instant, de l'évolution de la manifestation. Vous l'avez dit vous-même, ce qui est déjà un acte de courage, car on serait tenté de s'exonérer de toute responsabilité.

Je remercie aussi M. De Wolf, qui a bien montré l'interaction entre sa zone de police et celle de la Ville de Bruxelles. Les deux bourgmestres sont au front avant même que la manifestation ne commence, mais ce ne sont que des êtres humains. Nous devons trouver un moyen pour que le ministre-président puisse donner plus d'encouragements et discuter avec eux.

Je voudrais aussi remercier sincèrement la police. Nous devrons panser toutes les plaies qui accablent ce corps de métier, notamment les difficultés que les agents rencontrent dans leur vie privée. Essayons de faire en sorte que la police qui, jusqu'à présent, résiste à la violence gratuite ait encore le courage de continuer à travailler pour protéger la population.

De heer Pierre Kompany (cdH).- Ik begrijp dat u beperkt bent in uw mogelijkheden, maar u draagt wel een grote verantwoordelijkheid. Zo kunt u bijvoorbeeld rechtstreeks ingrijpen als een burgemeester tekortschiet. U zei zelf dat u tijdens elke betoging volledig op de hoogte wordt gehouden. Dat is moedig van u, want u kunt net zo goed uw handen wegtrekken van het probleem.

De heer De Wolf heeft de samenwerking tussen de betrokken politiezones toegelicht.

Ik wil ook van harte de politie bedanken. Laten we ervoor zorgen dat ze het gratuite geweld blijft weerstaan en dat ze de moed kan blijven opbrengen om de burgers te beschermen.

Partager
10:15 § 151 → Vidéo
Partager

De heer Mathias Vanden Borre (N-VA).- Sommige collega's verspreiden echt fake news.

Volgens de heer Mouhssin was extreemlinks niet vertegenwoordigd. Dat is feitelijk onwaar. Er verschenen voldoende artikels die het tegendeel aantonen. Er was een grote vertegenwoordiging van Antifa, met vooral Noord-Franse relschoppers die naar hier komen om vernielingen aan te richten. Dat gaven ze overigens zelf toe.

De bewering dat dit allemaal niet gebeurt bij linkse betogingen is ook een feitelijke onwaarheid. We zagen in het verleden dat het ook daar vaak misloopt. Denk maar aan de Black Lives Matter-betoging die compleet ontspoorde.

De discussie over de bevoegdheden van de minister-president is nog een flagrant voorbeeld van fake news. De commissieleden spreken elkaar hierover compleet tegen.

Het verheugt me echter wel dat ik u vandaag op geen enkele inhoudelijke fout heb kunnen betrappen, mijnheer de minister-president. U zei dat u enkele bevoegdheden hebt, zoals de overname van de taken van de gouverneur. U kunt ook de taken van een burgemeester overnemen. Het is mijn politieke mening dat u dat veel vaker moet doen, want er is echt wel reden toe. Een burgemeester wil zijn of haar taken naar behoren uitvoeren vanuit een gemeentelijk perspectief. Ook burgemeester Close van de stad Brussel bekijkt het probleem vanuit zijn gemeente, en dus vanuit zijn politiezone. We hebben een minister-president nodig die de gemeentelijke niveaus kan overstijgen en in het belang van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kan handelen. Daar moet u veel proactiever in optreden.

U zegt dat alles goed werkt, maar helaas stellen we nogmaals vast dat de zaken niet werken. Het is aan u, mijnheer de minister-president, om daar verandering in te brengen.

M. Mathias Vanden Borre (N-VA).- Certains collègues répandent des informations fallacieuses. Selon M. Mouhssin, l'extrême gauche n'était pas représentée. C'est factuellement faux.

La discussion sur les compétences du ministre-président est un autre exemple flagrant de désinformation. Les commissaires se contredisent ici complètement.

M. le ministre-président, parmi vos compétences figure en effet celle de pouvoir reprendre les tâches du gouverneur, mais aussi celles d'un bourgmestre. Politiquement, je suis d'avis que vous devriez le faire beaucoup plus souvent et de manière plus proactive. La Région bruxelloise a besoin d'un ministre-président capable de s'élever au-dessus des pouvoirs communaux et d'agir dans l'intérêt de toute la Région.

Partager
10:17 § 153 → Vidéo
Partager

Mevrouw Bianca Debaets (CD&V).- Mensen vragen zich vaak af of dergelijke betogingen niet moeten worden verboden. Ik begrijp de argumenten om dat niet te doen. Vrijheid van vereniging en van meningsuiting zijn belangrijke principes. Wat de heer De Wolf zei, is echter minstens even pertinent: in tijden van sociale media, waarop je oproepen heel snel kunt verspreiden, is dat praktisch bijna onmogelijk.

De fundamentele vraag is hoe je een dergelijke betoging organiseert. Daarvoor zal de overheid meer buiten de gebaande paden moeten treden. Moet er bijvoorbeeld een traject zijn? Kan een betoging bijvoorbeeld niet statisch gebeuren? In Den Haag krijgen mensen het recht om te betogen tegen het coronabeleid, maar ze moeten dat doen op het Malieveld, een open vlakte in de stad maar buiten de stadskern, zodat alles beter georganiseerd kan worden, met minder fysieke schade en letsels tot gevolg. Het Brussels Gewest moet dergelijke mogelijkheden beter bestuderen, maar daar heb ik niets over gehoord.

Ik begrijp de verontwaardiging over het voorstel van burgemeester Close niet. De wet tegen relschoppers komt uit Frankrijk en is ingevoerd onder president Macron, niet meteen een heel linkse jongen, om het geweld van de gele hesjes in te dijken. Dat lijkt me een valabele optie. Naast de al dan niet gespeelde verontwaardiging daarover, verbaast het me een beetje, mijnheer de minister-president, dat u daar niet op reageert. De conclusie is dan ook wellicht dat het een demarche van de burgemeester was, zonder dat die daarover met u heeft overlegd. Betekent dat dat u daar niet achterstaat? Ik heb u daarover niets horen zeggen.

Mme Bianca Debaets (CD&V).- Je comprends les arguments de ne pas interdire les manifestations au nom de la liberté d'association et d'expression. Par contre, il est alors crucial de trouver des moyens de les organiser, en osant sortir des sentiers battus. Une manifestation ne pourrait-elle pas être statique ?

Je ne comprends pas l'indignation que suscite la proposition du bourgmestre Close. Je m'étonne aussi que le ministre-président n'y réagisse pas. Faut-il en conclure qu'il s'agissait d'une démarche du bourgmestre, sans vous avoir consulté ? Est-ce à dire que vous ne la soutenez pas ?

Partager
10:19 § 155 → Vidéo
Partager

M. Vincent De Wolf (MR).- Le principe de subsidiarité ne plaît pas à M. Vanden Borre, et c'est son droit. J'étais négociateur de mon parti pour la sixième réforme de l'État et M. Vervoort le sait très bien : le principe de subsidiarité qui existait à l'époque du gouverneur n'a pas changé depuis, et c'est un bon principe.

Nous organisons des réunions préalables, nous rencontrons les officiers supérieurs, nous nous mettons d'accord sur les itinéraires, nous faisons de la prévention, nous connaissons notre dossier et nous gérons la situation sur le terrain. Nous faisons appel au ministre-président quand la manifestation concerne un grand nombre de zones et qu'il faut passer au niveau supérieur. Il est compétent si un bourgmestre dort pendant le week-end au lieu d'assumer la responsabilité qui lui est attribuée dans la loi. Cela fonctionne donc bien.

Cela ne permet pas pour autant d'éviter tous les débordements. Il est ainsi ressorti d'un débriefing policier que nous pouvions probablement mieux gérer les débordements de fin de dislocation. En ce sens, je suis relativement d'accord avec la proposition de M. Close.

M. Mouhssin a raison, le droit de manifester est un droit intangible, pour lequel je me battrai si nécessaire, mais il est modulé comme tout autre droit. Donc, si vous venez manifester uniquement pour casser et non pour adresser un message démocratique visant à influencer l'opinion, ce droit peut vous être retiré.

Il me semble donc raisonnable de priver du droit de manifester les personnes identifiées comme casseurs, les individus qui ont frappé des policiers ou causé des dégâts importants, que ce soit à titre temporaire ou pour une période plus longue. En effet, ces personnes portent atteinte à la grande majorité des manifestants pacifiques, qui pourraient avoir peur de participer à l'événement, et détournent ainsi l'objet même de ce droit.

De heer Vincent De Wolf (MR).- De heer Vanden Borre is blijkbaar geen aanhanger van het subsidiariteitsbeginsel, en dat is zijn goed recht. Ik sta er echter wel achter.

De burgemeesters organiseren vooraf vergaderingen, ontmoeten de hoge officieren, spreken de routes af, doen aan preventie en leiden de situatie ter plaatse in goede banen. Ze doen een beroep op de minister-president wanneer het evenement in meerdere gemeenten plaatsvindt en ze een tandje bij moeten zetten. Dat systeem werkt goed.

We kunnen echter niet altijd vermijden dat de situatie uit de hand loopt. Zo blijkt uit een debriefing van de politie dat de excessen aan het einde van de demonstratie nog beter kunnen worden aangepakt.

Ik ben een verdediger van het recht op betoging, maar zoals elk ander recht zijn daar grenzen aan. Als je alleen komt demonstreren om vernielingen aan te richten en niet om een democratische boodschap uit te dragen, lijkt het mij redelijk dat dat recht je worden ontnomen.

Partager
10:22 § 157 → Vidéo
Partager

M. Jamal Ikazban (PS).- Il sera toujours difficile d'éviter la casse lors de manifestations. Le risque zéro n'existe pas. Mais ce serait une erreur que de prendre des mesures et des décisions sur la base d'une minorité de casseurs.

J'en profite pour remercier les bourgmestres qui sont sur le pont, ainsi que les forces de l'ordre, que nous avons vues être victimes de jets de poubelle et de barrières Nadar. Si nous dénonçons souvent ici la violence policière - à juste titre -, il faut aussi pouvoir souligner celle qui s'exerce à leur encontre.

M. De Wolf a proposé à plusieurs reprises de suivre la gestion d'une manifestation par le bourgmestre. Ce serait une bonne idée. En effet, tout le monde ici ne s'exprime pas en connaissance de cause.

De heer Jamal Ikazban (PS).- Het zal altijd moeilijk zijn om vandalisme bij demonstraties te voorkomen, maar we mogen geen maatregelen en besluiten nemen op basis van een minderheid van relschoppers.

Ik wil de burgemeesters bedanken, evenals de ordediensten, die werden bekogeld met vuilnisbakken en dranghekken. We stellen vaak politiegeweld aan de kaak, maar we moeten ook het geweld tegen de politie aankaarten.

De heer De Wolf heeft meermaals voorgesteld om ons uit te leggen hoe de burgemeesters een demonstratie in goede banen leiden. Dat lijkt mij een goed idee.

Partager
10:23 § 159 → Vidéo
Partager

M. Ahmed Mouhssin (Ecolo).- M. Ikazban propose de se mettre dans la peau d'un bourgmestre : il essaiera en 2024 comme plusieurs d'entre nous !

(Sourires)

La question est ici de savoir s'il y a eu une défaillance au niveau des bourgmestres. A priori, tout le monde s'accorde à considérer que non, même si des choses sont à améliorer quant à la dislocation des manifestations. J'en prends donc acte mais pose la question de savoir si, au-delà d'un certain niveau de risque, le ministre-président ne devrait pas déclarer, de manière presque automatique, qu'un risque de défaillance existe et qu'il prend la main.

Comme le disait mon collègue Ikazban, lorsque 50.000 personnes en provenance de toute l'Europe viennent manifester, le risque de dégâts est très important. Dans ce cas-là, le ministre-président serait mieux à même de gérer la situation. C'est une simple réflexion ; pour l'instant, je considère que les deux bourgmestres ont bien fait leur travail.

Concernant la "loi anticasseurs", elle émane du président Macron ; je comprends dès lors que la droite soutienne un tel projet. On peut déjà évaluer les conséquences de cette loi en France. Que des décisions de justice soient prises, on peut en discuter, mais aujourd'hui, ce sont des décisions administratives qui interdisent à des personnes de manifester. Le danger d'une dérive liberticide est là !

On a donné des exemples de l'étranger, mais j'ai vu les émeutes aux Pays-Bas lors des manifestations anti-Covid et très honnêtement, j'ai l'impression qu'à Bruxelles, nous sommes de petits joueurs ! Les manifestations, d'une violence incroyable, ont causé d'énormes dégâts. Arrêtons donc de décrire Bruxelles comme la capitale où tout est permis !

Si la Région bruxelloise et le ministre-président estiment que c'est pertinent, il faudra avoir un débat sérieux sur cette question et entendre, par exemple, la Ligue des droits humains sur ces limitations des libertés.

De heer Ahmed Mouhssin (Ecolo).- Iedereen lijkt het erover eens dat de burgemeesters hun taak naar behoren vervullen, maar ik vraag mij toch af of de minister-president vanaf een bepaald risiconiveau niet automatisch het roer moet overnemen. Wanneer 50.000 mensen uit heel Europa komen demonstreren, is het risico op schade zeer groot. De minister-president is in dergelijke gevallen wellicht beter in staat de situatie te beheren.

Een antirellenschopperswet, zoals in Frankrijk, lijkt mij geen goed idee. Dat er rechterlijke beslissingen worden genomen, is één zaak, maar dat mensen via administratieve beslissingen wordt verboden te demonstreren, is een brug te ver.

Bovendien waren de demonstraties in Brussel klein bier in vergelijking met demonstraties in het buitenland. Die waren ongelooflijk gewelddadig en veroorzaakten veel schade. Laten we dus ophouden met beweren dat alles kan en mag in Brussel!

Als de minister-president van mening is dat hierover een debat nodig is, moeten wij dat voeren en zouden we bijvoorbeeld de Ligue des droits humains kunnen horen over deze vrijheidsbeperkingen.

Partager
10:26 § 163 → Vidéo
Partager

M. Sadik Köksal (DéFI).- Je ne vais pas renchérir sur la limitation éventuelle de la liberté d'expression et de manifestation. Ce sont des sujets importants mais, comme bien d'autres, ils doivent également être débattus au niveau fédéral.

De heer Sadik Köksal (DéFI).- De vrijheid van meningsuiting en demonstratie zijn belangrijke kwesties, die echter ook op het federale niveau moeten worden besproken.

Partager
10:26 § 165 → Vidéo
Partager

Mevrouw Els Rochette (one.brussels-Vooruit).- Wellicht gebeurt het al op verschillende niveaus, maar het zou goed zijn dat we nadenken over verschillende manieren om te betogen, eventueel samen met de organisatoren van grote betogingen, die beschikken over heel wat expertise. Iedereen heeft er baat bij dat de relschoppers uit de betogingen worden gehaald, want dat zijn geen betogers, maar criminelen.

- De incidenten zijn gesloten.

Mme Els Rochette (one.brussels-Vooruit).- Il serait bon de réfléchir à d'autres façons de manifester, même en concertation avec les organisateurs de manifestations. Les casseurs sont des criminels que tout le monde a intérêt à voir exclus.

- Les incidents sont clos.

Partager
10:28 § 169 → Vidéo
Partager

Demande d'explications de Mme Véronique Lefrancq

à M. Rudi Vervoort, ministre-président du gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale chargé du développement territorial et de la rénovation urbaine, du tourisme, de la promotion de l'image de Bruxelles et du biculturel d'intérêt régional,

concernant "les plaintes pour drogues et abus sexuels dans le quartier du cimetière d'Ixelles".

Demande d'explications jointe de M. David Weytsman,

concernant "les agressions dans le quartier du cimetière d'Ixelles".

Vraag om uitleg van mevrouw Véronique Lefrancq

aan de heer Rudi Vervoort, minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van Gewestelijk Belang,

betreffende "de klachten over drugs en seksueel misbruik in de wijk van de begraafplaats van Elsene".

Toegevoegde vraag om uitleg van de heer David Weytsman,

betreffende "de agressies in de wijk van de Begraafplaats van Elsene".

Partager
10:28 § 173 → Vidéo
Partager

Mme Véronique Lefrancq (cdH).- Cette question a été rédigée le 14 octobre, je me permettrai donc d'adapter certains éléments de mon texte à la lumière du plan proposé et des communications du gouvernement depuis cette date.

Au début du mois d'octobre, une vague de témoignages a afflué sur les réseaux sociaux concernant le quartier du cimetière d’Ixelles – et particulièrement deux cafés – où des jeunes filles ont été droguées et abusées sexuellement par un serveur. En tout, dix-sept plaintes ont été déposées et une instruction judiciaire est en cours par le parquet de Bruxelles. Depuis, l'affaire est prise en charge. Cette situation semble connue des services de police depuis un certain temps puisqu’une des victimes indique avoir porté plainte il y a déjà deux ans et avoir reçu pour seule réponse de la police qu’ils recevaient régulièrement des plaintes de la part de jeunes filles affirmant s’être fait droguer dans ces bars.

De tels témoignages sont représentatifs de l’insécurité vécue par les femmes dans la ville. Ils se doivent d’être entendus par les pouvoirs publics et d’être traités avec des réponses fortes. Vous avez déjà apporté quelques réponses, mais je soulèverai certaines questions et les compléterai selon l'actualité, suite au plan déposé.

Avant les derniers témoignages sur les réseaux sociaux, aviez-vous été averti par les services de la police de plaintes concernant l'usage de drogue et les abus sexuels répétés dans ces cafés ? À la suite des témoignages sur les réseaux sociaux, une collaboration particulière a-t-elle été mise en place avec les mouvements de la société civile ?

Mevrouw Véronique Lefrancq (cdH).- Begin oktober werden de sociale media overspoeld met meldingen over hoofdzakelijk twee cafés in de buurt van de begraafplaats van Elsene, waar een ober jonge meisjes heeft gedrogeerd en seksueel misbruikt. Er werden zeventien klachten ingediend en er loopt een gerechtelijk onderzoek. De politie lijkt al enige tijd op de hoogte te zijn, want een van de slachtoffers zei dat ze na een klacht twee jaar geleden van de politie te horen kreeg dat er geregeld klachten waren. Uit zulke getuigenissen blijkt hoe onveilig vrouwen zich in de stad voelen.

Heeft de politie na de recente golf van getuigenissen op de sociale media geïnformeerd over het gebruik van drugs en het herhaalde seksuele misbruik? Werkt ze samen met burgerbewegingen?

Partager
10:30 § 175 → Vidéo
Partager

Le 20 octobre, le gouvernement bruxellois s'engage à une concertation avec les membres du conseil bruxellois de la nuit. Dans la foulée de la réunion, ce conseil propose un plan d'action au gouvernement, qui débloque 610.000 euros à cet effet. Ce plan comprend :

- des formations disponibles en ligne gratuitement pour les établissements, pour un montant de 100.000 euros ;

- une campagne d'information sur les services d'aide, à destination des victimes, pour un montant de 10.000 euros ;

- un renfort des subsides au secteur associatif de prévention et de soutien, pour un montant de 200.000 euros ;

- une campagne de sensibilisation grand public sur les problématiques du harcèlement en général, dont 200.000 euros proviennent d'equal.brussels et 100.000 euros de Bruxelles Prévention et sécurité.

Quels acteurs se trouvaient-ils autour de la table ce 20 octobre ? La presse ne fait pas mention du secteur associatif. J'imagine néanmoins qu'ils ont été impliqués.

Quelles propositions de ce plan d'action ont-elles déjà été mises en œuvre ?

Op 20 oktober stelde de Brusselse Nachtraad een actieplan voor aan de regering, die daarvoor 610.000 euro uittrekt. Het geld gaat naar gratis online opleidingen voor horecazaken (100.000 euro), een informatiecampagne over de hulpdiensten (10.000 euro), subsidies voor verenigingen die zich inzetten voor preventie en ondersteuning (200.000 euro) en een bewustmakingscampagne over seksuele intimidatie in het algemeen (200.000 euro van equal.brussels, 100.000 euro van Brussel Preventie & Veiligheid).

Wie nam deel aan die vergadering? Waren er ook verenigingen vertegenwoordigd?

Welke voorstellen uit het actieplan zijn al uitgevoerd?

Partager
10:32 § 177 → Vidéo
Partager

M. David Weytsman (MR).- Ma question a été introduite le 25 octobre dernier, quand les témoignages de jeunes femmes s'accumulaient, concernant des faits particulièrement violents dans des cafés bruxellois. Il est tout de même question de viols, d'agressions sexuelles et physiques, et de prises forcées de drogue.

Des manifestations ont été organisées par diverses associations pour dénoncer les faits, sensibiliser en particulier la population féminine bruxelloise et soutenir les victimes. Les faits remontent parfois à plusieurs années et concernent des dizaines de jeunes femmes. Le parquet de Bruxelles a d’ailleurs confirmé que "plusieurs plaintes ont été déposées pour des faits de mœurs qui auraient été commis dans le quartier du cimetière d’Ixelles ces derniers mois". Ces plaintes sont parfois connues de longue date par certains. Une enquête est ouverte.

Il ressort par ailleurs que pas moins de neuf procès-verbaux ont été enregistrés depuis le début de l'année pour viol dans ce périmètre. Au moment où j'ai rédigé ma question, ni la zone de police ni le bourgmestre n'avaient pris de dispositions particulières en la matière.

Face à ces révélations et témoignages, nous devons tous et toutes agir, et les pouvoirs publics doivent être mobilisés à tous les niveaux. Mes questions permettront de présenter l'action du gouvernement en la matière.

Dans le cadre de cette affaire, la Région bruxelloise a-t-elle, au travers de Bruxelles Prévention et sécurité, organisé une gestion centralisée et transversale de la prévention et de la sécurité à Bruxelles ?

Des contacts ont-ils été pris avec le parquet ? Le dossier sera-t-il discuté avec toutes les communes et zones de police ?

Des contacts ont-ils été pris avec les autorités communales ? Dans l'affirmative, quelles en sont les conclusions ? La commune et la Région vont-elles collaborer pour combattre ces violences ? Concrètement, de quelle manière et dans le cadre de quel plan d'action ?

La Région envisage-t-elle des mesures concrètes pour sensibiliser les Bruxelloises et les Bruxellois à ce type d'agressions ?

Quelles sont les subventions accordées dans ce cadre aux associations actives dans la chaîne de prévention et de sécurité en Région bruxelloise ? Quelles sont les associations qui en bénéficient ? Quels sont les montants alloués ?

Vu le nombre élevé de victimes et la problématique plus large de la sécurité des femmes dans l'espace public, la Région va-t-elle établir un diagnostic du vécu des femmes, en particulier dans le milieu de la nuit, en collaboration avec le secteur associatif compétent en la matière ?

De heer David Weytsman (MR).- Diverse organisaties hebben betoogd om de feiten aan te klagen, vrouwen te waarschuwen en slachtoffers te steunen. Het Brusselse parket liet weten dat er de voorbije maanden meerdere klachten werden ingediend over zedenfeiten in de wijk van de begraafplaats van Elsene. Sommige klachten zijn al geruime tijd bekend. Er is een onderzoek geopend.

In dezelfde wijk zijn sinds begin 2022 maar liefst negen pv's opgesteld wegens verkrachting. Politie noch burgemeester hebben gerichte maatregelen getroffen. De overheid moet dringend actie ondernemen.

Staat Brussel Preventie & Veiligheid in voor een gecentraliseerd en transversaal preventiebeleid?

Hebt u contact met het parket? Wordt het dossier besproken met alle gemeenten en politiezones?

Hebt u overlegd met het gemeentebestuur van Elsene? Met welke resultaten? Hoe en in het kader van welk actieplan zullen het gewest en de gemeente samen strijden tegen het seksueel geweld?

Zult u maatregelen treffen om de Brusselaars bewust te maken van dit soort geweld?

Hoeveel subsidies keert het gewest uit aan verenigingen die actief zijn in de preventie- en veiligheidsketen? Om welke verenigingen gaat het?

Vrouwen voelen zich niet veilig in de openbare ruimte. Zal het gewest in samenwerking met de verenigingen een overzicht bijhouden van hun ervaringen, met name in het nachtleven?

Partager
10:35 § 179 → Vidéo
Partager

De heer Mathias Vanden Borre (N-VA).- Dit thema kwam eind vorig jaar op de agenda dankzij de moedige actie van enkele jonge vrouwen die aan de alarmbel trokken over seksueel geweld tegen vrouwen. Helaas is dat geen nieuw, maar ook geen louter Brussels gegeven. Uit enquêtes blijkt dat ongeveer 98% van de vrouwen in België al eens het slachtoffer was van intimidatie of seksueel geweld en 91% van jonge vrouwen tussen 15 en 24 jaar is al eens geïntimideerd. Een op de drie meisjes zegt al ongewenst te zijn aangeraakt. Dat zijn extreem verontrustende cijfers.

Helaas horen we bijna wekelijks nieuwe getuigenissen. Recent nog was er de getuigenis van een jonge vrouw die 's avonds de trein niet durft te nemen. Ze voelt zich alleen en is bang door iets banaals als het nemen van een trein. Ook dat is bijzonder verontrustend.

Het is onze taak, die van het parlement, en die van u, als uitvoerende macht, om daar meer tegen te ondernemen, mijnheer de minister-president.

Deze feiten zijn niet nieuw. Ze kwamen eind vorig jaar weliswaar opnieuw onder de aandacht maar ik verwijs graag naar de documentaire 'Femme de la rue', die inmiddels al van tien jaar geleden dateert. Kunt u toelichten wat er de afgelopen tien jaar in het Brussels Gewest is ondernomen? U bent intussen al zo lang minister-president, u beschikt dus over voldoende ervaring om dit toe te lichten.

M. Mathias Vanden Borre (N-VA).- Les enquêtes révèlent des chiffres inquiétants : 98 % des femmes en Belgique auraient déjà été victimes de harcèlement ou de violences sexuelles et 91 % des jeunes femmes de 15 à 24 ans auraient déjà été harcelées. Une jeune fille sur trois déclare avoir déjà été touchée sans son consentement.

Le parlement et le pouvoir exécutif ont le devoir de lutter davantage contre ces faits, qui ne sont pas neufs. Pour rappel, le documentaire "Femme de la rue" date d'il y a dix ans. Qu'a-t-on entrepris ces dix dernières années en Région bruxelloise à cet égard ?

Partager
10:37 § 181 → Vidéo
Partager

Mme Leila Agic (PS).- Il y a près de quatre mois, plus de 1.300 personnes manifestaient pour la première fois dans le quartier du cimetière d'Ixelles contre des violences sexuelles infligées à des jeunes femmes dans des bars de notre capitale. La parole de nombreuses femmes s'est libérée, notamment à travers le mot-dièse #balancetonbar, et on a ainsi pu lire des centaines de messages sur les réseaux sociaux.

Le monde associatif féministe s'est uni pour porter la voix des victimes, que nous avons pu rencontrer dans ce cadre. Ces témoignages ont tous un point commun : les victimes sont droguées et n'ont plus aucun souvenir du reste de la soirée. Au mieux, cela s'arrête là ; au pire, elles se réveillent dans le lit d'un inconnu après avoir été violées, ou nues à l'arrêt d'un bus.

Ces témoignages m'ont choquée, certainement parce que, comme une grande partie des jeunes Bruxelloises, certaines de mes proches ont vécu ce genre d'horreurs. Tout comme elles, je sais à quel point il peut être lourd de devoir faire attention à son verre lorsque l'on sort.

Nous avons eu l'occasion d'en discuter avec la secrétaire d'État à l'égalité des chances, mais, quatre mois plus tard, il est temps de faire un bilan des actions qui ont également été menées de votre côté.

Qu'avez-vous entrepris dans le cadre de vos compétences depuis cette libération de la parole ? Des mesures ont-elles été prises pour responsabiliser les tenanciers de bar ? Quelles mesures concrètes peuvent-elles être prises par Bruxelles Prévention et sécurité ? Avez-vous eu une collaboration avec les autres niveaux de pouvoir afin de lutter contre ce phénomène et de mener des actions concrètes et coordonnées ? Dans l'affirmative, pouvez-vous nous en dire plus à ce sujet ?

Mevrouw Leila Agic (PS).- Bijna vier maanden geleden kwamen 1.300 mensen voor het eerst op straat om te betogen tegen seksueel geweld in Brusselse bars. Wat steeds wordt herhaald in de honderden getuigenissen die online staan, is dat de slachtoffers gedrogeerd werden en zich niets meer van de avond herinneren. In de ergste gevallen werden ze wakker in het bed van een onbekende die hen had verkracht of naakt aan een bushalte.

Ik ken mensen die zulke horrorverhalen hebben meegemaakt. Ik weet hoe het is om altijd te moeten opletten of niemand iets in je glas doet.

Wat hebt u gedaan sinds zoveel vrouwen met hun verhaal naar buiten zijn gekomen? Spreekt u café-eigenaars aan? Welke concrete maatregelen kan Brussel Preventie & Veiligheid treffen? Werkt u samen met andere beleidsniveaus?

Partager
10:39 § 183 → Vidéo
Partager

M. Sadik Köksal (DéFI).- En novembre dernier naissait le mouvement #balancetonbar, qui révélait l'existence du mode opératoire de certains agresseurs qui profitent de l'état d'ébriété de leurs victimes ou recourent à des drogues telles que le GHB pour commettre leurs crimes.

À la suite de la déferlante de témoignages concordants, des initiatives ont été prises par des bars et des clubs bruxellois et par les autorités publiques. Les établissements, cercles et autorités universitaires ont été très rapidement sommés de réagir. Pourtant, certains bars ont réagi de manière hostile, voire inadaptée en se déresponsabilisant ou en culpabilisant les victimes. Alors que les témoignages de victimes droguées à leur insu dans des bars ou des discothèques se sont multipliés sur les réseaux sociaux, un certain nombre de plaintes auraient été reçues au parquet.

Disposons-nous d'un état des lieux concernant les plaintes déposées depuis l'éclatement du scandale ? Dans quelle mesure le centre de prise en charge des violences sexuelles de la rue Haute a-t-il vu ses activités touchées par le phénomène ?

S'agissant des 610.000 euros libérés par le gouvernement bruxellois pour lutter contre le harcèlement sexuel dans le milieu de la nuit, quel est le suivi des différentes actions qui devraient être menées depuis ?

Quand aura lieu la formation en ligne destinée aux établissements de nuit ?

Equal.brussels a-t-elle déjà développé le support autocollant au format A4 reprenant les informations relatives aux services d'aide disponibles ainsi qu'aux actions à entreprendre par les personnes confrontées à des situations de harcèlement ou de violences sexuelles ? Pensons notamment à la règle des "5 D" - distraire, déléguer, documenter, diriger et dialoguer - à appliquer pour aider une victime et intervenir en toute sécurité.

De heer Sadik Köksal (DéFI).- De #balancetonbar-beweging, die in november ontstond, bracht de modus operandi van sommige daders aan het licht. Ze misbruiken vrouwen die dronken zijn of aan wie ze GHB of andere drugs hebben toegediend.

Na een lawine aan getuigenissen hebben Brusselse bars, nachtclubs en overheden initiatieven genomen. Horecazaken, verenigingen en universiteiten hebben snel gereageerd. Sommige bars stelden zich echter vijandig op, voelden zich niet verantwoordelijk of legden de schuld bij de slachtoffers.

Hoeveel klachten zijn er sinds het losbarsten van het schandaal ingediend? Heeft het centrum de Hoogstraat meer slachtoffers begeleid dan voorheen?

Hoe beoordeelt u de maatregelen die zijn getroffen met de 610.000 euro die de regering had vrijgemaakt om seksueel geweld in het nachtleven te bestrijden? Wanneer wordt de online opleiding voor horeca-uitbaters gehouden?

Equal.brussels zou een A4-sticker ontwerpen met informatie over hulpdiensten en stappen die slachtoffers of getuigen kunnen zetten. Is de sticker af? Laten we ook de "regel van 5" niet vergeten: afleiden, hulp inschakelen, documenteren, aanspreken en in dialoog gaan.

Partager
10:42 § 185 → Vidéo
Partager

Mme Margaux De Ré (Ecolo).- Nous assistons en ce moment à une véritable écoute de la part de la société. Je suis persuadée que tous ces témoignages existent depuis longtemps - j'ai 31 ans et déjà, lorsque j'avais 17 ou 18 ans, on me disait déjà de faire attention à mon verre - mais qu'auparavant, les médias ne relayaient pas tout ce qui se passait dans les soirées et le monde de la nuit en général.

Aujourd'hui, cette discussion peut avoir lieu et le gouvernement a pris des mesures fortes pour répondre à cette problématique, en bonne intelligence avec les experts. J'en suis très satisfaite et très fière.

Mon groupe est convaincu que la réponse doit être la plus appropriée et transversale possible, tout en tenant compte des particularités du phénomène auquel nous sommes confrontés.

À cet égard, il est regrettable de toujours faire peser la charge de la sensibilisation sur les victimes et les témoins. Nous devons changer de cap et travailler sur la dissuasion des auteurs de ce genre d'actes, ici comme ailleurs.

Le bourgmestre d'Ixelles, M. Doulkeridis, a décidé de réaliser un audit de la situation. Y a-t-il une volonté de généraliser cette démarche, le problème ne s’arrêtant pas aux frontières d’Ixelles ?

Comment le gouvernement envisage-t-il les collaborations avec les différents acteurs de terrain ? À côté du monde de la nuit et des bars, les mondes culturel et universitaire sont également concernés. Pour ma part, j'ai travaillé notamment sur #balancetonfolklore, qui touche à des thématiques identiques, à savoir la prise forcée ou involontaire de substances psychotropes ou alcoolisées et les abus sexuels. Si tout le monde agit dans son coin, l'on se prive d'une véritable dynamique.

Enfin, quel est l’état des lieux des collaborations avec les communes ? Si Ixelles a vraiment pris les choses en mains, la Région pourrait peut-être servir de liant et imprimer un cap.

Mevrouw Margaux De Ré (Ecolo).- Eindelijk geven de media aandacht aan een verschijnsel dat al decennialang het nachtleven teistert. Ik ben dan ook verheugd dat de regering in overleg met deskundigen krachtige maatregelen heeft getroffen.

Het blijft jammer dat bewustmakingscampagnes tot slachtoffers en getuigen gericht blijven. We zouden beter inpraten op de daders.

De burgemeester van Elsene wil de situatie grondig analyseren, maar het probleem reikt verder dan de gemeentegrenzen van Elsene. Bestaat de wil om de analyse op bredere schaal uit te voeren?

Hoe zal de regering samenwerken met verenigingen? Naast nachtclubs en bars zijn ook de culturele wereld en universiteiten bij het probleem betrokken.

Hoe vlot de samenwerking met de gemeenten? Elsene vat de koe bij de hoorns, maar het gewest zou meer kunnen aansturen.

Partager
10:44 § 187 → Vidéo
Partager

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- La Région bruxelloise prend évidemment en considération la problématique des agressions sexuelles et des violences faites aux femmes, et cela, depuis plusieurs années. Ses différents aspects sont abordés dans le plan global de sécurité et de prévention , au point traitant de l'intégrité physique et psychique des personnes dans la dimension intrafamiliale, mais aussi dans les espaces publics et lieux accessibles au public tels que les établissements horeca. Ils sont également traités dans le plan bruxellois de lutte contre les violences faites aux femmes . Bruxelles Prévention et sécurité est associé à plusieurs actions de ce plan porté par Mme Ben Hamou.

La problématique des violences sexuelles est vaste. Elle ne se limite pas au secteur de l'horeca - moins encore au cimetière d'Ixelles - ni à l'espace public de manière générale. En effet, de telles violences reflètent les inégalités de genre qui se manifestent à plusieurs niveaux et de diverses manières dans notre société, et nous devons les combattre de manière globale.

Les travaux de l' Observatoire bruxellois pour la prévention et la sécurité traitent régulièrement de ces sujets. Ainsi, deux études relatives aux violences intrafamiliales commises pendant le confinement ont été réalisées. La question de l'ampleur et du sous-rapportage des violences sexuelles y est abordée. Le rapport annuel 2020 de l'Observatoire présente aussi les statistiques disponibles relatives aux violences sexuelles et propose une analyse des questions liées au genre.

Sur le plan de l'aménagement de l'espace public, Bruxelles Prévention et sécurité a pour projet de publier un deuxième guide Security by design cette année, et ce, en étroite collaboration avec ses partenaires régionaux que sont perspective.brussels, urban.brussels, Bruxelles Mobilité, equal.brussels, ou encore commissioner.brussels, puisque nous travaillons aussi avec les institutions européennes. Ce guide vise à recenser les bonnes pratiques en matière d'aménagement de l'espace public, conformément à l'action 26 du plan bruxellois de lutte contre les violences faites aux femmes qui charge Bruxelles Prévention et sécurité de mener une réflexion sur le harcèlement sexuel et sexiste dans l'espace public au sein du groupe de travail Security by design.

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- Het gewest is al jaren bekommerd over seksueel en ander geweld tegen vrouwen. Het thema is opgenomen in Globaal Veiligheids- en Preventieplan (GVPP) in het hoofdstuk over fysieke en psychische integriteit. Brussel Preventie & Veiligheid (BPV) werkt bovendien aan de uitwerking van verschillende maatregelen die opgenomen zijn in het Brussels Plan ter bestrijding van geweld tegen vrouwen. Seksueel geweld is een breed probleem dat de genderongelijkheid in onze samenleving blootlegt en zo globaal mogelijk moet worden bestreden.

Het Brussels Observatorium voor Preventie en voor Veiligheid heeft twee onderzoeken gevoerd naar huiselijk geweld tijdens de lockdown, alsook naar de omvang van het probleem en de onderrapportering. In het jaarverslag voor 2020 zijn gegevens over seksueel geweld en een analyse van gendervraagstukken opgenomen.

Wat de inrichting van de open ruimte betreft, is BPV van plan om dit jaar de tweede editie van Security by design te publiceren, in samenwerking met gewestelijke partnerinstellingen en in overeenstemming met artikel 26 van het Brussels Plan ter bestrijding van geweld tegen vrouwen.

Partager
10:46 § 189 → Vidéo
Partager

Ensuite, par le biais de l’appel à projets, Bruxelles Prévention et sécurité soutient l’action du monde associatif actif dans le domaine de la prévention et de la sécurité et susceptible de contribuer à la réalisation de mesures spécifiques du plan global de sécurité et de prévention. Parmi celles-ci, certaines concernent directement la problématique des violences sexuelles. Plusieurs projets d’associations spécialisées ont ainsi été soutenus dans le cadre des appels à projets annuels de 2018 à 2020 visant la réalisation des mesures du plan 2017-2020.

Nous avons soutenu la publication du "Petit guide illustré du respect dans la rue (ou ailleurs)" destiné à orienter les victimes potentielles vers les stratégies qui s’offrent à elles en cas de harcèlement, à sensibiliser les témoins aux actions possibles et à conscientiser les auteurs potentiels. Cette brochure éditée par la Fédération des centres de planning familial des Femmes prévoyantes socialistes est disponible en ligne.

L'asbl SOS Viol, outre la publication d’une brochure "En cas de viol, que dire, que faire ?", a actualisé son site internet pour l'adapter aux nouvelles exigences techniques et le rendre plus intuitif, l'objectif étant de permettre aux victimes, témoins et professionnels de trouver plus facilement l’information utile dans les cas de violences sexuelles.

La Région a également soutenu la Fédération laïque de centres de planning familial afin d’appuyer l’amélioration de la détection des violences conjugales et sexuelles, ainsi que la prise en charge et l’orientation des victimes par la coconstruction. Nous avons soutenu l'édition, la diffusion et la promotion d'un dépliant d’information et de sensibilisation destiné aux professionnels de première ligne.

Faisant suite à la publication du plan global de sécurité et de prévention 2021-2024, un nouvel appel à projets a été lancé à destination des asbl. Les lauréats ont proposé plusieurs projets concernant la problématique des violences sexuelles. Outre le projet de la Fédération laïque de centres de planning familial, qui est reconduit, citons parmi les projets retenus :

- celui de l'asbl Touche pas à ma pote, qui prévoit la formation et la sensibilisation de la police au harcèlement de rue. S'y ajoute l’élaboration d’une campagne de communication à destination d’un public large et moins spécialisé sur l’existence de la loi sexisme de 2014, sur les possibilités de dépôt de plainte et sur les comportements à adopter en tant que témoin ou victime pour répondre au harceleur ;

- celui de l'asbl Femmes de droit, droit des femmes, qui vise la prévention des violences ainsi que l’information des potentielles victimes sur leur droits, les processus de plainte et l’accompagnement de leurs besoins juridiques. L'asbl s'appuie pour ce faire sur des permanences juridiques et sociales de proximité et de première ligne, ainsi que sur la mise en place d'ateliers d’information juridique à destination des femmes de tous horizons ;

- celui de l'asbl Centre d’appui bruxellois, "Stop it Now !", qui vise la prévention des abus sexuels sur mineurs par des actions d’information, de prévention et d’accompagnement auprès des adultes, des familles et de la société en général : création d’un site internet, d’une adresse de courriel, d’une messagerie instantanée et d’une ligne d’écoute anonyme pour les personnes qui ont des attirances pédophiles et craignent de passer à l’acte, ainsi que pour leur entourage et les professionnels.

Via projectoproepen steunt BPV verenigingen die kunnen helpen met de uitvoering van maatregelen in het GVPP. Sommige daarvan hebben rechtstreeks betrekking op seksueel geweld.

Er is steun gegeven voor de publicatie van een gids voor potentiële slachtoffers van de Fédération des centres de planning familial.

De vzw SOS Viol heeft niet alleen een brochure uitgegeven, maar ook zijn website intuïtiever gemaakt.

Het gewest heeft steun gegeven aan de Fédération laïque de centres de planning familial om huiselijk en seksueel geweld sneller op te sporen en slachtoffers te helpen.

Na de publicatie van het GVPP 2021-2024 volgde een nieuwe projectoproep aan het adres van de vzw's. Die leverde meerdere projecten op in verband met seksueel geweld, waaronder:

- het project van vzw Touche pas à ma pote, dat politiemensen opleiding biedt over straatintimidatie. Voorts is er een communicatiecampagne voor het grote publiek;

- het project van vzw Femmes de droit, droit de femmes, dat inzet op preventie van geweld en informatie voor slachtoffers,

- "Stop it Now!" van vzw Centre d'appui bruxellois dat werkt aan de preventie van seksueel misbruik van minderjarigen.

Partager
10:49 § 191 → Vidéo
Partager

Le projet de l'asbl Alias vise le soutien aux prostituées ainsi qu'aux travailleurs du sexe masculins et transgenres, victimes de violences physiques, de harcèlement et de discriminations, de manière à favoriser l'occupation responsable, partagée et inclusive de l'espace public. Ce soutien comprend des actions de sensibilisation, tant vers le public spécifique de l'association que vers les autres intervenants de l'espace public, des ateliers d'autodéfense physique et verbale, des supports de sensibilisation destinés au grand public, et une journée d'étude pour présenter les résultats du plan d'action à son terme.

Concernant le quartier du cimetière d'Ixelles, une concertation a été organisée au niveau régional, dès le printemps 2020, à propos de la gestion des problèmes liés à la vie nocturne. Un conseil de la nuit a été créé. Il rassemble les acteurs de la nuit ainsi que les autorités et acteurs publics concernés aux niveaux local et régional. Le conseil discute actuellement de la mise en œuvre d'actions de sensibilisation, d'une campagne de prévention et d'une meilleure prise en charge des victimes. Il va de soi que la commune d'Ixelles y est représentée.

Voilà ce que je pouvais vous communiquer sur l'action que nous entreprenons au niveau régional, dans le cadre de mes compétences. Je précise que Bruxelles Prévention et sécurité s'occupe seulement d'un volet qui a trait à la diffusion. Cette action est donc principalement menée par la secrétaire d'État à l'égalité des chances Mme Ben Hamou.

Het project van vzw Alias geeft steun aan sekswerkers die het slachtoffer worden van fysiek geweld, intimidatie en discriminatie.

Sinds het voorjaar van 2020 voert de nieuwe Brusselse Nachtraad overleg met vertegenwoordigers van het nachtleven en van lokale en gewestelijke overheden over de buurt bij de begraafplaats van Elsene.

Partager
10:50 § 101 → Vidéo
Partager

Deze tekst wordt nog aangevuld.

Ce texte sera complété sous peu.

Partager
10:51 § 105 → Vidéo
Partager

Mme Véronique Lefrancq (cdH).- Vous avez énuméré toute une série de partenaires et d'acteurs connus qui font un travail remarquable en la matière. Je pensais que vous alliez nous expliquer de nouveaux projets, ou au moins des éléments sur le suivi des engagements du plan. Peut-être devrais-je m’adresser à Mme Ben Hamou pour ces questions.

Cela dit, je suis aussi très intéressée par le travail de l'aménagement de l'espace public. Il faut absolument développer des propositions concrètes à ce niveau. Je suppose que ce guide sera mis à la disposition des communes. J'espère que celles-ci pourront changer leur mentalité ou intégrer des méthodes différentes pour répondre à cette problématique.

Il est indispensable d'intensifier notre action. Je vous encourage à être attentif à cette réalité. Au-delà de la nuit, la problématique du harcèlement est importante à Bruxelles, dans l'espace public, sur le lieu de travail et les réseaux sociaux. Tout pouvoir public doit poser des gestes forts et récurrents pour faire prendre conscience de la place des femmes dans la société bruxelloise. Des situations inacceptables et inaudibles existent encore.

Chaque week-end, on espère qu'une jeune fille ou une femme ne sera pas obligée de porter plainte ou ne se retrouvera pas droguée ou violée. Je n'ai pas assez de mots quand je m'aperçois qu'aujourd'hui encore, tous les moyens investis restent insuffisants. Il faut modifier le comportement et les mentalités pour que les femmes soient plus en sécurité.

Je me tournerai vers votre collègue pour obtenir des informations à propos de la mise sur pied du plan d'action.

Mevrouw Véronique Lefrancq (cdH).- U somt een heleboel bekende organisaties op die belangrijk werk leveren, al dacht ik dat we meer over nieuwe projecten zouden vernemen.

Dat neemt niet weg dat de aanleg van de openbare ruimte me heel erg interesseert. Ik neem aan dat de gemeenten gebruik kunnen maken van de gids.

We moeten toch dringend meer doen, want intimidatie is niet alleen 's nachts een probleem. Bovendien doen zicht ook elders onaanvaardbare situaties voor.

Partager
10:51 § 193 → Vidéo
Partager

Ce texte sera complété sous peu.

Deze tekst wordt nog aangevuld.

Partager
10:53 § 107 → Vidéo
Partager

M. David Weytsman (MR).- J'examinerai ce que Mme Ben Hamou a déjà réalisé en matière de sensibilisation et de prévention dans le cadre de Bruxelles Prévention et sécurité . Je sais que de nombreuses actions sont entreprises pour le soutien aux victimes, notamment avec l'appui d'associations.

Il faut aussi de la coordination et de l'impulsion. De la coordination des bonnes mesures prises par les zones de police et les communes d'une part, de l'impulsion dans les zones de police ou les communes qui ne sont pas prioritaires sur cette question d'autre part.

Vous n'avez pas répondu à mes questions concernant le diagnostic, la réflexion sur l'aménagement du territoire et la prévention, mais aussi sur les actes concrets pour favoriser la sécurité. Comment comptez-vous jouer le rôle de facilitateur et de coordinateur, voire de donneur d’impulsion de ces bonnes pratiques dans les dix-neuf communes de la Région bruxelloise ?

De heer David Weytsman (MR).- Ik weet dat er allerlei initiatieven zijn om slachtoffers via organisaties te ondersteunen.

De maatregelen in de politiezones en gemeenten moeten worden gecoördineerd.

U hebt mijn vragen over de diagnose, de ruimtelijke ordening, de preventie en concrete, veiligheidsverhogende ingrepen niet beantwoord. Op welke manier zorgt u ervoor dat de negentien gemeenten die goede praktijken overnemen?

Partager
10:55 § 109 → Vidéo
Partager

De heer Mathias Vanden Borre (N-VA).- Het lijkt alsof de regering vooral inzet op bewustmaking: het verspreiden van brochures en het voeren van een communicatiecampagne. Dat is uiteraard een goede zaak. Slachtoffers moeten zich gesteund voelen om een klacht in te dienen en het probleem aan te klagen.

Ik wil nog twee zaken aanstippen die ontbreken in uw discours. Ten eerste moeten we er strenger op toezien dat het gevoel van straffeloosheid van de daders wordt aangepakt. Ten tweede verwijs ik naar de vele cafés in deze stad waar vrouwen helemaal niet welkom zijn en waar er een strikte scheiding tussen man en vrouw bestaat. We moeten dat maatschappelijke probleem ook durven benoemen. Het mag geen taboe blijven, want gelijkheid tussen man en vrouw in alle buurten en in elk café van deze stad moet de realiteit zijn. We mogen niet met twee maten en twee gewichten oordelen, maar moeten overal dezelfde lijn trekken.

M. Mathias Vanden Borre (N-VA).- Certes, il est positif que le gouvernement fasse de la sensibilisation : les victimes doivent oser porter plainte et dénoncer les problèmes.

Je reviens sur deux points dont vous n'avez pas parlé. Premièrement, il faut lutter contre le sentiment d'impunité dans le chef des auteurs. Deuxièmement, il faut aussi dénoncer ces nombreux cafés où les femmes ne sont pas les bienvenues. Il ne peut y avoir de tabou : l'égalité entre hommes et femmes s'applique partout à Bruxelles, y compris dans ces établissements.

Partager
10:57 § 111 → Vidéo
Partager

Mme Leila Agic (PS).- Se pencher sur les actions menées pour lutter contre les violences faites aux femmes, les violences sexuelles et les violences de genre est toujours intéressant.

Pour faire face à la problématique survenue dans certains bars de notre capitale, Mme Ben Hamou a lancé un plan qu'elle coordonne. Pour le mener à bien, elle a besoin de la participation de l'ensemble de ses collègues. C'est pourquoi nous interpellons toutes les personnes qui exercent une compétence en la matière. Nous avons besoin de soulever chaque levier qui peut l'être.

Effectivement, Bruxelles Prévention et sécurité doit exercer un rôle de plus en plus important en matière de lutte contre les violences faites aux femmes, les violences sexuelles et les violences de genre. Il y a deux jours, une personne a encore été victime de discriminations dans un café à Bruxelles en raison de ses choix de vie. Nous ne pouvons pas tolérer ce genre de comportement et devons continuer à sensibiliser à propos de la liberté de choix.

Enfin, le guide que Bruxelles Prévention et sécurité élabore me semble très intéressant. J'espère qu'il sera rapidement publié pour que nous puissions en prendre connaissance.

Mevrouw Leila Agic (PS).- Om het probleem aan te pakken, is staatssecretaris Ben Hamou met een actieplan gekomen. We roepen iedereen die ter zake bevoegd is op om daaraan mee te werken.

Brussel Preventie & Veiligheid (BPV) moet een sterkere rol spelen in de strijd tegen geweld op vrouwen, seksueel geweld en gendergerelateerd geweld.

De gids die BPV uitwerkt lijkt me erg interessant. Ik hoop dat hij snel wordt gepubliceerd.

Partager
10:58 § 113 → Vidéo
Partager

M. Sadik Köksal (DéFI).- Je vous remercie pour vos éléments de réponse, notamment ceux relatifs au soutien aux asbl spécialisées dans le secteur de la prévention de ce type de violences. Vous avez également rappelé qu'un volet dédié à la prévention figure dans le nouveau plan global de sécurité et de prévention .

Bruxelles Prévention et sécurité a un rôle déterminant à jouer. Il faut continuer à soutenir le secteur pour limiter et éliminer les violences faites aux femmes, dans des bars ou dans les lieux publics.

Vous avez par ailleurs évoqué un projet concernant les aménagements de l'espace public visant à une occupation mixte et mieux adaptée. Je pense qu'il faut poursuivre ces efforts. Nous continuerons à vous soutenir.

De heer Sadik Köksal (DéFI).- BPV heeft een belangrijke rol te spelen. We moeten de sector blijven steunen om het geweld op vrouwen terug te dringen.

U had het over een herinrichting van de openbare ruimte. Ik denk inderdaad dat we op die weg verder moeten en steun u daarin.

Partager
10:59 § 115 → Vidéo
Partager

Mme Margaux De Ré (Ecolo).- Certaines de nos compétences, et non des moindres, sont à mobiliser. L'accueil que la police réserve aux victimes de violences sexuelles s'apparente parfois à une double peine. Récemment, un des représentants syndicaux de la police a encore déclaré : "Aujourd’hui, on va au commissariat dès qu’un homme vous fait un compliment". Ces déclarations me heurtent profondément pour toutes les victimes de violences, qui n'osent pas franchir les portes d'un poste de police. Le travail à réaliser par rapport à ce problème culturel, dont la société ne s'est pas encore emparée, est énorme.

Heureusement, des mesures concrètes sont mises en place. On constate même un certain consensus politique autour de cette question. Je me réjouis qu'un travail soit prévu vis-à-vis des auteurs, car c'est à travers la sensibilisation que nous parviendrons à déminer ce type de violences et de situations.

- Les incidents sont clos.

Mevrouw Margaux De Ré (Ecolo).- De opvang die slachtoffers van seksueel geweld bij de politie te beurt valt, lijkt soms nog een extra straf. Een afgevaardigde van de politievakbond durfde onlangs nog beweren dat vrouwen soms al naar de politie stappen zodra ze een compliment krijgen.

Gelukkig zijn er concrete maatregelen. Er is zelfs een zekere politieke consensus. Ik kijk uit naar de aanpak van daders van feiten, want bewustmaking is de weg naar een oplossing voor het probleem.

- De incidenten zijn gesloten.

Partager
11:01 § 119 → Vidéo
Partager

Question orale de M. David Weytsman

à M. Rudi Vervoort, ministre-président du gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale chargé du développement territorial et de la rénovation urbaine, du tourisme, de la promotion de l'image de Bruxelles et du biculturel d'intérêt régional,

et à M. Bernard Clerfayt, ministre du gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale chargé de l'emploi et de la formation professionnelle, de la transition numérique, des pouvoirs locaux et du bien-être animal,

concernant "le soutien régional pour l'augmentation du nombre d'agents constatateurs".

Mondelinge vraag van de heer David Weytsman

aan de heer Rudi Vervoort, minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van Gewestelijk Belang,

en aan de heer Bernard Clerfayt, minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn,

betreffende "de gewestelijke steun voor de verhoging van het aantal vaststellende ambtenaren".

Partager
11:01 § 121 → Vidéo
Partager

M. David Weytsman (MR).- Pour lutter contre les petites incivilités, les gardiens de la paix et les agents constatateurs, en complément des agents de police, ont un rôle important à jouer. Pour rappel, les agents constatateurs sont des agents de terrain qui peuvent constater les incivilités commises dans l’espace public. Quelques exemples de ces incivilités : le dépôt clandestin, le jet à terre de mégots de cigarettes ou d'autres déchets, les déjections canines, l’affichage sauvage, le tapage diurne, les trottoirs non entretenus, le non-respect de la faune et de la flore. Les agents sont sur le terrain, dans un quartier ou secteur donné qu’ils connaissent bien.

Je plaide pour que l’on multiplie la présence de ces agents constatateurs dans toutes les communes, en particulier celles où ces incivilités sont particulièrement prégnantes. Vous connaissez l’attachement de mon groupe politique au respect des règles, pour que chacun puisse jouir d’un haut standard de qualité de vie dans l’espace public et pour protéger notre environnement.

Vous qui avez une vue régionale sur ce qui se fait, partagez-vous mon analyse du rôle de ces agents constatateurs ? Vous avez en effet l'expérience de ministre-président et de bourgmestre.

Quelles mesures régionales sont-elles mises en œuvre pour encourager et inciter les communes à augmenter le nombre d’agents constatateurs, pour autant que vous partagiez mes réflexions ?

Quels montants la Région octroie-t-elle aux communes dans ce cadre ? Est-ce suffisant selon vous par rapport aux objectifs affichés ? La Région aide-t-elle les communes d’une autre façon ?

Quelles communes peuvent-elles être citées comme exemple en la matière ? Quelles stratégies ont-elles développées, éventuellement en coopération avec votre gouvernement ?

Comment ce travail s’articule-t-il avec la réforme des statuts des agents des pouvoirs locaux annoncée dans votre accord de majorité ? J'avais d'ailleurs introduit cette question auprès du ministre Clerfayt également.

De heer David Weytsman (MR).- Om overlast in de gemeenten te bestrijden, spelen vaststellende ambtenaren een belangrijke rol. Zij stellen overlast in de openbare ruimte vast en werken op het terrein, in een wijk die ze goed kennen.

Ik pleit ervoor om de aanwezigheid van de vaststellende ambtenaren te versterken. Deelt u mijn visie?

Welke maatregelen treft het gewest om de gemeenten ertoe aan te zetten het aantal vaststellende ambtenaren te verhogen? Welke financiële of andere middelen stelt het gewest daarvoor ter beschikking?

Welke gemeenten kunnen als voorbeeld worden aangehaald? Welke strategieën hebben die ontwikkeld?

Heeft de hervorming van de statuten van de ambtenaren van de lokale besturen ook op deze functie betrekking?

Partager
11:03 § 123 → Vidéo
Partager

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- Par le biais du plan bruxellois de prévention et de proximité (PBPP) , notre Région soutient les communes à hauteur de 27 millions d'euros par an. Les actions et projets qui découlent de cet appui très important font l'objet d'une convention dénommée "plan local de prévention et de proximité", conclue entre chaque commune et la Région. La Région contribue ainsi à soutenir des projets locaux qui visent à réaliser les mesures du plan global de sécurité et de prévention (PGSP), notamment par le soutien à des projets existants, par la mise en place de nouveaux projets ou par le développement de projets intercommunaux.

Concrètement, une priorité régionale comme la lutte contre les nuisances et les incivilités se traduit au niveau local par une présence visible de gardiens de la paix, d'éducateurs de rue, de médiateurs, etc. dans l'espace public, par la médiation des conflits ou encore par des campagnes de prévention.

Depuis l'adoption du nouveau PGSP, les projets portés par les communes peuvent s'inscrire dans l'ensemble des thématiques visées, notamment la thématique 7 qui reprend une série de mesures visant à lutter contre les nuisances et les incivilités.

Cette logique sera appliquée à l'élaboration du nouveau cycle du PBPP qui commencera en 2022, après approbation par le gouvernement. Lors de l'élaboration des plans locaux de prévention et de sécurité 2022-2024, il sera alors possible d'imputer aux subventions octroyées par la Région des frais liés aux sanctions administratives.

À côté de cet appui direct, Bruxelles Prévention et sécurité finance aussi annuellement les zones de police et le secteur associatif bruxellois qui, dans leurs actions quotidiennes, participent également à la lutte contre les incivilités et à l'amélioration du sentiment de sécurité.

Quant à l'éventuelle réforme du statut des agents constatateurs, les sanctions administratives communales ( SAC) ne sont pas soumises à la tutelle régionale. Cette matière relève entièrement du pouvoir fédéral. La Région ne dispose donc pas de marge de manœuvre pour assouplir les conditions d'admission à cette fonction. Cependant, l'École régionale d'administration publique participe également à la formation de ces agents afin que ceux-ci bénéficient d'une mise à niveau.

Cela dit, la demande a évidemment été relayée au niveau fédéral. Le récent rapport quinquennal 2016-2021 relatif à l'application de la loi sur les SAC, rédigé par le SPF Intérieur, montre l'implication du niveau fédéral. Il y est fait clairement mention des demandes des acteurs de terrain d'abaisser les exigences de diplômes des agents constatateurs pouvant dresser des SAC et des pistes d'évolution sont étudiées.

Ce dossier connaîtra des développements à plus ou moins brève échéance, qui feront évoluer la législation.

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- In het kader van het Brussels Preventie- en Buurtplan vloeit er jaarlijks 27 miljoen euro naar de gemeenten. Zo steunt het gewest lokale projecten om de maatregelen van het Globaal Veiligheids- en Preventieplan (GVPP) te realiseren.

Een gewestelijke prioriteit zoals de strijd tegen overlast vertaalt zich op het lokale niveau door een zichtbare aanwezigheid van straatwerkers, bemiddelaars enzovoort in de openbare ruimte.

Sinds de goedkeuring van het nieuwe GVPP worden de gemeentelijke projecten ter bestrijding van overlast onder thema 7 ondergebracht. Daarnaast kunnen de administratieve sancties met gewestelijke subsidies worden gefinancierd in het kader van de lokale veiligheids- en preventieplannen. Tot slot financiert Brussel Preventie & Veiligheid projecten van politiezones en verenigingen ter bestrijding van overlast in de openbare ruimte.

Aangezien het gewest geen toezicht uitoefent op de gemeentelijke administratieve sancties, is de hervorming van het statuut van de vaststellende ambtenaren een federale bevoegdheid.

Partager
11:06 § 125 → Vidéo
Partager

M. David Weytsman (MR).- Nous partageons votre constat. Je comprends que nous soyons renvoyés en partie au gouvernement fédéral. Toutefois, pour la dimension financière, je pensais que la Région bruxelloise pouvait apporter un soutien plus marqué.

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- C'est déjà le cas, puisque nous subsidions notamment les frais liés à la mise en œuvre des sanctions administratives communales. Nous avons maintenant la possibilité de mieux soutenir les communes dans leurs frais.

M. David Weytsman (MR).- Il s'agit donc du point 7, sur lequel je vais me renseigner.

- L'incident est clos.

De heer David Weytsman (MR).- We hangen dus deels af van de federale regering, maar het gewest zou meer steun kunnen bieden.

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- Dat is al het geval, aangezien er gewestelijke subsidies voor ingezet worden.

De heer David Weytsman (MR).- Ik zal me in thema 7 verdiepen.

- Het incident is gesloten.

Partager
11:07 § 133 → Vidéo
Partager

Demande d'explications de M. Hicham Talhi

à M. Rudi Vervoort, ministre-président du gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale chargé du développement territorial et de la rénovation urbaine, du tourisme, de la promotion de l'image de Bruxelles et du biculturel d'intérêt régional,

concernant "les propos tenus par le président du Comité permanent de contrôle des services de renseignement et de sécurité".

Vraag om uitleg van de heer Hicham Talhi

aan de heer Rudi Vervoort, minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van Gewestelijk Belang,

betreffende "de uitspraken van de directeur van het Vast Comité van Toezicht op de Inlichtingendiensten".

Partager
11:07 § 135 → Vidéo
Partager

M. Hicham Talhi (Ecolo).- M. le ministre-président, j'ai déposé cette question il y a quelques mois, mais je souhaite remettre cet événement en évidence. Il nous est parfois délicat de vous interroger sur des matières relevant à la fois de l'État fédéral et des zones de police bruxelloises. Néanmoins, il m'était impossible de ne pas étayer, en commission des affaires intérieures du Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale, les propos tenus dans la presse par Serge Lipszyc, président du Comité permanent de contrôle des services de renseignement et de sécurité (Comité R).

Des propos pour le moins glaçants : cette personne expose des failles dans les aspects sécuritaires de la Belgique et relate des discriminations entre les types d’extrémismes. Selon le président du Comité R, " il y a une volonté de favoriser des mouvements extrémistes, notamment d’extrême droite, dans certaines strates de l’État". Le verbe employé est "favoriser" et c'est vraiment très grave !

M. Lipszyc se demande aussi si "certains n’avaient pas intérêt à ce que le militaire ne soit pas retrouvé". Il parlait de Jürgen Conings. Des intérêts divergents de l’intérêt de l’État impliquent des factions et des milices, qui n'ont pas leur place dans les rangs de l'armée et de la police belges, ni dans d'autres secteurs.

Comment réagissez-vous aux propos tenus par le président du Comité R ? Quelles sont les mesures d'évaluation déployées par Bruxelles Prévention et sécurité ?

Je vous ai déjà interrogé sur l’opportunité d’une note relative à la menace que constitue l’extrême droite sur le territoire régional. Les zones de police bruxelloises ont-elles été suffisamment sensibilisées à cette menace ?

De heer Hicham Talhi (Ecolo).- Ik heb vragen bij de uitspraken in de pers van de heer Lipszyc, voorzitter van het Vast Comité van Toezicht op de Inlichtingendiensten (Comité I), ook al is dat in feite een federale bevoegdheid. Die zegt niet meer of niet minder dan dat de staat het bepaalde figuren, groepen en milities van extreemrechts erg gemakkelijk maakt. Zij zouden volgens hem zelfs goed vertegenwoordigd zijn in het leger en bij de politie.

Dat zijn bijzonder krasse uitspraken. Hoe reageert u daarop? Zijn de Brusselse politiezones zich van dat gevaar bewust? Hoe evalueert Brussel Preventie & Veiligheid (BPV) de toestand?

Partager
11:09 § 137 → Vidéo
Partager

Une cellule permettant aux policiers et policières suspectant un collègue de radicalisme de lancer l'alerte serait-elle, selon vous, un outil adéquat pour prévenir la menace ? Je rappelle que cette proposition faisait partie de la résolution que nous avons adoptée, visant à améliorer les relations entre la police et les citoyens.

Les entretiens préalables à l’entrée en fonction dans nos zones de police pourraient-ils permettre de détecter en amont une forme de radicalisation violente ?

Une audition de membres des services de renseignement est-elle prévue afin d'analyser si des éléments de notre corps policier bruxellois ou des militaires présents sur le territoire de la Région font partie de ces strates favorisant l’extrême droite ?

Zou er geen cel kunnen worden opgericht waar politiemensen van extremisme verdachte collega's kunnen signaleren? Dat is een onderdeel van de resolutie die we hebben goedgekeurd om de banden tussen burgers en politie te verbeteren.

Kunnen bij aanwervingsgesprekken niet tijdig bepaalde vormen van extremisme worden herkend?

Kunnen we geen hoorzitting met de veiligheidsdiensten organiseren om na te gaan in hoeverre de politie en de militairen op ons grondgebied geïnfiltreerd zouden zijn door extreemrechts?

Partager
11:10 § 139 → Vidéo
Partager

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- Il me serait en effet difficile de me prononcer sur des institutions, dont la tutelle n'entre pas dans le champ de mes compétences régionales. Au surplus, le Comité R est un organe au service du Parlement fédéral, ayant pour mission d'assister ce dernier dans le contrôle du pouvoir exécutif. À ce titre, il m'est difficile de réagir et de commenter les propos tenus par son président. Toutefois, je partage évidemment votre inquiétude lorsqu'il s'agit de défendre l'État de droit et de garantir la solidité de nos institutions.

Bruxelles prévention et sécurité (BPS) ne répond pas à la définition des infrastructures critiques telles que prévues par la loi du 1er juillet 2011 relative à la sécurité et à la protection des infrastructures critiques. BPS avait sollicité l'Autorité nationale de sécurité pour l'instauration de vérifications de sécurité pour son personnel, ainsi que pour les prestataires de service appelés à travailler ponctuellement dans le bâtiment abritant l'organisme d'intérêt public.

L'Autorité nationale de sécurité a indiqué que seules les personnes morales de droit public et de droit privé qui relèvent d'un secteur d'activité désigné à l'arrêté royal du 8 mai 2018 fixant les secteurs d'activité et les autorités administratives compétentes visées à l'article 22quinquies, § 7, de la loi du 11 décembre 1998 relative à la classification et aux habilitations, attestations et avis de sécurité, sont soumises à l'application de l'article 22quinquies de la loi, et à la procédure de demande de vérification de sécurité en vue de la délivrance d'une attestation de sécurité.

Les entreprises appelées à travailler dans le bâtiment de BPS durant les travaux relatifs aux installations utilisées par les services de police ont, dès lors, fait l'objet de vérifications de sécurité demandées par la police fédérale. Toutes les fonctions au sein de BPS ne sont donc pas systématiquement soumises à un filtrage de sécurité préalable. En revanche, certaines fonctions critiques bénéficient d'une habilitation de sécurité, dont le niveau d'analyse est supérieur à celui d'une vérification de sécurité.

Quant aux notes d'analyse envoyées à BPS dans le cadre du réseau de la plateforme régionale radicalisme, elles ne sont pas d'ordre opérationnel. L'administration les intègre dans ses propres analyses et les diffuse auprès de ses partenaires locaux et policiers.

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- Ik kan me niet uitlaten over instellingen waarvoor we niet bevoegd zijn. Bovendien is het Comité I een orgaan dat het federale parlement helpt in zijn controletaak. Dat neemt niet weg dat ook wij bezorgd zijn over het goed functioneren van de rechtstaat.

BPV wordt volgens de wet van 1 juli 2011 niet tot de zogenaamde kritieke instellingen gerekend. Wel heeft BPV aan de Nationale Veiligheidsoverheid (NVO) gevraagd om veiligheidsmachtigingen in te voeren voor zijn personeel en dienstverleners. De NVO antwoordde dat enkel morele publieke en natuurlijke personen uit bepaalde sectoren over zo'n veiligheidsattest moeten beschikken, waarbij de NVO zich baseerde op de wet van 11 december 1998 en het KB van 8 mei 2018.

Niet alle functies binnen BPV worden dus aan een voorafgaand veiligheidsonderzoek onderworpen. Voor sommige kritieke functies is wel een veiligheidslicentie nodig, die nog strenger is.

De analyses die BPV ontving in het kader van het gewestelijk platform tegen radicalisering, worden door de administratie in de eigen analyses verwerkt en doorgespeeld aan de lokale partners en politiediensten.

Partager
11:12 § 141 → Vidéo
Partager

Je vous rappelle également que la Belgique dispose d'une stratégie relative au terrorisme et à l'extrémisme, en ce compris le processus de radicalisation, qui permet une approche multidisciplinaire de tous les phénomènes d'extrémisme dans notre société, en y intégrant l'extrémisme de droite.

Dans ce cadre, deux plateformes ont été mises en place : d'un côté les groupes de travail locaux qui réunissent les services de sécurité au niveau des arrondissements judiciaires et, de l'autre, les cellules de sécurité intégrale locales en matière de radicalisme, de terrorisme et d'extrémisme, qui réunissent les acteurs sociaux préventifs au niveau des communes pour apporter un suivi de prévention ou d'accompagnement.

Un groupe de travail local existe à l'échelle bruxelloise, appelé Local Task Force . Il n'est pas prévu que Bruxelles Prévention et sécurité fasse partie de ce groupe, qui réunit entre autres les zones de police, la Sûreté de l’État , l' Organe de coordination pour l'analyse de la menace , le Service général du renseignement et de la sécurité , l' Office des étrangers , la police fédérale, ou encore le ministère public. Il permet d'échanger des informations, notamment sur les individus repris dans la banque de données commune, et de prendre les mesures adéquates. Leur analyse concerne évidemment une évaluation de la menace au niveau bruxellois.

Quant à la mise en œuvre d'une cellule de lanceurs d'alerte, cette dernière ne fait pas partie des débats au sein des services de sécurité, sachant que le Comité permanent de contrôle des services de police exécute déjà cette mission.

Enfin, les zones de police précisent que la réalisation d'entretiens préalables à l'entrée en fonction dans un service de police n'est pas si simple. Elles mettent en avant le fait qu'il n'est pas facile de détecter des formes de radicalisation - encore moins de radicalisation violente - en argumentant que, lors d'un entretien de sélection, les candidats auraient probablement conscience que leur idéologie constitue un obstacle à leur recrutement.

De Belgische strategie inzake terrorisme en extremisme laat een multidisciplinaire aanpak van alle extremistische fenomenen toe, ook extreemrechts. Er zijn enerzijds werkgroepen actief die de veiligheidsdiensten op het niveau van de gerechtelijke arrondissementen verenigen, en anderzijds de Lokale Integrale Veiligheidscellen waar de gemeentelijke preventie- en begeleidingsdiensten elkaar treffen.

Op Brussels niveau is er de Local Task Force (LTF), waar de politiezones en de federale politie, de Veiligheid van de Staat en de militaire inlichtingendienst ADIV, het Coördinatieorgaan voor de Dreigingsanalyse (OCAD), de dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) en het openbaar ministerie informatie uitwisselen die relevant is voor Brussel en maatregelen nemen ten aanzien van personen die in de databanken voorkomen. BPV maakt geen deel uit van die taskforce.

Bij het Vast Comité van Toezicht op de Politiediensten (Comité P) kunnen mensen worden gesignaleerd die van extremisme verdacht worden. Hier moet dus geen aparte cel voor worden opgericht.

Het is niet zo eenvoudig om bij de aanwerving van een politieagent mogelijke signalen van radicalisering te detecteren, aangezien de kandidaat zijn ideologische overtuiging op dat moment natuurlijk probeert te verbergen.

Partager
11:14 § 143 → Vidéo
Partager

M. Hicham Talhi (Ecolo).- Des individus manifestent ostensiblement, sur les réseaux sociaux, leur adhésion à des groupes d'extrême droite ou à des idéologies de ce type. Il est peut-être difficile d'analyser le profil de ceux qui dissimulent leurs préférences, mais, pour d'autres, les preuves sont avérées et publiques. Or le filtre ne fonctionne pas. Il serait donc intéressant que les entretiens préalables s'accompagnent automatiquement d'une analyse des activités sur les réseaux sociaux. Il est en effet choquant que des personnes qui manifestent clairement leur sympathie pour des idéologies extrêmes puissent exercer des fonctions à différents niveaux de l'État.

Quant à la possibilité de s'adresser au Comité permanent de contrôle des services de police pour lancer l'alerte, l'on peut imaginer que ce service soit lui-même concerné. Des cellules au niveau local pourraient donc se révéler utiles. Cela fait d'ailleurs partie des résolutions votées par notre parlement.

S'agissant des analyses de profil pour les opérateurs extérieurs et à haut niveau d'habilitation, je suis rassuré de constater que le problème est pris à bras-le-corps par BPS.

Ce qui me paraît particulièrement important, c'est d'éviter toute différence de traitement entre les divers types de radicalisme et d'extrémisme. L'attention accordée et les moyens dégagés doivent être identiques, qu'il s'agisse d'extrémisme islamiste ou d'extrême droite, par exemple.

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- Je partage tout à fait ce point de vue. Il n'y a pas lieu de traiter différemment les extrémismes ou les radicalismes.

- L'incident est clos.

De heer Hicham Talhi (Ecolo).- Heel wat mensen lopen op de sociale media met hun sympathieën voor extreemrechts te koop. Bij de aanwerving van politiemensen zou men dus perfect hun activiteiten op de sociale media kunnen nagaan. Wie daar extremistische ideeën verdedigt, hoort niet thuis in een veiligheidsdienst van de overheid. Ik blijf dus geloven in het nut van lokale cellen waar iemand alarm kan slaan, zoals ook in de resolutie staat. Wie zegt trouwens dat het Comité P zelf niet is aangetast?

Ik ben blij dat BPV de veiligheidsmachtigingen van externe dienstverleners ernstig neemt.

We mogen nooit dulden dat de ene vorm van extremisme en radicalisme milder wordt bejegend dan de andere. Extreemrechtse figuren moeten even fel worden bekampt als radicale islamisten.

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- Ik ben het volledig met u eens.

- Het incident is gesloten.

Partager
11:17 § 149 → Vidéo
Partager

Vraag om uitleg van de heer Mathias Vanden Borre

aan de heer Rudi Vervoort, minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van Gewestelijk Belang,

betreffende "de gewestelijke maatregelen in het kader van de strijd tegen de georganiseerde misdaad".

Demande d'explications de M. Mathias Vanden Borre

à M. Rudi Vervoort, ministre-président du gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale chargé du développement territorial et de la rénovation urbaine, du tourisme, de la promotion de l'image de Bruxelles et du biculturel d'intérêt régional,

concernant "les mesures régionales dans le cadre de la lutte contre la criminalité organisée".

Partager
11:17 § 151 → Vidéo
Partager

De heer Mathias Vanden Borre (N-VA).- Brussel krijgt regelmatig te maken met oplaaiend bendegeweld. In oktober 2021 werd Sint-Jans-Molenbeek geteisterd door meerdere schietpartijen. Bij drie van de vier schietincidenten viel telkens een slachtoffer. Het gerecht gaat na of er een verband bestaat tussen de verschillende incidenten.

De incidenten doen me denken aan de woelige zomermaanden het jaar voordien. Toen vond er ook heel wat drugsgeweld plaats in de Brussels straten, waarbij rivaliserende drugbendes een territoriale oorlog uitvochten. Daarnaast vond eind oktober een grote drugsactie van de federale politie plaats in de nasleep van het Sky ECC-dossier. Ongeveer 1.100 agenten deden op 114 plaatsen – vooral in Brussel – huiszoekingen in de strijd tegen drugs.

Er werden 64 mensen opgepakt omdat ze lid zijn van een criminele organisatie die verdacht wordt van cocaïnehandel tussen Zuid-Amerika en West-Europa. Die organisatie is voornamelijk gevestigd in Brussel en zou zich vooral bezighouden met het verpakken en herverdelen van drugs. Het is duidelijk dat het geen amateurorganisatie was want de resultaten van de operatie zijn ontstellend. Er werden zes drugslabs opgerold waar de politie ook een aanzienlijke hoeveelheid wapens en chemische producten aantrof. Daarnaast werden luxevoertuigen, ongeveer 1 miljoen euro contant geld en heel wat technische apparatuur, zoals stoorzenders en drones, in beslag genomen.

De strijd tegen de bovenlokale en georganiseerde criminaliteit is een taak van de federale gerechtelijke politie, maar sinds de laatste staatshervorming is ook dit gewest bevoegd voor veiligheid. Dat blijkt onder meer uit de invoering van het Brussels Gewestelijk Veiligheidsplan en de oprichting van Brussel Preventie & Veiligheid (BPV). Het valt me trouwens op dat leden van uw fractie dat nog altijd niet hebben begrepen en mentaal nog altijd in de periode voor 2014 leven. BPV vaart intussen deels blind.

M. Mathias Vanden Borre (N-VA).- Bruxelles doit régulièrement faire face à des flambées de violence entre gangs. À la fin du mois d'octobre, une importante opération antidrogue de la police fédérale a eu lieu dans le sillage du dossier Sky ECC. Quelque 1.100 policiers ont effectué des perquisitions dans 114 lieux, principalement à Bruxelles, dans le cadre de la lutte contre la drogue.

La lutte contre la criminalité supralocale et organisée est une tâche de la police judiciaire fédérale, mais depuis la dernière réforme de l'État, la Région est également responsable de la sécurité. C’est ce qu’il ressort notamment de l'adoption du plan régional de sécurité et de la création de Bruxelles Prévention et sécurité (BPS). Je suis d'ailleurs frappé de constater que les membres de votre groupe ne l'ont toujours pas compris et vivent mentalement encore dans la période d'avant 2014. En attendant, BPS navigue à l'aveugle une partie du temps.

Partager
11:19 § 153 → Vidéo
Partager

BPV wil een nauwkeuriger beeld krijgen van de georganiseerde criminaliteit maar kan het fenomeen, op basis van de statistieken en gegevens waar het toegang toe heeft, niet in kaart brengen. BPV heeft dus geen toegang tot de gegevensbanken van de politie. Nochtans zouden die gegevens kunnen helpen om meer gerichte en betere maatregelen te treffen.

Hebt u bij de federale regering bepleit om de databanken van de politie open te stellen? Zo ja, hoe verloopt het overleg? Zo niet, waarom hebt u nog niets ondernomen? Waar wacht u nog op?

BPV heeft geen zicht op de hoeveelheden in beslag genomen drugs in dit gewest omdat die niet uniform worden geregistreerd. In de toekomst zou dat wel gebeuren dankzij de ontwikkeling van Pacos (pièces à conviction – overtuigingsstukken), een toepassing voor het beheer en de traceerbaarheid van overtuigingsstukken. Die moet tot een gecentraliseerde registratie van bewijsmateriaal leiden.

Kunt u het Pacos-project toelichten? Wat is de stand van zaken in dat verband? Werd het reeds ingevoerd bij de Brusselse politiezones? Heeft het Brussels Gewest intussen een idee van de hoeveelheid in beslag genomen drugs?

Er bestaan gewestelijke subsidies die onder meer worden gebruikt om advies te verstrekken aan de bestuurlijke overheden over de administratieve sluiting van plaatsen die het gebruik of de verkoop van drugs vergemakkelijken. Uit uw schriftelijk antwoord blijkt echter dat dat niet het geval is. BPV weet niet hoeveel etablissementen gesloten werden omdat ze de verkoop of het gebruik van drugs vergemakkelijken. Sommige gemeenten willen hun cijfers in dat verband blijkbaar niet meedelen.

Beschikt BPV intussen over gestructureerde en systematische gegevens omtrent de zaken die werden gesloten omdat ze de verkoop of het gebruik van drugs vergemakkelijken? Waarom ontvangen de gemeenten die niet meewerken nog subsidies voor die zaken? U dient actie te ondernemen op dit vlak.

Wat is de stand van zaken met betrekking tot de toestellen die sporen van druggebruik in openbare ruimten moeten detecteren? Welke gemeenten nemen daaraan deel? Welke niet en waarom niet?

BPS souhaite brosser un tableau plus précis de la criminalité organisée mais, sur la base des données auxquelles il a accès, il ne peut cartographier le phénomène. Avez-vous plaidé auprès du gouvernement fédéral pour qu'il ouvre les bases de données de la police ?

BPS n'a pas de vue d'ensemble des quantités de drogues saisies à Bruxelles, car elles ne sont pas enregistrées de manière uniforme. À l'avenir, cela devrait se faire avec le développement de Pacos, une application pour la gestion et la traçabilité des pièces à conviction. Le projet Pacos a-t-il déjà été introduit dans les zones de police bruxelloises ? La Région a-t-elle une idée de la quantité de drogue saisie entre-temps ?

Il existe des subventions régionales qui servent, entre autres, à conseiller les autorités locales sur la fermeture administrative des lieux facilitant la consommation ou la vente de drogues. Or BPS ne sait pas combien d'établissements ont été fermés. Vous devriez prendre des mesures vis-à-vis des communes qui ne communiquent pas leurs chiffres.

BPS dispose-t-il désormais de données structurées sur les établissements fermés ?

Quel est l'état d'avancement des dispositifs permettant de détecter des traces de consommation de drogues dans les lieux publics ?

Partager
11:22 § 155 → Vidéo
Partager

Het BGV beoogt ook de invoering van een actieplan, dat een snelle opsporing en de identificatie van cannabistelers in dit gewest mogelijk moet maken door samen te werken met onder meer gemeentebesturen, vastgoedmakelaars, energieleveranciers en het parket voor de vervolging van de daders. Wat is de stand van zaken in dit verband? Welke gemeentebesturen, nutsbedrijven en private verenigingen nemen hieraan deel?

Le plan régional de sécurité vise aussi à repérer rapidement les cultivateurs de cannabis en coopérant avec les communes, les agents immobiliers, les fournisseurs d'énergie, le ministère public, etc. Qu’en est-il ?

Partager
11:23 § 157 → Vidéo
Partager

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- Ik heb de bevoegde federale minister per brief en tijdens vergaderingen al meermaals gevraagd om BPV toegang te geven tot de gegevensbanken van de politie. Tot dusver zijn al mijn pogingen tevergeefs geweest, maar ik vind die kwestie te belangrijk om het daarbij te laten. Daarom heb ik BPV gevraagd om een dialoog met de administratieve diensten aan te gaan en de politie nogmaals te herinneren aan zijn verzoek. Onlangs werd de omschrijving van het soort toegang en van de gegevensbanken bijgewerkt. De ondernomen stappen hebben echter nog niet het gewenste resultaat opgeleverd.

De Pacos-toepassing dient om bewijsmateriaal op een gestructureerde en uniforme wijze te registreren. U vraagt of de politiediensten daar gebruik van maken. Ook hier stuit ik echter op de grenzen van mijn bevoegdheden als minister-president. Ik kan u alleen maar aansporen om contact op te nemen met de politiezones of met de minister van Binnenlandse Zaken om de gewenste informatie te verkrijgen. Het gaat om een operationele aangelegenheid. Bovendien is het niet aan mij om u te zeggen welke politiezones gebruikmaken van een instrument waarvan de ontwikkeling in goede banen werd geleid door een stuurgroep van vertegenwoordigers van federale instanties: de algemene directie van de gerechtelijke politie, de algemene directie van de bestuurlijke politie, de vaste commissie van de lokale politie, het directoraat-generaal van de rechterlijke organisatie bij de FOD Justitie, een vertegenwoordiger van het administratief-technisch secretariaat Binnenlandse Zaken en van het administratief-technisch secretariaat Justitie.

In uw vraag over de gewestsubsidies die worden gebruikt om de bestuurlijke overheden te adviseren over de sluiting van zaken die het gebruik of de verkoop van drugs vergemakkelijken, verwijst u naar de ondersteuning die BPV biedt voor de plaatselijke preventie- en buurtplannen van de gemeente. De gemeenten moeten daarin projecten voorstellen die aansluiten bij een hele reeks gewestelijke prioriteiten. Een daarvan is de preventie en de bestrijding van verslavingen.

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- J'ai demandé à plusieurs reprises au ministre fédéral compétent, par lettre et lors de réunions, de donner à Bruxelles Prévention et sécurité (BPS) accès aux bases de données de la police. Jusqu'à présent, toutes mes tentatives ont été vaines, mais je considère cette question trop importante pour en rester là. C'est pourquoi j'ai demandé à BPS d'entamer un dialogue avec les services administratifs et de réitérer sa demande à la police.

Concernant l’utilisation de Pacos par la police, je me heurte aussi aux limites de mes compétences en tant que ministre-président. Je ne peux que vous inciter à contacter les zones de police ou la ministre de l'intérieur pour obtenir ces informations. Il s'agit d'une question opérationnelle.

S’agissant des subsides régionaux utilisés pour conseiller les communes sur la fermeture des établissements facilitant la consommation ou la vente de drogues, vous faites référence au soutien apporté par BPS aux plans locaux de prévention et de proximité. Dans ceux-ci, les communes doivent proposer des projets qui s'inscrivent dans une série de priorités régionales, dont la prévention et la lutte contre les addictions.

Partager
11:25 § 159 → Vidéo
Partager

De gesubsidieerde projecten moeten daarenboven gericht zijn op drie doelstellingen: begrijpen, opsporen en handelen.

Meerdere gemeenten stellen projecten voor om het gebruik van drugs op basis van verschillende parameters - geografisch gebied, specificiteitskader - in kaart te brengen. Andere projecten zijn er dan weer op gericht intergemeentelijke of interdisciplinaire platformen uit te bouwen of instrumenten in te voeren om de initiatieven voor de bestrijding en preventie van verslavingen te coördineren.

De gemeenten die subsidies krijgen voor hun plaatselijk preventie- en buurtplan moeten BPV helpen bij de registratie van de criminaliteit. Dat werd bepaald in een ordonnantie van mei 2015. De gemeenten zijn verplicht hun lokale veiligheidsdiagnose en alle gegevens die zij verzamelen in het kader van het Globaal Veiligheids- en Preventieplan en bij de uitvoering van hun plaatselijke preventie- en buurtplan, aan BPV te bezorgen.

Administratieve maatregelen, zoals de sluiting van zaken, behoren daar niet toe. BPV beschikt niet over gestructureerde en systematische cijfers daarover. Daarom werd in juni 2021 een specifieke vraag gericht aan de gemeentelijke preventiediensten.

Uit de ontvangen antwoorden bleek dat de gemeente Anderlecht in 2019 zeven en in 2020 veertien zaken administratief liet sluiten. Van die zaken werden in 2019 en 2020 twee gesloten op bron van artikel 9bis van de drugswet, elk voor een periode van zes maanden. De sluiting werd niet verlengd.

De gemeenten Oudergem, Sint-Agatha-Berchem, Etterbeek, Evere, Vorst, Elsene, Watermaal-Bosvoorde, Sint-Lambrechts-Woluwe en Sint-Pieters-Woluwe maakten bekend dat zij in 2019 en 2020 geen enkele handelszaak op hun grondgebied administratief lieten sluiten wegens het vergemakkelijken van gebruik of verkoop van drugs. De gemeenten Ganshoren en Jette vaardigden in 2020 geen enkel sluitingsbesluit uit.

De gemeente Koekelberg liet, op grond van de artikels 134ter en 134quater van de nieuwe gemeentewet, in 2019 twee zaken en in 2020 een zaak sluiten wegens verstoring van de openbare orde en rust, zonder dat er echter een verband was met het gebruik en/of de verkoop van drugs.

Plusieurs communes proposent des projets de cartographie de la consommation de drogues sur la base de différents paramètres. D'autres projets visent à développer des plateformes intercommunales ou interdisciplinaires ou à mettre en place des outils de coordination des initiatives de lutte contre les addictions.

L’ordonnance de mai 2015 prévoit que les communes qui reçoivent des subsides pour leur plan local de prévention et de proximité doivent aider BPS à enregistrer les délits. Cela ne comprend toutefois pas la fermeture de commerces pour avoir facilité l'usage ou la vente de drogues.

Une question sur ce type de fermetures a donc été adressée aux services communaux de prévention en juin 2021. La commune d'Anderlecht a enregistré sept fermetures administratives en 2019 et quatorze en 2020. Les communes d'Auderghem, de Berchem-Sainte-Agathe, d’Etterbeek, d’Evere, de Forest, d’Ixelles, de Watermael-Boitsfort, de Woluwe-Saint-Lambert et de Woluwe-Saint-Pierre n’ont enregistré aucune fermeture en 2019 et 2020. Les communes de Ganshoren et de Jette n'ont pris aucun arrêté de fermeture en 2020.

La commune de Koekelberg a fait fermer deux commerces en 2019 et un en 2020, mais sans lien avec l'usage et/ou la vente de drogues.

Partager
11:28 § 161 → Vidéo
Partager

Sint-Jans-Molenbeek liet in 2019 twee zaken en in 2020 drie zaken sluiten op grond van artikel 9bis van de drugswet maar geen enkele op grond van de artikels 134ter en 134quater van de nieuwe gemeentewet.

De negentien gemeenten krijgen in het kader van de plaatselijke preventie- en buurtplannen ondersteuning van vzw Transit voor de ontwikkeling van een instrument om gegevens over sporen van druggebruik in de openbare ruimten te verzamelen. Met behulp daarvan kunnen de gemeenten samenhangende en gepaste acties ondernemen.

Het Brussels Gewest heeft vzw Transit op basis van een beheersovereenkomst aangesteld als gewestelijke operator inzake verslavingen. De vereniging helpt de gemeenten om de maatregelen voor de preventie en bestrijding van verslavingen uit te voeren. Daarbij doet ze een beroep op de mensen in het veld, de gemeenschapswachten, het netheidspersoneel en de straathoekwerkers. Zij moeten rapporteren over de sporen van druggebruik die ze tijdens hun dagelijks werk vaststellen.

De vzw werkt met een tiental gemeenten samen om een beeld te schetsen van de aanwezigheid in de openbare ruimten van afval dat afkomstig is van druggebruik. Daarvoor werd een specifieke opleiding ingericht.

Als gewestelijke operator inzake verslavingen, staat de vzw Transit in voor de coördinatie in het Brussels Gewest. Er vonden reeds twee testfasen plaats in 2018 en 2019. De laatste keer namen er ook vier gewestelijke parken aan deel. De gemeenten namen deel op vrijwillige basis. Zij lieten hun beslissing om dat te doen voornamelijk afhangen van hun eigen prioriteiten en van de middelen die ze daarvoor konden inzetten.

Molenbeek-Saint-Jean a fait fermer deux établissements en 2019 et trois en 2020 sur la base de l'article 9bis de la loi sur les drogues, mais aucun sur la base des articles 134ter et 134quater de la nouvelle loi communale.

Dans le cadre des plans locaux de prévention et de proximité, les dix-neuf communes recevront le soutien de l’asbl Transit pour le développement d'un outil de collecte de données sur les traces de consommation de drogues dans les espaces publics.

En tant qu'opérateur régional dans le domaine des addictions, Transit est responsable de la coordination en Région bruxelloise. Deux phases de test ont déjà eu lieu en 2018 et 2019. La dernière fois, quatre parcs régionaux ont également participé. Les communes ont participé sur une base volontaire.

Partager
11:30 § 163 → Vidéo
Partager

De middelen waarover de deelnemende gemeenten beschikten, waren ook bepalend voor de mate waarin zij bij het project betrokken waren. De behaalde resultaten zijn dus veeleer een graadmeter van de gedane inspanningen dan een weerspiegeling van de omvang van het probleem.

Het gewest wil uit de testfases de nodige lessen trekken over de te volgen methode. Zo wil het te weten komen welke elementen bevorderlijk zijn voor een reproduceerbare, betrouwbare en gezamenlijke gegevensverzameling en wat de hinderpalen voor de ontwikkeling daarvan zijn. Jammer genoeg werd die ambitieuze dynamiek afgeremd door de impact van de gezondheidscrisis op de herschikking en prioritering van de activiteiten bij de gemeentelijke diensten op het terrein en bij de vzw Transit.

Op termijn komt het er dus op aan om op basis van de resultaten van de testfases en de beoordeling van de voorgestelde instrumenten een methode te bepalen. De negentien gemeenten moeten die dan volgen om hun opsporingswerk te verrichten en de verkregen gegevens in te voeren.

Les ressources des communes participantes ont déterminé leur degré d’engagement dans le projet. Les résultats obtenus sont donc un indicateur des efforts déployés plutôt qu'un reflet de l'ampleur du problème.

La Région entend tirer des phases de test les enseignements nécessaires sur la méthode à suivre. Malheureusement, l'effet de la crise sanitaire sur la priorisation des activités a ralenti cette dynamique.

Il sera donc nécessaire, à terme, de définir une méthode basée sur les résultats des phases de test et l'évaluation des instruments proposés.

Partager
11:31 § 165 → Vidéo
Partager

De heer Mathias Vanden Borre (N-VA).- In een artikel uit 2014 met als titel "Nieuwe Brusselse bevoegdheden: veiligheid" staat dat de minister-president verantwoordelijk zal zijn voor de ordehandhaving, de coördinatie van het veiligheidsbeleid en het opvolgen en registreren van de criminaliteit. Ik kan echter alleen maar besluiten dat er acht jaar later bijzonder weinig stappen zijn gezet om die wettelijke bevoegdheden om te zetten in de praktijk. Ten eerste is er het overleg met de federale minister van Binnenlandse Zaken. Ik vind het opmerkelijk dat uw partij, die nochtans een coalitiepartner in de federale regering is, op een continue weigering tot samenwerking stuit. Welke argumenten heeft die minister om u die toegang te ontzeggen?

Een tweede element is de harmonisering. U zegt dat dat een operationele bevoegdheid is. Ik ben het daar niet mee eens. De harmonisering is een van uw taken. U kunt dus meer doen om de werking van de verschillende politiezones te harmoniseren.

Een ander element is de aanpak van de drugscriminaliteit. De versnipperde aanpak tussen de gemeenten zorgt voor een weinig consistent beleid. Ik verwijs in dat verband nogmaals naar de drugscentra: enerzijds wil de overheid de drugsoverlast en -criminaliteit bestrijden en anderzijds het drugsgebruik faciliteren.

Voorts moet er in Brussel meer worden ingezet op bestuurlijke handhaving. Er moet een echt beleid komen waarbij alle institutionele spelers samenwerken voor de bestuurlijke handhaving van overlast, criminaliteit, maar ook van de georganiseerde misdaad. De federale N-VA-fractie heeft in de Kamer van Volksvertegenwoordigers een wetsvoorstel ingediend om een aantal bijkomende instrumenten in te voeren. Ook Brussel zou daarmee gebaat zijn.

- Het incident is gesloten.

M. Mathias Vanden Borre (N-VA).- Un article de presse de 2014 annonçait que le ministre-président serait responsable du maintien de l'ordre, de la coordination de la politique de sécurité ainsi que de la surveillance et de l'enregistrement de la criminalité. Depuis lors, très peu de mesures ont été prises pour mettre ces compétences en pratique.

Quels sont les arguments de la ministre fédérale de l'intérieur pour refuser de coopérer avec vous ?

Quant à l'harmonisation du fonctionnement des différentes zones de police, contrairement à ce vous dites, il s’agit bien d’une de vos missions.

Par ailleurs, l'approche fragmentée de la criminalité liée à la drogue entre les communes se traduit par une politique incohérente.

Enfin, des efforts supplémentaires doivent être consentis en matière de contrôle-sanction à Bruxelles. Tous les acteurs institutionnels devraient travailler à une politique de contrôle-sanction des nuisances, de la criminalité, mais aussi du crime organisé. La N-VA a d’ailleurs soumis une proposition de loi à la Chambre visant à créer des instruments supplémentaires.

- L'incident est clos.

Partager
11:35 § 169 → Vidéo
Partager

Vraag om uitleg van mevrouw Cieltje Van Achter

aan de heer Rudi Vervoort, minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van Gewestelijk Belang,

betreffende "de recent goedgekeurde noodordonnantie voor VVB-licentiehouders".

Demande d'explications de Mme Cieltje Van Achter

à M. Rudi Vervoort, ministre-président du gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale chargé du développement territorial et de la rénovation urbaine, du tourisme, de la promotion de l'image de Bruxelles et du biculturel d'intérêt régional,

concernant "l'ordonnance sparadrap adoptée dernièrement pour les titulaires de licences LVC".

Partager
11:37 § 171 → Vidéo
Partager

Question orale de M. David Weytsman

à M. Rudi Vervoort, ministre-président du gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale chargé du développement territorial et de la rénovation urbaine, du tourisme, de la promotion de l'image de Bruxelles et du biculturel d'intérêt régional,

concernant "le blocage d'octroi de licences pour la location de véhicules avec chauffeur (LVC)".

Mondelinge vraag van de heer David Weytsman

aan de heer Rudi Vervoort, minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van Gewestelijk Belang,

betreffende "de blokkering van de licentietoekenning van de verhuurdiensten van wagens met chauffeur".

Partager
11:37 § 173 → Vidéo
Partager

Mevrouw Cieltje Van Achter (N-VA).- Mijnheer de minister-president, begin 2021 beloofde u dat u voor de zomer van 2021 zou zorgen voor een hervorming van het Taxiplan. Die belofte kwam u niet na. Als gevolg daarvan verloren 2.000 chauffeurs van de ene dag op de andere hun inkomen eind november 2021 na een arrest van het hof van beroep.

Om dat sociale bloedbad te verhelpen keurde het parlement begin december 2021 een noodordonnantie goed. Net zoals de PS al jaren de hervorming van het Taxiplan tegenwerkt, kantte ze zich ook tegen de noodordonnantie die 2.000 chauffeurs voor de werkloosheid moest behoeden. Pas nadat uw coalitiepartners dreigden om met een alternatieve meerderheid te werken, ging de PS ermee akkoord om een oplossing te zoeken.

De noodordonnantie die uiteindelijk werd goedgekeurd, bevatte verschillende discutabele elementen. Het betreft allemaal punten die de PS voorstelde en waar heel wat collega's uit de oppositie en uit de meerderheid vragen bij hadden tijdens de parlementaire bespreking.

Het is onbegrijpelijk dat het compromis van de Brusselse regering het advies van de Raad van State over de startdatum in de wind slaat. De Raad van State wees erop dat het beperken van de overgangsregeling tot de chauffeurs die voor 15 januari 2021 hun aanvraag voor een licentie verkregen, in strijd is met artikel 10 en artikel 11 van de Grondwet. Volgens de Raad van State zou het beter zijn om 23 november 2021, de datum van het arrest van het hof van beroep, te hanteren.

Door het advies van de Raad van State grotendeels te negeren, vallen alle chauffeurs die een vergunningsaanvraag indienden tussen 15 januari en 23 november 2021, buiten de overgangsregeling. Tijdens die periode hebt u geen nieuwe vergunningen meer verstrekt, ondanks het feit dat Brussel Mobiliteit de aanvragen wel is blijven behandelen en ze ter goedkeuring aan uw kabinet bezorgde.

Mme Cieltje Van Achter (N-VA).- Faute d'un plan taxis, que vous aviez pourtant promis pour l'été 2021, 2.000 chauffeurs se sont retrouvés du jour au lendemain sans travail fin novembre dernier.

Afin d'éviter une hécatombe, le parlement a adopté en décembre l'ordonnance sparadrap. Ce n'est que parce que vos partenaires de majorité vous ont menacés de trouver une majorité alternative que le PS a finalement voté ce texte, qui contient des éléments discutables.

Ainsi, ce texte fait fi de l'avis du Conseil d'État qui avait déclaré contraire à la Constitution la limitation de la mesure transitoire aux chauffeurs ayant introduit leur demande avant le 15 janvier 2021. L'idéal étant de retenir la date du 23 novembre, comme l'a fait la cour d'appel.

Dès lors, vous abandonnez toute une série de chauffeurs alors que Bruxelles Mobilité a continué à traiter les demandes, soumises ensuite à votre cabinet.

Partager
11:39 § 175 → Vidéo
Partager

Tijdens de parlementaire bespreking van 10 december 2021 zei de heer Chahid, de fractieleider van de PS, dat het om 149 dossiers gaat die intussen op uw bureau zijn blijven liggen. De motivering dat chauffeurs die na 15 januari 2021 hun vergunning hadden aangevraagd, te kwader trouw zouden zijn, houdt totaal geen steek. Brussel Mobiliteit heeft die dossiers immers behandeld en die liggen op uw bureau.

Ook de beslissing om de overgangsregeling te beperken tot chauffeurs die gemiddeld twintig uur per week werken, is onbegrijpelijk. Chauffeurs die minder dan twintig uur per week werken, kunnen die bron van inkomsten even goed nodig hebben om hun gezin te onderhouden. Dat is een arbitrair criterium en het is maar de vraag of dat niet in strijd is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.

Hoe kijkt u als bevoegde minister aan tegen de chauffeurs die geen gebruik kunnen maken van de overgangsregeling? Wat verwacht u dat die chauffeurs doen in afwachting van een definitieve herziening van de taxiregelgeving?

Kunt u bevestigen dat u sinds 15 januari 2021 geen nieuwe licenties voor verhuurdiensten van voertuigen met bestuurder (VVB) hebt toegekend?

Kunt u bevestigen dat Brussel Mobiliteit aanvragen voor nieuwe VVB-licenties in de tussentijd wel is blijven behandelen en ter ondertekening is blijven doorsturen naar uw kabinet?

Kunt u bevestigen dat er tussen 15 januari en 23 november 149 dossiers naar uw kabinet werden doorgestuurd en dat u geweigerd hebt om die te ondertekenen?

Hoe verwacht u dat geïnteresseerde VVB-chauffeurs die hun aanvraag behandeld zagen worden door Brussel Mobiliteit, wisten of ervan uitgingen dat de minister-president hun aanvraag niet zou goedkeuren? Hebt u hen daarvan op de hoogte gebracht? Wat was uw motivering? Zult u die vergunningen alsnog goedkeuren?

Kunt u uitleggen waarom er een onderscheid gemaakt wordt tussen een chauffeur die negentien uur en een die twintig uur per week werkt? De indieners van de noodordonnantie slaagden er niet in een gedegen motivering te geven voor die twintig uur. Dat element kwam duidelijk uit het compromis van de regering. Wat is uw argumentatie om die bepaling op te nemen? Is dat juridisch afgetoetst?

Wanneer kan het parlement het ontwerp van ordonnantie verwachten? Heeft de regering al een knoop doorgehakt over de numerus clausus? Hoe zult u die invullen? Het al dan niet toekennen van een vergunning heeft wellicht alles te maken met die numerus clausus. Een beslissing daarover zou interessant zijn voor de toekomst.

D'après le chef de groupe PS, 149 dossiers seraient en attente sur votre bureau. En outre, pourquoi limitez-vous le dispositif transitoire aux chauffeurs qui travaillent en moyenne 20 heures par semaine ? Ce critère est arbitraire et non motivé dans l'ordonnance. Quelle est votre argumentation juridique à cet égard ?

En attendant la révision définitive de la réglementation, que vont faire tous ces chauffeurs ? Confirmez-vous que depuis le 15 janvier 2021, vous n'avez plus octroyé de licence LVC et que Bruxelles Mobilité poursuit bien son travail d'analyse et de transmission des dossiers ? Avez-vous refusé de signer ces demandes pourtant parvenues à votre cabinet ? Pourquoi ? Les intéressés sont-ils tenus au courant ?

Quand le parlement recevra-t-il votre projet d'ordonnance ? Quid du numerus clausus dont dépendra très certainement l'octroi d'une licence ?

Partager
11:42 § 177 → Vidéo
Partager

M. David Weytsman (MR).- Je ne reviendrai pas sur la gestion, que je trouve déplorable, du dossier des services de taxis et de location de voitures avec chauffeur (LVC) . Ce dossier aurait dû être réglé depuis bien longtemps.

Il me revient du secteur LVC que vous bloqueriez une centaine d'octrois de licences. Les dossiers seraient en ordre auprès de Bruxelles Mobilité, mais attendraient encore votre signature. Cette situation est vraiment dérangeante parce que, parfois, des candidats ont déjà acheté la voiture mais restent en attente de votre signature. Si je ne m'abuse, la signature peut être prolongée à deux reprises.

Confirmez-vous ces informations quant au blocage de l'octroi des licences ? En comprenez-vous les conséquences ? De nombreux chauffeurs LVC se retrouvent en effet sans travail.

Pour quelles raisons bloquez-vous ces dossiers d'octroi de licences ? Depuis quelle date exactement bloquez-vous l’octroi de licences ? Certains me disent qu'ils ont introduit leur demande en décembre ou novembre 2020.

Combien de licences sont-elles concernées par le blocage ? Quel est le temps moyen d'analyse d'un dossier par Bruxelles Mobilité et votre cabinet ? Quelle concertation avez-vous avec le secteur LVC à ce propos ?

De heer David Weytsman (MR).- Ik heb van de verhuurdiensten van voertuigen met bestuurder (VVB) begrepen dat u een honderdtal licenties blokkeert. De dossiers zouden in orde zijn voor Brussel Mobiliteit, maar nog op uw handtekening wachten.

Klopt het dat u sommige vergunningen blokkeert? Waarom en sinds wanneer? Sommige mensen zouden de licentie al in december of november 2020 hebben aangevraagd en soms al een auto hebben gekocht.

Over hoeveel vergunningen gaat het? Hoeveel tijd hebben Brussel Mobiliteit en uw kabinet gemiddeld nodig om een dossier te analyseren? Welk overleg hebt u hierover met de VVB-sector gevoerd?

Partager
11:45 § 179 → Vidéo
Partager

En outre, quand et comment pourra-t-on débattre d'un futur plan taxis ? Ce dernier est une priorité, et nous l'attendons depuis des années. Certes, nous pourrions encore l'attendre pendant quelques mois, mais nous avons désormais une épée de Damoclès au-dessus de nos têtes : l'ordonnance insérant un régime dérogatoire transitoire, qui fixe une échéance. Si tout n'est pas réglé d'ici le mois de juin grâce aux arrêtés d'exécution, c'est toute une partie du secteur qui ne pourra plus travailler du tout.

Quand les arrêtés d'exécution seront-ils pris afin de fixer le numerus clausus évoqué par Mme Van Achter et les différentes tarifications ? Vous comprenez bien qu'après le travail que vous aurez effectué en la matière et les débats au parlement, les différents acteurs auront besoin de temps pour mettre tout cela en œuvre.

Quant à l'interprétation et aux questions liées à l'ordonnance transitoire, je remercie Mme Van Achter pour ses questions, auxquelles je m'associe, et renvoie à notre débat de la semaine dernière.

Wanneer kunnen we eindelijk het nieuwe taxiplan bespreken? We wachten daar al jaren op. Bovendien is in de noodordonnantie een deadline vastgesteld. Als alles niet voor juni geregeld is, zal een groot deel van de sector helemaal niet meer kunnen werken. Wanneer zullen de uitvoeringsbesluiten over de numerus clausus en de tarieven klaar zijn?

Voor het overige sluit ik mij aan bij de vragen van mevrouw Van Achter.

Partager
11:46 § 181 → Vidéo
Partager

M. Hicham Talhi (Ecolo).- J'ai beaucoup de chance. En effet, l'ordre des travaux me permet d'intervenir de manière chronologique depuis le vote de la proposition d'ordonnance transitoire, dite sparadrap, le 10 décembre dernier. M. le ministre-président, lors de la séance plénière du 24 décembre, je vous ai interpellé au sujet de la circulaire de Bruxelles Mobilité et de la date de début des contrôles. Vous m'avez alors confirmé que ce texte serait publié et cela a effectivement été le cas.

Par la suite, à l'occasion de la première réunion de commission de janvier, je vous ai interrogé sur l'absence de contrôle, malgré l'existence de cette circulaire. Les premiers contrôles ont alors été effectués sur le terrain et les premières saisies ont eu lieu. La semaine dernière, je vous ai posé une question d'actualité sur l'agrément des plateformes. Répondant à votre place, M. Gatz m'a expliqué qu'Uber avait reçu son agrément provisoire le 10 janvier.

Entre-temps, un véhicule utilisant la plateforme Uber a été saisi, nous prouvant que cette dernière refusait manifestement de se conformer à l'ordonnance. M. Gatz a alors expliqué qu'un avertissement serait rédigé et que l'agrément pourrait être retiré à Uber s'il y avait une volonté délibérée de sa part de ne pas respecter le texte en vigueur. Depuis, huit autres saisies de véhicules du même opérateur ont eu lieu et cette volonté de ne pas se conformer à l'ordonnance est aujourd'hui manifeste.

M. le ministre-président, je n'ai qu'une question à vous poser : quand allez-vous retirer l'agrément d'Uber ? Cela ne poserait pas de problème puisque d'autres opérateurs ont décidé de respecter l'ordonnance. Les chauffeurs n'auront qu'à changer de plateforme de travail.

De heer Hicham Talhi (Ecolo).- Vorig week antwoordde minister Gatz op een actualiteitsvraag dat Uber op 10 januari zijn voorlopige erkenning kreeg.

Intussen werd een voertuig dat gebruikmaakte van het Uberplatform in beslag genomen. Minister Gatz legde uit dat een waarschuwing zou worden gegeven en dat de erkenning van Uber kan worden ingetrokken als chauffeurs zich opzettelijk niet aan de regels houden. Sindsdien werden nog acht andere Ubervoertuigen in beslag genomen. Uber is dus duidelijk niet van plan om de ordonnantie na te leven.

Mijnheer de minister-president, ik heb maar één vraag voor u: wanneer zult u de erkenning van Uber intrekken? Dat zal geen problemen veroorzaken, aangezien andere exploitanten hebben beslist om zich wel aan de ordonnantie te houden. De chauffeurs hoeven alleen maar van werkplatform te veranderen.

Partager
11:48 § 183 → Vidéo
Partager

M. Marc Loewenstein (DéFI).- Pour rappel, l'objectif de cette ordonnance est de sauver des emplois, et en particulier de permettre aux nombreux chauffeurs détenteurs d'une licence bruxelloise de recommencer à travailler, sans changer quoi que ce soit pour les titulaires d'une licence wallonne ou flamande, qui sont aussi, majoritairement, des Bruxellois.

Ces chauffeurs ont tous dû - sauf ceux disposant d’une nouvelle licence flamande - cesser leurs activités à la suite de la fermeture, par Uber, de sa plateforme, après la décision de la cour d'appel de Bruxelles du 23 novembre dernier.

Des réponses ont été apportées par les auteurs de cette ordonnance et de l'o rdonnance insérant un régime dérogatoire transitoire. Ces réponses constituent la ratio legis, c'est-à-dire la raison d’être, la motivation et la philosophie de cette ordonnance, et c’est sur ce dispositif et cette ratio legis que doit s’appuyer le pouvoir exécutif pour sa mise en œuvre.

Cet élément a également été rappelé il y a deux semaines, et je regrette que d'aucuns usent du rapport de forces et misent sur le fait que d'éventuels recours, même s’ils devaient aboutir, prendront du temps et coûteront trop cher à leurs auteurs.

Lors de notre discussion sur l'ordonnance, nous avions également demandé au ministre-président de signer les demandes d’autorisation d'exploiter introduites par les chauffeurs LVC, dès lors qu'elles étaient validées - parfois depuis des mois - par Bruxelles Mobilité, et ce, d'autant plus que les demandeurs ont dû contracter un crédit-bail ou une assurance pour valider leur dossier : un refus de signature les prendrait en quelque sorte en otage. Rappelons que certains sont contraints de tout lâcher et sont en détresse totale : cette situation n'est ni acceptable, ni juste, ni sociale.

Mme Van Achter pose la question des vingt heures. Lors des travaux parlementaires, il a été rappelé qu'outre le moment passé dans ces voitures connectées à une plateforme, on pouvait prendre en compte différents éléments, comme le temps passé à faire sa comptabilité, à nettoyer son véhicule, etc.

À côté de cette preuve rapportée par toute voie de droit, s'il n’est pas possible de faire autrement, la circulaire précise aussi que la preuve peut tout simplement être rapportée par les termes d’un contrat de travail ou de collaboration entre le chauffeur et son exploitant. La situation à ce sujet me semble claire, même si des questions subsistent.

De heer Marc Loewenstein (DéFI).- De noodordonnantie heeft tot doel jobs te redden en de vele chauffeurs die gedwongen werden hun activiteiten stop te zetten na de sluiting van het Uberplatform door het hof van beroep van Brussel op 23 november, opnieuw aan het werk te krijgen.

De opstellers van de ordonnantie werkten een noodoplossing uit in de vorm van een tijdelijke uitzonderingsregeling. Hun antwoorden over de motivering en de filosofie van de ordonnantie zijn de ratio legis waarop de uitvoerende macht moet steunen voor de uitvoering ervan. Dat punt werd twee weken geleden ook al naar voren gebracht. Ik betreur dat sommigen erop rekenen dat een eventueel beroep, zelfs als het succesvol is, tijd zal vergen en te duur zal zijn.

Tijdens de bespreking van de ordonnantie vroegen we de minister-president ook om de licentieaanvragen van de VVB-chauffeurs te ondertekenen, die soms al maanden eerder door Brussel Mobiliteit waren gevalideerd, vooral omdat de aanvragers een huurovereenkomst of verzekering moeten afsluiten om hun aanvraag te valideren.

Mevrouw Van Achter stelde de kwestie van de twintig uur aan de orde. Tijdens de bespreking van de ordonnantie werd erop gewezen dat er, naast de tijd die de chauffeurs in hun auto doorbrengen, ook rekening kan worden gehouden met de tijd die ze besteden aan de boekhouding, het schoonmaken van het voertuig enzovoort. Daarvoor kan naast een wettelijk bewijs ook een arbeids- of samenwerkingsovereenkomst met de exploitant worden voorgelegd.

Partager
11:51 § 185 → Vidéo
Partager

Bien entendu, cette solution est un sparadrap. Elle est transitoire, elle n'a pas vocation à tout régler et n'est idéale pour personne. En revanche, elle était bien nécessaire. Bien entendu, la circulation des chauffeurs LVC wallons et flamands à Bruxelles a ses limites, car le principe de reconnaissance mutuelle a ses limites. Quoi qu'il en soit, cette situation ne date pas du mois de novembre, elle dure depuis longtemps. Elle constitue une des questions à régler dans le cadre du plan taxis. L'ordonnance réparatrice n'a pas vocation à régler toutes les injustices engendrées par le modèle en cours depuis de nombreuses années.

Le groupe DéFI regrette le refus de signer les autorisations d'exploiter, mais aussi l’utilisation de la circulaire pour renforcer les contrôles, ainsi que le chantage à l'agrément exercé par certains. Ces procédés servent davantage, au mépris du processus de concertation et du processus législatif actuel et futur, à poser les jalons du futur plan taxis, en créant notamment les conditions pour tuer une partie du secteur et fixer un numerus clausus le plus bas possible. Or l'urgence est à l'apaisement.

Pour le groupe DéFI, l'essentiel est que les chauffeurs puissent rouler en toute sécurité, sans avoir une épée de Damoclès au-dessus de la tête, en attendant la réforme globale qui clarifiera la situation et règlera les questions épineuses de manière définitive.

Quel est état d'avancement du plan taxis ? Les consultations sont en cours ; des avis ont été déposés par une série d'acteurs. Quel est l'agenda du travail à venir ? Quand pensez-vous pouvoir présenter le plan au parlement ?

De tijdelijke noodoplossing zal niet alle problemen oplossen en is voor niemand ideaal, maar wel noodzakelijk.

Het probleem van de Waalse en Vlaamse VVB-chauffeurs die in Brussel actief zijn, is een van de kwesties die in het taxiplan moeten worden opgelost.

DéFI betreurt de weigering om de exploitatievergunningen te ondertekenen. Door de numerus clausus zo laag mogelijk te houden, wordt een deel van de sector om zeep geholpen, terwijl er vandaag vooral behoefte is aan verzoening. De chauffeurs zouden moeten kunnen rijden in afwachting van een algemene hervorming die de netelige kwesties definitief zal regelen.

Hoever staat het taxiplan? Wanneer zult u het aan het parlement voorleggen?

Partager
11:52 § 187 → Vidéo
Partager

M. Jamal Ikazban (PS).- Uber a été condamnée à plusieurs reprises par la justice pour pratiques illégales et frauduleuses du transport rémunéré de personnes. Elle a violé la réglementation et contourné les lois et les règles. Si nous en sommes là, c'est parce qu'Uber a incité des gens à chercher des licences LVC pour devenir chauffeur de taxi de manière tout à fait illégale.

Je suis surpris d'entendre reprocher au ministre-président de fermer un peu le robinet, alors que nous aurions pu regretter par le passé de l'avoir ouvert en sachant pertinemment que les licences LVC étaient utilisées pour devenir chauffeur de taxi illégalement. Je constate qu'Uber continue de violer la réglementation.

Dans la déclaration de politique générale, il est dit : "Dans le cadre de la réforme, la Région mettra tout en œuvre pour mettre fin aux activités d’opérateurs sous autorisations ou licences flamande ou wallonne actifs sur le territoire bruxellois, y compris sur le volet judiciaire." Pouvez-vous nous donner des chiffres sur le nombre de contrôles et de saisies ?

Un état de fait ne pourra jamais remplacer un état de droit. Que ce soit aujourd'hui avec l'ordonnance provisoire ou demain dans le futur plan taxis, nous ne pouvons pas être crédibles si nous ne parvenons pas à faire appliquer les lois. Il faut donc renforcer la cellule des contrôles et poursuivre ces derniers sur le terrain.

De heer Jamal Ikazban (PS).- Het probleem is ontstaan omdat Uber mensen heeft aangemoedigd een VVB-vergunning aan te vragen om op illegale wijze taxichauffeur te worden. Het verbaast mij dat de minister-president wordt bekritiseerd omdat hij de kraan wat dichtdraait.

Volgens het regeerakkoord zou het gewest alle middelen inzetten om een einde te stellen aan de activiteiten van operatoren met een Vlaamse of Waalse licentie op het Brusselse grondgebied. Kunt u ons cijfers geven over het aantal controles en inbeslagnames?

We verliezen onze geloofwaardigheid als we er niet in slagen de wetten toe te passen. We moeten dus de controles opvoeren.

Partager
11:54 § 189 → Vidéo
Partager

Dès lors qu'Uber ne respecte pas la législation provisoire et persiste à inciter les possesseurs de licences wallonnes et flamandes à exercer illégalement ou à bloquer la circulation et les tunnels, des avertissements ont-ils été envoyés ? Ces éléments ne justifient-ils pas de retirer son agrément à Uber ?

Vous avez évoqué une coordination entre contrôleurs de Bruxelles Mobilité et zones de police. La zone de Bruxelles-Capitale / Ixelles, qui relève de M. Close, semble être la plus active. Les autres vont-elles suivre en matière de contrôles sur le terrain des opérateurs engagés dans des pratiques illégales ?

Uber eerbiedigt de voorlopige regelgeving niet en blijft Waalse en Vlaamse vergunninghouders aanzetten tot illegale activiteiten. Rechtvaardigt dat de intrekking van de erkenning van Uber niet?

De politiezone Brussel-Hoofdstad / Elsene lijkt het meest te controleren. Zullen de andere zones hun voorbeeld volgen?

Partager
11:55 § 191 → Vidéo
Partager

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- Je ne vais pas refaire tout le débat. Nous évoquons le sujet chaque semaine ou tous les dix jours et il est difficile d'apporter de nouveaux éléments sur les diverses interprétations que l'on peut faire de tel ou tel aspect de la question.

Je vais toutefois m’efforcer de me plier à l’exercice.

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- We praten hier al zo vaak over. Het is moeilijk om telkens met nieuwe elementen te komen.

Partager
11:56 § 193 → Vidéo
Partager

(verder in het Nederlands)

Op 10 december 2021 heeft het parlement een tijdelijke ordonnantie goedgekeurd die het wettelijke toepassingsgebied uitbreidt met de exploitanten-chauffeurs die houder zijn van een Brusselse vergunning van verhuurdiensten van voertuigen met bestuurder (VVB) die voor 15 januari is uitgereikt of die voor die datum een aanvraag hadden ingediend.

De keuze viel op 15 januari 2021 vanwege het arrest van het Brusselse hof van beroep van die datum. Dat oordeelde dat VVB-voertuigen die gebruikmaakten van de UberX-applicatie, de geldende ordonnantie niet naleefden.

Zoals ik al heb meegedeeld aan de heer Weytsman en andere collega's, heeft Uber die sector laten uitgroeien terwijl het juridische risico bestond dat het initiatief verboden zou worden. In 2015 telde de VVB-sector 217 chauffeurs. Momenteel zijn er ongeveer 1.220 VVB-voertuigen. Dat is een toename met bijna 462%.

Ik ben voorstander van een samenwerkingsakkoord om binnen het grootstedelijke gebied de situatie te regelen van de chauffeurs die houder zijn van een vergunning uitgereikt door een van de andere gewesten. In december 2019 heeft het Brussels Gewest al verzocht om te werken aan een samenwerkingsovereenkomst over het bezoldigd personenvervoer, maar ik heb daar sindsdien van de twee andere gewesten niets meer over gehoord.

(poursuivant en néerlandais)

Le 10 décembre a été votée une ordonnance temporaire étendant son champ d'application aux exploitants-chauffeurs titulaires d’une autorisation LVC bruxelloise délivrée avant le 15 janvier ou ayant introduit leur demande avant cette date.

Le choix de cette date se fonde sur l’arrêt de la cour d’appel de Bruxelles rendu alors, qui constate le non-respect de l’ordonnance en vigueur par les véhicules LVC utilisant l’application Uber-X.

Uber a laissé ce secteur se développer avec le risque juridique de voir ce dispositif interdit. En 2015, ce secteur comptait 217 chauffeurs, aujourd’hui, ils sont près de 1.220 véhicules.

Nous sommes en faveur d’un accord de coopération qui permettra de régulariser dans la zone métropolitaine ces chauffeurs détenteurs d’une autorisation délivrée par les deux autres Régions. En décembre 2019, la Région avait demandé d’avancer sur un accord de coopération relatif au transport rémunéré de personnes, mais silence radio de la part des deux autres Régions.

Partager
11:58 § 195 → Vidéo
Partager

(poursuivant en français)

Nous sommes dans une situation transitoire. Nous arrivons toutefois au terme des concertations avec le secteur et nous espérons respecter les délais annoncés. Lorsque les modifications utiles et nécessaires auront été apportées au projet d’ordonnance, nous pourrons l’approuver en seconde lecture et l’envoyer au Conseil d’État. La procédure suit donc son cours.

J’ai accordé 51 autorisations supplémentaires introduites avant le 15 janvier 2021, date de l’arrêt de la cour d’appel. Pour le reste, 143 dossiers sont à l’examen à l’administration, mais ils ont été introduits après janvier ; plusieurs autres s'y trouvent également. Certains se précipitent en effet pour se voir attribuer une licence, espérant entrer dans le système.

Il convient toutefois de trouver un équilibre. L’ordonnance transitoire n’entend pas susciter un effet d’aubaine ou lancer un signal, mais vise à protéger les chauffeurs bruxellois titulaires d’une licence bruxelloise qui travaillaient avec Uber.

Certaines plateformes jouent une sorte de jeu trouble en faisant toujours miroiter la possibilité de devenir chauffeur. Leur logique et leur stratégie se situent bien entendu à un autre niveau et elles font peu de cas de l’intérêt des travailleurs.

Les contrôles annoncés sont bien effectués, en collaboration avec certaines zones de police où la situation est la plus critique. Des saisies ont été effectuées.

(verder in het Frans)

We zitten in een overgangssituatie. Het overleg met de sector loopt evenwel op zijn einde en we hopen de aangekondigde termijnen te kunnen naleven.

Ik heb 51 bijkomende vergunningen toegekend die zijn aangevraagd vóór 15 januari 2021. Daarnaast onderzoekt de administratie nog 143 andere dossiers, maar die zijn pas later ingediend, allicht in de hoop om nog in het systeem te geraken.

Er moet een evenwicht worden gevonden. De overgangsregeling is niet bedoeld om buitenkansen te creëren, maar om Brusselse licentiehouders die met Uber werkten, te beschermen.

De aangekondigde controles zijn uitgevoerd in samenwerking met de politiezones waar de situatie het meest kritiek is. Er zijn al wagens in beslag genomen.

Partager
12:00 § 197 → Vidéo
Partager

Des recours seront sans doute introduits et nous verrons comment le dossier évoluera. Je fais confiance à notre système judiciaire pour nous indiquer comment il convient d'interpréter les textes. J'ai étudié attentivement les discussions qui ont eu lieu en commission sur l'ordonnance transitoire. Il a été fait référence à la réciprocité, mais il n'y a pas de réciprocité !

Chacun peut avoir ses propres convictions, mais il appartiendra à la justice, le cas échéant, d'apprécier ces décisions. Certaines plateformes ont d'ailleurs la même interprétation que nous, à savoir que le système est intrabruxellois et qu'on ne peut pas légiférer pour les autres.

Voilà la situation. L'important, c'est que nous travaillons d'arrache-pied à cette ordonnance et que celle-ci pourra faire rapidement l'objet d'une deuxième lecture et être transmise au Conseil d’État. Nous verrons alors le cas qu'il en fera.

Il faudra déterminer ce que nous sommes en mesure de faire dans l'état du droit actuel. Je travaille dans ce cadre depuis que je suis ministre et que j'ai la charge de ce secteur, à l'exception de la petite interruption due à la pandémie, qui a totalement désorganisé mon cabinet. Ce n'est pas une excuse, mais une explication.

Er zullen ongetwijfeld beroepen worden ingesteld. We zullen zien hoe de zaak verder evolueert. Ik vertrouw op ons rechtssysteem. Het is aan de rechter om een oordeel te vellen.

We werken hard om de ordonnantie zo snel mogelijk in tweede lezing te kunnen goedkeuren en aan de Raad van State te kunnen voorleggen. Daarna zullen we zien wat de Raad van State van de tekst vindt en wat er mogelijk is. Ik heb altijd binnen het gepaste wettelijke kader gewerkt.

Partager
12:02 § 199 → Vidéo
Partager

Mevrouw Cieltje Van Achter (N-VA).- U zegt dat we de uitspraken van de Raad van State en de bepalingen van de rechtsstaat moeten volgen. Daarover ging mijn vraag nu net. Volgens de Raad van State is het criterium in de noodordonnantie mogelijks discriminerend.

U zegt dat u zich baseert op het arrest van januari 2021. Hebt u ooit gemeld aan de aanvragers dat dat uw motivatie is? U begeeft zich op glad ijs. Het is arbitrair om een bepaald recht zomaar toe te kennen aan de ene en niet aan de andere, die toevallig misschien een dag te laat was. Volgens mij antwoordt u niet omdat u geen of slechts een half antwoord hebt op deze vraag. De Raad van State sprak zich er al over uit: deze regeling is mogelijk discriminerend. Er is bovendien geen enkel zinnige reden te bedenken voor het criterium van twintig uur. Hoe kunt u dat controleren?

Het woord "noodordonnantie" zegt genoeg, het is een pleister op de wonde. We wachten echter allemaal vol ongeduld op de echte ordonnantie.

Ik hoop dat u spoedig met concrete antwoorden komt en niet met lapmiddelen. Er is nood aan een regelgeving die standhoudt en die de sector laat leven. Momenteel is er enkel geruzie op de sociale media of in de straten. Dat is niet de manier om dit probleem aan te pakken. Brussel heeft een gedegen taxisector nodig. U moet dringend knopen doorhakken en met een goed voorstel komen, zodat we dit voor eens en voor altijd kunnen regelen.

Mme Cieltje Van Achter (N-VA).- Vous dites qu'il faut respecter les arrêts du Conseil d'État, mais vous rédigez une ordonnance potentiellement discriminatoire !

Vous ne répondez pas à ma question concernant le choix, purement arbitraire selon moi, de la date du 15 janvier. Et quid du critère des 20 heures ? Qui va le contrôler ? Vous marchez sur des œufs...

Le nom même de cette ordonnance est suffisamment éloquent ! À quand la véritable ordonnance ?

J'espère recevoir rapidement des réponses concrètes et pas un pis-aller. Ce secteur attend de toute urgence une législation correcte, raisonnable et pérenne.

Partager
12:04 § 201 → Vidéo
Partager

M. David Weytsman (MR).- Premièrement, voilà sept ans que vous êtes ministre-président. Il est de notre devoir de vous renvoyer vers vos responsabilités de temps à autre.

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- Je suis bien d'accord. J'ai juste dit que je faisais avancer ce dossier depuis que j'en suis chargé. C'est un élément objectif. Je suis responsable de ce qui s'est fait ou pas depuis que je suis chargé de ce dossier délicat. Je tenais à mettre les choses en perspective.

M. David Weytsman (MR).- Vous avez raison, mais vous êtes ministre-président depuis sept ans et votre groupe politique est quelque peu responsable de l'échec de l'ordonnance relative au plan taxis précédemment proposée.

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- Nous aurons sans doute l'occasion d'en débattre un jour. J'ai quelques explications à fournir à cet égard.

M. David Weytsman (MR).- Je n'en doute pas. Je souhaite qu'elles soient rendues publiques. J'en discuterai avec vous très volontiers.

Deuxièmement, je n'ai pas voté en faveur de l'ordonnance transitoire, car elle me semblait imparfaite. Il en est de même pour la version bis du texte. Il me semblait que l'ambition politique, tant au parlement qu'au gouvernement, était de sauver provisoirement l'activité de 2.000 chauffeurs. Certes, on peut se retrancher ensuite derrière toutes les interprétations juridiques que l'on veut, mais l'ambition politique était bien celle-là. Peut-être n'était-elle pas celle de votre formation politique, je l'entends bien. C'est précisément pour cette raison que j'avais déploré votre absence en séance plénière lorsque nous avons voté l'ordonnance transitoire. Je craignais de votre part une interprétation divergente et c'est bien ce que nous constatons aujourd'hui.

Troisièmement, le cœur de ma question portait sur les licences en suspens. Vous dites que 143 demandes de licence ont été introduites depuis le 15 janvier. Vous laissez entendre qu'elles seraient le fait de petits malins qui essayent d'entrer dans le mécanisme de l'ordonnance transitoire. Même si nous avons des interprétations divergentes sur certains points, il n'y aucun doute possible ici : l'ordonnance stipule clairement que toute demande introduite après le 15 janvier ne pourra pas être rencontrée.

Il ne s'agit donc pas de personnes qui souhaitent entrer dans le mécanisme des plateformes, raison pour laquelle les bloquer me semble tout à fait discriminatoire. C'est d'autant plus injuste que certains, qui ont compris qu'ils ne pourront pas travailler avec les plateformes, possèdent une voiture et pourraient proposer un service de limousine classique. Je ne comprends donc pas votre réponse et vos craintes à cet égard.

De heer David Weytsman (MR).- U bent al zeven jaar minister-president. Het is onze plicht u van tijd tot tijd op uw verantwoordelijkheden te wijzen.

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- Ik heb voor vooruitgang in dit dossier gezorgd.

De heer David Weytsman (MR).- Inderdaad, maar uw partij is verantwoordelijk voor het mislukken van het vorige taxiplan.

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- Daar zijn een aantal verklaringen voor.

De heer David Weytsman (MR).- Ik heb niet voor de eerste twee teksten gestemd omdat die naar mijn mening een aantal gebreken vertoonden. We kunnen ons achter alle juridische interpretaties verschuilen die we willen, maar de politieke ambitie van het parlement en van de regering was om tijdelijk de activiteit van 2.000 chauffeurs te redden. Misschien was dat niet de ambitie van uw politieke partij. Ik vreesde al dat u de ordonnantie anders zou interpreteren, en dat is wat we vandaag zien.

U zegt dat er sinds 15 januari 143 licentieaanvragen zijn ingediend. Volgens u gaat het om sluwe personen die proberen van het overgangssysteem te genieten. De ordonnantie is evenwel duidelijk: er kan niet worden ingegaan op een aanvraag die na 15 januari is ingediend. Daarom lijkt het mij niet te gaan om personen die tot een platform willen toetreden en lijkt het mij dan ook discriminerend om hen te blokkeren.

Partager
12:07 § 211 → Vidéo
Partager

Pour le reste, je dirais à mes collègues que les quelques voitures saisies ne concernaient pas que la société qui semble vous obnubiler, mais bien toutes les plateformes qui sont sur le marché. J'ai bien compris que les groupes Ecolo et PS souhaitaient interdire les plateformes privées et partir en croisade contre Uber, pour de bonnes ou mauvaises raisons.

On constate le retour de la dynamique suivante : interdiction provisoire ou mise en place d'un numerus clausus qui fera en sorte que tous les acteurs privés, belges, européens ou internationaux quittent le territoire bruxellois. C'est une erreur pour les chauffeurs qui ont besoin de travail dans une Région présentant un taux de chômage incroyable, et surtout pour les clients et la mobilité à Bruxelles. Il ne s'agit que du point de vue du MR et vous pouvez évidemment être en désaccord avec nous.

De paar in beslag genomen auto's waren niet alleen van chauffeurs die voor Uber rijden.

We zien een steeds terugkerende dynamiek: een tijdelijk verbod of een numerus clausus die ertoe leidt dat alle spelers het Brusselse grondgebied verlaten. Dat is nefast voor de chauffeurs die werk nodig hebben, maar ook voor de klanten en de mobiliteit in Brussel.

Partager
12:08 § 213 → Vidéo
Partager

M. Hicham Talhi (Ecolo).- Je ne vais perdre de temps à répondre à M. Weytsman. Nous avons déjà eu l'occasion de constater que nous n'avions pas la même vision.

Je n'avais qu'une seule question. Nous avons voté une ordonnance transitoire, dont personne ne conteste les éléments. L'agrément temporaire visé est délibéré dans les dix jours ouvrables à dater de l'envoi au ministre-président des documents attestant du respect de l'exigence décrite à l'alinéa 2. Si le ministre-président constate que l'ensemble des conditions ne sont plus remplies, il notifie à l'exploitant concerné son intention de suspendre l'agrément. Cela a déjà été fait pour Uber et si cette plateforme ne respecte pas les conditions, son agrément doit lui être retiré.

Les textes que nous votons doivent être appliqués intégralement. Il en va de la crédibilité de l'institution parlementaire. Quand allez-vous procéder à ce retrait d'agrément ?

De heer Hicham Talhi (Ecolo).- Als Uber de voorwaarden niet naleeft, moet de erkenning van het platform worden ingetrokken. De teksten waarover wij stemmen, moeten volledig worden toegepast. De geloofwaardigheid van onze parlementaire instelling staat op het spel. Wanneer zult u de erkenning van Uber intrekken?

Partager
12:10 § 215 → Vidéo
Partager

M. Marc Loewenstein (DéFI).- Encore une fois, la question des contrôles et la situation problématique des chauffeurs détenteurs de licences wallonnes et flamandes n'est pas neuve. Je regrette qu'elle soit réactivée aujourd'hui au nom de l'ordonnance votée le 10 décembre dernier, alors que tel n'était pas l'objet. Si ces contrôles avaient eu lieu de manière fréquente depuis toujours, nous n'en discuterions pas aujourd'hui. L'ordonnance est ici utilisée comme prétexte pour accentuer ces contrôles et poser les jalons d'une réforme à venir, notamment par rapport au numerus clausus.

Vous précisez avoir octroyé 51 autorisations parmi les demandes introduites avant le 15 janvier 2021. Les 143 dossiers introduits après janvier sont encore en attente et n'aboutiront donc sans doute pas tout de suite. Il serait toutefois intéressant de savoir si, parmi les 143 demandeurs concernés, certains disposent d'une licence wallonne ou flamande ou s'il s'agit de tout nouveaux chauffeurs. Cela nous fournirait une idée plus précise de la nature des demandes et de la proportion de demandes pour une mise en conformité avec le système bruxellois.

Mobilisons nos énergies, non pour couper des têtes, mais pour réformer l'ordonnance et proposer une cadre stable et sain, au bénéfice des chauffeurs et des clients. Nous sommes nombreux, en commission et au gouvernement, à pouvoir nous entendre sur ce dernier objectif.

De heer Marc Loewenstein (DéFI).- Ik betreur dat de noodordonnantie als voorwendsel wordt gebruikt om de controles te verscherpen en de basis te leggen voor een toekomstige hervorming, met name wat de numerus clausus betreft.

De 143 aanvragen die na januari zijn ingediend, zijn nog in behandeling, maar het zou interessant zijn om te weten hoeveel van die aanvragers een Waalse of Vlaamse licentie hebben en hoeveel aanvragers nieuwe chauffeurs zijn.

We moeten onze krachten bundelen om de ordonnantie te hervormen en een stabiel en degelijk kader uit te werken voor de chauffeurs en de klanten.

Partager
12:12 § 217 → Vidéo
Partager

M. Jamal Ikazban (PS).- Les taxis sont soumis à des contrôles depuis des années et je n'ai jamais entendu personne s'en offusquer. Je trouve donc étonnant que certains dénoncent les contrôles envers les chauffeurs LVC pratiquant illégalement une activité de chauffeur taxi. Je confirme vos propos, M. le ministre-président : il n'y a pas de réciprocité. Il suffit de poser la question aux chauffeurs de taxi qui ne peuvent pas charger de clients à l'aéroport de Zaventem.

Les contrôles sont impératifs en démocratie pour faire respecter la réglementation et rester crédible. Il faut donc mettre hors d'état de nuire tous les opérateurs qui ne respectent pas la législation, qu'il s'agisse d'Uber ou d'autres. Dans le cas qui nous occupe, Uber refuse manifestement de respecter les règles du jeu !

Nous devons focaliser nos efforts sur le futur plan taxis. J'espère que la concertation entre les parties concernées aboutira rapidement. J'invite tous les chauffeurs LVC à tenter d'obtenir la réciprocité. À ce titre, M. Vervoort n'a pas chômé, puisqu'un arrêté impose désormais le même certificat de capacité professionnelle à tout le monde. Plutôt que de chercher à contourner la loi, j'invite les chauffeurs de tous horizons à obtenir ce certificat qui leur permettra de devenir de véritables acteurs du futur plan taxis.

De heer Jamal Ikazban (PS).- Taxi's zijn al jaren aan controles onderworpen en niemand heeft daar ooit bezwaar tegen gehad. Daarom verbaast het mij dat sommigen de controles op VVB-chauffeurs die illegaal als taxichauffeur werken, aan de kaak stellen. Controles zijn noodzakelijk en er moet worden opgetreden tegen wie zich niet aan de wet houdt.

We moeten onze inspanningen richten op het toekomstige taxiplan. Ik hoop dat het overleg snel tot een positief eindresultaat zal leiden. Minister-president Vervoort heeft alvast een besluit goedgekeurd waarin aan iedereen hetzelfde getuigschrift van vakbekwaamheid wordt opgelegd. In plaats van te proberen de wet te omzeilen, nodig ik de chauffeurs uit om dit getuigschrift te behalen.

Partager
12:13 § 219 → Vidéo
Partager

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- La procédure est en cours. Des contrôles et des saisies ont eu lieu, des procès-verbaux ont été dressés. Les notifications arriveront bientôt, puisque le parquet interviendra aussi dans le dossier. L'éventualité d'un renvoi au tribunal de police est également prévue.

Dans le cadre de l'application de l'ordonnance insérant un régime dérogatoire transitoire, des recours seront fort probablement introduits pour vérifier si l'ordonnance est respectée. Je suis respectueux de l'État de droit.

Nous adapterons nos réactions en fonction de l'évolution des dossiers en cours. Il ne s'agit pas d'instaurer des mesures dilatoires, mais d'agir sérieusement, sans envenimer la situation. Nous sommes toujours dans les délais de recours possible contre l'ordonnance transitoire. Dans ce dossier, je n'exclus aucune possibilité, en ce compris un recours en extrême urgence contre l'ordonnance elle-même !

De grâce, j'aimerais avancer sur le projet. Comme l'a dit M. Ikazban, mobilisons notre énergie dans l'application de l'ordonnance à proprement parler.

M. Marc Loewenstein (DéFI).- Ce n'était pas M. Ikazban, mais moi qui l'ai suggéré. Je suppose que l'intention est partagée !

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- Je me joins à l'idée de l'ensemble des parlementaires : il faut absolument faire avancer le dossier. Le plus important est de trouver des solutions à moyen et long termes.

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- De procedure is aan de gang. Er zijn controles en inbeslagnemingen verricht en processen-verbaal opgesteld. De betekeningen zullen binnenkort worden verstuurd.

We zullen onze reactie aanpassen op basis van de ontwikkeling van de lopende zaken. De beroepstermijn is nog niet voorbij. Ik sluit geen enkele mogelijkheid uit, ook niet een beroep in uiterste hoogdringendheid tegen de ordonnantie zelf.

Ik wil graag vooruitgang boeken in dit dossier. Laten we onze energie dus in de uitvoering van de ordonnantie steken.

De heer Marc Loewenstein (DéFI).- Dat is precies wat ik heb voorgesteld.

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- Ik ben het met de parlementsleden eens dat het van essentieel belang is om oplossingen op middellange en lange termijn uit te werken.

Partager
12:16 § 225 → Vidéo
Partager

Mevrouw Cieltje Van Achter (N-VA).- Het is dringend tijd om werk te maken van een echte ordonnantie. De minister-president zegt dat hij daarmee bezig is, maar dat neemt niet weg dat ik erg ongerust ben door de acties en de inbeslagname. Ik had een rustiger klimaat verwacht en ook dat er met de noodordonnantie geen olie op het vuur zou worden gegooid. Dat is nu blijkbaar wel het geval. Ik begrijp dat niet goed.

Ik heb ook geen antwoord gekregen op mijn vraag over die 149 dossiers. Dat zijn cruciale elementen voor de toekomst. We weten momenteel niet waar het heen gaat. We moeten wachten op het ontwerp van ordonnantie en op de uitvoeringsbesluiten.

Mme Cieltje Van Achter (N-VA).- Il est urgent de vous atteler à une véritable ordonnance. Je suis inquiète quand je vois les actions et les saisies de véhicules. Finalement, l'ordonnance sparadrap n'a pas apporté de sérénité.

Vous ne m'avez pas non plus répondu concernant les 149 dossiers. Nous sommes censés attendre l'ordonnance et les arrêtés d'exécution !

Partager
12:17 § 227 → Vidéo
Partager

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- M. Loewenstein, nous ne disposons pas de l'information, à savoir si ceux qui ont introduit une demande sont titulaires d'une licence wallonne ou flamande. Cet aspect ne fait pas partie des conditions exigées. Il est donc délicat de demander quelque chose qui n'est pas prévu.

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- Mijnheer Loewenstein, we weten niet of de aanvragers een Waalse of Vlaamse licentie hebben. Die informatie moet trouwens ook niet worden meegedeeld.

Partager
12:17 § 229 → Vidéo
Partager

M. Hicham Talhi (Ecolo).- J'entends que le texte pourrait faire l'objet d'un recours en extrême urgence au Conseil d'État durant 60 jours, raison pour laquelle on n'applique pas l'ordonnance dans son intégralité.

M. Rudi Vervoort, ministre-président.- Pas du tout, ce n'est pas ce que j'ai dit ! Les deux éléments sont scindés. Nous appliquons l'ordonnance transitoire qui, nonobstant son application actuelle, peut toujours faire l'objet d'un recours durant 60 jours, comme le prévoit la loi. Par ailleurs, nous l'appliquons avec les contrôles et les saisies prévus.

M. Hicham Talhi (Ecolo).- Est-elle appliquée dans ses aspects relatifs aux agréments également ?

La violence symbolique induite est grave. Un opérateur se comporte comme un voyou, qui nous nargue et ne respecte pas nos règles, et nous n'appliquons pas notre législation ! Par conséquent, si cet opérateur n'est pas sanctionné, les autres opérateurs qui, eux, respectent la réglementation risquent demain d'agir de la même manière, au motif que les victimes des contrôles sont les chauffeurs et pas eux-mêmes. C'est inacceptable !

Il faut sanctionner cet opérateur, et en définitive, il y a aura moins de contrôles à faire sur le terrain. J'attends donc que cette ordonnance soit appliquée, y compris la partie relative au retrait d'agrément. M. Gatz m'a affirmé que la notification formelle avait été envoyée à Uber et que les conditions étaient remplies pour le retrait d'agrément. J'attends que l'agrément des plateformes qui ne se conforment pas à la réglementation soit retiré.

De heer Hicham Talhi (Ecolo).- Tegen de tekst kan men dus bij hoogdringendheid gedurende 60 dagen beroep aantekenen bij de Raad van State. Daarom wordt niet de volledige ordonnantie toegepast.

De heer Rudi Vervoort, minister-president.- Dat heb ik niet gezegd. Ook tegen de noodordonnantie voorziet de wet in een mogelijkheid tot beroep, ook al is ze reeds van toepassing.

De heer Hicham Talhi (Ecolo).- Er is hier sprake van een ernstige inbreuk door één bedrijf, maar we passen onze regelgeving niet toe. Dat is onaanvaardbaar.

Dat bedrijf moet gesanctioneerd worden. De ordonnantie moet toegepast worden, inclusief de mogelijke intrekking van de vergunning. De heer Gatz heeft bevestigd dat Uber formeel op de hoogte gesteld is. Ik wacht dus op de intrekking van de vergunning van de platformen die zich niet aan de wetgeving houden.

Partager
12:19 § 235 → Vidéo
Partager

M. David Weytsman (MR).- Avec le recul, dans ce dossier, on peut toujours être le voyou de l'autre, et je ne suis pas sûr que l'État soit sans responsabilité. Or, nous devons le respect tant aux taximen qu'aux chauffeurs LVC. Puisqu'ils sont utiles à la mobilité, il est important que tous puissent travailler. J'espère que l'ordonnance transitoire, même si je ne l'ai pas votée, sera un soulagement.

Nous devons avancer vers le plan taxis. Le transport rémunéré de personnes doit être un des piliers de la mobilité bruxelloise, avec les transports en commun et la STIB, mais nous devrons stimuler la demande. Nous sommes moins consommateurs de ce type de transports que les villes qui nous entourent, car nous perdons trop de temps à organiser des marchés, au lieu de nous atteler à élaborer des politiques claires.

- Les incidents sont clos.

De heer David Weytsman (MR).- Ik hoop dat de noodordonnantie de zaak zal ontmijnen, ook al heb ik er niet voor gestemd. Iedereen moet zijn job kunnen doen, zowel taxichauffeurs als VVB-bestuurders.

Het taxiplan moet er komen. Betaald personenvervoer is een pijler van het Brusselse mobiliteitsbeleid. We moeten dus snel aanbestedingen uitschrijven.

- De incidenten zijn gesloten.

Partager