Logo Parlement Buxellois

Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale : séance plénière du 23 février 2024 (matin)

09:33 § 103 → Vidéo
Partager

- De plenaire vergadering van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement wordt geopend om 9.33 uur.

Voorzitterschap: de heer Rachid Madrane, voorzitter.

De voorzitter.- De vergadering is geopend.

- La séance plénière du Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale est ouverte à 9h33.

Présidence : M. Rachid Madrane, président.

M. le président.- La séance est ouverte.

Partager
09:33 § 105 → Vidéo
Partager

Verontschuldigd

(Zie bijlagen)

EXCUSÉS

(Voir annexes)

Partager
09:34 § 107 → Vidéo
Partager

BENOEMING VAN EEN SECRETARIS VOOR HET BUREAU VAN HET PARLEMENT

De voorzitter.- Bij e-mail van 5 februari 2024 deelt mevrouw Françoise De Smedt, voorzitter van de PTB-fractie, mee dat de heer Youssef Handichi, eerste secretaris van het parlement, voortaan zitting zal hebben in de hoedanigheid van onafhankelijk volksvertegenwoordiger.

Bij e-mail van 23 februari 2024 stelt deze voorzitter ook de benoeming voor van de heer Francis Dagrin als eerste secretaris van het parlement, ter vervanging van de heer Youssef Handichi, overeenkomstig artikel 18, tweede lid, van het reglement dat het volgende preciseert: “In geval van ontslag of schrapping van een lid van het Bureau dat deel uitmaakt van een erkende politieke fractie, kan het lid tijdens de zitting worden vervangen.”

(Instemming)

Ik nodig de heer Francis Dagrin uit plaats te nemen aan het bureau.

(Applaus)

NOMINATION D’UN SECRÉTAIRE AU BUREAU DU PARLEMENT

M. le président.- Par courriel du 5 février 2024, Mme Françoise De Smedt, présidente du groupe PTB, a fait savoir que M. Youssef Handichi, premier secrétaire du Parlement, siégerait dorénavant en qualité d’indépendant.

Par courriel du 23 février 2024, la même présidente propose la nomination de M. Francis Dagrin au mandat de premier secrétaire du Parlement, en remplacement de M. Youssef Handichi et conformément à l’article 18, alinéa 2, du Règlement, qui précise qu’ « en cas de démission ou de radiation d’un membre du Bureau faisant partie d’un groupe politique reconnu, il peut être pourvu à son remplacement en cours de session. »

(Assentiment)

J’invite M. Francis Dagrin à prendre place au bureau.

(Applaudissements)

Partager
09:34 § 111 → Vidéo
Partager

Mededelingen aan het Parlement

(Zie bijlagen)

Communications faites au Parlement

(Voir annexes)

Partager
09:35 § 113 → Vidéo
Partager

ONTWERPEN VAN ORDONNANTIE

Indiening

De voorzitter.- Op 9 februari 2024 heeft de Brusselse Hoofdstedelijke Regering volgende ontwerpen van ordonnantie ingediend:

- ontwerp van ordonnantie houdende goedkeuring van de algemene rekening en eindregeling van de begroting van de Diensten van de Regering voor het jaar 2022 (nr. A-835/1 – 2023/2024);

- ontwerp van ordonnantie houdende goedkeuring van de algemene rekening van de gewestelijke entiteit voor het jaar 2022 (nr. A-836/1 – 2023/2024).

- Verzonden naar de commissie voor de Financiën en de Algemene Zaken.

Op 22 februari 2024 heeft de Brusselse Hoofdstedelijke Regering het ontwerp van ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 27 juli 2017 ter bevordering van onderzoek, ontwikkeling en innovatie door de toekenning van steun met economische finaliteit ten voordele van ondernemingen en onderzoeksorganisaties gelijkgesteld met ondernemingen en van de ordonnantie van 27 juli 2017 ter bevordering van onderzoek, ontwikkeling en innovatie door de toekenning van steun met niet-economische finaliteit ten voordele van non-profitorganisaties, onderzoeksorganisaties en ondernemingen (nr. A-841/1 – 2023/2024) ingediend.

- Verzonden naar de commissie voor de Economische Zaken en de Tewerkstelling.

Op 22 februari 2024 heeft de Brusselse Hoofdstedelijke Regering het ontwerp van ordonnantie betreffende de invoering van een tijdelijke vermindering van de kilometerheffing voor emissievrije voertuigen (nr. A-842/1 – 2023/2024) ingediend.

- Verzonden naar de commissie voor de Financiën en de Algemene Zaken.

PROJETS D’ORDONNANCE

Dépôt

M. le président.- En date du 9 février 2024, le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale a déposé les projets d’ordonnance suivants :

- projet d'ordonnance portant approbation du compte général et règlement définitif du budget des services du gouvernement pour l’année 2022 (n° A-835/1 – 2023/2024) ;

- projet d'ordonnance portant approbation du compte général de l’Entité régionale pour l’année 2022 (n° A-836/1 – 2023/2024).

- Renvoi à la commission des Finances et des Affaires générales.

En date du 22 février 2024, le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale a déposé le projet d'ordonnance modifiant l’ordonnance du 27 juillet 2017 visant à promouvoir la recherche, le développement et l'innovation par l'octroi d'aides affectées à des finalités économiques en faveur des entreprises et des organismes de recherche assimilés à des entreprises et l’ordonnance du 27 juillet 2017 visant à promouvoir la recherche, le développement et l’innovation par l’octroi d’aides à finalité non économique en faveur des organisations non marchandes, des organismes de recherche et des entreprises (n° A-841/1 – 2023/2024).

- Renvoi à la commission des Affaires économiques et de l’Emploi.

En date du 22 février 2024, le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale a déposé le projet d'ordonnance introduisant une réduction temporaire du prélèvement kilométrique au profit des véhicules à émission nulle (n° A-842/1 – 2023/2024).

- Renvoi à la commission des Finances et des Affaires générales.

Partager
09:36 § 115 → Vidéo
Partager

ONTWERP VAN GEZAMENLIJK DECREET EN ORDONNANTIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST, DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE EN DE FRANSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE HOUDENDE HET BRUSSELS WETBOEK INZAKE DE GELIJKHEID, DE NON-DISCRIMINATIE EN DE BEVORDERING VAN DIVERSITEIT

(NRS. A-834/1 – B-188/1 – 2023/2024)

Oprichting van een interparlementaire commissie

De voorzitter.- Op 9 februari 2024 heeft de Brusselse Hoofdstedelijke Regering het ontwerp van gezamenlijk decreet en ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Franse Gemeenschapscommissie houdende het Brussels Wetboek inzake de gelijkheid, de non-discriminatie en de bevordering van de diversiteit (nr. A-834/1 – 2023/2024) ingediend.

Overeenkomstig artikel 87.5 van het reglement wordt het voorstel van gezamenlijk decreet en ordonnanties verzonden naar de in de artikelen 50 en 51 van het reglement bedoelde interparlementaire commissie.

Overeenkomstig de beslissing van het Bureau in uitgebreide samenstelling van 19 februari 2024 stel ik u voor dat, wat de delegatie van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement en de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreft, de interparlementaire commissie samengesteld wordt uit negen vaste leden.

Volgens de regel van de evenredige vertegenwoordiging ziet de verdeling van de leden van de interparlementaire commissie onder de fracties, wat het Brussels Hoofdstedelijk Parlement en de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreft, er als volgt uit:

- voor de Franse taalgroep:

- PS (2 zetels): mevrouw Leila Agic, mevrouw Nadia El Yousfi (vaste leden); mevrouw Delphine Chabbert, mevrouw Isabelle Emmery en de heer Jamal Ikazban (plaatsvervangende leden);

- MR (1 zetel): mevrouw Viviane Teitelbaum (vast lid); mevrouw Latifa Aït Baala en mevrouw Clémentine Barzin (plaatsvervangende leden);

- Ecolo (1 zetel): mevrouw Farida Tahar (vast lid); de heren Ahmed Mouhssin en Hicham Talhi (plaatsvervangende leden);

- PTB (1 zetel): de heer Petya Obolensky (vast lid); de heer Bruno Bauwens en mevrouw Françoise De Smedt (plaatsvervangende leden);

- DéFI (1 zetel): mevrouw Marie Nagy (vast lid – voorzitter); mevrouw Nicole Nketo Bomele en de heer Emmanuel De Bock (plaatsvervangende leden);

- voor de Nederlandse taalgroep:

- Groen (1 zetel): mevrouw Lotte Stoops (vast lid); de heren Juan Benjumea Moreno en Arnaud Verstraete (plaatsvervangende leden);

- N-VA (1 zetel): mevrouw Cieltje Van Achter (vast lid); de heren Mathias Vanden Borre et Gilles Verstraeten (plaatsvervangende leden);

- Open Vld (1 zetel): mevrouw Khadija Zamouri (vast lid); mevrouw Carla Dejonghe en de heer Guy Vanhengel (plaatsvervangende leden).

(Instemming)

PROJET DE DÉCRET ET ORDONNANCE CONJOINTS DE LA RÉGION DE BRUXELLES-CAPITALE, DE LA COMMISSION COMMUNAUTAIRE COMMUNE ET DE LA COMMISSION COMMUNAUTAIRE FRANÇAISE PORTANT LE CODE BRUXELLOIS DE L’ÉGALITÉ, DE LA NON-DISCRIMINATION ET DE LA PROMOTION DE LA DIVERSITÉ

(NOS A-834/1 – B-188/1 – 2023/2024)

Constitution d'une commission interparlementaire

M. le président.- En date du 9 février 2024, le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale a déposé le projet de décret et ordonnance conjoints de la Région de Bruxelles-Capitale, de la Commission communautaire commune et de la Commission communautaire française portant le Code bruxellois de l’égalité, de la non-discrimination et de la promotion de la diversité (n° A-834/1 – 2023/2024).

Conformément à l’article 87.5 du règlement, la proposition de décret et ordonnance conjoints est renvoyée à la commission interparlementaire, visée aux articles 50 et 51 du règlement.

Conformément à la décision du Bureau élargi du 19 février 2024, je vous propose que la commission interparlementaire soit composée de neuf membres effectifs pour la délégation du Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale et de l’Assemblée réunie de la Commission communautaire commune.

Selon la règle proportionnelle, la répartition des sièges de la commission interparlementaire entre les groupes politiques sera dès lors la suivante en ce qui concerne le Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale et l’Assemblée réunie de la Commission communautaire commune :

- Pour le groupe linguistique français :

- PS (2 sièges) : Mmes Leila Agic et Nadia El Yousfi (membres effectives) ; Mmes Delphine Chabbert, Isabelle Emmery et M. Jamal Ikazban (membres suppléants) ;

- MR (1 siège) : Mme Viviane Teitelbaum (membre effective) ; Mmes Latifa Aït Baala et Clémentine Barzin (membres suppléantes) ;

- Ecolo (1 siège) : Mme Farida Tahar (membre effective) ; MM. Ahmed Mouhssin et Hicham Talhi (membres suppléants) ;

- PTB (1 siège) : M. Petya Obolensky (membre effectif) ; M. Bruno Bauwens et Mme Françoise De Smedt (membres suppléants) ;

- DéFI (1 siège) : Mme Marie Nagy (membre effective – présidente) ; Mme Nicole Nketo Bomele et M. Emmanuel De Bock (membres suppléants) ;

- Pour le groupe linguistique néerlandais :

- Groen (1 siège) : Mme Lotte Stoops (membre effective) ; MM. Juan Benjumea Moreno et Arnaud Verstraete (membres suppléants) ;

- N-VA (1 siège) : Mme Cieltje Van Achter (membre effective) ; MM. Mathias Vanden Borre et Gilles Verstraeten (membres suppléants) ;

- Open Vld (1 siège) : Mme Khadija Zamouri (membre effective) ; Mme Carla Dejonghe et M. Guy Vanhengel (membres suppléants).

(Assentiment)

Partager
09:38 § 117 → Vidéo
Partager

INOVERWEGINGNEMINGEN

De voorzitter.- Aan de orde is de inoverwegingneming van het voorstel van resolutie van mevrouw Leïla Lahssaini, de heren Petya Obolensky, Francis Dagrin, Jan Busselen en mevrouw Françoise De Smedt betreffende het verbod op het gebruik van gezichtsherkenningssoftware en -algoritmen in vaste of mobiele bewakingscamera’s in openbare ruimten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (nr. A-769/1 – 2023/2024).

Geen bezwaar?

- Verzonden naar de commissie voor de Binnenlandse Zaken.

Aan de orde is de inoverwegingneming van het voorstel van resolutie van mevrouw Françoise De Smedt, de heren Jan Busselen, Petya Obolensky, Luc Vancauwenberge, Francis Dagrin, Bruno Bauwens, Jean-Pierre Kerckhofs en mevrouw Leïla Lahssaini ertoe strekkende alle onbebouwde gewestelijke gronden en leegstaande gewestelijke gebouwen in handen te houden van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (nr. A-806/1 – 2023/2024).

Geen bezwaar?

- Verzonden naar de commissie voor de Territoriale Ontwikkeling.

prises en considération

M. le président.- L’ordre du jour appelle la prise en considération de la proposition de résolution de Mme Leïla Lahssaini, MM. Petya Obolensky, Francis Dagrin, Jan Busselen et Mme Françoise De Smedt relative à l’interdiction de l’utilisation de logiciels et d’algorithmes de reconnaissance faciale sur les caméras de surveillance, fixes ou mobiles, dans les endroits publics de la Région de Bruxelles-Capitale (n° A-769/1 – 2023/2024).

Pas d’observation ?

- Renvoi à la commission des Affaires intérieures.

L’ordre du jour appelle la prise en considération de la proposition de résolution de Mme Françoise De Smedt, MM. Jan Busselen, Petya Obolensky, Luc Vancauwenberge, Francis Dagrin, Bruno Bauwens, Jean-Pierre Kerckhofs et Mme Leïla Lahssaini visant à maintenir la maîtrise du foncier sur l’ensemble des terrains publics non construits et des bâtiments publics inoccupés appartenant à la Région de Bruxelles-Capitale (n° A-806/1 – 2023/2024).

Pas d’observation ?

- Renvoi à la commission du Développement territorial.

Partager
09:38 § 119 → Vidéo
Partager

Ordre des travaux

regeling van de werkzaamheden

Partager
09:39 § 121 → Vidéo
Partager

Mme Françoise De Smedt (PTB).- Hier, j’ai demandé la prise en considération en urgence de notre proposition de résolution A-833/1 visant à soutenir la plainte de l’Afrique du Sud contre l’Israël.

M. le président.- Le texte a été déposé le 9 février et la date limite de traitement est le 9 mars. La traduction est en ordre. Les services attendent la note de recevabilité et des corrections doivent encore être apportées.

Je vous propose de traiter ce point lors de notre prochaine séance, dans quinze jours.

M. Ridouane Chahid (PS).- Ne pourrait-on fonctionner de la même manière que pour d'autres textes, c'est-à-dire prendre le texte en considération en urgence aujourd'hui s'il s'avère que les corrections sont possibles dans la journée ?

M. le président.- La résolution est encore à l'état brut et doit encore être mise en forme, ce qui risque de compromettre un traitement dans la journée.

Les services me proposent de traiter le texte lors de la prochaine séance. Tout sera alors fait dans les règles.

Mme Françoise De Smedt (PTB).- Une prise en considération est-elle totalement exclue aujourd'hui ? Il s'agit tout de même d'une situation extrêmement délicate.

M. le président.- C'est dommage que le texte n'ait pas été déposé plus tôt, ce qui aurait permis aux services de le traiter.

Je propose de le traiter lors de la prochaine séance. Il ne s'agit en aucun cas de mauvaise volonté ou d'obstruction, mais d'une demande émanant de nos services.

Mevrouw Françoise De Smedt (PTB).- Ik heb gisteren gevraagd om ons voorstel van resolutie A-833/1 ter ondersteuning van de klacht van Zuid-Afrika tegen Israël dringend in overweging te nemen.

De voorzitter.- De resolutie is ingediend op 9 februari en moet ten laatste op 9 maart behandeld zijn. De vertaling is in orde. De tekst moet nog ontvankelijk worden verklaard en er moeten nog correcties worden aangebracht.

Ik stel voor om dit punt op de agenda van de volgende plenaire vergadering te plaatsen.

De heer Ridouane Chahid (PS).- Waarom kan de resolutie vandaag niet in overweging worden genomen, als het mogelijk blijkt om de correcties in de loop van de dag aan te brengen?

De voorzitter.- De tekst moet nog worden bijgeschaafd, waardoor het moeilijk wordt om hem vandaag nog te behandelen.

De diensten stellen voor om de resolutie op de agenda van de volgende vergadering te plaatsen.

Mevrouw Françoise De Smedt (PTB).- Is het echt uitgesloten dat we de tekst vandaag in overweging nemen?

De voorzitter.- Het is jammer dat u uw resolutie niet eerder hebt ingediend. Het is een verzoek van de diensten om ze op de volgende vergadering in overweging te nemen.

Partager
09:41 § 133 → Vidéo
Partager

PROJET D’ORDONNANCE MODIFIANT L’ORDONNANCE DU 2 MAI 2013 PORTANT LE CODE BRUXELLOIS DE L’AIR, DU CLIMAT ET DE LA MAÎTRISE DE L’ÉNERGIE EN VUE DE METTRE EN ŒUVRE LA STRATÉGIE DE RÉNOVATION DU BÂTI

(NOS A-815/1 ET 2 – 2023/2024)

Discussion générale

M. le président.- La discussion générale est ouverte.

ONTWERP VAN ORDONNANTIE tot wijziging van de ordonnantie van 2 mei 2013 houdende het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing met het oog op de implementatie van de strategie voor de renovatie van de gebouwen

(nrs. A-815/1 en 2 – 2023/2024)

Algemene bespreking

De voorzitter.- De algemene bespreking is geopend.

Partager
09:41 § 135 → Vidéo
Partager

Mme Marie Nagy, rapporteuse.- Permettez-moi tout d'abord, en mon nom et celui de l'autre rapporteuse, de remercier les services, qui ont fait un travail remarquable de rédaction synthétisant plus de cinq heures de débats en commission.

Le ministre nous a présenté l'objectif de l'ordonnance à l'examen, à savoir la concrétisation des mesures figurant au plan air-climat-énergie (PACE). Ce plan a connu un long parcours de coconstruction avec un grand nombre d'acteurs bruxellois. L'ordonnance « Rénolution » est la suite logique de ce plan et concrétise des éléments structurants, notamment en inscrivant les objectifs rehaussés de réduction des émissions directes de -47 % en 2030. Elle institutionnalise également l'Assemblée citoyenne pour le climat prévue dans le PACE, qui vient enrichir notre gouvernance climatique de l’expertise citoyenne du vécu. Ce dispositif innovant - il s’agit d’une première mondiale - permet d’associer structurellement, et ce de manière permanente, les Bruxellois au suivi et à la mise en œuvre des politiques climatiques.

En ce qui concerne Rénolution, a poursuivi le ministre, l'ordonnance instaure la réglementation visant à rénover l’ensemble des passoires énergétiques bruxelloises dans les dix prochaines années. Elle prévoit aussi une deuxième étape dans l’abandon des énergies fossiles pour les nouvelles constructions et les rénovations lourdes - toujours en conformité avec le PACE.

À Bruxelles, le bâtiment représente plus de la moitié des émissions de gaz à effet de serre du territoire et près d’un tiers de nos émissions de particules fines. Face à ces défis, la politique Rénolution prévoit des objectifs clairs définis dans le Code bruxellois de l'air, du climat et de la maîtrise de l'énergie (Cobrace). D'ici à 2050, le niveau moyen de performance énergétique de l’ensemble du bâti résidentiel bruxellois devra atteindre une consommation moyenne de 100 kWh par m² et par an. Les logements publics, eux, devront répondre à cette exigence d’ici à 2040, car il est considéré comme une priorité sociale d'assurer des logements isolés et sains pour les locataires des logements publics.

Le PACE prévoit en effet d’exiger progressivement, sur la base du résultat du certificat de performance énergétique des bâtiments (PEB), la réalisation d’une rénovation énergétique. Les passoires énergétiques devront être rénovées en premier, et ce dans les dix ans. Sont concernés les certificats PEB F et G. Dans les vingt ans, ce sont les logements classés E et D qui devront avoir obtenu un certificat A, B ou C.

Mevrouw Marie Nagy, rapporteur.- De minister begon met een uiteenzetting over de doelstelling van de ordonnantie, namelijk de toepassing van de maatregelen uit het Gewestelijk Lucht-Klimaat-Energieplan (GLKE). Aan dat plan ging een lang samenwerkingsparcours met een groot aantal Brusselse partners vooraf. Deze ordonnantie is het logische gevolg van het plan en brengt het in de praktijk, in het bijzonder wat de strengere doelstelling betreft: een terugdringing van de directe uitstoot met 47% tegen 2030. Ze maakt ook van de Burgerraad voor het Klimaat een officieel orgaan, waardoor we de Brusselaar structureel betrekken bij het klimaatbeleid.

De ordonnantie voert ook de verplichting in om energieverslindende woningen binnen de tien jaar te renoveren en zet een tweede stap in de afbouw van fossiele energie in nieuwbouw en bij ingrijpende renovaties.

In Brussel zijn gebouwen goed voor meer dan de helft van de uitstoot van broeikasgassen en bijna een derde van het fijnstof. Renolution voert duidelijke doelstellingen in die in het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing (BWLKE) staan. Tegen 2050 moeten de energieprestaties van residentiële gebouwen verbeteren tot een gemiddeld verbruik van 100 kWh/m² per jaar. Openbare woningen moeten al tegen 2040 aan die eis voldoen.

Partager
09:45 § 137 → Vidéo
Partager

Le ministre a ensuite précisé qu'il entreprenait une réforme complète du certificat PEB, qui sera désormais plus précis et contiendra des recommandations claires permettant de savoir comment atteindre les objectifs de rénovation. En outre, la mise à jour des certifications sera également simplifiée.

Parallèlement, une réforme du secteur des acteurs de la PEB est également prévue afin de garantir la professionnalisation, ainsi que la fusion des métiers PEB dans le projet de révision du Cobrace qui vous est présenté. Une catégorie d’experts PEB sera ainsi créée pour simplifier les rôles des différents acteurs et assurer un suivi cohérent de la construction à la mise à jour du certificat PEB.

En ce qui concerne le patrimoine, le ministre a indiqué qu'il était important de souligner que la rénovation des façades avant des bâtiments bruxellois typiques n’est ni obligatoire ni souhaitée. Des solutions techniques innovantes permettent clairement d’atteindre les objectifs sans toucher à la façade avant. Les projets soutenus par Batex et Rénolab l'ont déjà démontré.

Le ministre nous a indiqué que, dans le cas de ceux qui - malgré les dispositifs mis en place - ne parviendraient pas à trouver des solutions adéquates pour atteindre les objectifs de rénovation, un système de dérogations préalables à l’échéance des amendes a été présenté en première lecture au gouvernement. À l’échéance des obligations, si une situation démontre l’impossibilité de répondre aux exigences, des circonstances atténuantes pourront être prises en considération.

Par ailleurs, pour les personnes en difficulté, le gouvernement a prévu un système consistant en une atténuation des amendes de 50 à 100 % si, à l’échéance 2033 ou 2045, il s'avère que les exigences ne peuvent être rencontrées pour des raisons particulières.

De minister stelde vervolgens een grondige hervorming van het EBP-certificaat in het vooruitzicht, met duidelijke aanbevelingen over het bereiken van de renovatiedoelstellingen. Het wordt ook eenvoudiger om certificaten bij te werken.

Er komt verder een hervorming van de sector en een fusie van de EPB-beroepen. Zo wordt een categorie EPB-experts in het leven geroepen om de rol van de verschillende betrokkenen te vereenvoudigen en om de follow-up coherenter te laten verlopen.

De minister onderstreepte dat de renovatie van typische gevels verplicht noch wenselijk is. Met innovatieve technieken is het mogelijk om in zulke gevallen toch de energieprestaties te verbeteren. Voor de gevallen waarvoor men toch geen adequate oplossing vindt, zou er een systeem van voorafgaande vrijstelling van boetes komen, waarbij rekening wordt gehouden met verzachtende omstandigheden.

De regering voorziet ook in een systeem van boetevermindering met 50 tot 100% als het onhaalbaar blijkt om tegen 2033 of 2045 aan de eisen te voldoen.

Partager
09:47 § 139 → Vidéo
Partager

Il sera possible soit de demander de payer la moitié de l'amende en s'engageant à effectuer la rénovation nécessaire, soit d'étaler l'amende sur plusieurs années. Il y a également une possibilité de recours devant le Collège d'environnement, avant de s'adresser à Bruxelles Fiscalité.

Ce projet de révision du Cobrace est un projet ambitieux, qui met en œuvre concrètement le plan air-climat-énergie de la Région de Bruxelles-Capitale.

Het wordt mogelijk om de helft van de boete te betalen als je de nodige renovatie alsnog later uitvoert of om de betaling van de boete over meerdere jaren te spreiden. Er is ook een beroepsmogelijkheid bij het Milieucollege, nog voor je bij Brussel Fiscaliteit aanklopt.

Partager
09:48 § 143 → Vidéo
Partager

Mme Aurélie Czekalski, rapporteuse.- Je me joins également aux remerciements de ma collègue Marie Nagy adressés aux services.

Pour le groupe MR, la députée Ariane de Lobkowicz a rappelé qu'il fallait consentir à des investissements considérables pour atteindre les objectifs de réduction des gaz à effet de serre. Pour ce faire, il faut améliorer l'isolation du bâti, le système de chauffage, développer des sources d’énergie renouvelables et encourager les ressources locales.

Elle a rappelé que l'avis de Brupartners abondait dans le sens des propos tenus par le groupe MR, qui appelle à l'instauration d'un calendrier de mise en œuvre de mesures à objectifs climatiques réalistes pour tout un chacun.

J'ai déploré au nom de mon groupe le manque de priorités dans les mécanismes de financement dans la stratégie de rénovation du gouvernement bruxellois. L'offre de produits financiers reste trop limitée. Cette indécision ne permet pas de réaliser des investissements efficaces.

Le groupe MR a affirmé qu'une politique climatique ambitieuse devait être incitative plutôt que punitive et qu'il fallait une harmonisation dans les critères d'octroi des certificats de performance énergétique des bâtiments (PEB). La lenteur de la rénovation des bâtiments publics a été déplorée à cause des coûts d'investissement et des complexités administratives. En guise de solution, le groupe MR a proposé notamment des partenariats public-privé.

Pour notre collègue Martin Casier, qui s'est exprimé au nom du groupe PS, les objectifs de réduction des émissions de gaz à effet de serre sont à portée de main dès lors que, pour 80 % des habitations, une à deux interventions sont nécessaires pour atteindre le premier palier des objectifs.

M. Casier a admis qu'il faudra mener de vastes campagnes d'information sur les objectifs de la stratégie de rénovation. Il a partagé les inquiétudes du groupe MR sur la disponibilité de la main-d’œuvre. Il a salué les efforts du ministre au sujet de l'harmonisation et de l'efficacité du certificat PEB.

Un sujet qui préoccupe le député est celui de la justice sociale dans la transition énergétique. Il a proposé d'attribuer des objectifs plus rigoureux de réduction d'émissions de gaz à effet de serre en fonction des revenus. M. Casier craint que les personnes âgées et les plus précarisées ne puissent aisément faire valoir d'éventuelles causes de justification pour non-respect d'une obligation. En effet, qui dit obligation, dit sanction en cas de violation de l'obligation. Même si la perception d'amendes n'est pas le premier objectif, il est heureux que le ministre l'ait rappelé dans son exposé.

Pour Groen, Mme Lotte Stoops a noté que le défi climatique figurait au cœur de cette ordonnance et a rappelé que l'enjeu social de la crise climatique touchait les plus précarisés. Le projet d'ordonnance concrétise la question des obligations de rénovation. Elle est en faveur de l'Assemblée citoyenne pour le climat, qui mobilise l'intelligence de tous les concitoyens.

Mevrouw Aurélie Czekalski, rapporteur.- Mevrouw de Lobkowicz herinnerde er in naam van de MR-fractie aan dat er grote investeringen nodig zijn om de doelstellingen voor de uitstoot van broeikasgassen te halen. Daartoe zijn beter geïsoleerde woningen en verwarmingssystemen nodig, naast duurzame energiebronnen.

Ze stelde dat het advies van Brupartners aansluit bij de vraag van de MR naar een tijdschema voor de maatregelen.

Zelf betreurde ik in naam van mijn fractie dat er binnen de financieringsmechanismen niet met prioriteiten wordt gewerkt. Het aanbod aan financiële producten blijft te beperkt.

Het klimaatbeleid moet eerder stimulerend dan bestraffend zijn. Daarnaast is er een harmonisering van de toekenningscriteria voor EPB-certificaten nodig. Om de renovatie van openbare gebouwen te versnellen, zou met publiek-private samenwerkingen gewerkt kunnen worden.

De heer Casier stelde in naam van de PS-fractie dat de doelstellingen voor de uitstoot van broeikasgassen binnen handbereik liggen, aangezien er voor 80% van de woningen slechts een tot twee ingrepen nodig zijn om eerste resultaten te bereiken.

Hij erkende de noodzaak van informatiecampagnes en deelde de ongerustheid van de MR over de beschikbaarheid van werkkrachten. Hij juichte de inspanningen in verband met het EPB-certificaat toe.

Voorts stelde hij voor om hogere inkomensklassen striktere doelstellingen op te leggen. Ouderen en armen hebben het immers moeilijker om verzachtende omstandigheden aan te voeren.

Mevrouw Stoops merkte in naam van Groen op dat de strijd tegen de klimaatverandering centraal staat in de ordonnantie en dat de armsten er het hardst door getroffen worden. Ze toonde zich tevreden met de renovatieverplichting en met de Burgerraad voor het Klimaat. Ze hoopte ook dat de maatregelen mede-eigenaars zouden stimuleren om te renoveren.

Partager
09:50 § 145 → Vidéo
Partager

Mme Stoops a exprimé le souhait que toutes les mesures votées encourageraient les copropriétaires à se lancer dans des rénovations.

Mme Van Achter, pour le groupe N-VA, a reproché au ministre une politique manquant d'assise budgétaire et de mise en œuvre concrète. Elle a plaidé pour une politique plus ambitieuse et s'est demandé pourquoi ne pas opter pour une réduction de 55 % des émissions de CO2. Elle n'est absolument pas convaincue par le système proposé, à savoir la rénovation de 250.000 logements d'ici à 2033.

Elle s'est déclarée opposée aux amendes et à la demande de justifications aux Bruxellois et a exprimé le souhait que l'on encourage plutôt un comportement. Elle a également estimé que le système était injuste, notamment lorsqu'il s'agira de demander à des seniors vivant d'une pension modique d'entamer des travaux de rénovation. Elle a estimé que l'Assemblée citoyenne pour le climat coûte beaucoup d'argent, rapporte peu et est sujette à des manipulations politiques.

M. Bauwens a déclaré que le groupe PTB était favorable à toute mesure protégeant la planète et le portefeuille des Bruxellois, mais que les objectifs n'étaient pas atteignables au rythme actuel. Il a ajouté que les primes Rénolution du gouvernement étaient source d'injustice sociale et ne bénéficiaient pas suffisamment aux habitants vivant dans la précarité.

Il a dénoncé l'accent mis sur l'amende destiné à contraindre les habitants à rénover à la place du gouvernement qui n'est pas en mesure de financer lui-même la rénovation du bâti. Il a ajouté que vu la pénurie de main-d’œuvre, le déploiement d'une politique de rénovation du bâti nécessitera la formation de travailleurs.

S'agissant de la participation citoyenne, il a invité le gouvernement à tenir compte des structures existantes, telles que Brupartners. Il s'est également inquiété des données statistiques sur lesquelles le gouvernement fonde sa stratégie : le nombre de bâtiments à rénover, le nombre de personnes qui seront exemptées d'amendes, etc.

Mme Parmentier, pour le groupe Ecolo, a salué le texte, qu'elle a jugé important et s'inscrivant dans la continuité des politiques menées. Elle s'est réjouie de l'existence de l'Assemblée citoyenne, a insisté sur la nécessité d'une large campagne de communication pour informer les habitants de leurs obligations et des aides possibles. Elle a plaidé pour une simplification du programme de primes Rénolution en le confiant à une seule administration et pour le renforcement du service facilitateur copropriétés, compte tenu des difficultés propres à ce type de propriétés.

Mme Nagy, pour le groupe DéFI, a trouvé le texte important, car il s'inscrit dans une perspective européenne porteuse d'espoir et modifiera l'implication des Bruxellois dans ce changement. Elle s'est réjouie que les appels à réformer la certification PEB aient enfin été entendus. Elle a toutefois exprimé ses préoccupations quant à la réalisation des objectifs en question.

Mevrouw Van Achter verweet de minister in naam van de N-VA dat het zijn beleid aan budgettaire grondslag en uitvoering ontbreekt. Ze pleitte voor een ambitieuzer beleid en was er niet van overtuigd dat er tegen 2033 250.000 woningen gerenoveerd zouden zijn.

Ze verklaarde tegen boetes te zijn en wenste dat er op een gedragswijziging werd ingezet. Ze vond het systeem bovendien onrechtvaardig, bijvoorbeeld voor ouderen met een bescheiden pensioen. Ze oordeelde dat de Burgerraad voor het Klimaat duur is, weinig opbrengt en aan politieke manipulatie onderhevig is.

De heer Bauwens toonde zich namens de PTB-fractie een voorstander van maatregelen ter bescherming van de planeet en de portefeuille van de Brusselaar. Aan het huidige tempo achtte hij de doelstellingen echter onhaalbaar. Hij noemde de Renolutionpremies sociaal onrechtvaardig, omdat armen er onvoldoende gebruik van kunnen maken.

Hij keurde boetes af en voegde eraan toe dat er te weinig werkkrachten zijn om alle renovaties uit te voeren. Voorts riep hij de regering op om op het vlak van burgerparticipatie te werken met bestaande structuren zoals Brupartners. Ten slotte uitte hij zijn bezorgdheid over de statistische gegevens waarop de regeringsstrategie steunt.

Mevrouw Parmentier was in naam van Ecolo tevreden over de tekst, meer bepaald de Burgerraad voor het Klimaat. Ze drong aan op een uitgebreide communicatiecampagne over de verplichtingen en mogelijke steun. Ze pleitte voor een vereenvoudiging van de Renolutionpremies en de uitbreiding van de faciliterende dienst voor mede-eigendommen.

Mevrouw Nagy onderstreepte in naam van DéFI het belang van de tekst. Ze verheugde zich over de hervorming van de EPB-certificaten. Voorts uitte ze haar bezorgdheid over de haalbaarheid van de doelstellingen.

Partager
09:52 § 147 → Vidéo
Partager

M. de Patoul, pour le groupe DéFI, a exprimé ses préoccupations quant à l'Assemblée citoyenne permanente pour le climat et a appelé à la prudence. Il a rappelé que les assemblées coûtaient cher et a estimé que la représentativité des participants devait être rigoureusement évaluée.

Enfin, Mme Austraet a salué la politique menée et le fait que l'accent était mis sur l'amélioration de l'efficacité énergétique du bâti. Elle a dit approuver l'adoption d'un calendrier contraignant et graduel pour la rénovation du bâti, et s'est réjouie du fait que le public ciblé par le système de primes serait désormais celui des personnes à bas revenus.

La députée a regretté que le présent texte ne fasse pas plus de publicité autour des apports de l'assemblée citoyenne.

(Applaudissements)

M. le président.- Je remercie Mmes Nagy et Czekalski pour leur excellent rapport.

De heer de Patoul uitte in naam van DéFI zijn bezorgdheid over de kosten voor de Burgerraad voor het Klimaat en riep op tot een grondige evaluatie van de deelnemers.

Mevrouw Austraet ten slotte juichte het gevoerde beleid toe. Ze verheugde zich over de goedkeuring van een bindend tijdschema voor de renovatie van gebouwen en over de premies voor personen met een laag inkomen.

Ten slotte vond ze het jammer dat in de tekst geen melding werd gemaakt van de bijdragen van de Brusselse Burgerassemblee.

(Applaus)

De voorzitter.- Ik dank mevrouw Nagy en mevrouw Czekalski voor hun uitstekende verslag.

Partager
09:53 § 153 → Vidéo
Partager

Mme Aurélie Czekalski (MR).- Nous avons débattu longuement de ce texte en commission. Le MR bruxellois s'inquiète du manque de stratégie globale et cohérente pour la rénovation du bâti bruxellois, des méthodes et des mécanismes de financement utilisés. Avec mes collègues, nous tapons du poing sur la table. Nous vous interpellons depuis le début de la législature en vous rappelant qu'il est minuit moins une.

Permettez-moi de rappeler certains points clés. Des investissements importants sont nécessaires. On parle tout de même, selon vos sources, de 28,7 milliards d'euros d'ici à 2050, soit 956 millions d'euros par an, avec l'objectif de réduire les émissions de gaz à effet de serre de 50 % d'ici à 2030 et d'atteindre la neutralité carbone d'ici à 2050. En effet, dans le secteur du bâtiment, le taux et l'ampleur des rénovations devraient augmenter radicalement et rapidement pour passer de 1 % à environ 5 % par an, ce qui représente en moyenne 50 immeubles à rénover par jour, d'après Bruxelles Environnement.

La rénovation du bâti est un chantier titanesque et il faut s'y atteler de manière intelligente. Nous l'avons souligné, votre texte manque cruellement de priorités et de ciblage des actions. Nous regrettons que les investissements ne soient pas orientés vers les bâtiments les plus gros contributeurs d'émissions et les mesures les plus efficaces en matière de réduction des émissions de CO₂. Obliger les propriétaires d'un bien de classe G ou F à rénover leur bâtiment d'ici à dix ans, sans définir les actions à entreprendre en priorité dans la rénovation, ni les sources de financement, c'est une catastrophe annoncée.

Nous voulions une stratégie d'identification de l'efficacité, qui permettrait de réduire le coût de la transition, combinée à la mise en place de mécanismes de financement des travaux. L'avis de Brupartners fait également écho à de nombreuses critiques émises par le groupe MR tout au long de cette législature. Dans votre texte, on constate l'absence de mécanismes de financement clairs et solides. Les sources de financement et les leviers d'aide à l'investissement ne sont pas précisés. Dès lors, les risques socioéconomiques sont grands, cela aura un impact sur les locataires, les propriétaires, les entreprises et le secteur de la construction.

Les conséquences de cette réforme seront multiples : pour les locataires, avec la hausse des loyers, sur les propriétaires avec la question de la disponibilité des moyens financiers, voire de l'obligation de vendre son bien au rabais en cas d'impossibilité de réaliser certains travaux, et un risque de faillite pour les entreprises en impossibilité financière de mise aux normes. Le secteur de la construction, vu le nombre d'entreprises étant en mesure de réaliser les rénovations imposées, pourrait être confronté à des difficultés pour répondre à l'accroissement de la demande des travaux de rénovation.

Mevrouw Aurélie Czekalski (MR).- De MR-fractie is bezorgd over het gebrek aan een algemene en coherente strategie voor de renovatie van gebouwen en over de financiering ervan, want de tijd dringt.

Volgens uw bronnen is er een investering van 956 miljoen euro per jaar nodig als we de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met 50% willen verminderen en tegen 2050 koolstofneutraal willen zijn. In de bouwsector moet het renovatietempo van 1% naar ongeveer 5% per jaar worden opgetrokken, wat volgens Leefmilieu Brussel neerkomt op gemiddeld 50 te renoveren gebouwen per dag.

De renovatie van gebouwen is een enorme onderneming, die we op een intelligente manier moeten aanpakken. We betreuren dat de investeringen niet gericht zijn op de gebouwen met de grootste uitstoot en op de meest efficiënte reductiemaatregelen. Eigenaars van een gebouw met een G- of F-score verplichten om hun gebouw binnen tien jaar te renoveren zonder prioriteiten of financieringsmechanismen vast te leggen, zal op niets uitdraaien.

Brupartners uit dezelfde kritiek. In de tekst worden de financieringsbronnen en de hefbomen voor investeringssteun niet gespecificeerd, wat leidt tot grote sociaaleconomische risico's: voor huurders dat de huurprijzen stijgen, voor verhuurders en bedrijven dat zij niet voldoende geld hebben om de werken uit te voeren, en voor de bouwsector dat die problemen heeft om aan de toegenomen vraag te voldoen.

Partager
09:56 § 155 → Vidéo
Partager

Cette situation aurait notamment des répercussions sur le coût des travaux de rénovation.

La rénovation du bâti bruxellois offre également une opportunité de créer de l'emploi et de développer des filières économiques stables. À cet égard, 8.000 emplois devraient être créés.

Concernant la charge administrative, cela entraînerait une hausse du nombre de permis d'urbanisme à examiner. Or, notre Région n'est pas exemplaire en la matière. Le délai actuel pour obtenir un permis est d'un an et demi. En conséquence, il est nécessaire d'informer et d'accompagner les acteurs de la problématique que sont les citoyens, les propriétaires, les locataires et les professionnels dans leur démarche de rénovation.

Je voudrais revenir plus spécifiquement sur les copropriétés. Plus de 40 % des logements en Région bruxelloise sont des copropriétés. Leur rénovation est un sujet complexe, qui peut générer des conflits entre les copropriétaires. Nous avons tous en tête des anecdotes de débats sans fin au sein d'assemblées générales de copropriété. Il est important de trouver des solutions équitables en vue de répartir les coûts des travaux, et de prendre en compte les efforts déjà réalisés par certains copropriétaires. Il s'agit d'éléments auxquels ne répond pas ce texte.

En matière de rénovation du bâtiment, la boussole est la performance énergétique des bâtiments (PEB). Votre texte vise à rendre obligatoire la certification PEB pour tous les bâtiments et à fusionner les rôles de conseiller et de certificateur PEB en un seul expert PEB. À cet égard, Brupartners s'inquiète de la capacité à absorber la demande accrue en certification et s'interroge sur la fiabilité des certificats. De plus, il demande d'intégrer les évolutions technologiques dans le calcul de la PEB et de prendre des mesures afin de rendre les certificats plus crédibles et plus fiables. Ces préoccupations ont été relayées par notre groupe et, en particulier, par ma collègue Mme Viviane Teitelbaum. À l'heure actuelle, votre texte ne mentionne pas de mesures destinées à améliorer la fiabilité des certificats PEB.

Votre projet institutionnalise aussi l'Assemblée citoyenne pour le climat. À ce sujet, je suis quelque peu rassurée de lire les craintes et les critiques émises par Brupartners en la matière. Une telle assemblée où chaque citoyen est tiré au sort ne peut refléter l'opinion collective des citoyens bruxellois. Par ailleurs, le mécanisme des assemblées citoyennes pourrait induire des instrumentalisations à différents égards. Or, la particularité des mandataires politiques est le fait qu'ils ont été désignés pour prendre des décisions et avoir une vision de l'avenir. Se défausser sur les citoyens n'est pas une bonne manière d'agir. Les citoyens ne sont pas là pour palier l'inaction et justifier de mauvaises décisions. La participation citoyenne peut être un outil intéressant si et seulement si elle est cadrée et si ses acteurs sont correctement informés et formés. Je n'y suis pas opposée, mais la façon dont toutes ces assemblées citoyennes sont mises en place à Bruxelles soulève beaucoup de questions.

De renovatiewerken dreigen duur uit te vallen. Ook de administratieve last zal toenemen, aangezien er meer stedenbouwkundige vergunningen zullen worden ingediend. Het duurt momenteel anderhalf jaar om een bouwvergunning te krijgen. We moeten eigenaars, huurders en professionals dus beter informeren en ondersteunen bij hun renovatieprojecten.

Een ander probleem is dat meer dan 40% van de Brusselse gebouwen mede-eigendommen zijn. Die renoveren is een complexe kwestie, die conflicten tussen mede-eigenaars kan veroorzaken. Het is belangrijk om de kosten van de werken eerlijk te verdelen en om rekening te houden met de inspanningen die sommige mede-eigenaars al geleverd hebben. Die elementen komen in de tekst niet aan bod.

U wilt de EPB-certificering verplicht maken voor alle gebouwen en die als richtsnoer gebruiken voor de renovatie. Brupartners maakt zich zorgen over de capaciteit om de toegenomen vraag naar certificering op te vangen en over de betrouwbaarheid van de certificaten. In de tekst worden daarvoor geen oplossingen voorgesteld.

De tekst maakt van de Burgerraad voor het Klimaat een officiële instelling. Volgens Brupartners kan een dergelijke raad, waarvan de leden door loting zijn aangewezen, het collectieve standpunt van de Brusselaars niet weerspiegelen. Bovendien zijn er politieke vertegenwoordigers aangesteld om beslissingen te nemen. De verantwoordelijkheid afschuiven op burgers is geen goede werkwijze. Burgers zijn er niet om inactiviteit goed te maken of slechte beslissingen te rechtvaardigen.

Partager
09:59 § 157 → Vidéo
Partager

Pour le MR, les politiques de rénovation du bâti doivent être incitatives avant d'être punitives. Le gouvernement bruxellois n'a pas précisé comment financer cette rénovation. Une stratégie forte doit trouver des sources de financement stables et mettre en œuvre des incitations financières pour encourager les gens à rénover. C'est pour cela que, dans notre texte - rejeté par la majorité il y a quelques semaines -, le MR proposait des solutions pour encourager la rénovation, comme des primes et prêts à taux d'intérêt réduit.

Parmi les sources de financement, il y a les économies d'énergie réalisées grâce aux travaux visant à améliorer la PEB. En effet, les investissements dans la PEB, de l'ordre de 400 millions d'euros par an, généreront jusqu'à 100 millions d'euros d'économie d'énergie en 2030 et 250 millions d'euros en 2050. Ces économies peuvent financer une partie des investissements, mais, pour ce faire, il faut mettre en place des mécanismes de financement tels que le financement sur facture (« on-bill financing »), le développement des fournisseurs de sociétés de services énergétiques (energy service company, ESCO) ou le tiers investissement. Autant de mécanismes où le remboursement des investissements dans la PEB transite au travers de la facture d'énergie. D'autres mécanismes, fiscaux notamment, existent.

Outre les financements, rappelons également l'importance du développement des énergies renouvelables. Le mix énergétique doit être diversifié et l'exploitation du potentiel local, encouragée. Je regrette le manque d'ambition pour les bâtiments publics. L'objectif de neutralité carbone d'ici à 2030 est insuffisant. Les pouvoirs publics doivent être exemplaires pour les Bruxellois. Enfin, je déplore l'absence de vision commune et concertée. Nous regrettons le manque de participation des acteurs - particuliers, propriétaires, locataires, maîtres d'ouvrage, professionnels, concepteurs ou entrepreneurs, architectes, notaires, agents immobiliers, copropriétés - à la définition de la stratégie de rénovation.

Le MR souhaite que la rénovation du bâti bruxellois soit une réussite sociale, économique et environnementale. La Région doit réussir sa transition sans occasionner de dégâts socioéconomiques. Les générations futures nous jugeront sur notre capacité à réussir cette transition. Pour rappel, le MR s'abstiendra lors du vote car ce projet d'ordonnance est imprécis et incertain. La politique actuelle du gouvernement bruxellois consiste à demander à la classe moyenne de sortir des « sous magiques » pour rénover à ses frais et sans véritable soutien supplémentaire - en somme, de payer plus pour recevoir moins.

(Applaudissements sur les bancs du MR)

Voor de MR moet het renovatiebeleid stimulerend in plaats van bestraffend zijn. De partij merkt op dat er niet is gespecificeerd hoe de renovaties gefinancierd moeten worden. Oplossingen daarvoor heeft ze in een tekst gegoten, maar de meerderheid heeft die verworpen. Zo zouden de energiebesparingen die door de EPB-werken worden gerealiseerd, kunnen worden gebruikt om een deel van de investeringen te financieren, maar daartoe moeten we financieringsmechanismen opzetten zoals on-bill financing, bedrijven voor energiediensten en derde-investeerdersregelingen. Ook belastingprikkels kunnen een interessant instrument zijn.

Tot slot moeten we meer hernieuwbare energie produceren. Ik betreur het gebrek aan ambitie op het gebied van openbare gebouwen. De overheid moet het goede voorbeeld geven.

Voorts is het jammer dat er geen gemeenschappelijke, gecoördineerde visie is en dat de belanghebbenden niet bij het uittekenen van de strategie werden betrokken.

De MR wil dat de woningrenovatie een sociaal, economisch en ecologisch succes wordt. Wij zullen ons onthouden over de tekst omdat die onnauwkeurig en onzeker is. Bovendien vinden we het niet kunnen dat de regering de middenklasse vraagt om op eigen kosten en zonder echte steun haar woningen te renoveren.

(Applaus bij de MR)

Partager
10:01 § 161 → Vidéo
Partager

Mevrouw Cieltje Van Achter (N-VA).- Ik betreur het dat er niet meer parlementsleden aanwezig zijn, want we voeren vanochtend een belangrijk debat.

Slecht geïsoleerde woningen moeten worden gerenoveerd. Om te beginnen is het comfortabeler wonen in een goed geïsoleerde woning, waar de koude lucht niet door de ramen of het dak naar binnen komt. Ook voor de energiefactuur is het belangrijk dat een woning geïsoleerd is.

Minister Maron, ik ben het dan ook helemaal met u eens dat we de Brusselaars aan het renoveren moeten krijgen. Het is in ieders belang dat woningen gerenoveerd worden. Ik ga echter hoegenaamd niet akkoord met uw aanpak. Ik stelde een alternatief voor, namelijk de manier waarop Vlaanderen het aanpakt. Daar geldt een renovatieverplichting na aankoop. Dat is een logischer systeem. Wie een woning koopt, is verplicht om die binnen de vijf jaar te renoveren. De koper weet wat hem te wachten staat. Een energieverslindende woning is goedkoper, maar de koper moet wel rekening houden met de kosten die nodig zijn om er een energiezuinig pand van te maken. Een certificaat van de energieprestatie van een gebouw (EPB-certificaat) is bij de verkoop overigens verplicht.

U koos voor een ander systeem. De voorbije jaren heb ik meermaals de kritiek geuit dat uw klimaatbeleid vooral uit doelstellingen bestaat, en veel minder uit maatregelen. U hebt een ambitieuze doelstelling ingevoerd voor Brussel, maar u liet mij vaak ontevreden achter als het op maatregelen aankwam om die doelstelling te halen.

Nu staat in de renovatieordonnantie dat Brussel de doelstelling verhoogt. Het wil nu tegen 2030 een vermindering van de CO2-uitstoot met 47%. Is dat uw uiteindelijke doel? Er bestaat immers al een arrest waarin staat dat de uitstoot met 55% moet dalen, en ik heb u tot nog toe niet horen zeggen dat u daartegen in beroep gaat.

Mme Cieltje Van Achter (N-VA).- La rénovation d'habitations mal isolées présente plusieurs avantages. Dès lors, Monsieur le Ministre, je suis entièrement d'accord avec vous pour dire qu'il faut inciter les Bruxellois à rénover, car c'est dans leur intérêt.

Par contre, je ne suis pas du tout d'accord avec votre approche. J'ai proposé une solution alternative, à savoir le système en vigueur en Flandre, qui impose une obligation de rénovation après l'achat ainsi qu'un certificat de performance énergétique du bâtiment (PEB) au moment de la vente.

Vous menez une politique climatique composée principalement d'objectifs et beaucoup moins de mesures. Aujourd'hui, il ressort de l'ordonnance « Rénovation » que la Région bruxelloise revoit son objectif à la hausse et souhaite désormais une réduction de 47 % des émissions de CO2 d'ici 2030.

Envisagez-vous de former un recours contre l'arrêt qui vous oblige à réduire les émissions de 55 % ?

Partager
10:04 § 163 → Vidéo
Partager

Ofwel tekent u beroep aan tegen dat arrest, ofwel beginnen we vandaag te werken aan de doelstelling van -55%. Niets doen en dwangsommen riskeren lijkt me geen ernstige optie. Kunt u vandaag uw standpunt daarover toelichten?

Lange tijd ging de discussie uitsluitend over de doelstelling en werd er niet gepraat over hoe die gehaald moest worden. Nu komt u eindelijk met concrete voorstellen. De renovatieordonnantie waarover we vandaag stemmen, is het sluitstuk van uw energie- en klimaatbeleid. Helaas gaat het om een onrealistische, ondoordachte en onrechtvaardige verplichting.

Deze wetgeving is echt slecht, maar helaas stond ik in de commissie bijna helemaal alleen met dat standpunt. Alleen mevrouw Nagy van DéFI was ook heel kritisch en formuleerde heel terechte opmerkingen, maar aangezien ze in de meerderheid zit, kan ze natuurlijk alleen maar voor de ordonnantie stemmen. Ik begrijp ook niet goed waarom de MR zich onthoudt in plaats van tegen te stemmen.

Mijn opmerkingen over het juridische broddelwerk en de slechte vertaling staan wellicht in het verslag, dus die zal ik niet herhalen. Het belangrijkste is dat u, om uw klimaatdoelstelling te halen, een maatregel introduceert die onrealistisch, ondoordacht en onrechtvaardig is.

De maatregel is onrealistisch omdat u beweert dat u ermee tegen 2030 een reductie van de CO2-uitstoot met 47% kunt behalen, terwijl het belangrijkste middel om dat doel te bereiken, de renovatieplicht, pas ingaat vanaf 2033.

Les obligations que vous imposez au travers de ce projet d'ordonnance sont irréalistes, irréfléchies et injustes. En commission, j'étais pratiquement la seule à m'y opposer ouvertement. Seule Mme Nagy de DéFI a émis des remarques critiques tout à fait justifiées, mais comme elle est dans la majorité, elle devra voter pour l'ordonnance. D'ailleurs, je ne comprends pas bien pourquoi le MR décide de s'abstenir.

Par ailleurs, j'ai déjà formulé des remarques concernant la piètre qualité juridique et linguistique du texte.

Pourquoi est-ce irréaliste ? Parce que vous prétendez atteindre une réduction de 47 % des émissions de CO2 d'ici 2030 alors que la principale mesure pour y parvenir, l'obligation de rénovation des bâtiments, n'entrera en vigueur qu'en 2033.

Partager
10:06 § 165 → Vidéo
Partager

De deadline van 2030 geldt alleen voor het EPB-certificaat en we weten hoe de wetgeving ervoor staat.

Misschien zal een enkeling daardoor aan het renoveren slaan, maar gelooft u nu echt dat dat de CO2-uitstoot tegen 2030 zozeer zal terugdringen dat een verplichting tegen 2033 realistisch is? Blijkbaar gaat u daar zonder enige vorm van onderbouwing van uit. Ik kan daar niet bij.

Uw maatregel is bovendien ondoordacht. Denkt u nu echt al dat alle huiseigenaars morgen beginnen te renoveren als ze vernemen dat de verplichting over tien jaar ingaat? Dat vraag en aanbod elkaar mooi in evenwicht zullen houden? Dat er voldoende aannemers en bouwmaterialen beschikbaar zijn om de werken uit te voeren? Ik vrees dat iedereen de werken zal uitstellen. Binnenkort zijn het verkiezingen, waarna de regels mogelijk weer veranderen. Misschien kiest de Brusselaar eieren voor zijn geld.

Wat zal er dan gebeuren? Als de deadline nadert, zal de vraag zo sterk toenemen dat er een tekort aan bouwmaterialen en aannemers ontstaat. Daardoor zullen de prijzen stijgen. Door het vooruitzicht van boetes zullen mensen geen andere keuze hebben dan die te betalen.

Welke ongewenste neveneffecten heeft zo'n scherpe deadline van 2033? Tegen die tijd moeten 250.000 woningen gerenoveerd zijn. Kunt u zich dat voorstellen? Eén deadline voor 250.000 woningen! Dat wordt een huzarenstukje.

U organiseert chaos, mijnheer de minister. Hoe zullen we trouwens de hele renovatieverplichting handhaven? Zullen we tegen 2033 een administratie hebben die in staat is om 250.000 woningen te controleren en boetes uit te schrijven? Die boetes staan immers in uw ordonnantie. Ze worden zelfs automatisch geïnd.

De administratieve mallemolen om tienduizenden boetes uit te schrijven, burenruzies te sussen, juridische geschillen op te lossen, de stress die u mensen aandoet, de afkeer van politiek en klimaatbeleid die u in de hand werkt: u neemt het er allemaal bij.

Pourquoi est-ce irréfléchi ? Parce que les propriétaires ne vont probablement pas se lancer dès demain dans un chantier de rénovation mais vont attendre puisque l'obligation ne prend effet que dans dix ans. À l'approche de la date fatidique, il y a fort à parier que la demande sera telle qu'il y aura une pénurie de matériaux et d'entrepreneurs. Dès lors, les prix s'envoleront et les propriétaires seront contraints de payer le prix fort par crainte des amendes.

En imposant une même et unique échéance à 250.000 habitations, vous êtes en train d'organiser le chaos, Monsieur le Ministre !

Par ailleurs, comment faire respecter cette obligation de rénovation ? D'ici 2033, disposerez-vous d'une administration à même de contrôler les habitations et d'infliger des dizaines de milliers d'amendes ? Sans parler des conflits de voisinage, des litiges, du stress occasionné qui dégoûtera un peu plus les citoyens de la politique et de vos mesures en faveur du climat.

Comme je l'ai déjà dit, il existe pourtant d'autres systèmes qui ne se fondent pas sur une seule échéance.

Partager
10:09 § 167 → Vidéo
Partager

Er bestaan andere systemen, die niet met één deadline voor alle woningen werken. Dat heb ik u al eerder uitgelegd.

Dat brengt me bij mijn derde punt: uw renovatiewetgeving is onrechtvaardig. Een concreet geval volstaat om dat in te zien. Een gepensioneerd koppel woont in een slecht geïsoleerd rijhuis. Jammer voor hen. Misschien hebben die mensen op hun oude dag en met alleen een pensioen om van te leven geen zin meer om hun woning grondig te renoveren. Zij willen gewoon rustig in hun huis blijven, met hun oude badkamer, hun oude keuken en hun slechte ramen. Wilt u zulke mensen echt verplichten om hun woning tegen 2030 te renoveren? Zo staat het in elk geval in de ordonnantie: iedereen moet renoveren, en anders krijgen ze een boete. Dat is het klimaatbeleid dat u wilt invoeren.

Een andere absurditeit in deze wetgeving is wat de Brusselaars boven het hoofd hangt als ze tegen 2030 geen EPB-certificaat voor hun woning hebben. Zij begaan dan een milieumisdrijf. Ze lopen het risico op een gevangenisstraf en een boete tot 100.000 euro. Daarover wordt hier vandaag blijkbaar gestemd.

Het ergste vind ik nog dat het EPB-systeem, waarvan je zou verwachten dat het tot in de details geregeld is, hoegenaamd niet klaar is. Daarvoor is het wachten tot de volgende regeerperiode. Als ik daar tijdens de commissievergadering vragen over stel, antwoordt u dat het niet de bedoeling is om de burgers te straffen. Dat staat anders wel in uw ordonnantie. Daar is zelfs een heel automatisch boetesysteem vanaf 2033 in uitgewerkt. Wie onder een boete uit wil komen, zal moeten aantonen dat er sprake is van overmacht. De betrokkene moet dus bewijzen dat hij zijn best heeft gedaan, of dat hij een renovatie financieel niet aankon enzovoort. Tegen 2033 zouden er 250.000 woningen gerenoveerd moeten zijn.

Pourquoi est-ce injuste ? Parce ce projet d'ordonnance impose à chaque citoyen, quelle que soit sa situation, de se lancer dans une rénovation, sous peine de se voir infliger une amende.

Une autre absurdité de votre politique climatique : tout Bruxellois dépourvu de certificat PEB pour son habitation commettra une infraction en matière d'environnement, passible d'une peine de prison et d'une amende jusqu'à 100.000 euros. Tel est l'enjeu du vote de ce jour.

Le pire est que le système PEB, censé être la clé de voûte, est loin d'être prêt, ce sera pour la prochaine législature. En commission, vous affirmiez ne pas vouloir pénaliser le citoyen, or votre texte prévoit l'inverse.

Partager
10:12 § 169 → Vidéo
Partager

De niet-naleving van de EPB-verplichting wordt als een milieumisdrijf beschouwd, maar welke sancties zullen daaraan vasthangen?

U zegt voorts dat we ons geen zorgen hoeven te maken en dat u de burgers financieel zult ondersteunen. Waar haalt u de nodige middelen voor die ondersteuning vandaan? In de meerjarenbegroting staat dat we 0,5 miljard euro moeten besparen in 2025 en 1 miljard euro in 2026. U maakt de Brusselaars dus van alles wijs. U scoort nu al niet goed wat de uitbetaling van beloofde steun betreft. Het budgettaire kader is bovendien niet erg rooskleurig en staat uw plannen in de weg.

Ik heb dan ook een paar oprechte vragen, waarop ik een echt antwoord hoop te krijgen. Denkt u echt dat alle Brusselaars in 2030 een EPB-certificaat zullen hebben? Denkt u echt dat er 250.000 woningen gerenoveerd zullen zijn tegen 2033? Denkt u echt dat er geld is om daarvoor de nodige steun uit te trekken?

Ik ben benieuwd naar uw uitleg, want ik geloof niet dat uw plannen haalbaar zijn. Met onmogelijke eisen, forse sancties en zware procedures geven we de Brusselaars alleen onnodig stress. Er zijn andere systemen, die beter werken en die ook aanzetten tot renovatie. Ik deel uw renovatiebetrachting. Iedereen heeft er baat bij om in een comfortabele woning te wonen en minder energiekosten te betalen. U moet evenwel de Brusselaars meekrijgen in uw beleid en dat zal niet lukken met wat er vandaag op tafel ligt. De N-VA-fractie zal dan ook tegenstemmen.

(Applaus)

Vous dites vouloir soutenir financièrement les citoyens, comment ? Vu les économies budgétaires annoncées, vous mentez aux Bruxellois. Le cadre budgétaire actuel n'incite pas à l'optimisme et va à l'encontre de vos projets.

Même si je ne pense pas obtenir de réponses à mes questions, j'aimerais savoir si vous pensez en toute sincérité atteindre l'objectif de certificat PEB aux mains de chaque propriétaire en 2030 ainsi que l'objectif de rénovation de 250.000 logements trois ans plus tard.

Au lieu de proposer des mesures incitatives et de soutien aux Bruxellois, vous préférez miser sur des exigences impossibles, des sanctions sévères et des procédures complexes qui vont stresser inutilement les citoyens. Certes, je souhaite moi aussi voir davantage d'habitations rénovées, mais nous divergeons sur la méthode. Votre projet ne suscitera pas l'adhésion des Bruxellois. La N-VA votera donc contre.

(Applaudissements)

Partager
10:15 § 173 → Vidéo
Partager

M. Martin Casier (PS).- Refaisons le débat en profondeur puisque certains collègues le souhaitent. Je tiens tout d'abord à refixer un cadre et un contexte qui sont essentiels et qui manquent dans les deux interventions précédentes. Pourquoi agir de la sorte ? Le cœur de l'histoire est qu'il y a près de deux ans, des centaines, des milliers de Wallons et de Flamands se sont retrouvés sous eaux, perdant à la fois leur maison et leur tranquillité de vie. Et ce sont les plus précarisés d'entre eux qui, malheureusement, ont été les plus touchés. C'est aussi tout un tissu économique et l'aménagement public qui ont été détruits.

À travers cet exemple le plus récent dans notre pays, je rappelle que le réchauffement climatique n'est pas une lubie, il se manifeste déjà concrètement aujourd'hui. Ses conséquences nous obligent, en tant que responsables politiques, à prendre l'urgence de la situation à laquelle nous sommes confrontés, laquelle se répétera probablement aussi cet été. En effet, d'après les prévisions, notre Région connaîtra une très grande sécheresse. D'ailleurs, il ne suffit pas d'aller très loin : Barcelone fait face à la plus grande sécheresse de son histoire avec une absence totale de pluie depuis près de trois ans !

J'ai souvent entendu dire que nous sommes d'accord, mais que nous pourrions le faire différemment... Cela ne suffit pas ! Discutons alors comment le faire différemment ! Nous ne pouvons pas donner l'impression qu'il n'est pas impératif de fixer urgemment des objectifs aujourd'hui. C'est l'objet du présent projet d'ordonnance. Certes, les objectifs sont fixés à court terme, mais ils sont à la hauteur des obligations que nous impose la situation. Ils sont par ailleurs sans doute le résultat d'une inaction prolongée dans ce domaine.

De heer Martin Casier (PS).- In de twee voorgaande betogen mis ik de context. Waarom voeren we dit alles door? Zo'n twee jaar geleden verloren honderden, ja duizenden Walen en Vlamingen hun huis door overstromingen, die de kwetsbaarsten het zwaarst troffen en ook de economie en de openbare voorzieningen aantastten. Barcelona kent momenteel de ergste droogte uit zijn geschiedenis - bijna drie jaar zonder regen - en ook in ons gewest wordt deze zomer grote droogte verwacht.

De klimaatverandering wordt dus heel concreet voelbaar. Daarom doet deze ordonnantie wat al te lang is nagelaten: ambitieuze kortetermijndoelstellingen vastleggen.

Partager
10:18 § 175 → Vidéo
Partager

Indépendamment de ce que nous pourrions penser de ces objectifs, un deuxième cadre s'impose à nous : celui des réglementations européennes. Ces 47 %, c'est l'effort que Bruxelles réalisera pour atteindre l'ajustement à l'objectif 55 (Fit for 55) de la Commission européenne. C'est donc à la fois une obligation légale européenne, et morale pour les responsables politiques que nous sommes.

En la matière, il y a une bonne nouvelle : les émissions de CO2 du bâti bruxellois ont déjà baissé de près de 40 %. Une grande part du chemin est déjà parcourue. Il faut, là aussi, arrêter d'agiter le chiffon rouge de la peur.

Néanmoins, ce qui reste devant nous est énorme. Je rejoins Mmes Van Achter et Czekalski : cela nécessitera des moyens humains et financiers considérables. Or, la Région bruxelloise ne se donne pas encore la possibilité d'atteindre ces objectifs. Aujourd'hui, nous fixons un cadre législatif. Demain, le gouvernement sera tenu d'y consacrer les moyens nécessaires.

L'alliance Rénolution, qui permet à tous les acteurs de se coordonner, de se concerter, de se mobiliser, de créer de l'emploi et de former des gens aux nouvelles technologies, est en place. Elle doit, comme nous l'avons souvent souligné, monter en régime. Nous ne disposons pas encore de suffisamment de travailleurs et travailleuses, ni même de certificateurs PEB, pour atteindre nos objectifs, mais l'ordonnance prend ce problème à bras-le-corps.

Met het Fit for 55-pakket legt de Europese regelgeving het Brussels Gewest al een reductiedoelstelling van 47% tegen 2030 op. Het goede nieuws is dat de CO2-uitstoot van de Brusselse gebouwen al met bijna 40% gedaald is. Laten we dus niet in doemdenken vervallen. Tegelijk hebben collega's Van Achter en Czekalski gelijk als ze erop wijzen dat doelstellingen bepalen niet genoeg is: er zullen veel mensen en middelen moeten worden ingezet. Daar zal de regering in de nabije toekomst voor moeten zorgen.

De Alliantie Renolution verenigt daartoe alle betrokken spelers, maar er zal meer nodig zijn. De ordonnantie komt tegemoet aan de behoefte aan voldoende werkkrachten en EPB-controleurs.

Partager
10:20 § 177 → Vidéo
Partager

J'en viens à ce qui constitue, pour le PS, le cœur de l'enjeu : cette transition doit être juste. Et pour que tel soit le cas, il faudra investir, mais surtout sortir de la logique des primes qui prévaut actuellement et qui n'est pas à la hauteur des défis. En effet, comme le montrent les chiffres, les personnes qui accèdent aux primes ne sont pas les plus précarisées. Par ailleurs, un tel système reste limité aux initiatives individuelles. Tout le monde n'est pas à même de porter le même regard sur de tels travaux et d'avoir envie de les réaliser. À cet égard, je partage l'avis de Mme Van Achter selon lequel certaines personnes âgées ne souhaitent plus se lancer dans cette démarche.

Il est donc clair que les primes ne suffiront pas. Nous devrons nous orienter vers une organisation de la rénovation par quartier, gérée par les pouvoirs publics, et trouver un mode de financement de cette action à même de relever ce défi. Il s'agira de décider que dans un quartier donné, toutes les toitures seront rénovées et équipées de panneaux solaires.

Contrairement à ce qu'affirme Mme Czekalski, nous savons ce qui doit être isolé prioritairement pour atteindre les objectifs. Par ailleurs, le certificat PEB vise aussi à clarifier, pour chaque habitation, les travaux à réaliser. Il y a donc un ciblage clair des travaux à réaliser et un accompagnement des propriétaires concernés.

Je le répète, il faut sortir de la logique des primes. La prochaine législature devra s'y atteler en priorité et s'orienter vers une action publique beaucoup plus concertée, structurelle et récurrente dans nos quartiers.

Je souhaiterais encore aborder deux points.

D'abord, je réitère mes inquiétudes sur la question des copropriétés. Monsieur le Ministre, les propositions qui ont été faites constituent une belle avancée pour encourager les copropriétés à engager de tels travaux, mais ce point restera le nerf de la guerre. Comme cela a été rappelé, 40 % du bâti est en copropriété en Région bruxelloise. Cela reste un point central. Nous avons progressé par rapport à la législation existante. Cela suffira-t-il ? Nous devrons suivre cela de très près et veiller à ce que les travaux nécessaires soient entrepris.

Voor de PS moet de klimaattransitie vooral rechtvaardig zijn. Het huidige premiesysteem bereikt de meeste behoeftigen niet en werkt enkel als eigenaars zelf het initiatief nemen. We moeten het over een andere boeg gooien. De volgende regering moet een systematische, overheidsgestuurde woningrenovatie op wijkniveau organiseren, alsook de financiering daarvan.

Mevrouw Czekalski stelt dat we niet weten welke onze prioriteiten zijn. Dat klopt niet. Mede dankzij de EPB-certificaten weten we heel goed welke isolatiewerkzaamheden eerst moeten worden uitgevoerd. We begeleiden de eigenaars daar ook bij.

Een heikel punt blijft de renovatie van woningen in mede-eigendom. Mijnheer de minister, uw voorstellen zijn een stap in de goede richting. Ze moedigen mede-eigenaars aan om renovaties uit te voeren, maar volstaan ze?

Partager
10:23 § 179 → Vidéo
Partager

Un dernier point, que j'ai évoqué dans le cadre de la commission, concerne les amendes, qui sont le pendant des obligations. Ces deux éléments sont indissociables d'une politique publique efficace.

Mme Van Achter fait fi de toutes les exceptions prévues par l'ordonnance, et de la possibilité pour les propriétaires d'expliquer pourquoi ils n'atteignent pas les objectifs de rénovation. Celles-ci existent pourtant bel et bien.

Je crains néanmoins que cette procédure ne soit un peu longue et complexe et ne permette pas la souplesse nécessaire pour les personnes concernées.

L'honnêteté intellectuelle exige de reconnaître qu'il existe des exceptions et des procédures. Ce que nous souhaitons, c'est que l'on puisse les suivre de près, pour s'assurer qu'elles atteignent leurs objectifs, c'est-à-dire éviter que tout un ensemble de personnes ne soient pénalisées à tort.

Voilà ce qu'il me paraissait important de rappeler, au nom de mon groupe.

(Applaudissements)

Een efficiënt beleid vereist ook verplichtingen en boetes. Mevrouw Van Achter negeert het feit dat in vele uitzonderingen is voorzien en dat eigenaars de mogelijkheid hebben te verantwoorden waarom ze bepaalde renovatiedoelstellingen niet halen.

Wel is de procedure te lang en complex en mist ze de nodige flexibiliteit. Voor de PS-fractie is het van belang de uitzonderingen en procedures nauwlettend te volgen, zodat ze hun doel bereiken en mensen niet onterecht beboet worden.

(Applaus)

Partager
10:24 § 181 → Vidéo
Partager

M. Bruno Bauwens (PTB).- Monsieur le Ministre, le texte que vous proposez aujourd'hui est non seulement déconnecté, mais aussi dangereux et scandaleux. Nous passons à une obligation de rénovation qui va forcer des milliers de citoyens à faire des travaux alors qu'ils n'ont pas tous les moyens de les réaliser. Votre texte prévoit en outre de nombreuses amendes.

Au PTB, nous avons déjà reçu des dizaines d'interpellations et de témoignages à cet égard. De nombreuses personnes nous disent qu'après avoir éprouvé de grosses difficultés, elles sont enfin parvenues à acheter leur maison. Aujourd'hui, elles ont leur prêt à rembourser et, avec le coût de la vie, elles sont dans l'impossibilité de payer ces rénovations obligatoires.

Ce que le PTB propose pour aider ces personnes, Monsieur le Ministre, c'est un système de tiers payant comme celui en vigueur en Allemagne. Dans le cadre de ce système, une banque publique avance les fonds pour une rénovation et le propriétaire rembourse ce montant grâce aux économies qu'il réalise sur sa facture d'énergie. Ce système a permis de rénover des centaines de milliers de maisons en procédant par vagues, rue par rue, par le biais de rénovations collectives là où les besoins sont les plus marqués.

Votre texte, en revanche, propose le contraire. Vous dites aux citoyens de se débrouiller en proposant un système de primes inaccessibles qui bénéficient principalement à ceux qui ont les moyens. Aux autres, vous infligez des amendes. Monsieur le Ministre, pouvez-vous me citer un seul système qui prouve qu'infliger une amende à quelqu'un qui n'a pas d'argent va l'aider à rénover sa maison ? Je ne connais pas d'exemple de ce type et je crains que votre gros salaire de ministre vous empêche de prendre conscience des difficultés qu'éprouvent de nombreux Bruxellois à payer ces rénovations obligatoires.

(Applaudissements sur les bancs du PTB)

De heer Bruno Bauwens (PTB).- De PTB ontvangt talloze getuigenissen van mensen die met veel moeite een woning hebben kunnen kopen en daarna onmogelijk nog renovaties kunnen betalen.

We moeten die mensen helpen met een derde-betalersregeling naar Duits model. Daarbij schiet een overheidsbank de renovatiekosten voor en betaalt de eigenaar die terug dankzij de uitgespaarde energiekosten. In Duitsland worden zo straat na straat honderdduizenden huizen gerenoveerd.

Uw tekst zadelt mensen met een onmogelijke verplichting op. De premies komen vooral ten goede aan wie ze niet nodig heeft en de anderen krijgen boetes. Dat is een ware schande. Hoe kunnen boetes iemand helpen om zijn renovatie te betalen? Met uw royale ministerloon kunt u zich wellicht niet voorstellen wat dat voor een gewone Brusselaar betekent.

(Applaus bij de PTB)

Partager
10:27 § 187 → Vidéo
Partager

Mme Marie Nagy (DéFI).- Ce n'est pas moi, écologiste de la première heure qui ai battu le pavé des milliers d'heures pour réclamer la prise en considération du climat, qu'il faut convaincre de l'importance du texte soumis aujourd'hui et des objectifs fixés : les accords de Paris, le paquet « ajustement à l'objectif 55 », etc. C'est même une question cruciale pour garantir la possibilité d'une qualité de vie pour la majorité des habitants de notre Région, mais aussi de notre pays, de notre continent et même de la planète tout entière. Pour DéFI, la question climatique est donc essentielle. Nous la regardons avec attention et pragmatisme, tout en veillant à ce qu'elle soit socialement très juste.

Monsieur le Ministre, comme je vous l'ai dit en commission, il est important d'employer un langage vérité et d'associer tous les secteurs, toutes les forces vives politiques de la Région, dans une alliance pour le climat afin d'atteindre les objectifs. Or, malgré des efforts qu'il faut reconnaître, notamment à travers l'alliance Rénolution ou les Assemblées citoyennes pour le climat, la force d'adhésion et de mobilisation autour d'objectifs concrets et vrais - j'insiste sur ce terme - n'est pas encore tout à fait au rendez-vous.

Je ne reviendrai pas sur la question de l’Assemblée citoyenne, que mon collègue Jonathan de Patoul a longuement abordée en commission. Je voudrais néanmoins redire les éléments très positifs à saluer de ce texte, à savoir : la modification du certificat PEB, un outil très contesté par les différents secteurs qui posait de réels problèmes, pour le rapprocher d'une consommation réelle et d'une harmonisation au niveau des trois Régions ; la formation des certificateurs et le renforcement de leur rôle ; une première réponse apportée à la question de l'isolation dans les copropriétés.

Mevrouw Marie Nagy (DéFI).- Mijnheer de minister, het is belangrijk om alle sectoren en gewestelijke politici samen te brengen in een klimaatalliantie om onze doelen te bereiken. Ondanks alle inspanningen is er nog altijd geen sprake van een breedgedragen onderschrijving van concrete en onverbloemde doelstellingen.

Er staan uiterst positieve punten in de tekst, zoals de wijziging van het EPB-certificaat in de zin van een reële weerspiegeling van het verbruik, de onderlinge afstemming van de drie gewesten, de opleiding van de EPB-verslaggevers en de uitbreiding van hun rol en een eerste reeks maatregelen ter stimulering van de renovatie van mede-eigendommen.

Partager
10:30 § 189 → Vidéo
Partager

Mais le travail à mener est colossal. Il faut reconnaître que l'option choisie, inspirée fortement de l'Europe, j'en conviens, est terriblement productiviste : de grandes rénovations sans que soient pris suffisamment en considération la qualité des matériaux, leur bilan carbone ou la question des comportements.

Nous nous devons de rappeler les chiffres. Les classes F et G représentent, en Région bruxelloise, 268.795 logements, qui sont censés avoir fait l'objet d'améliorations d'ici à 2033 en vue de ressortir au moins à la classe E. Ces chiffres proviennent du tableau de Bruxelles Environnement. Les classes D, E, F et G représentent 496.542 logements. Ceux-ci sont censés avoir l'objet d'améliorations d'ici à 2045 pour passer au moins dans la catégorie C.

Cela représente à peu près 297.532 chantiers et interventions au total, ce qui nous amène à 29.700 chantiers par an. Ainsi, contrairement à ce qui était annoncé dans le plan air-climat-énergie précédent, l'effort à consentir ne visera pas un passage de 1 % de rénovations à 3 %, mais probablement à un taux de 5,5 %.

Bien que ces chiffres soient à prendre avec précaution, ils indiquent clairement l'effort considérable à fournir en matière de travaux et d'investissements tant publics que privés. En outre, ils plaident en faveur d'une vision consolidée et réelle de la situation actuelle des besoins et de la taille des efforts à fournir.

Er is nog veel werk aan de winkel. U hebt gekozen voor grote renovatieprojecten waarbij jammer genoeg onvoldoende rekening wordt gehouden met de kwaliteit van het materiaal, het verbruik door de bewoners enzovoort.

In het Brussels Gewest zijn er 268.795 woningen van EPB-klasse F of G, die tegen 2033 minstens tot klasse E moeten behoren. De woningen uit klasse D, E, F en G (496.542) moeten tegen 2045 tot klasse C behoren. Dat komt neer op 29.700 werven per jaar, of 5,5% van de woningen en niet 3%, zoals u aankondigde.

Partager
10:32 § 191 → Vidéo
Partager

Je regrette évidemment que l'on sanctionne par des amendes les propriétaires qui ne parviendront pas à atteindre les objectifs. La situation ainsi créée mènera à un goulot d'étranglement à tous les niveaux : autorisations de permis d'urbanisme, financement, entreprises, main-d’œuvre...

C'est ainsi, Monsieur le Ministre, que vous avez prévu des circonstances atténuantes. Il me semble qu'il faut encore débattre de cette question. Pendant deux ans, des citoyens vont s'adresser à l'administration pour prouver qu'ils ne sont pas en mesure de réaliser les travaux. En fin de compte, le Collège d'environnement leur signifiera qu'ils n'auront pas à payer d'amende ou à n'en payer que la moitié, etc. Cette situation va créer une véritable usine à gaz dont la Région bruxelloise n'a pas besoin. Nous avons déjà suffisamment de problèmes d'ordre administratif.

Personnellement, j'ai toujours plaidé pour que les comportements favorables à l'environnement soient favorisés, en d'autres termes, que les citoyens œuvrant à améliorer le climat et l'environnement soient avantagés. Je suis donc opposée à l'idée de sanctionner un comportement pour améliorer la situation. Nous devons éviter de propager l'idée qu'environnement et protection du climat sont des obligations auxquelles il faut se plier sous peine d'amende. Ce n'est pas comme ça que l'on suscite l'enthousiasme, l'adhésion, la volonté de bouger.

J'aurais aimé que nous allions dans le sens de M. Casier, mais, à la suite de la proposition du ministre Maron, le gouvernement a décidé d'agir autrement. Le groupe DéFI respectera sa décision, mais j'aurais préféré travailler sur la base d'incitants, d'aides, d'éléments positifs plutôt que de sanctions qui vont mettre en difficulté de nombreux Bruxellois. Celles-ci auront en outre des impacts sur le marché du logement, l'accessibilité et le coût de ce dernier.

Ik betreur dat eigenaars die de doelstellingen niet halen, worden beboet. Er is immers te weinig capaciteit om voor alle woningen de vergunningen, de financiering en de eigenlijke werken rond te krijgen. U wijst wel op de mogelijkheid van verzachtende omstandigheden, maar die moeten nog verder uitgeklaard worden. In elk geval zullen heel veel burgers proberen te bewijzen dat ze de werken niet konden uitvoeren en zal de administratie dat allemaal moeten onderzoeken. Dat betekent heel veel overbodige administratieve rompslomp.

Ik geloof veel meer in het stimuleren van gedrag dat goed is voor het milieu. Dat werkt veel beter dan sancties. We mogen niet de idee verspreiden dat milieuzorg iets is dat je alleen met verplichtingen en straffen kunt afdwingen, maar moeten meer inzetten op het enthousiasme en de goede wil van de burgers.

Partager
10:35 § 193 → Vidéo
Partager

Aujourd'hui, cela n'a pas encore été tout à fait mesuré, alors que le secteur du logement est confronté à une crise sociale sans précédent. Je ne me suis d'ailleurs pas attardée sur les 60.000 logements publics qui vont devoir jouer un rôle exemplaire en la matière, ce que je salue bien évidemment.

Ce projet est essentiel, et DéFI le soutiendra loyalement, mais je pense qu'à un moment donné, il faut oser parler vrai, dire les choses clairement et s'efforcer d'opter pour des solutions plus justes et plus pragmatiques.

(Applaudissements sur les bancs de DéFI)

Ondertussen kennen we een huisvestingscrisis zonder voorgaande en dan zwijg ik nog over de 60.000 openbare woningen die een voorbeeld zouden moeten zijn. DéFI zal dit belangrijke ontwerp loyaal steunen, maar we pleiten voor meer rechtvaardige en pragmatische oplossingen.

(Applaus bij DéFI)

Partager
10:37 § 199 → Vidéo
Partager

- De plenaire vergadering van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement wordt wegens technische problemen geschorst om 10.37 uur.

- En raison de problèmes techniques, la séance plénière du Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale est suspendue à 10h37.

Partager
10:51 § 203 → Vidéo
Partager

- De plenaire vergadering van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement wordt hervat om 10.51 uur.

- La séance plénière du Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale est reprise à 10h51.

Partager
10:51 § 205 → Vidéo
Partager

De voorzitter.- Mijn excuses voor de technische problemen. Ik dank de diensten voor hun snelle reactie.

M. le président.- Je vous présente mes excuses pour les problèmes techniques et remercie les services pour la rapidité de leur réaction.

Partager
10:51 § 207 → Vidéo
Partager

Mevrouw Els Rochette (Vooruit.brussels).- Voor Vooruit.brussels is het essentieel dat er grote stappen worden gezet om van Brussel tegen 2050 een energieneutrale stad te maken. De doelstellingen die in de klimaatordonnantie van juni 2021 zijn vastgelegd, zijn ambitieus. Dat is niet meer dan normaal: alle Brusselaars willen gezonde lucht kunnen blijven inademen, iedereen wil dat de grote periodes van droogte in Europa worden teruggedrongen.

Het is al lang duidelijk dat een lager energieverbruik en een goede isolatie van het woningenbestand de uitstoot kunnen helpen verlagen. De uitdaging om de Brusselse woningen te renoveren en energiezuinig te maken, is echter enorm. Dat geldt zeker in wijken met veel oude woningen en huurwoningen.

Vooruit.brussels pleit er dan ook voor om de verantwoordelijkheid voor de renovaties niet alleen bij de eigenaars te leggen. Velen van hen, zeker als ze maar één woning bezitten, hebben het financieel niet breed. Een renovatie is duur en veel Brusselaars kunnen dat niet aan.

De renovaties moeten per wijk worden aangepakt en burgers moeten daarbij goede ondersteuning krijgen. Het is logisch dat de renovaties van start gaan in die wijken waar de renovaties het dringendst zijn. Daar is het gemakkelijkst winst inzake energie-uitstoot te behalen. Het gaat met andere woorden om een win-winsituatie voor die wijken en voor het klimaat.

Ik begrijp dat er in de ordonnantie een renovatieverplichting is opgenomen, maar die mag geenszins tot uitsluiting van de minstbedeelden leiden. Vooruit.brussels wil dat er aandacht is voor sociale maatregelen. We kijken dan ook met enig wantrouwen naar de boetes waarvan in de ordonnantie sprake is. Het moet uiteraard mogelijk zijn om eigenaars van slechte wil te beboeten. Wie echter een renovatie financieel niet aankan, moet hulp krijgen.

Ten slotte deel ik de bezorgdheid van de heer Casier in verband met de mede-eigendommen. Het is heel belangrijk dat u daar inzet op deskundige en financiële ondersteuning.

Vooruit.brussels zal deze ordonnantie goedkeuren, maar wijst erop dat de manier waarop ze zal worden toegepast, cruciaal is om de gewenste resultaten te behalen.

Mme Els Rochette (Vooruit.brussels).- Faire de Bruxelles une ville neutre en carbone d'ici 2050 est un objectif essentiel pour Vooruit.brussels.

La rénovation des logements bruxellois et leur sobriété énergétique sont un énorme défi, dont la responsabilité ne doit pas incomber uniquement aux propriétaires, car tous n'ont pas les moyens de le relever.

Les rénovations devraient être abordées quartier par quartier, en commençant par ceux dont le bâti est le plus ancien et qui comportent le plus de logements locatifs.

L'obligation de rénovation prévue par l'ordonnance ne doit en aucun cas conduire à l'exclusion des plus démunis. Les propriétaires qui n'ont pas les moyens d'assumer une rénovation devraient être aidés plutôt que sanctionnés.

Enfin, je partage la préoccupation de M. Casier concernant les copropriétés. Il est très important de s'engager à fournir une expertise et une aide financière à ce niveau.

Vooruit.brussels approuvera cette ordonnance, mais souligne que la manière dont elle sera mise en pratique est cruciale pour atteindre les résultats souhaités.

Partager
10:54 § 211 → Vidéo
Partager

M. Christophe De Beukelaer (Les Engagés).- Ce projet d'ordonnance vise à intégrer dans la législation bruxelloise certains principes du plan air-climat-énergie. Il s'agit de la dernière pièce de l'ambitieux plan de rénovation lancé en 2019 par ma collègue Mme Céline Fremault. Celui-ci entendait permettre l'isolation des logements d'ici 2050 et prévoyait une vision et des mesures très ambitieuses à cette fin. Ces intentions devaient être traduites dans la législation, ce que vous avez entrepris ces cinq dernières années, même si nous aurions aimé que vous le fassiez parfois différemment.

Cependant, certaines mesures sont positives, par exemple le renforcement de l'objectif de réduction des émissions directes en vue de l'aligner sur les ambitions européennes. Nous regrettons toutefois l'absence d'avancées sur la répartition des charges nationales, une préoccupation qui nécessite une action rapide.

Pour ce qui est de la réduction des émissions indirectes, point central de votre déclaration de politique générale, il faut bien constater que les progrès sont plutôt limités. Où en est cette initiative ? Nous avons l'impression d'en être restés aux constats et mesures, sans véritable plan de réduction.

Le nerf de la guerre est, bien entendu, la rénovation du bâti. Des progrès ont été engrangés, mais demeurent vagues et les conséquences écologiques et économiques à moyen et long termes paraissent peu évaluées et anticipées. Les données chiffrées sur l'évolution du nombre de rénovations significatives et les économies en CO2 par politique menée sont insuffisantes.

De heer Christophe De Beukelaer (Les Engagés).- Dit ontwerp van ordonnantie is het laatste onderdeel van het ambitieuze renovatieplan dat mijn collega Céline Fremault in 2019 is gestart.

Positief is dat de reductiedoelstelling voor de directe uitstoot wordt opgetrokken tot op Europees niveau. De verdeling van de inspanningen tussen de gewesten blijft wel een heet hangijzer. Minder positief is dat de reductie van de indirecte uitstoot blijft steken in vaststellingen, zonder een echt plan.

Op het cruciale punt van woningrenovatie blijft het beleid in gebreke: de economische en ecologische impact van het gekozen beleid is moeilijk meetbaar. Wat is de precieze CO2-impact van elke maatregel?

Partager
10:56 § 213 → Vidéo
Partager

Nous regrettons aussi qu'aucun dispositif n'ait été mis en place pour éviter l'effet de rebond. Or, on sait que cet effet de rebond constitue un des principaux problèmes des politiques énergétiques et qu'il risque de compromettre la plupart des bénéfices environnementaux engrangés, malgré les très lourds investissements consentis. Nous vous invitons à prendre ce problème à bras-le-corps et nous regrettons que l'on ne s'y soit pas attaqué plus tôt.

De plus, il y a également les problématiques soulignées par mes collègues, à savoir celles liées aux copropriétés et aux habitats groupés, qui sont largement négligées dans le cadre du programme Rénolution et qui n'ont toujours pas trouvé de vraie réponse sur le terrain.

Il a aussi été largement question des sanctions. Mon groupe ne s'y oppose pas. D'ailleurs, le plan « isolation sans frais » que nous avons déposé au Parlement prévoit une sanction financière pour le propriétaire qui n'effectuerait pas les travaux nécessaires, mais uniquement à la condition que tous les moyens aient été mis à sa disposition pour qu'il soit en mesure de les réaliser.

Or, nous savons qu'à l'heure actuelle, les propriétaires ne disposent pas de ces moyens. En effet, les travaux de rénovation nécessitent généralement des investissements considérables et d'avancer des montants importants, puisque votre politique repose essentiellement sur des primes, que celles-ci sont octroyées a posteriori et qu'elles ne couvrent qu'une partie des travaux.

Par ailleurs, il faut surtout trouver une réponse à la question de la main-d’œuvre. Déjà, à l'heure actuelle, il est très difficile de trouver de la main-d’œuvre qualifiée, à un prix et dans des délais raisonnables pour qui souhaite entreprendre des travaux dans un logement.

Avant d'imposer des sanctions aux propriétaires, nous attendons du gouvernement une réponse à ces préoccupations.

Nous plaidons pour une mutualisation des efforts de rénovation et une approche par quartier, et nous souhaitons que la thématique de la rénovation s'inscrive dans une réflexion approfondie sur les innovations en matière de chaleur, comme les réseaux de chaleur qui n'ont pas été suffisamment développés pendant l'actuelle législature.

Ook wordt er niets gedaan om het reboundeffect tegen te gaan. Zoals bekend kan dat effect de milieuwinst van dure energie-investeringen volledig tenietdoen. Zoals mijn collega's al aangaven, blijft Renolution ook in gebreke wat mede-eigendommen en cohousingprojecten betreft.

Mijn fractie zou enkel achter sancties staan als de eigenaars over alle middelen zouden beschikken om een renovatie uit te voeren. Vandaag is dat niet het geval: met het bestaande premiesysteem moeten ze de kosten zelf voorschieten en er is een tekort aan bekwame vakmensen.

Ons voorstel tot invoering van 'kosteloze isolatie' pleit daarom voor een gebundelde renovatie-inspanning op wijkniveau via een derde-betalersregeling.

Ook moeten innovatieve technieken zoals warmtenetten grondig bestudeerd worden.

Partager
10:58 § 215 → Vidéo
Partager

Bruxelles est trop dépendante des énergies fossiles et a pris un retard considérable dans ce genre de politique. Imposer des sanctions sans avoir donné les moyens aux citoyens d'opérer les changements nécessaires revient à les prendre en otages. Des solutions existent pourtant, puisque nous avons notamment déposé un plan dans ce parlement proposant un système de tiers payant.

La certification de la performance énergétique des bâtiments (PEB) est aussi un levier crucial pour encourager l'amélioration de l'efficacité énergétique des bâtiments. Cependant, cette boussole est cassée et il est impératif de proposer rapidement une réforme à ce propos. Renvoyer simplement à des actions futures du gouvernement est regrettable, car nous attendons cette réforme depuis longtemps.

Il est important de mettre en place une politique incitative qui tienne compte de chaque situation spécifique, qui ne laisse personne au bord du chemin, qui anticipe l'effet rebond et les conséquences des obligations sur le marché immobilier, le secteur de la construction et les procédures urbanistiques.

Pour Les Engagés, ce projet de loi ne va pas assez loin à tous ces niveaux. Votre politique fixe de bons objectifs, mais les moyens mis en œuvre ne sont pas à la hauteur des enjeux évoqués. Pour cette raison, nous nous abstiendrons sur ce texte.

Het EPB-certificatiesysteem moet dringend worden hervormd. Les Engagés betreurt dat de regering daar pas later werk van zal maken.

Een goed renovatiebeleid houdt met elke situatie rekening, laat niemand in de steek, schat het reboundeffect in en houdt rekening met de effecten op de vastgoedmarkt, de bouwsector en de stedenbouwkundige procedures.

Op al die vlakken schiet de voorliggende tekst tekort. Daarom zal Les Engagés zich onthouden.

Partager
11:00 § 217 → Vidéo
Partager

De heer Pepijn Kennis (Agora).- Ik neem het woord omdat het ontwerp van ordonnantie belangrijke bepalingen in verband met de broodnodige renovatie van de Brusselse gebouwen bevat, maar ook omdat de Burgerraad voor het Klimaat er wettelijk in wordt verankerd. Dat laatste is een stap vooruit, maar tegelijk ook maar een van de vele initiatieven van deze regeerperiode om de Brusselaar bij het beleid te betrekken, zonder hem evenwel het laatste woord te geven.

Agora onderstreept dat het een stap vooruit is om de burger bij een thema te betrekken waarin het algemeen belang en de lange termijn centraal moeten staan, maar door de overvloed van modellen en organisatieniveaus dreigt er verwarring te ontstaan. Daarom ijvert Agora al van bij de start voor een permanente burgerassemblee met bindend zeggenschap, die naast het parlement bestaat.

Bij gebrek daaraan blijft het behelpen met thematische initiatieven, die inzake organisatie, impact en follow-up te sterk afhangen van de welwillendheid van de regering. Wat hebt u trouwens gedaan met de resultaten van de vorige burgerassemblee voor het klimaat, die onlangs haar werkzaamheden heeft afgerond? Welke garanties zijn er dat de volgende regering het initiatief zal voortzetten?

Wij vroegen in ieder geval zelf aan de Brusselse Burgerassemblee hoe ze de klimaatdoelstellingen wil halen. Voor de renovatiestrategie kwam ze met vier voorstellen. Het eerste betreft het op efficiënte en inclusieve wijze informeren van alle Brusselaars over de bestaande mogelijkheden. Op dat vlak is er nog veel werk aan de winkel.

M. Pepijn Kennis (Agora).- Ce projet d'ordonnance donne un ancrage légal à l'Assemblée citoyenne pour le climat. C'est une avancée.

Il est positif que ce gouvernement ait impliqué à plusieurs reprises les Bruxellois dans des politiques, mais Agora déplore que leurs avis ne soient pas contraignants et la multitude des modèles de consultation. C'est pourquoi nous militons depuis le début pour une assemblée citoyenne permanente.

À défaut, nous devons nous contenter d'initiatives thématiques dont l'organisation et le suivi dépendent trop du bon vouloir du gouvernement. D'ailleurs, qu'avez-vous fait des résultats de la précédente Assemblée citoyenne pour le climat ? Comment garantir que le prochain gouvernement poursuivra ?

L'assemblée citoyenne bruxelloise a quatre propositions en matière de rénovation. La première est d'informer tous les Bruxellois sur les possibilités de manière efficace et inclusive.

Partager
11:02 § 219 → Vidéo
Partager

Een tweede punt bestaat erin dat de energieaudits beter moeten worden. Er is duidelijk een probleem met de EPB-certificaten en er zijn er bovendien te weinig. Ten derde moeten de gebouwen in het Brussels Gewest koolstofneutraal worden, zowel door individuele maatregelen als door maatregelen van de overheid. Dat is precies het onderwerp van deze ordonnantie. Ten slotte moet er in het Brussels Gewest zoveel mogelijk lokale en groene energie geproduceerd worden.

Deze ordonnantie preciseert de regelgeving in verband met Renolution. Die moet eenvoudiger en toegankelijker worden. De huidige begeleidings- en financieringsmogelijkheden voor renovaties voldoen niet. Vandaag gaan de Renolutionpremies vooral naar gegoede Brusselaars en welgestelde wijken. Dat is ook logisch, want de burgers moeten de kosten van de werken voorschieten. Bovendien vindt niet iedereen even gemakkelijk zijn weg in het administratieve kluwen of kan hij vlot een verbouwing organiseren. Het beleid is dan ook te exclusief gericht op eigenaars-bewoners, en dat in een gewest met 60% huurders en 40% mede-eigendommen. De situatie is hier veel complexer dan elders.

Hoewel Renolution enkele vereenvoudigingen in het contact met de burgers mogelijk heeft gemaakt, blijft het milieu- en het renovatiebeleid erg versnipperd. Die versnippering doet zich niet alleen voor tussen het gewest, de gemeenten en andere overheden, maar ook binnen het gewest zelf, waar het beleid onbegrijpelijk genoeg wordt verdeeld tussen administraties en bevoegde ministers.

De ordonnantie houdt een renovatieverplichting in voor energieverslindende woningen. De Burgerassemblee is daarvoor vragende partij. We kunnen de economische en administratieve moeilijkheden van al die renovaties, die onder meer het gevolg zijn van het beleid en van de institutionele complexiteit, echter niet zomaar afschuiven op de Brusselaars, die dan maar hun weg zouden moeten vinden tussen de premies.

Deuxièmement, les audits énergétiques doivent être améliorés, et il doit y en avoir plus. Troisièmement, les bâtiments doivent devenir neutres en carbone, tant au moyen de mesures individuelles que publiques. C'est précisément l'objet de cette ordonnance. Enfin, un maximum d'énergie verte doit être produite en Région bruxelloise.

Cette ordonnance précise la réglementation par rapport à Rénolution. Elle doit être plus simple et plus accessible. L'encadrement et les possibilités de financement des rénovations sont actuellement insuffisants. Par ailleurs, vu que les travaux doivent être prépayés, les primes vont principalement aux Bruxellois aisés. De plus, la politique est trop exclusivement axée sur les propriétaires occupants, dans une Région qui compte 60 % de locataires.

Si Rénolution a permis de simplifier un peu les contacts avec les citoyens, les politiques environnementales et de rénovation restent très fragmentées entre les différents niveaux de pouvoir et au sein de la Région.

L'ordonnance prévoit une obligation de rénovation pour les logements énergivores. Nous y sommes favorables, mais il ne s'agit pas d'en reporter les difficultés économiques et administratives sur les Bruxellois.

Partager
11:04 § 221 → Vidéo
Partager

Als we echt het verschil willen maken en de koolstofemissie van onze gebouwen willen terugdringen, dan moeten we niet langer focussen op individuele initiatieven, maar een collectieve wijkaanpak uitwerken waarbij al het werk de eigenaars uit handen kan worden genomen en waar publieke financiering van de werken via een derde-betalersregeling een tegenprestatie krijgt, in de vorm van een beperking van de huurprijs of het gemeenschappelijk maken van de grond via het principe van community land trust. De minister spreekt over wijkrenovaties, maar verwijst enkel naar Good Living, de Europese financiering vanaf 2026 en enkele proefprojecten, en niet over een structurele aanpak. Op die manier zal het niet lukken.

Enkel door de klimaatuitdaging ook aan sociale doelstellingen te linken, kunnen we iedereen mee aan boord krijgen om de noodzakelijke inspanningen te leveren. De klimaatproblemen en de vele sociale problemen hangen met elkaar samen in ons huidige economische systeem. De regelgeving die dat wil aanpakken, moet daarom de ecologische en sociale elementen op intelligente wijze aan elkaar koppelen. Het Hoog Comité voor een Rechtvaardige Transitie, dat ook op meerdere lacunes wijst, zegt hetzelfde.

De ordonnantie voorziet in de snelle renovatie van sociale woningen. Dat is een stap in de goede richting, want het is belangrijk dat de overheid haar voorbeeldrol vervult. We moeten echter ook vermijden dat mensen daardoor hun woning verliezen. De planning en de uitvoering van de renovatie van sociale woningen moeten een pak beter.

Hoewel de minister onze analyse lijkt te delen dat het sociale en het ecologische beleid aan elkaar gekoppeld moeten worden, zowel voor sociale als andere woningen, is het mij niet duidelijk op welke manier de ordonnantie concreet tegemoetkomt aan dat spanningsveld. Hoe zullen Brusselse huurders kunnen profiteren van de publieke investering via Renolution? Waar blijft de aangekondigde conventioneringstrategie? Waar is de link met de huurprijs? Hoe wordt het socialewoningenbeleid concreet gekoppeld aan het renovatiebeleid, dat te sterk steunt op premies?

Si nous voulons vraiment faire la différence, nous devons développer une approche collective par quartier avec un financement public des travaux par le biais d'un système de tiers payant avec une contrepartie, sous la forme d'un plafonnement des loyers ou d'une collectivisation des terrains selon le principe du community land trust. La rénovation des quartiers dont parle le ministre ne fait référence qu'à Good Living, aux financements européens à partir de 2026 et à quelques projets pilotes, et non à une approche structurelle. Ce n'est pas ainsi qu'on y parviendra.

Ce n'est qu'en liant le défi climatique aux objectifs sociaux que nous pourrons y arriver. C'est aussi ce que dit le Haut comité pour une transition juste.

L'ordonnance prévoit la rénovation rapide des logements sociaux. C'est positif, et ainsi le gouvernement donne l'exemple. Toutefois, pour éviter que des personnes perdent leur logement, la planification et la mise en œuvre de cette rénovation doivent être améliorées.

Comment le lien entre politiques sociales et environnementales se concrétise-t-il dans l'ordonnance ? Comment les locataires pourront-ils bénéficier d'investissements publics grâce à Rénolution ? Où en est la stratégie de conventionnement annoncée ? Comment la politique du logement social est-elle associée à la politique de rénovation, trop dépendante des primes ?

Partager
11:06 § 223 → Vidéo
Partager

De minister erkent dat de investeringen aanzienlijk zullen zijn. Hij verwijst naar een studie die gewag maakt van een terugverdientijd van dertig jaar. De Brusselse Burgerassemblee schaart zich achter dat langetermijnbeleid, maar vraagt om daarbij ook met de klimaat- en milieukosten rekening te houden. Voor sommige milieu-investeringen, zoals renovaties, treedt het terugverdieneffect van de impact van directe en indirecte CO2-uitstoot pas na zestig jaar op. Werden die specifieke terugverdieneffecten onderzocht? Op welke manier houdt de regering daar structureel rekening mee? Of verplaatst ze die milieukosten naar de productielanden van bijvoorbeeld isolatiemateriaal?

De regering wil met dit ontwerp duurzame energie promoten en wil afstappen van fossiele brandstoffen. Ook daar zit ze op de lijn van de Brusselse Burgerassemblee, die wil inzetten op lokale en hernieuwbare energie. De collectieve warmtenetten klinken echter weliswaar veelbelovend, maar zijn nog lang geen realiteit. We moeten permanent langetermijnafwegingen maken die rekening houden met de milieu-impact van renovaties of andere investeringen. Dat is een precair evenwicht, waarbij we, kijkend naar de almaar evoluerende technologie, telkens weer moeten afwegen wat de interessantste opties zijn.

Om haar strategie te objectiveren focust de regering op de EPB-certificaten. We weten dat de toewijzing ervan willekeurig verloopt en dat de richtlijnen onvoldoende duidelijk zijn. De nieuwe, zogeheten geïntegreerde methode moet beterschap brengen en zou er de komende weken komen. We weten al jaren dat er een probleem is met de EPB-certificaten en nu, om vijf voor twaalf, net voor de zittingsperiode afloopt, zou er eindelijk een beslissing komen? Wanneer dan precies? Hoe zal ze eruitzien? Hoe verloopt de overgang naar het nieuwe systeem? Het moet blijkbaar allemaal nog in deze laatste maanden worden afgerond. Dat lijkt mij onwaarschijnlijk.

Om de doelstellingen te halen, zullen ook tot 8.000 niet-delokaliseerbare banen worden gecreëerd, aldus de minister. Dat is belangrijk, want we hebben enorm veel werkzoekenden. Ook daarover heeft de Brusselse Burgerassemblee overlegd. Het systeem biedt een mooie groeimogelijkheid om mensen naar waardevolle banen toe te leiden. Het is alleen nog niet duidelijk hoe dat moet gebeuren.

Le ministre mentionne un amortissement des investissements sur 30 ans. Nous soutenons cette politique à long terme, mais nous demandons qu'il soit tenu compte des coûts environnementaux des investissements, lesquels peuvent porter l'amortissement de l'investissement à 60 ans. Cet aspect a-t-il été étudié ? Comment est-il pris en considération ? Par exemple, le gouvernement transfère-t-il ces coûts aux pays producteurs de matériaux d'isolation ?

Avec ce projet, le gouvernement veut promouvoir les énergies renouvelables. C'est positif. Toutefois, les réseaux de chaleur collectifs ne sont encore que prometteurs. Nous devons en permanence réfléchir à long terme en tenant compte de l'impact environnemental des investissements. Il s'agit d'un équilibre précaire où, compte tenu de l'évolution constante des technologies, il faut sans cesse mettre en balance les options les plus intéressantes.

Pour objectiver sa stratégie, le gouvernement se concentre sur les certificats PEB. Une nouvelle méthode, dite intégrée, devrait les améliorer. Quelle sera-t-elle ? Quand sera-t-elle d'application ? Nous espérons que ce n'est pas juste une annonce de fin de législature.

La création d'emplois non délocalisables associée à ces objectifs est intéressante au vu de nos nombreux demandeurs d'emploi. Cependant, comment y pourvoir ? Comment s'assurer d'une main-d'œuvre suffisante pour mener à bien les rénovations ? En effet, jusqu'à présent, peu de demandeurs d'emploi bruxellois ont commencé à travailler dans ce secteur.

Partager
11:08 § 225 → Vidéo
Partager

Hoe wilt u die functies invullen? Hoe denkt u daar de nodige mensen voor te vinden? Hoe wilt u ervoor zorgen dat er genoeg arbeidskrachten beschikbaar zijn om de renovaties uit te voeren? Er hebben enkele Renolab.ID-acties met tests plaatsgevonden, maar tot nog toe gingen nog niet veel Brusselse werkzoekenden in de renovatiesector aan de slag.

De regering legt een ambitieuze regelgeving voor waarmee ze tegemoetkomt aan de meeste verwachtingen van de Brusselse Burgerassemblee. Het lijkt in de goede richting te gaan, maar deze regelgeving komt er pas op een zucht van het einde van de regeerperiode.

Hoewel de ordonnantie beantwoordt aan de voorstellen van de Brusselse Burgerassemblee, blijft er veel onduidelijk: het precieze financiële kader; de meerjarenbegroting in het licht van de precaire financiële situatie van het gewest; de fiscale aspecten waarover nog moet worden beslist; de handhaving en de uitvoering. Dat wordt allemaal naar de volgende regeringsploeg doorgeschoven.

Er is dus nog veel onzekerheid over hoe alles er concreet zal uitzien. Toch komt de tekst in theorie tegemoet aan de Brusselse Burgerassemblee. In de geest van een constructieve burgerfractie zal ik de tekst dan ook goedkeuren, al blijf ik waakzaam met betreft tot de uitvoering, die de regering handig naar de volgende regeerperiode doorschuift.

Cette réglementation ambitieuse répond à la plupart de nos attentes. Nous déplorons toutefois qu'elle n'arrive qu'à la toute fin de la législature.

Par ailleurs, il reste de nombreuses incertitudes concernant le cadre financier, le budget pluriannuel, les aspects fiscaux, l'application et la mise en œuvre de ce projet.

Dans un esprit constructif, Agora approuvera ce texte, tout en soulignant qu'il faudra être vigilant sur sa mise en œuvre.

Partager
11:10 § 227 → Vidéo
Partager

M. Alain Maron, ministre.- Je remercie les rapporteuses. La présentation du rapport en séance représente, bien entendu, un travail supplémentaire, y compris pour les services, mais cela me semble utile.

Il est impératif que nous diminuions nos émissions de gaz à effet de serre. La Région bruxelloise s'est engagée sur une baisse de 47 % d'ici à 2030 par rapport à 2005, conformément aux objectifs assignés à la Belgique dans le cadre du paquet « ajustement à l'objectif 55 » et aux objectifs généraux de l'Union européenne d'une diminution de ces émissions de 55 % à l'horizon 2030, tous secteurs confondus, y compris hors quotas d'émission de l’Union européenne (ETS).

La raison en est que les effets du dérèglement climatique sont délétères et le seront toujours plus. Vouloir ralentir, suspendre ou remettre en question de tels objectifs me semble suicidaire, même si nous devons trouver les moyens d'y arriver dans le cadre d'une transition juste. Par ailleurs, nous devons nous adapter, quoi qu'il en soit, aux effets délétères déjà bien présents du dérèglement climatique.

Le bâti figure parmi les plus gros émetteurs de gaz à effet de serre. En Région bruxelloise, il occupe la première place et nous lui accordons donc une attention particulière. Sous la présente législature, le gouvernement a lancé l'alliance Rénolution, qui regroupe les administrations concernées, le secteur privé, dont celui de la construction, les représentants des propriétaires et des locataires, les partenaires sociaux, le secteur de la finance. Tous travaillent depuis des années à recenser les freins à la rénovation du bâti et à les lever.

De heer Alain Maron, minister.- Een rapport voorstellen tijdens de plenaire zitting brengt weliswaar meer werk met zich mee voor de diensten, maar het lijkt mij nuttig.

Het Brussels Gewest heeft zich ertoe verbonden om tegen 2030 zijn uitstoot van broeikasgassen met 47% terug te dringen in vergelijking met 2005. Dat stemt overeen met de doelstellingen die Europa oplegt aan België.

De reden daarvoor is dat de gevolgen van de klimaatverandering alsmaar schadelijker worden. Wie de klimaatdoelstelling naast zich neerlegt, getuigt van zelfvernietigingsdrang. We kunnen niet anders dan ons aanpassen.

Gebouwen vormen in Brussel de grootste bron van uitstoot van broeikasgassen. De regering richtte tijdens deze regeerperiode de Alliantie Renolution op, waar alle betrokken partijen in vertegenwoordigd zijn. Zij onderzoeken hoe ze de belemmeringen voor de renovatie van gebouwen kunnen wegwerken.

Partager
11:13 § 229 → Vidéo
Partager

Les groupes de travail portent sur la réglementation, l'accompagnement, le financement, la logistique, le patrimoine, la rénovation urbaine, la formation et l'emploi. Cette dynamique est positive, car elle rassemble les parties prenantes pour élaborer des solutions ensemble. Certains semblent méconnaître notre manière de travailler. Cette dynamique est en cours depuis le début de la législature et elle fonctionne. Elle est même considérée comme un exemple par d'autres régions et d'autres pays. Pour arriver à un objectif aussi ambitieux que la rénovation du bâti à grande échelle, il faut en effet réunir toutes les parties prenantes, et c'est dans une dynamique de concertation et de coordination que nous trouverons les solutions. Notre manière de travailler à Bruxelles est exemplaire et donne peu à peu de très bons résultats.

J'aime à rappeler que depuis 2005, la Région bruxelloise connaît une réduction de 30 % des émissions de CO2, dans les secteurs ne faisant pas partie du système européen d’échange de quotas d’émissions de gaz à effet de serre (non ETS), d'après les chiffres de 2022. Un résultat bien meilleur que celui de certaines Régions qui entendent nous faire la leçon !

J'entends la N-VA dire que la Région bruxelloise fait n'importe quoi, que ce n'est ni réaliste ni effectif. Toutefois, les politiques mises en œuvre à Bruxelles depuis 2005 donnent des résultats deux fois plus satisfaisants que celles mises en œuvre en Flandre dans les mêmes secteurs. Cela devrait encourager la Flandre et la N-VA à un minimum de circonspection sur ses propres politiques et à porter un regard un peu plus humble sur les politiques menées dans la Région de Bruxelles-Capitale.

Werkgroepen buigen zich over kwesties als regelgeving, begeleiding, financiering, logistiek, erfgoed, stadsvernieuwing, vorming en opleiding. De overheid, de bouwsector, de financiële wereld en andere privéspelers, huurders- en eigenaarsverenigingen: iedereen bundelt de krachten en samen worden er oplossingen uitgewerkt. Zo'n gecoördineerde aanpak werkt, want andere gewesten en landen volgen het Brusselse model.

Sinds 2005 is de CO2-uitstoot in Brussel met 30% gedaald, tenminste in sectoren die niet zijn betrokken bij het Europese emissiehandelsysteem. Daarmee doet Brussel het veel beter dan dat andere gewest dat ons zo nodig de les meent te moeten spellen. De N-VA zou dus beter wat minder hoog van de toren blazen.

Partager
11:15 § 231 → Vidéo
Partager

Ces objectifs sont atteignables calmement, sans panique, avec ordre et méthode, en concertation et avec une attention permanente à la transition juste. Personne ne peut rester sur le bord du chemin, et certainement pas à Bruxelles, où une bonne partie de la population risque déjà la précarité, y compris la précarité énergétique.

Le scandale d'aujourd'hui est dû au fait qu'une partie de la population est prisonnière de passoires énergétiques. Un récent sondage révèle que, du côté francophone, 57 % des gens estiment qu'ils doivent payer une facture d'énergie trop élevée au regard de leurs revenus. Le scandale social serait de ne pas lutter contre les passoires énergétiques et de ne pas réagir face aux factures d'énergie impayables, dans un contexte où les prix de l'énergie sont élevés et imprévisibles - et le resteront sans doute dans les prochaines années.

Nous posons des jalons clairs et prévisibles, à long terme : une certification PEB obligatoire en 2030 ; la fin des passoires énergétiques en 2033 ; la fin des niveaux D et E en 2045, pour espérer atteindre une neutralité carbone d'ici 2050. Nous répondons ainsi à la demande de celles et ceux qui travaillent sur ces questions d'avoir des législations lisibles, compréhensibles et qui donnent des résultats.

Het Brussels Gewest werkt rustig en systematisch aan zijn doelstellingen. Dat gebeurt steeds in overleg en met een rechtvaardige transitie als leidraad, want we laten niemand in de steek.

Het wraakroepende aan de huidige situatie is dat een groot deel van de Brusselaars gevangenzit in een energieverslindende woning, terwijl de energiearmoede al zo groot is. Het zou helemaal schandalig zijn als we daar niets aan zouden doen, nu de energieprijzen waarschijnlijk nog jaren hoog en onvoorspelbaar blijven.

Daarom stellen we duidelijke en juridisch waterdichte langetermijndoelen: een EPB-verplichting in 2030, alle energieverslindende woningen geïsoleerd tegen 2033, geen woningen meer met EPB-klasse D of lager tegen 2045 en hopelijk een koolstofneutraal gewest tegen 2050.

Partager
11:17 § 233 → Vidéo
Partager

C'est exactement ce que nous faisons, en ligne avec la future directive de l'Union européenne, qui sera plus que vraisemblablement approuvée. Elle accorde la priorité aux passoires énergétiques et à la nécessité de s'attaquer à ces dernières partout en Europe.

L'une des raisons de cette priorité est que, d'une part, sur le plan social, ce sont souvent des locataires et des publics précaires qui occupent des passoires énergétiques. D'autre part, cette solution apporte le meilleur rapport qualité-prix. En effet, avec un moindre investissement, les résultats obtenus sont les plus significatifs. Ce sont les raisons pour lesquelles nous avons décidé de nous attaquer à ces passoires énergétiques sous cette législature.

Il s'avère que l'Europe a décidé d'emprunter la même direction, qui devrait donc s'imposer sur l'ensemble du territoire européen. Les mesures que nous prenons à Bruxelles sont a priori compatibles avec la future directive de l'Union européenne sur la PEB. Je ne suis pas certain que ce sera le cas dans l'ensemble des Régions, mais, peu importe, dès lors que nous sommes quoi qu'il arrive alignés sur la directive.

Cette mission est-elle réalisable ? Oui, mais non sans difficulté.

Pour éviter toute confusion, comme je l'ai déjà dit, quand un bâtiment possède un certificat PEB F ou G et qu'une rénovation est demandée, cela ne signifie pas forcément une rénovation complète du bâti. En effet, pour 54 % des logements concernés, une étape de rénovation suffit. Par exemple, la rénovation ou l'isolation du toit. Pour 29 % des logements, deux étapes de rénovation suffisent. Ainsi, seule une minorité des logements sont actuellement des passoires énergétiques qui devront subir une rénovation lourde de plus de deux étapes. Cela ne veut pas dire pour autant que la rénovation sera facile, mais cela permet de relativiser les enjeux.

Certes, les copropriétés comptent des enjeux particuliers. Plusieurs d'entre vous ont abordé cette question. Affirmer que le texte et notre politique ne prévoient aucune mesure sur les copropriétés est particulièrement faux dès lors que le texte prévoit des mécanismes spécifiques pour les copropriétés. En outre, des mécanismes spécifiques sont prévus dans le cadre du futur certificat PEB et un facilitateur copropriété a été créé.

Il est donc évident que les copropriétés sont un enjeu tout à fait particulier à Bruxelles, où l'ampleur de la copropriété est plus importante encore que dans les autres Régions. Cet aspect est bel et bien intégré dans le texte.

Le certificat PEB était un instrument indicatif et devient désormais un instrument réglementaire, avec une importance sans cesse croissante. Il doit être le plus fiable possible, pour que les Bruxellois puissent l'utiliser en toute confiance.

Zo lopen we helemaal in de pas met de Europese richtlijn die naar alle waarschijnlijkheid binnenkort wordt goedgekeurd en waarmee in heel Europa energieverslindende woningen prioritair worden aangepakt.

Voor alle duidelijkheid herhaal ik dat zelfs een gebouw van EPB-klasse F of G niet per se helemaal gerenoveerd hoeft te worden. In 54% van de gevallen volstaat één renovatie-ingreep, bijvoorbeeld het dak isoleren. In 29% van de gevallen komen we er met twee ingrepen. Dat wil nog niet zeggen dat het gemakkelijk wordt, maar het plaatst een en ander toch enigszins in perspectief.

Velen onder u vroegen zich af hoe het nu moet met mede-eigendommen. Dat is inderdaad een ingewikkelde kwestie, maar het is onjuist om te beweren dat er in ons beleid en in dit ontwerp van ordonnantie geen aandacht aan wordt besteed. De nieuwe EPB-certificering bevat specifieke bepalingen en er is nu ook een facilitator voor mede-eigendommen.

Het EPB-certificaat wordt steeds belangrijker en zal in de toekomst bindend worden. Daarom moet het zo betrouwbaar mogelijk zijn. We hebben er al aan gesleuteld: sinds maart 2023 is de tweede versie van het EPB-certificaat een feit en binnen ongeveer een jaar komt de derde versie.

Partager
11:20 § 235 → Vidéo
Partager

Nous avons déjà apporté une amélioration au travers du certificat PEB 2.0, qui est en vigueur depuis mars 2023, et le certificat PEB 3.0, quant à lui, sera disponible d'ici un an. Le texte passera très prochainement en première lecture au gouvernement. Je pense pouvoir dire que le nouveau certificat sera le plus solide et le plus fiable de tous une fois qu'il aura été mis en œuvre.

A priori, il n'y a pas lieu de penser que le nombre de certificateurs PEB sera insuffisant. En effet, aucun retard n'est à signaler dans la certification, et la réforme du certificat PEB permettra une hausse du nombre de certificateurs disponibles. Pour le moment, nous dénombrons 212 certificateurs logement PEB à Bruxelles, qui délivrent entre 3.000 et 3.500 certificats par mois, et ce nombre est en augmentation.

Le fait de fusionner les métiers PEB et d'associer les certificateurs neuf aux certificateurs logement devrait permettre d'accroître de plusieurs centaines le nombre de certificateurs PEB disponibles pour la certification PEB telle qu'elle est prévue ici. Par ailleurs, l'instauration du certificateur unique pour la copropriété permettra également de simplifier et d'accroître l'efficacité du travail sur le terrain. Il n'y a donc aucune crainte à avoir à ce stade, mais il va sans dire que nous devrons intensifier la politique en la matière.

En ce qui concerne les amendes, je pense avoir été assez clair en commission. L'objectif initial n'est jamais d'infliger une amende. Les obligations évoquées dans le texte sont avant tout des obligations qui s'imposent aux pouvoirs publics plutôt qu'aux citoyens. En effet, nous avons prévu une multitude de balises pour faire en sorte que le régime de sanctions soit un régime réellement incitatif, aligné sur le régime de sanctions environnementales générales - telles que les sanctions en matière de propreté publique - voté par ce Parlement. Je m'étonne donc de voir des partis tels que la N-VA s'étonner de sanctions qu'ils ont eux-mêmes votées ici.

Er is geen reden om te vrezen voor een tekort aan EPB-controleurs, wel integendeel. Doordat de EPB-beroepen samengevoegd zijn en er geen onderscheid meer wordt gemaakt tussen verschillende soorten EPB-controleurs, zullen er honderden extra controleurs beschikbaar zijn zodra de nieuwe regelgeving van kracht wordt. Bovendien krijgen mede-eigendommen één enkele controleur toegewezen, wat het werk efficiënter maakt.

Over de boetes ben ik al voldoende duidelijk geweest in de commissie, me dunkt. Boetes zijn nooit een doel op zich en de verplichtingen waarvan sprake in de tekst, zijn in de eerste plaats bindend voor de overheid, meer dan voor de burger. Ons beleid is eerder aansporend dan bestraffend, precies zoals het parlement dat heeft goedgekeurd. Het verbaast me dan ook dat partijen zoals de N-VA zich verbazen over een boetesysteem dat ze mee hebben goedgekeurd.

Partager
11:23 § 237 → Vidéo
Partager

En plus du fait qu'il ne grandit pas les pouvoirs publics, ce discours n'est ni juste ni cohérent.

En termes de mesures prises au cours de cette législature, évoquons les 350 millions d'euros supplémentaires pour la trajectoire climat ; la simplification des primes Rénolution ; le doublement des budgets généraux par rapport à la législature précédente ; l'augmentation drastique des montants ; la couverture jusqu'à 90 % des travaux pour les tranches de revenus inférieurs ; l'augmentation du marqueur social de ces primes ; la mise en place des prêts à taux 0 et des prêts Ecoréno ; la création, cette année, d'un prêt copropriété ; l'augmentation drastique des moyens alloués à homegrade.brussels et au réseau Habitat pour accompagner les propriétaires et locataires désireux de rénover ; le lancement du Rénolab qui apporte un soutien à tous les projets innovants sur les plans technique, technologique ou de processus, tel que le soutien à la rénovation groupée ; le soutien à des projets pilotes par le Rénolab ou ailleurs ; le community land trust ainsi que l'épargne citoyenne pour la rénovation, etc.

J'évoquerai encore un travail sur la circularité. Le secteur de la rénovation du bâti ou du bâti en général est effectivement l'un des plus gros producteurs de déchets et nous devons lutter contre cela en mettant en avant le principe de la circularité dans le logement, qu'il soit neuf ou rénové. Le maintien du bâti existant et la circularité doivent devenir des mantras et c'est pour cette raison que nous avons lancé et amplifié Be Circular et Build Circular Brussels. Nous avons aussi fait les modifications législatives ad hoc pour imposer de plus en plus le modèle circulaire. Nous voulons faire en sorte que ce qui était jusqu'alors considéré - parfois légalement - comme des déchets, soit désormais considéré comme des ressources.

Ik geef enkele voorbeelden van wat we tijdens deze regeerperiode hebben gedaan. We trokken 350 miljoen extra uit voor klimaatbestendig bouwen en in het algemeen verdubbelden we de budgetten van de vorige regering; de Renolutionpremies werden eenvoudiger en socialer; lagere inkomensklassen krijgen nu tot 90% van de werkzaamheden vergoed; sinds dit jaar bestaat er een specifieke lening voor mede-eigendommen en met Renolab krijgen technisch of technologisch innovatieve projecten een steuntje in de rug.

Daarnaast wordt circulariteit steeds belangrijk. Met Be Circular en Build Circular Brussels maken we komaf met de massa's afval van de bouw- en de renovatiesector. Daarnaast hebben we ook op verschillende punten de wet aangepast. Wat tot voor kort - soms ook voor de wetgever - als afval gold, moeten we als bouwmateriaal leren beschouwen.

Partager
11:25 § 239 → Vidéo
Partager

Nous avons posé des jalons et, avec les secteurs concernés, commencé à avancer radicalement dans cette direction. Au dernier événement de Build Circular Brussels, des dizaines d'entrepreneurs déjà engagés dans ces processus étaient présents. Par rapport au précédent gouvernement, le bond accompli sous cette législature est gigantesque.

Certes, il reste beaucoup à faire. Il faut une banque-carrefour du bâtiment, qui simplifierait les démarches pour tout le monde, y compris au niveau de la performance énergétique des bâtiments. Là aussi, les choses sont en marche. Il faudra aboutir dans les mois ou les années qui viennent.

Les primes Rénolution devront être complètement intégrées dans un système unique. Nous avons déjà simplifié les procédures, mais il faudra aller plus loin, avec une seule administration au lieu d'urban.brussels et Bruxelles Environnement, soit deux budgets différents. Cette situation n'a en effet aucun sens.

Il faudra un principe de conventionnement liant, en tout ou en partie, l'octroi d'une prime à des conditions, par exemple le respect de la grille des loyers. La secrétaire d'État Nawal Ben Hamou y travaille, mais là encore, il y a du chemin à faire.

Des mécanismes innovants de financement des rénovations sont en phase de test, comme le Community Land Trust Bruxelles ou l'épargne citoyenne collective. Il faudra aller plus loin, avec des systèmes de tiers investissement et de tiers payant, de nouveaux véhicules de financement publics ou publics-privés.

Aucun modèle n'est cependant directement transposable à la Région de Bruxelles-Capitale. Il ne suffit pas de dire que l'on fera comme en Allemagne. Concrètement, c'est beaucoup plus compliqué.

Op de laatste bijeenkomst van Build Circular kwamen tientallen ondernemers af die al circulair werken. Op dat vlak hebben we deze regeerperiode een reuzenstap gezet.

Uiteraard moet er nog veel gebeuren. De komende maanden of jaren wordt er werk gemaakt van een kruispuntbank voor gebouwen, met daarin onder meer de EPB-certificaten van alle gebouwen. De Renolutionpremies zijn al toegankelijker gemaakt, maar moeten nu ook door één enkele instantie worden behandeld, dus niet langer door zowel urban.brussels als Leefmilieu Brussel, want dat is nodeloos ingewikkeld.

Er wordt geëxperimenteerd met innovatieve manieren om renovaties te financieren, zoals community land trusts en collectieve spaargroepen. Nu moeten we nog verder gaan, met bijvoorbeeld derde-betalers, derde-investeerders of PPS-constructies. Let wel, het is niet omdat iets in pakweg Duitsland werkt, dat het automatisch in Brussel ook een succes wordt. De realiteit is veel weerbarstiger.

Partager
11:27 § 241 → Vidéo
Partager

Sur le principe, ces idées sont intéressantes, mais il est facile de dire qu'il n'y a qu'à les appliquer ! Tous les pays d'Europe travaillent en ce sens et nous devrons aussi aboutir.

Concernant les nouveaux mécanismes de financement, il s'agit de travailler sur les prêts à remboursement différé. Nous avons envoyé des signaux au ministre fédéral de l'Économie, qui est chargé de ces matières, étant donné que ce système nécessite de modifier la loi fédérale sur le prêt. Ce mécanisme permet de ne rembourser le capital emprunté pour rénover qu'à la mutation du bien, ce qui ouvre beaucoup de portes, par exemple pour l'octroi de crédits à un public plus âgé. On sait en effet qu'au-delà de 40 ou 50 ans, l'accès au crédit devient plus compliqué, y compris pour du crédit à la rénovation.

Nous devons également avancer sur la rénovation par quartier. Certains projets pilotes sont en cours, mais ils se heurtent à de nombreuses difficultés, essentiellement urbanistiques. Nous devons donc aller plus loin vers la simplification urbanistique. J'espère que nous progresserons encore en la matière sous cette législature et je me réjouis de la détermination de ma collègue Ans Persoons. Quoi qu'il en soit, outre les simplifications que nous obtiendrons sous cette législature, nous devrons continuer à avancer.

Quant aux dispositifs de participation, ce texte comporte en effet des éléments relatifs à l'Assemblée citoyenne pour le climat et vise à inscrire celle-ci dans la durée. Quand j'entends le MR, j'ai l'impression que nous agissons avec amateurisme. Venez interroger les participants et les organisateurs et vous constaterez que tout est fait de manière professionnelle, en intégrant de la formation, un accompagnement, des dispositifs de suivi et de reddition de comptes. Le premier cycle a déjà fait l'objet d'un retour au gouvernement. Une deuxième évaluation plus approfondie aura lieu au mois de mai. Le comité de suivi de l'Assemblée citoyenne pour le climat reste vigilant à cet égard.

Wat de nieuwe financieringsmechanismen betreft, zou het een goede zaak zijn dat er een lening wordt geïntroduceerd waarbij het kapitaal dat wordt geleend voor renovatiewerken, pas wordt afgelost als de woning weer van eigenaar verwisselt. Daarvoor moet echter eerst de federale wetgeving worden aangepast. Met name voor iets oudere burgers zou zo'n lening uitkomst bieden: veertig- of vijftigplussers krijgen maar moeilijk een hypotheek of renovatielening.

Proefprojecten rond de renovatie van hele wijken botsen nog te vaak op hinderpalen, voornamelijk van stedenbouwkundige aard. We moeten de stedenbouwkundige regels dus nog verder vereenvoudigen, het liefst nog deze regeerperiode. Ik ben alvast blij met de vastberaden houding van staatssecretaris Persoons.

In de tekst die ik u vandaag voorleg, wordt de Burgerraad voor het Klimaat bestendigd. De MR verwijt ons amateurisme, maar vraag het maar na bij de deelnemers: alles verloopt heel professioneel, met veel opleiding, begeleiding en een gedegen follow-up. In mei volgt een tweede, ditmaal grondigere evaluatie.

Partager
11:30 § 243 → Vidéo
Partager

Rapprocher les citoyens des politiques et de l'intérêt public est compliqué, mais ces initiatives, comme d'autres, sont un moyen d'y parvenir. Les formes de mépris envers les dispositifs de participation citoyenne n'aident pas. Nous ne pouvons pas affirmer que, parce que nous sommes élus pour cinq ans, nous, les députés et membres de l'exécutif, sommes les seuls à représenter les citoyens. Les temps ont évolué. Certes, les élus doivent continuer à faire leur travail, avec toute la légitimité que leur apportent les élections, mais, en parallèle, il y a lieu de déployer des dispositifs de participation citoyenne directe. L'Assemblée citoyenne pour le climat est un dispositif parmi d'autres.

J'étais hier chez perspective.brussels, où se trouve le service de la participation. Celui-ci organisait son premier événement public pour présenter la centrale de marchés pour les outils participatifs, afin d'aider celles et ceux qui mettent en place des dispositifs de participation, que ce soient des administrations publiques, des associations ou d'autres parties prenantes. Ils ont dû dédoubler l'événement, car 130 personnes s'y étaient inscrites. Le jour où j'étais présent, il y avait 80 représentants d'administrations diverses en demande d'aide pour mettre en place des outils de participation directe et, aujourd'hui, il y en a encore 50.

Neerkijken op initiatieven rond burgerparticipatie is misplaatst. Het is niet omdat wij, parlements- en regeringsleden, voor vijf jaar verkozen zijn dat niemand anders de burgers kan vertegenwoordigen. Die tijd is voorbij. Verkozen politici moeten hun werk blijven doen, maar daarnaast is er ruimte voor directe burgerparticipatie, zoals de Burgerraad voor het Klimaat.

De Dienst voor Participatie van perspective.brussels draait op volle toeren. Onlangs moest er wegens de massale opkomst een extra avondevenement worden ingelast.

Partager
11:32 § 245 → Vidéo
Partager

Les élus doivent donc se rendre compte que les choses avancent. Nous qui sommes issus d'une élection parlementaire, nous avons certes des devoirs et une légitimité, mais le monde s'organise en parallèle - et heureusement d'ailleurs - pour faire participer toujours plus les citoyens. Nous avons tout intérêt à ce que cela se passe de la meilleure manière possible, avec professionnalisme et en articulation avec les élus.

Pour conclure, ce texte est une étape indispensable. Je remercie profondément celles et ceux qui y ont contribué, à tous les niveaux : les administrations, les cabinets ministériels, mais aussi les parlementaires. Le débat de cinq heures qui a eu lieu en commission était intéressant et riche. Nous avons tenté d'écouter celles et ceux qui ont formulé des critiques au dispositif.

Nous avons intégré les remarques et critiques émises par les parlementaires tout au long de la préparation de ce texte, qui fait l'objet d'interpellations et de discussions au Parlement depuis des mois. Nous avons aussi été attentifs aux remarques des différentes parties prenantes. Il est logique que les textes fassent l'objet d'une attention particulière, que nous soyons au maximum à l'écoute et que nous essayions de répondre aux remarques et critiques.

Ce texte est donc une forme d'aboutissement. Plus que cela, il est d'abord et avant tout une impulsion. Il y a encore beaucoup de travail à faire pour un monde plus vert et plus juste, mais nous devons et pouvons y arriver.

(Applaudissements sur les bancs d'Ecolo)

Deze tekst is een essentiële stap, en ik wil iedereen die eraan heeft bijgedragen, van harte bedanken. We hebben vijf uur lang boeiend en diepgaand gediscussieerd in de commissie, en we hebben zo goed mogelijk rekening proberen houden met uw opmerkingen en kritiek en met die van alle andere betrokkenen.

Deze tekst is dus in zekere zin een eindpunt, maar tegelijk is het een aanzet tot meer. De weg naar een groenere en rechtvaardigere wereld is immers nog lang, maar slagen zullen we.

(Applaus bij Ecolo)

Partager
11:34 § 249 → Vidéo
Partager

Mme Aurélie Czekalski (MR).- Monsieur le Ministre, vos politiques s'attaquent encore au portefeuille des Bruxellois. Vous parlez de concertation et de groupes de travail, mais les acteurs disent ne pas être entendus. Si vous organisez des réunions, il faut que les observations soient entendues.

Vos primes sont censées révolutionner la rénovation, mais elles donnent plutôt du fil à retordre au citoyen. Nombreux sont les témoignages concernant la longueur des procédures, ainsi que la complexité des démarches administratives et techniques à effectuer pour obtenir ces primes. Bref, c'est une perte de temps. Les Bruxellois se plaignent à longueur de journée de ces contraintes.

Concernant les mécanismes de financement, vous parlez de tests. Nous n'en sommes cependant plus à une période de tests. Le système doit être effective et nous devons savoir quel financement fonctionne ou pas, sans avancer à l'aveuglette.

Un premier cycle de l'Assemblée citoyenne pour le climat a été clôturé récemment. Les retours que nous en avons eus démontrent que les sujets sont orientés par le politique. Cela ne va pas. Une assemblée citoyenne doit jouir d'une réelle autonomie et ne pas être instrumentalisée par le politique.

M. Alain Maron, ministre.- Ce sont les citoyens qui décident du sujet.

Mme Aurélie Czekalski (MR).- Et les sujets reviennent ensuite en commission dans nos ordres des travaux !

Mevrouw Aurélie Czekalski (MR).- U spreekt over overleg en werkgroepen, maar de betrokken instanties zeggen dat ze niet gehoord zijn.

U rekent er eens te meer op dat de Brusselaars het gelag zullen betalen. Premies zouden renovaties moeten stimuleren, maar in werkelijkheid blijken de procedures om ze aan te vragen zo complex en tijdrovend dat ze de moeite niet waard zijn.

U zegt dat de financieringsmechanismen getest zullen worden, maar we zouden nu toch allang de testfase voorbij moeten zijn.

De deelnemers aan de Burgerraad voor het Klimaat klagen ten slotte dat de onderwerpen in te hoge mate worden bepaald door de politici. Dat is niet de bedoeling van zo'n burgerraad.

De heer Alain Maron, minister.- De burgers beslissen zelf over de onderwerpen.

Mevrouw Aurélie Czekalski (MR).- En die onderwerpen zien we dan terug in de commissie!

Partager
11:36 § 255 → Vidéo
Partager

Mevrouw Cieltje Van Achter (N-VA).- U zegt dat we ons moeten concentreren op energieverslindende woningen. Dat spreekt vanzelf. We moeten eerst de woningen aanpakken die we kostenefficiënt kunnen renoveren en waarbij de renovatie een nuttig verschil oplevert in de energieprestaties. Dat is niet het probleem. Alle woningen renoveren tegen 2033 is echter heel wat anders. Dat is niet realistisch.

De heer Alain Maron, minister.- Niet alle woningen, maar alle energieverslindende woningen. U moet precies zijn.

Mevrouw Cieltje Van Achter (N-VA).- Dat bedoelde ik, maar dat zijn er nog steeds 250.000. Die moeten inderdaad eerst aangepakt worden, maar niet op de manier waarop u dat wilt doen.

Wie geen EPB-certificaat heeft, zal zich schuldig maken aan een milieumisdrijf. Dat is buitensporig. Uitgerekend deze regeerperiode zijn er ordonnanties aangenomen om het gerecht te ontlasten en milieumisdrijven niet meer via het parket te laten beboeten, maar met behulp van administratieve sancties. De N-VA heeft dat beleid gesteund omdat het zinvol is, maar nu doet u net het omgekeerde. U bestraft burgers die geen EPB-certificaat hebben bijzonder zwaar. Dat is totaal zinloos en onaanvaardbaar. Het parket zit er trouwens ook niet op te wachten om EPB-certificaten te controleren, want het heeft echt wel andere prioriteiten in Brussel.

Mme Cieltje Van Achter (N-VA).- Il va de soi que nous devons nous concentrer sur les logements énergivores. Mais rénover tous les logements d'ici 2033, ce n'est pas réaliste.

M. Alain Maron, ministre.- Pas tous les logements, mais tous les logements énergivores.

Mme Cieltje Van Achter (N-VA).- Cela en fait tout de même 250.000. Il faut s'en occuper prioritairement, mais pas de la manière dont vous voulez le faire.

Ceux qui ne disposent pas d'un certificat PEB commettront une infraction environnementale. C'est d'autant plus excessif que plusieurs ordonnances ont été adoptées pour décharger la justice en recourant aux sanctions administratives. La N-VA a soutenu ce principe, mais vous faites désormais le contraire. Cela n'a pas de sens, car la justice a bien d'autres priorités.

Partager
11:39 § 259 → Vidéo
Partager

U hebt het de hele tijd over tests, proefprojecten, complexe procedures en het feit dat er nog een lange weg af te leggen is. Wanneer denkt u met antwoorden te komen voor de Brusselaars? Het jaar 2033 zal er heel snel zijn.

Hoelang doet u erover om uw hervorming van het EPB-certificaat rond te krijgen? Deze regeerperiode zal dat niet meer lukken. U hebt het over testfasen en de financiering die u rond moet krijgen, u verwijst naar de federale regering enzovoort.

Als u naar uzelf en naar de aanwezige parlementsleden luistert, dan weet u dat er nog heel wat vragen onbeantwoord blijven. We stemmen vandaag echter over een renovatieverplichting waar automatische boetes aan vasthangen.

Laat het duidelijk wezen dat de N-VA deze onrealistische tekst niet zal goedkeuren. Wij zijn voorstander van renovatie. Daar hebben we van bij het begin van de regeerperiode veel over gedebatteerd. Er bestaan echter andere en betere systemen om renovatie te stimuleren.

De voorzitter.- De algemene bespreking is gesloten.

Vous dites sans cesse qu'il reste encore beaucoup de chemin à parcourir. Quand pensez-vous apporter des réponses aux Bruxellois ?

Quand aurez-vous achevé votre réforme du certificat PEB ?

De nombreuses questions restent sans réponse. Nous votons aujourd'hui une obligation de rénovation à laquelle sont assorties des amendes automatiques. La N-VA n'approuvera pas ce texte, qui n'est pas réaliste. Il existe de meilleurs systèmes pour stimuler la rénovation.

M. le président.- La discussion générale est close.

Partager
11:40 § 261 → Vidéo
Partager

Discussion des articles

M. le président.- Nous passons à la discussion des articles, sur la base du texte adopté par la commission.

Article 1er

Pas d'observation ?

Adopté.

Articles 2 à 79

Pas d'observation ?

Adoptés.

La discussion des articles est close.

Nous procéderons tout à l'heure au vote nominatif sur l'ensemble du projet d'ordonnance.

Artikelsgewijze bespreking

De voorzitter.- Wij gaan over tot de bespreking van de artikelen, op basis van de door de commissie aangenomen tekst.

Artikel 1

Geen bezwaar?

Aangenomen.

Artikelen 2 tot 79

Geen bezwaar?

Aangenomen.

De artikelsgewijze bespreking is gesloten.

Wij zullen later over het geheel van het ontwerp van ordonnantie stemmen.

Partager
11:40 § 263 → Vidéo
Partager

PROJET D’ORDONNANCE PORTANT ASSENTIMENT 1° À LA CONVENTION ENTRE LE GOUVERNEMENT DU ROYAUME DE BELGIQUE ET LE GOUVERNEMENT DE LA RÉPUBLIQUE DE MOLDAVIE TENDANT À ÉVITER LA DOUBLE IMPOSITION ET À PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE FAITE À BRUXELLES LE 4 DÉCEMBRE 2008, TELLE QUE MODIFIÉE PAR LE PROTOCOLE FAIT À BRUXELLES LE 30 MARS 2017 ; ET 2° AU PROTOCOLE, FAIT À BRUXELLES LE 30 MARS 2017, AMENDANT LA CONVENTION ENTRE LE GOUVERNEMENT DU ROYAUME DE BELGIQUE ET LE GOUVERNEMENT DE LA RÉPUBLIQUE DE MOLDAVIE TENDANT À ÉVITER LA DOUBLE IMPOSITION ET À PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE FAITE À BRUXELLES LE 4 DÉCEMBRE 2008

(NOS A-809/1 ET 2 – 2023/2024)

PROJET D’ORDONNANCE PORTANT ASSENTIMENT 1° À LA CONVENTION ENTRE LE ROYAUME DE BELGIQUE ET LA RÉPUBLIQUE DE L’OUGANDA TENDANT À ÉVITER LA DOUBLE IMPOSITION ET À PRÉVENIR LA FRAUDE FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE FAITE À KAMPALA LE 26 JUILLET 2007, TELLE QUE MODIFIÉE PAR LE PROTOCOLE FAIT À KAMPALA LE 25 AVRIL 2014 ; ET 2° AU PROTOCOLE, SIGNÉ À KAMPALA LE 25 AVRIL 2014, AMENDANT LA CONVENTION ENTRE LE ROYAUME DE BELGIQUE ET LA RÉPUBLIQUE DE L’OUGANDA TENDANT À ÉVITER LA DOUBLE IMPOSITION ET À PRÉVENIR LA FRAUDE FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE FAITE À KAMPALA LE 26 JUILLET 2007

(NOS A-810/1 ET 2 – 2023/2024)

PROJET D’ORDONNANCE PORTANT ASSENTIMENT 1° À LA CONVENTION ENTRE LE GOUVERNEMENT DU ROYAUME DE BELGIQUE ET LE GOUVERNEMENT DU CANADA EN VUE D’ÉVITER LES DOUBLES IMPOSITIONS ET DE PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE FAITE À OTTAWA LE 23 MAI 2002, TELLE QUE MODIFIÉE PAR LE PROTOCOLE SIGNÉ À BRUXELLES LE 1ER AVRIL 2014 ; ET 2° AU PROTOCOLE, SIGNÉ À BRUXELLES LE 1ER AVRIL 2014, AMENDANT LA CONVENTION ENTRE LE GOUVERNEMENT DU ROYAUME DE BELGIQUE ET LE GOUVERNEMENT DU CANADA EN VUE D’ÉVITER LES DOUBLES IMPOSITIONS ET DE PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE FAITE À OTTAWA LE 23 MAI 2002

(NOS A-811/1 ET 2 – 2023/2024)

PROJET D’ORDONNANCE PORTANT ASSENTIMENT 1° À LA CONVENTION ET AU PROTOCOLE ENTRE LE GOUVERNEMENT DU ROYAUME DE BELGIQUE ET LE GOUVERNEMENT DE LA RÉPUBLIQUE DE L’INDE TENDANT À ÉVITER LA DOUBLE IMPOSITION ET À PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU, FAITS À BRUXELLES LE 26 AVRIL 1993 ; ET 2° AU PROTOCOLE, FAIT À NEW DELHI LE 9 MARS 2017, MODIFIANT LA CONVENTION ET LE PROTOCOLE ENTRE LE GOUVERNEMENT DU ROYAUME DE BELGIQUE ET LE GOUVERNEMENT DE LA RÉPUBLIQUE DE L’INDE TENDANT À ÉVITER LA DOUBLE IMPOSITION ET À PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU, FAITS À BRUXELLES LE 26 AVRIL 1993

(NOS A-812/1 ET 2 – 2023/2024)

PROJET D’ORDONNANCE PORTANT ASSENTIMENT 1° À LA CONVENTION ENTRE LE ROYAUME DE BELGIQUE ET LA RÉPUBLIQUE SOCIALISTE DU VIETNAM TENDANT À ÉVITER LES DOUBLES IMPOSITIONS ET À PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE, ET AU PROTOCOLE, SIGNÉS À HANOÏ LE 28 FÉVRIER 1996, TELS QUE MODIFIÉS PAR LE PROTOCOLE DU 12 MARS 2012 ; ET 2° AU PROTOCOLE, FAIT À HANOÏ LE 12 MARS 2012, MODIFIANT LA CONVENTION ENTRE LE ROYAUME DE BELGIQUE ET LA RÉPUBLIQUE SOCIALISTE DU VIETNAM TENDANT À ÉVITER LES DOUBLES IMPOSITIONS ET À PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE, ET LE PROTOCOLE, SIGNÉS À HANOÏ LE 28 FÉVRIER 1996

(NOS A-813/1 ET 2 – 2023/2024)

ONTWERP VAN ORDONNANTIE HOUDENDE INSTEMMING 1° MET DE OVEREENKOMST TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE REGERING VAN DE REPUBLIEK MOLDAVIË TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN VAN HET ONTGAAN VAN BELASTING INZAKE BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN EN NAAR HET VERMOGEN, GEDAAN TE BRUSSEL OP 4 DECEMBER 2008, ZOALS GEWIJZIGD DOOR HET PROTOCOL GEDAAN TE BRUSSEL OP 30 MAART 2017; EN 2° MET HET PROTOCOL, GEDAAN TE BRUSSEL OP 30 MAART 2017, TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE REGERING VAN DE REPUBLIEK MOLDAVIË TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN VAN HET ONTGAAN VAN BELASTING INZAKE BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN EN NAAR HET VERMOGEN, GEDAAN TE BRUSSEL OP 4 DECEMBER 2008

(NRS. A-809/1 EN 2 – 2023/2024)

ONTWERP VAN ORDONNANTIE HOUDENDE INSTEMMING 1° MET DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE REPUBLIEK OEGANDA TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN VAN HET ONTDUIKEN VAN BELASTING INZAKE BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN EN NAAR HET VERMOGEN, GEDAAN TE KAMPALA OP 26 JULI 2007, ZOALS GEWIJZIGD DOOR HET PROTOCOL GEDAAN TE KAMPALA OP 25 APRIL 2014; EN 2° MET HET PROTOCOL, GEDAAN TE KAMPALA OP 25 APRIL 2014, TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE REPUBLIEK OEGANDA TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN VAN HET ONTDUIKEN VAN BELASTING INZAKE BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN EN NAAR HET VERMOGEN, GEDAAN TE KAMPALA OP 26 JULI 2007

(NRS. A-810/1 EN 2 – 2023/2024)

ONTWERP VAN ORDONNANTIE HOUDENDE INSTEMMING MET 1° DE OVEREENKOMST TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE REGERING VAN CANADA TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN VAN HET ONTGAAN VAN BELASTING INZAKE BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN EN NAAR HET VERMOGEN, EN HET PROTOCOL, ONDERTEKEND TE OTTAWA OP 23 MEI 2002, ZOALS GEWIJZIGD DOOR HET PROTOCOL ONDERTEKEND TE BRUSSEL OP 1 APRIL 2014; EN 2° MET HET PROTOCOL, ONDERTEKEND TE BRUSSEL OP 1 APRIL 2014, TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE REGERING VAN CANADA TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN VAN HET ONTGAAN VAN BELASTING INZAKE BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN EN NAAR HET VERMOGEN, GEDAAN TE OTTAWA OP 23 MEI 2002

(NRS. A-811/1 EN 2 – 2023/2024)

ONTWERP VAN ORDONNANTIE HOUDENDE INSTEMMING 1° MET DE OVEREENKOMST EN HET PROTOCOL TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDIA TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN VAN HET ONTGAAN VAN BELASTING INZAKE BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN, GEDAAN TE BRUSSEL OP 26 APRIL 1993; EN 2° MET HET PROTOCOL, GEDAAN TE NEW DELHI OP 9 MAART 2017, TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST EN VAN HET PROTOCOL TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDIA TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN VAN HET ONTGAAN VAN BELASTING INZAKE BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN, GEDAAN TE BRUSSEL OP 26 APRIL 1993

(NRS. A-812/1 EN 2 – 2023/2024)

ONTWERP VAN ORDONNANTIE HOUDENDE INSTEMMING 1° MET DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE SOCIALISTISCHE REPUBLIEK VAN VIETNAM TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN VAN HET ONTGAAN VAN BELASTING INZAKE BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN EN NAAR HET VERMOGEN, EN VAN HET PROTOCOL, ONDERTEKEND TE HANOI OP 28 FEBRUARI 1996, ZOALS GEWIJZIGD DOOR HET PROTOCOL VAN 12 MAART 2012; EN 2° MET HET PROTOCOL, GEDAAN TE HANOI OP 12 MAART 2012, TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE SOCIALISTISCHE REPUBLIEK VAN VIETNAM TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN VAN HET ONTGAAN VAN BELASTING INZAKE BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN EN NAAR HET VERMOGEN, EN VAN HET PROTOCOL, ONDERTEKEND TE HANOI OP 28 FEBRUARI 1996

(NRS. A-813/1 EN 2 – 2023/2024)

Partager
11:41 § 265 → Vidéo
Partager

Discussion générale conjointe

M. le président.- La discussion générale conjointe est ouverte.

Samengevoegde algemene bespreking

De voorzitter.- De samengevoegde algemene bespreking is geopend.

Partager
11:41 § 267 → Vidéo
Partager

Mme Nadia El Yousfi, rapporteuse.- Je me réfère au rapport écrit et remercie les services de leur travail.

M. le président.- La discussion générale conjointe est close.

Mevrouw Nadia El Yousfi, rapporteur.- Ik verwijs naar het schriftelijk verslag.

De voorzitter.- De samengevoegde algemene bespreking is gesloten.

Partager
11:41 § 269 → Vidéo
Partager

Discussions des articles

M. le président.- Nous passons à la discussion des articles du projet d'ordonnance portant assentiment 1° à la convention entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la République de Moldavie tendant à éviter la double imposition et à prévenir l’évasion fiscale en matière d’impôts sur le revenu et sur la fortune faite à Bruxelles le 4 décembre 2008, telle que modifiée par le protocole fait à Bruxelles le 30 mars 2017 ; et 2° au protocole, fait à Bruxelles le 30 mars 2017, amendant la convention entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la République de Moldavie tendant à éviter la double imposition et à prévenir l’évasion fiscale en matière d’impôts sur le revenu et sur la fortune faite à Bruxelles le 4 décembre 2008 (nos A-809/1 et 2 – 2023/2024).

Article 1er

Pas d’observation ?

Adopté.

Article 2

Pas d’observation ?

Adopté.

La discussion des articles est close.

Nous procéderons tout à l’heure au vote nominatif sur l’ensemble du projet d’ordonnance.

M. le président.- Nous passons à la discussion des articles du projet d'ordonnance portant assentiment 1° à la convention entre le Royaume de Belgique et la République de l’Ouganda tendant à éviter la double imposition et à prévenir la fraude fiscale en matière d’impôts sur le revenu et sur la fortune faite à Kampala le 26 juillet 2007, telle que modifiée par le protocole fait à Kampala le 25 avril 2014 ; et 2° au protocole, signé à Kampala le 25 avril 2014, amendant la convention entre le Royaume de Belgique et la République de l’Ouganda tendant à éviter la double imposition et à prévenir la fraude fiscale en matière d’impôts sur le revenu et sur la fortune faite à Kampala le 26 juillet 2007 (nos A-810/1 et 2 – 2023/2024).

Article 1er

Pas d’observation ?

Adopté.

Article 2

Pas d’observation ?

Adopté.

La discussion des articles est close.

Nous procéderons tout à l’heure au vote nominatif sur l’ensemble du projet d’ordonnance.

M. le président.- Nous passons à la discussion des articles du projet d’ordonnance portant assentiment 1° à la convention entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement du Canada en vue d’éviter les doubles impositions et de prévenir l’évasion fiscale en matière d’impôts sur le revenu et sur la fortune faite à Ottawa le 23 mai 2002, telle que modifiée par le protocole signé à Bruxelles le 1er avril 2014 ; et 2° au protocole, signé à Bruxelles le 1er avril 2014, amendant la convention entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement du Canada en vue d’éviter les doubles impositions et de prévenir l’évasion fiscale en matière d’impôts sur le revenu et sur la fortune faite à Ottawa le 23 mai 2002 (nos A-811/1 et 2 – 2023/2024).

Article 1er

Pas d’observation ?

Adopté.

Article 2

Pas d’observation ?

Adopté.

La discussion des articles est close.

Nous procéderons tout à l’heure au vote nominatif sur l’ensemble du projet d’ordonnance.

M. le président.- Nous passons à la discussion des articles du projet d’ordonnance portant assentiment 1° à la convention et au protocole entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la République de l’Inde tendant à éviter la double imposition et à prévenir l’évasion fiscale en matière d’impôts sur le revenu, faits à Bruxelles le 26 avril 1993 ; et 2° au protocole, fait à New Delhi le 9 mars 2017, modifiant la convention et le protocole entre le Gouvernement du Royaume de Belgique et le Gouvernement de la République de l’Inde tendant à éviter la double imposition et à prévenir l’évasion fiscale en matière d’impôts sur le revenu, faits à Bruxelles le 26 avril 1993 (nos A-812/1 et 2 – 2023/2024).

Article 1er

Pas d’observation ?

Adopté.

Article 2

Pas d’observation ?

Adopté.

La discussion des articles est close.

Nous procéderons tout à l’heure au vote nominatif sur l’ensemble du projet d’ordonnance.

M. le président.- Nous passons à la discussion des articles du projet d’ordonnance portant assentiment 1° à la convention entre le Royaume de Belgique et la République socialiste du Vietnam tendant à éviter les doubles impositions et à prévenir l’évasion fiscale en matière d’impôts sur le revenu et sur la fortune, et au protocole, signés à Hanoï le 28 février 1996, tels que modifiés par le protocole du 12 mars 2012 ; et 2° au protocole, fait à Hanoï le 12 mars 2012, modifiant la convention entre le Royaume de Belgique et la République socialiste du Vietnam tendant à éviter les doubles impositions et à prévenir l’évasion fiscale en matière d’impôts sur le revenu et sur la fortune, et le protocole, signés à Hanoï le 28 février 1996 (nos A-813/1 et 2 – 2023/2024).

Article 1er

Pas d’observation ?

Adopté.

Article 2

Pas d’observation ?

Adopté.

La discussion des articles est close.

Nous procéderons tout à l’heure au vote nominatif sur l’ensemble du projet d’ordonnance.

Artikelsgewijze besprekingen

De voorzitter.- Wij gaan over tot de bespreking van de artikelen van het ontwerp van ordonnantie houdende instemming 1° met de overeenkomst tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Republiek Moldavië tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, gedaan te Brussel op 4 december 2008, zoals gewijzigd door het protocol gedaan te Brussel op 30 maart 2017; en 2° met het protocol, gedaan te Brussel op 30 maart 2017, tot wijziging van de overeenkomst tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Republiek Moldavië tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, gedaan te Brussel op 4 december 2008 (nrs. A-809/1 en 2 – 2023/2024).

Artikel 1

Geen bezwaar?

Aangenomen.

Artikel 2

Geen bezwaar?

Aangenomen.

De artikelsgewijze bespreking is gesloten.

Wij zullen later over het geheel van het ontwerp van ordonnantie stemmen.

De voorzitter.- Wij gaan over tot de bespreking van de artikelen van het ontwerp van ordonnantie houdende instemming 1° met de overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Oeganda tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, gedaan te Kampala op 26 juli 2007, zoals gewijzigd door het protocol gedaan te Kampala op 25 april 2014; en 2° met het protocol, gedaan te Kampala op 25 april 2014, tot wijziging van de overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Oeganda tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, gedaan te Kampala op 26 juli 2007 (nrs. A-810/1 en 2 – 2023/2024).

Artikel 1

Geen bezwaar?

Aangenomen.

Artikel 2

Geen bezwaar?

Aangenomen.

De artikelsgewijze bespreking is gesloten.

Wij zullen later over het geheel van het ontwerp van ordonnantie stemmen.

De voorzitter.- Wij gaan over tot de bespreking van de artikelen van het ontwerp van ordonnantie houdende instemming met 1° de overeenkomst tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van Canada tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, en het protocol, ondertekend te Ottawa op 23 mei 2002, zoals gewijzigd door het protocol ondertekend te Brussel op 1 april 2014; en 2° met het protocol, ondertekend te Brussel op 1 april 2014, tot wijziging van de overeenkomst tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van Canada tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, gedaan te Ottawa op 23 mei 2002 (nrs. A-811/1 en 2 – 2023/2024).

Artikel 1

Geen bezwaar?

Aangenomen.

Artikel 2

Geen bezwaar?

Aangenomen.

De artikelsgewijze bespreking is gesloten.

Wij zullen later over het geheel van het ontwerp van ordonnantie stemmen.

De voorzitter.- Wij gaan over tot de bespreking van de artikelen van het ontwerp van ordonnantie houdende instemming 1° met de overeenkomst en het protocol tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Republiek India tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 26 april 1993; en 2° met het protocol, gedaan te New Delhi op 9 maart 2017, tot wijziging van de overeenkomst en van het protocol tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Republiek India tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 26 april 1993 (nrs. A-812/1 en 2 – 2023/2024).

Artikel 1

Geen bezwaar?

Aangenomen.

Artikel 2

Geen bezwaar?

Aangenomen.

De artikelsgewijze bespreking is gesloten.

Wij zullen later over het geheel van het ontwerp van ordonnantie stemmen.

De voorzitter.- Wij gaan over tot de bespreking van de artikelen van het ontwerp van ordonnantie houdende instemming 1° met de overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Socialistische Republiek van Vietnam tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, en van het protocol, ondertekend te Hanoi op 28 februari 1996, zoals gewijzigd door het protocol van 12 maart 2012; en 2° met het protocol, gedaan te Hanoi op 12 maart 2012, tot wijziging van de overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Socialistische Republiek van Vietnam tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, en van het Protocol, ondertekend te Hanoi op 28 februari 1996 (nrs. A-813/1 en 2 – 2023/2024).

Artikel 1

Geen bezwaar?

Aangenomen.

Artikel 2

Geen bezwaar?

Aangenomen.

De artikelsgewijze bespreking is gesloten.

Wij zullen later over het geheel van het ontwerp van ordonnantie stemmen.

Partager
11:42 § 271 → Vidéo
Partager

PROPOSITION DE RÉSOLUTION DE MM. JULIEN UYTTENDAELE, JUAN BENJUMEA MORENO, MME MARIE LECOCQ, MM. FOUAD AHIDAR ET EMMANUEL DE BOCK RELATIVE À LA PLACE DE TAÏWAN SUR LA SCÈNE INTERNATIONALE

(NOS A-522/1 ET 2 – 2021/2022)

VOORSTEL VAN RESOLUTIE VAN DE HEREN JULIEN UYTTENDAELE, JUAN BENJUMEA MORENO, MEVROUW MARIE LECOCQ, DE HEREN FOUAD AHIDAR EN EMMANUEL DE BOCK BETREFFENDE DE PLAATS VAN TAIWAN OP HET WERELDTONEEL

(NRS. A-522/1 EN 2 – 2021/2022)

Partager
11:42 § 273 → Vidéo
Partager

Discussion générale

M. le président.- La discussion générale est ouverte.

Algemene bespreking

De voorzitter.- De algemene bespreking is geopend.

Partager
11:42 § 275 → Vidéo
Partager

M. David Leisterh, rapporteur, se réfère au rapport écrit.

De heer David Leisterh, rapporteur, verwijst naar het schriftelijk verslag.

Partager
11:42 § 277 → Vidéo
Partager

M. Julien Uyttendaele (PS).- J'ai eu le plaisir de présenter cette proposition de résolution en commission le 5 février dernier. Pourtant, l'actualité dans ce qu'elle a de plus négatif nous rappelle l'importance de ce texte, car ces deux dernières semaines, les tensions autour du détroit de Taïwan se sont encore aggravées. La Chine poursuit ses tentatives d’intimidation et ses manœuvres militaires autour et au-dessus de l'île. Ces menaces représentent non seulement un risque d'embrasement dans la Région, mais pèsent aussi lourdement sur les liaisons aériennes et maritimes au niveau international, ne soyons pas dupes.

En 2022, 48 % des porte-conteneurs en activité dans le monde ont emprunté le détroit de Taïwan, et les estimations pour 2023 varient entre 50 % et 58 %. Quelque 40 % du commerce extérieur entre la Chine et l'Union européenne et pas moins de 100.000 navires de commerce passent chaque année par là. Or, ce détroit n'est pas une mer intérieure, n'en déplaise à la Chine, c'est une zone internationale régie par la Convention des Nations unies sur le droit de la mer, que la Chine a signée en 1982.

Nous voyons les conséquences directes sur le commerce mondial des troubles actuels en mer Rouge. Ne soyons pas naïfs et ne fermons pas les yeux sur celles du regain de tension dans cette autre région du monde. Ce qui se passe dans le détroit de Taïwan n'est pas à prendre à la légère : l'impact se ressentira directement dans notre pays et notre Région.

Au-delà des considérations géostratégiques, Taïwan est avant tout une démocratie mature et, en tant que démocrates, nous nous devons de la soutenir. Peu importe le nombre de kilomètres qui nous séparent ! Les élections présidentielles ont eu lieu récemment et le candidat non élu a salué immédiatement l'élection de son concurrent, comme dans n'importe quelle démocratie qui se respecte - nous devrions d'ailleurs en prendre de la graine en Belgique. Dans l'une de ses premières allocutions, le président nouvellement élu a rappelé le choix de Taïwan en faveur de la démocratie, des droits fondamentaux et de l'état de droit, donc contre l'autoritarisme.

De heer Julien Uyttendaele (PS).- Dit voorstel van resolutie is uiterst actueel, aangezien de voorbije twee weken de spanningen rond de Straat van Taiwan nog verder zijn opgelopen. China zet zijn intimidatiepogingen en militaire manoeuvres voort. Die dreigingen vormen niet alleen een risico op een uitslaande brand in de regio, maar wegen ook zwaar op de wereldhandel.

In 2022 maakte 48% van alle containerschepen ter wereld gebruik van de Straat van Taiwan. Die zeestraat is geen binnenzee, wat China ook mag beweren, maar een internationale zone die onder het Verdrag van de Verenigde Naties over het zeerecht valt, dat China in 1982 heeft ondertekend.

Bovendien is Taiwan een volwassen democratie. Als democraten zijn we het aan onszelf verplicht om Taiwan te steunen. Na de jongste presidentsverkiezingen herhaalde de pas verkozen president dat Taiwan kiest voor democratie, grondrechten en de rechtsstaat en niet voor autoritarisme.

Partager
11:45 § 279 → Vidéo
Partager

Du côté de Pékin, le chef de la diplomatie a déclaré : « Quels que soient les résultats de l'élection » - il n'est pas très intéressé par ce genre de processus, de toute façon -,« ils ne peuvent pas changer le fait fondamental qu'il y a une seule Chine et que Taïwan en fait partie. (...) Taïwan n'a jamais été un pays, cela ne l'était pas dans le passé et cela ne le sera certainement pas dans le futur. »

Gardons également à l'esprit le discours du président Xi Jinping dans lequel ce dernier a déclaré que la Chine ne renoncerait jamais à l'usage de la force pour ramener Taïwan dans son giron.

Par le passé, nous avons abandonné de nombreuses démocraties qui résistaient. La dernière en date, c'est Hongkong. N'ajoutons pas Taïwan à cette liste funeste. Taïwan est un exemple de démocratie, mais aussi une place stratégique en matière d'investissements et d'échanges commerciaux. Nous ne sommes pas ici de braves Occidentaux qui viendraient défendre une pauvre contrée du tiers-monde. Le développement des relations économiques et commerciales en matière de recherche et d'échanges culturels est mutuellement bénéfique pour Taïwan et pour la Région bruxelloise.

La Flandre l'a compris bien avant nous. Les entreprises flamandes installent des complexes éoliens offshore autour de l'île de Taïwan et d'autres sociétés s'y sont établies pour développer des projets dans le secteur des hautes technologies.

Notre pays a également tissé des relations commerciales extrêmement fortes avec Taïwan, devenant ainsi l'un de ses principaux partenaires commerciaux et un investisseur étranger majeur. En 2022, les investissements belges à Taïwan ont atteint 1,5 milliard d'euros, tandis que le commerce bilatéral entre les deux pays s'élevait à 2,7 milliards d'euros.

Taïwan est la place mondiale des semi-conducteurs, ces petites pièces indispensables à la construction de nos voitures ou de nos appareils connectés, au développement de l'intelligence artificielle, des biotechnologies et j'en passe. Sans ces composants, nous sommes tout simplement bloqués !

China beschouwt Taiwan evenwel nog steeds als een deel van China en heeft verklaard dat het er niet voor zal terugdeinzen geweld te gebruiken om Taiwan terug te winnen.

In het verleden hebben we veel democratieën in de steek gelaten, waaronder Hongkong. Laten we met Taiwan alsjeblieft niet hetzelfde doen. Taiwan is een democratie, maar ook een strategische locatie voor investeringen en handel. De ontwikkeling van wederzijdse economische en commerciële relaties en culturele uitwisselingen is voordelig voor zowel Taiwan als het Brussels Gewest.

Vlaanderen heeft dat al veel eerder begrepen. Vlaamse bedrijven installeren offshore windmolenparken rond Taiwan en andere bedrijven hebben zich er gevestigd om hightechprojecten te ontwikkelen.

België heeft zeer sterke handelsbanden gesmeed met Taiwan. Het is een van de belangrijkste handelspartners en een belangrijke buitenlandse investeerder geworden. In 2022 bedroegen de Belgische investeringen in Taiwan 1,5 miljard euro, terwijl de bilaterale handel tussen de twee landen 2,7 miljard euro bedroeg.

Partager
11:47 § 281 → Vidéo
Partager

Il nous faut donc continuer à soutenir le développement d'échanges commerciaux entre nos entreprises. Le cas échéant, par le biais de missions économiques, en tenant évidemment compte des analyses d'opportunités qui seraient réalisées par hub.brussels pour promouvoir les innovations numériques, ou encore accélérer le développement des villes intelligentes.

Nous devons également encourager la Commission européenne à étendre la coopération avec Taïwan sur les plans commercial et industriel, notamment au niveau de l'exportation vers l'Europe de semi-conducteurs. Nos entreprises ont tout intérêt à entamer dès maintenant des collaborations durables avec des acteurs taïwanais.

Notre pays entretient par ailleurs de nombreux échanges au niveau touristique, culturel et académique avec Taïwan, y compris sur les plans de la santé publique, de la formation et de la recherche médicale, alors qu'il n'existe à ce jour en réalité aucun échange officiel entre notre Région et Taïwan.

Il convient donc d'étudier la possibilité de conclure un accord de partenariat bilatéral et de développer des échanges en matière d'administration entre notre Région et Taipei, entre autres au niveau de la protection de l'environnement, de la qualité de l'air, de la mobilité, de la gestion des pandémies et du tourisme.

La gestion de la crise du Covid-19 par Taïwan est exemplaire. Son expertise dans le domaine de la sécurité aérienne civile et son engagement en faveur de la lutte contre les dérèglements climatiques doivent également nous inviter à plaider pour l'intégration de Taïwan au sein d'organisations internationales comme l'Organisation mondiale de la santé, l'Organisation de l'aviation civile internationale ou la convention-cadre des Nations unies sur les changements climatiques.

En tant que démocrates, nous pouvons aussi dire à Taïwan, les yeux dans les yeux, ce qui nous dérange et ce qui ne va pas. Nous ne devons pas être complaisants. Nous nous devons de ne pas perdre de vue certains enjeux problématiques, avec en tête la question de la peine de mort, comme indiqué dans la résolution. Nous demandons à Taïwan qu'elle se remette en question et qu'elle retire de son arsenal cette peine représentant l'injustice même, qui est d'autant plus d'actualité avec le décès récent de Robert Badinter. Notre résolution demande à Taïwan de ne plus pratiquer la peine de mort.

Taiwan is het wereldcentrum voor halfgeleiders, kleine onderdelen die essentieel zijn voor de bouw van auto's en slimme apparaten en voor de ontwikkeling van kunstmatige intelligentie, biotechnologie enzovoort. Daarom moeten we de handelsbetrekkingen tussen onze bedrijven blijven ondersteunen en moeten we de Europese Commissie aanmoedigen om de commerciële en industriële samenwerking met Taiwan uit te breiden.

Hoewel België veel toeristische, culturele en academische uitwisselingen met Taiwan heeft, onder meer inzake volksgezondheid, opleiding en medisch onderzoek, zijn er tot nu toe geen officiële uitwisselingen geweest tussen het Brussels Gewest en Taiwan. We moeten dus de mogelijkheid onderzoeken om een bilaterale partnerschapsovereenkomst te sluiten en administratieve uitwisselingen tussen ons gewest en Taipei te ontwikkelen in domeinen als milieubescherming, luchtkwaliteit, mobiliteit, pandemiebeheer en toerisme.

Als democraten mogen we evenwel onze ogen niet sluiten voor bepaalde problemen. Daarom roepen we in de resolutie Taiwan op om de doodstraf af te schaffen.

Partager
11:49 § 283 → Vidéo
Partager

Chers collègues, ne soyons pas dupes, la Chine continentale est prête à tout pour refuser à Taïwan toute existence propre. Dès qu'un État ou une Région ose avoir des relations officielles avec Taïwan, la Chine sort les crocs. Fini le « soft power », les menaces commencent, des menaces dont nous, députés bruxellois, avons également été les destinataires. En dix ans, au sein de ce Parlement, je n'avais jamais reçu un courrier tel que celui que l'ambassadeur de Chine nous a envoyé quelques heures avant le vote en commission.

Monsieur l'ambassadeur, vous ne me connaissez sans doute pas suffisamment. Vous pouvez m'envoyer autant de courriers que vous voulez, vous pouvez faire sauter les plombs de ce Parlement, vous pouvez pirater nos boîtes mail, cela ne changera rien. Ce texte sera voté, et je le voterai avec conviction en tant que démocrate, en tant que défenseur des droits fondamentaux et en tant qu'universaliste.

(Applaudissements sur tous les bancs sauf ceux du PTB et du PVDA)

Beste collega's, het Chinese vasteland is tot alles bereid om Taiwan een eigen bestaan te ontzeggen. Zodra een staat of regio het waagt om officiële betrekkingen met Taiwan aan te knopen, laat China zijn tanden zien. Het Brussels Parlement ontsnapt daar niet aan. De Chinese ambassadeur heeft ons een paar uur voor de stemming van de tekst in de commissie een dreigbrief gestuurd.

Die dreigementen schrikken mij niet af. Ik zal vol overtuiging voor de tekst stemmen als democraat en als verdediger van de grondrechten en universele waarden.

(Algemeen applaus, behalve bij de PTB en de PVDA)

Partager
11:50 § 287 → Vidéo
Partager

Mme Céline Fremault (Les Engagés).- Demain, cela fera deux ans que nous aurons la certitude, s'il en fallait encore une, que les démocraties subissent toute une série de menaces, et qu'elles sont des proies pour les dictatures.

Demain, nous serons le 24 février, jour du début de la triste invasion de l'Ukraine. La guerre en Ukraine nous a démontré comme nous devions nous montrer solidaires des pays aspirant à la liberté, évoluant vers des valeurs communes aux nôtres, respectueuses des droits fondamentaux. Nous avons tous un rôle à jouer et une parole à porter en la matière.

Il y a une semaine, le 17 février, Alexeï Navalny, exemple de liberté d'opinion, était assassiné en Russie.

Taïwan est un pays démocratique, n'en déplaise à certains au sein de cette assemblée et ailleurs. Les dernières élections présidentielles ont amené plus de 74 % des Taïwanais vers les urnes, pour se prononcer sur l'avenir de leur pays. L'île est à la pointe dans de nombreux domaines, notamment en ce qui concerne les microprocesseurs, si nécessaires à tous nos appareils électroniques.

Pourtant, à l'instar de l'Ukraine, Taïwan est en danger, chaque jour, parce que son voisin nie sa véritable existence, comme si les habitants de l'île n'avaient pas voix au chapitre, n'avaient pas droit à leur liberté ni à leur identité, pourtant essentielles dans cette partie du monde et bien au-delà.

Mevrouw Céline Fremault (Les Engagés).- De voorbije twee jaar werd opnieuw pijnlijk duidelijk dat de democratieën in de wereld bedreigd worden door dictaturen. De oorlog in Oekraïne heeft getoond hoe belangrijk het is dat wij solidair zijn met landen die streven naar vrijheid en evolueren naar onze waarden.

Taiwan is een democratisch land. Bij de laatste presidentsverkiezingen ging 74% van de Taiwanezen stemmen. Het land is echter in gevaar, omdat zijn grote buur zijn bestaansrecht ontkent.

Partager
11:53 § 289 → Vidéo
Partager

Le texte qui sera soumis au vote cet après-midi nous positionne ; il nous ancre, en tant que démocrates, dans le soutien aux droits humains et aux libertés fondamentales. Il n'est pas le premier. Il ne sera pas le dernier. Nos débats à ce sujet ont souvent été longs et se sont tenus dans différentes configurations. La visite du maire de Téhéran, il y a près d'un an, a suscité de nombreux remous, mais nous avons poursuivi notre travail visant à honorer femmes, vies et libertés.

En poussant la Région bruxelloise à améliorer ses relations avec Taïwan, nous pourrons encore profiter de son savoir et nos entrepreneurs, de ses opportunités.

Ce texte est aussi résolument humaniste dans ses valeurs.

Deux semaines après le décès de Robert Badinter, inlassable combattant, justicier, homme de droit, portant haut des valeurs primordiales, nous nous devons de poursuivre son combat, en poussant à abolir la peine de mort, où que ce soit dans le monde.

Voter pour ce texte, c'est faire preuve d'humanisme et d'une conviction forte quant aux droits fondamentaux et à la démocratie elle-même, menacés aux quatre coins du monde, y compris en Europe. C'est aussi se rappeler que notre Parlement se veut le garant de valeurs, où que ce soit.

Voter contre ce texte revient, à l'inverse, à bafouer une démocratie et son droit d'exister, à cracher à la figure des combattants de la liberté, emprisonnés dans les geôles, à priver notre Région de partenariats intéressants et à renoncer au combat contre la peine de mort.

Voter contre ce texte, c'est faire le jeu des dictatures, aux velléités que nous savons si dangereuses pour les voir à l’œuvre au quotidien, à moins de deux mille kilomètres de chez nous.

Monsieur le Président, chers collègues députés, il est impératif de soutenir cette résolution. Le moment est venu de tomber le masque : aujourd'hui, nous verrons qui est qui, et qui soutient inlassablement les combats démocrates.

(Applaudissements sur tous les bancs sauf ceux du PTB et du PVDA)

Door deze resolutie te steunen, tonen we dat we de democratie, de mensenrechten en fundamentele vrijheden steunen. Bovendien zouden sterkere banden met Taiwan ook op andere vlakken voordelig zijn voor Brussel, met name op economisch vlak.

(Applaus bij alle partijen, behalve de PTB en de PVDA)

Partager
11:56 § 293 → Vidéo
Partager

Mme Marie Lecocq (Ecolo).- Bien que nous ayons cosigné et déposé cette résolution il y a déjà deux ans, elle demeure d'une actualité brûlante. Le 14 janvier dernier, Taïwan a élu un nouveau président, marquant la troisième victoire consécutive du candidat pro-démocratie. Cet événement témoigne de la détermination du peuple taïwanais non seulement à se protéger des intimidations de son voisin chinois, mais aussi à choisir la voie de la démocratie face à l'autoritarisme. Comme cela a été rappelé, il subsiste néanmoins des défis, tels que la question des droits humains, le recours à la peine de mort ou encore la régulation stricte du droit de grève.

Cependant, l'histoire de Taïwan est aussi celle d'une démocratisation fulgurante, qui fait office d'exemple en Asie. Le pays détient, notamment, le record asiatique du nombre de femmes au parlement. Il protège les libertés civiles, en particulier celles des médias, et il a été pionnier dans la légalisation du mariage homosexuel. Cette nouvelle démocratie et ses succès, ce sont aussi les raisons qui poussent son voisin, la République populaire de Chine, à vouloir y mettre fin.

J'en profite pour adresser un message de soutien à l'ensemble des militants qui luttent à Taïwan, mais aussi à Hong Kong, pour plus de démocratie et surtout pour la sauvegarde de leurs libertés. Nous qui nous revendiquons démocrates, nous qui sommes soucieux du respect par tous du droit international, nous nous devons d'apporter notre soutien à Taïwan. Cette cohérence souhaitée, nous, écologistes, l'avons toujours appliquée, que ce soit lors de l'agression de l'Ukraine par la Russie, ou face à l'expansion des colonies israéliennes sur les terres palestiniennes et au génocide en cours à Gaza. Nous suivons invariablement la même ligne, à savoir le respect du droit international.

Mevrouw Marie Lecocq (Ecolo).- Op 14 januari 2024 koos Taiwan een nieuwe president en voor de derde keer op rij won de democratisch gezinde kandidaat. Dat bewijst de vastberadenheid van de Taiwanezen om zich te verzetten tegen de Chinese intimidatie.

Er bestaan weliswaar nog minpunten, zoals de handhaving van de doodstraf of de strikte regulering van het stakingsrecht, maar toch geeft Taiwan het goede voorbeeld inzake democratisering in Azië. De burgerlijke vrijheden zijn er beschermd en Taiwan loopt voorop inzake vrouwenrechten en rechten voor de LGBTQIA+-gemeenschap.

Wie zichzelf als democraat beschouwt, moet Taiwan steunen. Het respect voor het internationaal recht moet steeds ons uitgangspunt zijn. Helaas zijn niet alle partijen in dit halfrond het daarmee eens.

Partager
11:58 § 295 → Vidéo
Partager

Malheureusement, comme nous l'avons entendu en commission, certains partis au sein de cette assemblée ne font pas preuve de la même cohérence. Cette résolution constitue finalement un premier pas pour affirmer notre soutien à Taïwan. Il est important que notre Région devienne un partenaire économique de Taïwan en coopérant dans les domaines du numérique, de l'informatique et des innovations technologiques. Le développement de partenariats avec des entreprises taïwanaises représente une plus-value certaine pour nos entreprises bruxelloises.

Nous devons bien entendu plaider, au niveau du gouvernement fédéral, en faveur de l'intégration de Taïwan au sein de l'Organisation mondiale de la santé et de la convention-cadre des Nations unies sur les changements climatiques. Nous devons régler les problèmes du monde avec eux et ne pas nous laisser piéger par la propagande chinoise qui fait comme si ces derniers n'existaient pas.

Nous devons aussi demander au gouvernement fédéral de tout faire pour soutenir la reprise du dialogue entre Taïwan et la Chine. Mais ce dialogue ne peut se faire à sens unique et dans la seule vision chinoise. Au-delà de la reprise de ce dialogue, nous aurions dû aussi insister vigoureusement dans le texte pour que le statu quo qui prévaut dans le détroit de Taïwan ne puisse, en aucun cas, être modifié unilatéralement par la Chine et que tout recours à la force ou à la menace de ce recours soit jugé inacceptable et condamnable. C'est l'occasion d'insister sur ce point, oralement, ce matin.

Pour le reste, j'espère que le Premier ministre et la ministre des Affaires étrangères ont pu, lors de leur voyage en Chine, il y a quelques semaines, réaffirmer cette position et avoir quelques mots pour les Ouïgours, les Tibétains, les Taïwanais et les habitants de Hong Kong. Je me réjouis en tout cas du message qu'enverra désormais ce Parlement aux militants qui luttent pour le maintien d'une démocratie dans cette partie du monde.

(Applaudissements sur tous les bancs sauf ceux du PTB et du PVDA)

Het is belangrijk dat het Brussels Gewest een economische partner wordt van Taiwan en met het land samenwerkt op domeinen als digitalisering en technologische innovatie.

De federale regering moet ervoor pleiten om Taiwan op te nemen in de Wereldgezondheidsorganisatie en de VN-kaderconventie inzake klimaatverandering. Ze moet ook aandringen op een dialoog tussen Taiwan en China en op het behoud van de status quo in de Straat van Taiwan.

Ik ben blij dat het parlement vandaag een positief signaal geeft aan wie strijdt voor democratie.

(Applaus bij alle partijen, behalve de PTB en de PVDA)

Partager
12:00 § 299 → Vidéo
Partager

M. Emmanuel De Bock (DéFI).- C'est un moment important. Nous avons déjà beaucoup discuté des questions internationales en commission et les interventions de M. Uyttendaele et de Mme Fremault ont posé ici les bases de ce débat. Dans le monde, des pays isolés luttent pour leurs droits fondamentaux. Taïwan en fait partie. Même si cela ne suffit pas dans ce type de combats, le peuple taïwanais doit savoir qu'à l'autre bout de la planète, un petit pays les regarde avec bienveillance. Je pense également à l'Arménie.

L'important est de conserver ce regard international. Les populations soumises aux pressions des visées territoriales de leurs voisins demandent souvent de ne pas les oublier, de parler d'eux, et de ce que nous avons vu. Ce type de résolution y contribue. Malgré les pressions, nous devons poursuivre librement à la tribune ce combat pour les libertés.

Il est étonnant de voir cette résolution, passée sans pressions dans toutes les assemblées, faire l'objet d'un courrier de la Chine à ce dernier échelon. Mais ne sommes-nous pas la capitale de l'Europe ? Peut-être leurs expéditeurs avaient-ils la conviction que cela changerait notre vote. Je suis d'autant plus fier de la porter avec mes cosignataires.

De heer Emmanuel De Bock (DéFI).- Dit is een belangrijk moment. Taiwan is een van de vele geïsoleerde landen die door een groter buurland in hun bestaansrecht bedreigd worden. Het is van groot belang dat de Taiwanese bevolking weet dat andere landen, hoe klein ook, weten wat zij doormaken en voor hun vrijheid opkomen.

Dacht China deze resolutie, die in alle andere assemblees is goedgekeurd, in de hoofdstad van Europa tegen te kunnen houden? Ik ben des te trotser ze te blijven steunen.

Partager
12:02 § 301 → Vidéo
Partager

Enfin, il existe un programme dont on parle peu, le « Working Holiday », qui favorise chaque année des échanges entre pays. Outre l'Australie, le Canada et bien d'autres pays du monde, Taïwan fait partie de ces États avec qui nous échangeons et où nous envoyons des dizaines de jeunes, tandis que des Taïwanais viennent ici pour travailler, séjourner, voyager, rencontrer, découvrir ce qu'est l'Europe et notre monde.

Il est important de poursuivre ces échanges. C'est ce qui fait la base du vivre-ensemble mondial auquel nous aspirons et qui, sans doute, nous prémunit des guerres de territoires, fratricides et mortelles. En signant ce type de résolution, nous adressons un message fort à tous ces pays va-t-en-guerre, qui ont généralement une conception plus territoriale qu'humaine de l'ensemble des droits. C'est pourquoi je suis fier du moment présent.

(Applaudissements sur tous les bancs sauf ceux du PTB et du PVDA)

Taiwan neemt ook deel aan het werkvakantieprogramma, waarmee jaarlijks tientallen jongeren uit Taiwan, Australië, Canada en andere landen naar België trekken en omgekeerd. Zo creëren we een wereldgemeenschap, die de beste bescherming biedt tegen wrede oorlogen.

Deze resolutie stuurt een krachtig signaal aan alle oorlogsgezinde landen die er hun eigen opvattingen over mensenrechten op nahouden.

(Applaus bij alle partijen, behalve de PTB en de PVDA)

Partager
12:03 § 305 → Vidéo
Partager

Mevrouw Cieltje Van Achter (N-VA).- Uiteraard zal de N-VA dit voorstel van resolutie steunen.

De verkiezingen van vorige maand hebben nogmaals bewezen dat Taiwan een goed functionerende democratie is. De presidentskandidaat van de Kwomintang gaf zijn nederlaag toe en feliciteerde William Lai Ching-te van de Democratische Progressieve Partij met zijn verkiezingsoverwinning. De uitslag bevestigt ook welke richting de bevolking van Taiwan uit wil. Dat is een keuze die wij moeten respecteren.

De zaken die in de huidige resolutie worden aangekaart, zijn redelijk en noodzakelijk. Om te beginnen roept ze op om langs diplomatieke weg de spanningen tussen China en Taiwan te verminderen en de vrede en stabiliteit in de regio te waarborgen.

Voor Brussel zien wij daarenboven potentieel in een nauwere samenwerking met Taiwan in tal van domeinen. We mogen in dat verband Vlaanderen als voorbeeld nemen. Twee jaar geleden ondertekenden Vlaanderen en Taiwan nog een overkoepelend memorandum van overeenstemming, om de samenwerking op allerlei gebieden te omkaderen: onderwijs, volksgezondheid en welzijn, milieubeleid, innovatie en schone technologieën, bedrijven en investeringen, werkgelegenheid en beroepsopleiding, wetenschap en hernieuwbare energie.

Een dergelijke samenwerking bestaat nog niet tussen het Brussels Gewest en Taiwan. In de resolutie wordt dan ook terecht opgeroepen om een bilaterale partnerschapsovereenkomst af te sluiten en uitwisselingen op administratief niveau tussen Brussel en Taipei te ontwikkelen. Dat is erg belangrijk.

Mme Cieltje Van Achter (N-VA).- La N-VA soutiendra cette proposition de résolution.

Les élections du mois dernier ont démontré une fois de plus que Taïwan est une démocratie qui fonctionne bien et le résultat a confirmé la voie que sa population entend suivre.

La présente résolution appelle à une réduction des tensions entre la Chine et Taïwan par la voie diplomatique. Nous y voyons aussi une opportunité de collaborer plus étroitement avec Taïwan dans de nombreux domaines, à l'instar de ce que fait la Flandre.

La résolution demande en effet de conclure un accord de partenariat bilatéral et de développer les échanges au niveau administratif. C'est très important.

Partager
12:06 § 307 → Vidéo
Partager

Hoewel Taiwan op veel gebieden een voorbeeld is - zo erkende het een aantal jaar geleden het homohuwelijk -, zijn er op het vlak van de mensenrechten nog elementen waarin het vooruitgang moet boeken. Ook dat is in de resolutie opgenomen. De afschaffing van de doodstraf is daar één element van.

Het is belangrijk dat zoveel mogelijk parlementsleden deze resolutie vandaag goedkeuren. Ik dank de indieners voor hun werk en voor het feit dat ze de tekst vandaag ter stemming voorleggen. Het is belangrijk dat we de Taiwanese democratie steunen en dat we bijdragen aan een goede toekomstige samenwerking.

(Applaus)

Taïwan doit cependant encore faire des progrès en matière de droits de l'homme, et notamment abolir la peine de mort. La résolution en tient compte.

Il est important que cette résolution soit approuvée le plus largement possible, pour soutenir la démocratie taïwanaise et favoriser une bonne collaboration à l'avenir.

(Applaudissements)

Partager
12:07 § 311 → Vidéo
Partager

M. Luc Vancauwenberge (PTB).- S'il est un point sur lequel nous sommes d'accord, c'est que la présente proposition de résolution traite d'une question très délicate dans le contexte mondial actuel. Les États-Unis ont décrété la Chine ennemi stratégique. Ceux qui suivent la politique internationale savent qu'il est très dangereux de déplaire aux États-Unis. Depuis 1945, des dizaines de pays l'ont payé très cher. Des coups d'État ont été fomentés contre des gouvernements, y compris contre des gouvernements démocratiquement élus, comme au Chili avec l'assassinat sauvage du président Salvador Allende. Assassinats politiques, sanctions économiques, guerres meurtrières au Vietnam ou en Irak, tout cela n'est pas anodin et nous avons des raisons de nous inquiéter. Bien entendu, la Chine n'est pas l'Irak ni la Libye.

Nous assistons à la fin d'un monde unipolaire sous la houlette des États-Unis et à la naissance d'un monde multipolaire où plusieurs puissances, avec des régimes politiques très différents, se rejoignent sur un point : le refus des diktats des États-Unis et de l'Occident en général. Les rapports de force changent très rapidement dans le monde et certains ont du mal à l'accepter. Ainsi, en 2023, le produit intérieur brut des Brics (Brésil, Russie, Inde, Chine, Afrique du Sud) a dépassé pour la première fois celui du G7.

De heer Luc Vancauwenberge (PTB).- Er ontstaat stilaan een multipolaire wereld, waarin de suprematie van de Verenigde Staten en het Westen niet meer zomaar wordt aanvaard. De Verenigde Staten hebben China tot strategische vijand verklaard. Wie de internationale politiek wat volgt, weet dat dat voor dat land slecht uit kan pakken: tientallen landen hebben dat sinds 1945 ondervonden via staatsgrepen, politieke moorden, economische sancties of regelrechte invasies. China kan echter niet worden gelijkgesteld met Irak of Libië.

Partager
12:09 § 313 → Vidéo
Partager

Si cette résolution affirme vouloir apaiser les tensions - une bonne intention en soi -, je crains que, dans les faits, elle n'ait l'effet inverse, car elle adopte implicitement la position qui reconnaît deux États, et donc l'indépendance de Taïwan. C'est très problématique et cela risque d'augmenter les tensions dans la région.

En réalité, après plus de 50 ans d'occupation fasciste japonaise, en 1945, Taïwan a rejoint la Chine, alors dirigée par le Kuomintang avec Tchang Kaï-chek à sa tête. En 1949, à la fin de la guerre civile, le Kuomintang et Tchang Kaï-chek se sont enfuis à Taïwan avec le soutien des États-Unis. Il n'était à ce moment-là pas question de deux États : Taïwan occupait un siège au sein de l'Organisation des Nations unies (ONU), au nom de toute la Chine, y compris au Conseil de sécurité.

Ce n'est qu'en 1971, à la suite d'un vote à l'Assemblée générale de l'ONU, que la Chine a récupéré son siège. Mais il n'était alors toujours pas question de deux États. La grande majorité des États dans le monde, dont les États-Unis, reconnaissent le principe d'une seule Chine.

Aujourd'hui, seuls douze États entretiennent des relations avec Taïwan en tant qu'État. Toutefois, les États-Unis ont toujours continué à soutenir Taïwan sur le plan économique et militaire, non pas pour des raisons démocratiques - Taïwan étant restée une dictature militaire jusqu'en 1987 -, mais pour des raisons géopolitiques.

Deze resolutie wil de spanningen zogenaamd verzachten, maar zal in de praktijk net het omgekeerde doen. Ze erkent immers impliciet het bestaan van twee staten en dus de onafhankelijkheid van Taiwan.

Die twee staten zijn er nochtans nooit geweest. Na de vlucht van de Kwomintang naar Taiwan in 1949, vertegenwoordigde Taiwan heel China in de Verenigde Naties. In 1971 werd die zetel gerecupereerd door de Volksrepubliek China. Er was echter nooit sprake van twee staten en de meeste landen in de wereld, ook de Verenigde Staten, erkennen dat.

Slechts twaalf staten onderhouden banden met Taiwan als met een onafhankelijke staat. Als de Verenigde Staten Taiwan economisch en militair ondersteunen, is dat niet om democratische, maar om geopolitieke redenen.

Partager
12:12 § 315 → Vidéo
Partager

En outre, l'idée d'un État taïwanais indépendant est assez récente. La population de l'île est d'ailleurs très divisée sur cette question, contrairement à ce que nous avons pu entendre lors de ce débat. Si le président défend effectivement le principe de l'indépendance de Taïwan, la majorité parlementaire, quant à elle, choisit davantage la voie de la conciliation et de l'amélioration et des relations avec la Chine, voire celle de l'unification.

Il est donc tout à fait faux de prétendre que, si le président est indépendantiste, les parlementaires taïwanais le sont forcément aussi. Il m'est d'avis qu'un débat démocratique est mené à ce sujet à Taïwan. La thèse des deux États va à l'encontre du droit international. La résolution tend pourtant dans ce sens.

Votre résolution comporte, par ailleurs, de nombreuses critiques à l'égard de la Chine, mais ne dit rien sur les provocations des États-Unis, leurs manœuvres militaires autour de Taïwan ou encore les alliances qu'ils forgent.

Prenons l'exemple de Cuba qui, comme vous le savez tous, est menacée depuis des décennies par les États-Unis. Ce pays est indépendant et personne ne prétend qu'il fait partie des États-Unis. Néanmoins, imaginez que la Chine aille y effectuer des manœuvres militaires et conclure des alliances militaires avec des pays de la région tels que le Mexique, le Brésil et le Venezuela. Quelle serait votre réaction ? Tout le monde condamnerait la Chine. Apparemment, la situation inverse est tout à fait normale pour vous.

De idee van een onafhankelijke Taiwanese staat is vrij recent en gaat juist in tegen het internationaal recht. De Taiwanese bevolking is daarover erg verdeeld. De president verdedigt inderdaad de onafhankelijkheid, maar de meerderheid in het parlement kiest eerder voor verzoening en betere relaties met China.

De resolutie is bovendien erg kritisch voor China, maar zwijgt over de vele provocaties van de Verenigde Staten. Een land als Cuba wordt al jaren bedreigd door de Verenigde Staten, terwijl het om een onafhankelijk land gaat. Niemand zou accepteren dat China met groot militair vertoon Cuba zou steunen en militaire allianties zou sluiten met andere landen uit de regio. Het omgekeerde vindt u blijkbaar wel normaal.

Partager
12:14 § 317 → Vidéo
Partager

Je m'interroge sur la cohérence de votre politique étrangère. Le droit international a été invoqué dans le cas de l'Ukraine, et des sanctions ont été infligées immédiatement. En revanche, avec Israël, les actes ne suivent pas. Or, nous entendons constamment, au sein de cette assemblée, que, pour faire appliquer la loi, il faut prévoir des sanctions. Or, force est de constater qu'aucune sanction n'est prévue à l'encontre d'Israël, alors qu'un massacre, un génocide a lieu sous nos yeux. On parle constamment de droit international et on ne cesse de réfléchir. Pourtant, le droit international, aussi imparfait soit-il, nous protège contre le chaos et la loi du plus fort.

Concernant Taïwan, vous critiquez surtout le pays qui reste dans le cadre du droit international, tandis que le pays qui va à l'encontre du droit international, lui, n'est pas soumis à la critique. L'Arabie saoudite qui, pendant dix ans, bombarde le Yémen et qui ne fait face à aucune sanction, en est un autre exemple. Les missions économiques se poursuivent dans ce pays.

La logique de votre politique étrangère ne semble pas résider dans le droit international, si ce n'est avec deux poids, deux mesures. En réalité, la seule cohérence que j'y vois est l'agenda américain, et c'est une erreur. Pour une fois, je suis d'accord avec le président Macron, qui déclare que l'Europe n'a pas intérêt à reprendre l'agenda américain. L'Europe doit définir sa propre politique étrangère sans suivre l'une ou l'autre puissance, sous peine de devenir insignifiante au niveau mondial.

Uw buitenlands beleid is weinig coherent. In het geval van Oekraïne wordt het internationaal recht ingeroepen en volgen er onmiddellijk sancties. In het geval van Israël volgen er echter geen acties, terwijl het daar toch om een openlijke genocide gaat. Hetzelfde geldt voor pakweg Saudi-Arabië. In het geval van Taiwan steunt u zelfs de entiteit die ingaat tegen het internationaal recht.

Uw houding is dus niet gebaseerd op het internationaal recht, maar eerder op de Amerikaanse agenda. Dat is een fout uitgangspunt.

Partager
12:16 § 319 → Vidéo
Partager

Enfin, je m'interroge quant à l'intérêt, pour la Région bruxelloise, de soutenir la candidature de Taiwan auprès de l'Organisation mondiale de la santé ou d'autres institutions de l'Organisation des Nations unies.

En effet, nous n'avons pas besoin d'une résolution pour développer des relations avec Taiwan. Or, il est question ici de soutenir la candidature de Taiwan auprès d'institutions internationales. À titre de comparaison, cela revient à soutenir par voie de résolution la candidature de la Corse auprès d'institutions internationales. Si tel était le cas, Paris ne serait probablement pas contente.

Cette proposition de résolution s'en prend à la deuxième puissance économique au monde. C'est très courageux, mais si vous ressentez vraiment le besoin de poser un acte héroïque, je vous conseille de tourner vos regards vers le Moyen-Orient, de prendre vos responsabilités et d'agir face aux actes génocidaires commis en Palestine, là où votre action peut avoir un impact. Or, vous n'êtes même pas parvenus à vous accorder pour soutenir la démarche de l'Afrique du Sud lorsqu'elle a saisi la Cour internationale de Justice en vue d'empêcher les génocides dans la bande de Gaza. Vous n'êtes même pas capables de vous prononcer en faveur d'un cessez-le-feu, vous allez même jusqu'à refuser tout débat à ce sujet, alors que vous vous positionnez comme des démocrates soutenant la démocratie partout dans le monde.

(Applaudissements sur les bancs du PTB et du PVDA)

Daarnaast zie ik niet waarom de kandidatuur van Taiwan voor bepaalde internationale organisaties onze steun zou verdienen. We hebben trouwens geen resolutie nodig om relaties met Taiwan te ontwikkelen. Als u echt heldhaftig wilt optreden, zou u beter de blik naar het Midden-Oosten richten, waar u heel misschien wel een impact zou kunnen hebben.

(Applaus bij de PTB en de PVDA)

Partager
12:18 § 323 → Vidéo
Partager

M. Julien Uyttendaele (PS).- Je remercie l'ensemble des orateurs, sauf le dernier, pour leur prise de position. Dans son intervention, je constate que M. Vancauwenberge a très consciencieusement relu ses déclarations faites en commission. Il nous a fait voyager en évoquant quasiment tous les États américains, mais aussi le Chili, Cuba, l'Arabie saoudite, la Palestine, sans oublier la Corse. Je me demandais s'il allait également en parler, car il s'agissait du dernier paragraphe du rapport.

Monsieur Vancauwenberge, vous n'avez toutefois pas parlé de Taïwan, alors que c'est sur ce pays que porte la présente résolution. Concrètement, j'aimerais donc comprendre ce qui vous pose un problème dans le dispositif de ce texte. Est-ce la question de la peine de mort ? Ou le fait que l'on demande qu'il y ait pacification des relations ? Mais peut-être avez-vous reçu des directives de la part de certaines personnes ? Où sont vos amendements ?

De heer Julien Uyttendaele (PS).- Mijnheer Vancauwenberge, u hebt tal van voorbeelden vermeld, waaronder Cuba, Saudi-Arabië en Oekraïne, maar niet Taiwan, hoewel dat land het onderwerp vormt van deze resolutie.

Waarom hebt u een probleem met deze tekst? Is dat omdat we vragen om de doodstraf af te schaffen of om de internationale betrekkingen te pacificeren? Misschien hebt u instructies gekregen van bepaalde mensen? Waar zijn uw amendementen?

Partager
12:20 § 325 → Vidéo
Partager

M. Matteo Segers (Ecolo).- À l'époque où nous avons adopté des résolutions sur la situation des Ouïghours, le PTB a fait exactement le même cinéma. Je voudrais entendre leurs arguments. Notre résolution porte des recommandations nobles et le fait en toute autonomie de la Chine. Je m'inquiète de plus en plus de voir un parti politique représenté dans cette assemblée avoir tellement peur de l'ombre chinoise qui plane sur eux. C'est un risque pour notre démocratie.

M. le président.- La discussion générale est close.

De heer Matteo Segers (Ecolo).- Bij de stemming over de situatie van de Oeigoeren voerde de PTB hetzelfde nummertje op. Dat een partij in deze assemblee dermate een lakei van China is, is een gevaar voor onze democratie.

De voorzitter.- De algemene bespreking is gesloten.

Partager
12:21 § 329 → Vidéo
Partager

Discussion des considérants et des tirets du dispositif

M. le président.- Nous passons à la discussion des considérants et des tirets du dispositif de la proposition de résolution.

Considérants 1 à 14

Pas d'observation ?

Adoptés.

Tirets 1 à 6 du dispositif

Pas d'observation ?

Adoptés.

La discussion des considérants et des tirets du dispositif est close.

Nous procéderons tout à l’heure au vote nominatif sur l’ensemble de la proposition de résolution.

Bespreking van de consideransen en van de streepjes van het verzoekend gedeelte

De voorzitter.- Wij gaan over tot de bespreking van de consideransen en van de streepjes van het verzoekend gedeelte.

Consideransen 1 tot 14

Geen bezwaar?

Aangenomen.

Streepjes 1 tot 6 van het verzoekend gedeelte

Geen bezwaar?

Aangenomen.

De bespreking van de consideransen en van de streepjes van het verzoekend gedeelte is gesloten.

Wij zullen later over het geheel van het voorstel van resolutie stemmen.

Partager
12:21 § 331 → Vidéo
Partager

La séance est close.

- La séance plénière du Parlement de la Région de Bruxelles-Capitale est levée à 12h21.

De vergadering is gesloten.

- De plenaire vergadering van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement wordt gesloten om 12.21 uur.

Partager
Traduction
Sync
Agenda
Orateurs
11:40 PROJET D’ORDONNANCE PORTANT ASSENTIMENT 1°_À LA CONVENTION ENTRE LE GOUVERNEMENT DU ROYAUME DE BELGIQUE ET LE GOUVERNEMENT DE LA RÉPUBLIQUE DE MOLDAVIE TENDANT À ÉVITER LA DOUBLE IMPOSITION ET À PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE FAITE À BRUXELLES LE 4 DÉCEMBRE 2008, TELLE QUE MODIFIÉE PAR LE PROTOCOLE FAIT À BRUXELLES LE 30 MARS 2017; ET 2°_AU PROTOCOLE, FAIT À BRUXELLES LE 30 MARS 2017, AMENDANT LA CONVENTION ENTRE LE GOUVERNEMENT DU ROYAUME DE BELGIQUE ET LE GOUVERNEMENT DE LA RÉPUBLIQUE DE MOLDAVIE TENDANT À ÉVITER LA DOUBLE IMPOSITION ET À PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE FAITE À BRUXELLES LE 4 DÉCEMBRE 2008 (NOS A-809/1 ET 2 – 2023/2024) PROJET D’ORDONNANCE PORTANT ASSENTIMENT 1°_À LA CONVENTION ENTRE LE ROYAUME DE BELGIQUE ET LA RÉPUBLIQUE DE L’OUGANDA TENDANT À ÉVITER LA DOUBLE IMPOSITION ET À PRÉVENIR LA FRAUDE FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE FAITE À KAMPALA LE 26 JUILLET 2007, TELLE QUE MODIFIÉE PAR LE PROTOCOLE FAIT À KAMPALA LE 25 AVRIL 2014; ET 2°_AU PROTOCOLE, SIGNÉ À KAMPALA LE 25 AVRIL 2014, AMENDANT LA CONVENTION ENTRE LE ROYAUME DE BELGIQUE ET LA RÉPUBLIQUE DE L’OUGANDA TENDANT À ÉVITER LA DOUBLE IMPOSITION ET À PRÉVENIR LA FRAUDE FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE FAITE À KAMPALA LE 26 JUILLET 2007 (NOS A-810/1 ET 2 – 2023/2024) PROJET D’ORDONNANCE PORTANT ASSENTIMENT 1°_À LA CONVENTION ENTRE LE GOUVERNEMENT DU ROYAUME DE BELGIQUE ET LE GOUVERNEMENT DU CANADA EN VUE D’ÉVITER LES DOUBLES IMPOSITIONS ET DE PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE FAITE À OTTAWA LE 23 MAI 2002, TELLE QUE MODIFIÉE PAR LE PROTOCOLE SIGNÉ À BRUXELLES LE 1ER AVRIL 2014; ET 2°_AU PROTOCOLE, SIGNÉ À BRUXELLES LE 1ER AVRIL 2014, AMENDANT LA CONVENTION ENTRE LE GOUVERNEMENT DU ROYAUME DE BELGIQUE ET LE GOUVERNEMENT DU CANADA EN VUE D’ÉVITER LES DOUBLES IMPOSITIONS ET DE PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE FAITE À OTTAWA LE 23 MAI 2002 (NOS A-811/1 ET 2 – 2023/2024) PROJET D’ORDONNANCE PORTANT ASSENTIMENT 1°_À LA CONVENTION ET AU PROTOCOLE ENTRE LE GOUVERNEMENT DU ROYAUME DE BELGIQUE ET LE GOUVERNEMENT DE LA RÉPUBLIQUE DE L’INDE TENDANT À ÉVITER LA DOUBLE IMPOSITION ET À PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU, FAITS À BRUXELLES LE 26 AVRIL 1993; ET 2°_AU PROTOCOLE, FAIT À NEW DELHI LE 9 MARS 2017, MODIFIANT LA CONVENTION ET LE PROTOCOLE ENTRE LE GOUVERNEMENT DU ROYAUME DE BELGIQUE ET LE GOUVERNEMENT DE LA RÉPUBLIQUE DE L’INDE TENDANT À ÉVITER LA DOUBLE IMPOSITION ET À PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU, FAITS À BRUXELLES LE 26 AVRIL 1993 (NOS A-812/1 ET 2 – 2023/2024) PROJET D’ORDONNANCE PORTANT ASSENTIMENT 1°_À LA CONVENTION ENTRE LE ROYAUME DE BELGIQUE ET LA RÉPUBLIQUE SOCIALISTE DU VIETNAM TENDANT À ÉVITER LES DOUBLES IMPOSITIONS ET À PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE, ET AU PROTOCOLE, SIGNÉS À HANOI LE 28 FÉVRIER 1996, TELS QUE MODIFIÉS PAR LE PROTOCOLE DU 12 MARS 2012; ET 2°_AU PROTOCOLE, FAIT À HANOI LE 12 MARS 2012, MODIFIANT LA CONVENTION ENTRE LE ROYAUME DE BELGIQUE ET LA RÉPUBLIQUE SOCIALISTE DU VIETNAM TENDANT À ÉVITER LES DOUBLES IMPOSITIONS ET À PRÉVENIR L’ÉVASION FISCALE EN MATIÈRE D’IMPÔTS SUR LE REVENU ET SUR LA FORTUNE, ET LE PROTOCOLE, SIGNÉS À HANOI LE 28 FÉVRIER 1996 (NOS A-813/1 ET 2 – 2023/2024)